No. 5683
54e Jaargang.
Feuilleton.
DICK BULTITUDE.
Binnenland.
FIRMA A H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden
iranco per pest /'1.15. Advertentiën 16 regels 00 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
olliciecle- en unteigeningsad vertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels f 1.25; elke regel
meer f 0.25. Groote lettei-s naar plaatsruimte. Hewijsnummcrs naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën var buiten de stad worder, de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTEGRACHT 9-
Tclephoon 19.
KENNISGEVING.
L A N IMV K K R.
De BURGEMEE8TER der Gemeente AMERS
FOORT
Gezien liet Mile lid van 10 der Landweer
instructie I
Brengt ter kennis van een ieiler,
wieu zulks aangaat
1. de dienstplichtigen bij de militie te land,
die in den loop van dit jaar een achtjarigen
dienst bij de militie te land hebben volbracht,
dat zijn in het algemeen zij, die behooren tot
de lichting van 1397, zullen op 1 Augustus a.s.
overgaan naar de Landwi i rechter gaan MET
over naar de Landweer de plaatsvervangers, de
uuiniuurrenvissclaars, zij die behooren tot een der
bereden korpsen ot' tot het Korps Torpodisten en
zij die in liet genot zijn van ontheffing van den
werkelijke» dienst
2. zij, die overgaan naar de Landweer, moeten
zich vóór Ml Augustus a.s. IS l'EHSOON aan
melden bij den Burgemeester hunner woonplaats
en daarbij inleveren hun zakboekje met daarin
geliechten verlofpas de verlofgangers evenwel,
die buitenslands verblijf houden, behoeven zich
niet IS PERSOON aan te melden, doch zullen
hun zakboekje met daarin gehechte» verlofpas
bij aaiigctcekeiiileii l> Hef (met duidelijke vermel
ding van hun volledig adres buiten het Rijk)
hebben toe te zenden aan den Burgemeester
hunner laatste woonplaats binnen het Rijk;
3. zij, die op 1 Augustus a.s. overgaan naar de
Landweer, zijn van dien datum af onderworpen
aan alle voorschriften voor de Landweer gegeven
Vestigt niet nadruk de aandacht op de. na
volgende bepalingen der Ia ud weer wet
ARTIKEL 2-1. De verlofganger van de Land
weer meldt zich binnen dertig dagen na den
dug van zijn overgang naar de Landweer of na
dien, waarop hem de verlofpas is uitgereikt, bij
den Burgemeester zijner woonplaats aan, tenein
de deze «loi» verlofpas, hem bij de Landweer of
laatstelijk bij de militie uitgereikt, voor gezien
of opnieuw voor gezien teekene.
De verlofganger van de Landweer, die buiten
het Rijk woont of verblijf houdt, oi' die zich bij
zijn vertrek met verlof buiten bet Rijk begeeft,
kan. ter vervulling van de verplichting in hel
vorig lid omschreven, binnen den daarin ver
melden termijn zijn verlofpas bij aangeteekenden
brief ter afteekeniag toezenden aan den Burge
meester zijner laatste woonplaats binnen het Rijk.
De verlofpas wordt hom door dien Burgemeester
bij aangeteekenden brief teruggezonden.
ARTIKEL 25. De verlofganger van de Land
weer die zicli in ecne andere gemeente gaat ves
tigen, geeft daarvan kennis aan den Burgemees
ter zijner woonplaats. Binnen dertig dagen na
den dag, waarop hij komt in de gemeente, waar
in hij zich vestigt, meldt hij zich aan bij den
Burgemeester dier gemeente, ten einde deze zijn
verlofpas voor gezien teekene.
ARTIKEL 27. De verlofganger van de Land-
33).
„Hij is geen lammert, zei Dulcie, ben je wel,
Dick Waarom ga jc niet weg, Tipping. Trek het
je niet aan, Dick, ga maar door en doe nel of hij
er niet bij is. liet kan mij niet schelen wat liij ver
telt
Het. was een heel laslig geval voor dcu heer Bul-
titilde, waut hij wilde Tipping niet beleedigen.
„Een ander keertje dan maar, nu niet," zei hij
zenuwachtig.
„O, ben je bang om verder te vertellen als ik er
hij ben, zei Tipping, geprikkeld door Dulcie's min
achting. Je bent een lafaard en dat weet je ook
wel, je geelt voor, zooveel van Dulcie te houden,
maar voor haar vechten durf je niet eens."
„Vechten, zei de heer Bultitude, waarvoor?
„Wel natuurlijk voor haar; als jc uiet. vechten
wilt, dan liou je ook niet van haar; maar ik wil
dan toch eens zien, wie van ons tweeën de sterkste
„Nee, dut hoeft niet, snikte Dulcie, zich aan Paul
vastklemmend dat weet ik wel. Je hoeft niet te
vechten Diek, heusch niet."
„Ik zou er ook geen plan op hebben, zei de heer
Bultitude vastberaden. Geen baar op mijn hoofd dal
er over denkt." Hjj stouTl van de bauk op en wou
juist wegloopeu, toen Tipping plotseling de jas uit-
troic en aanstalten maakte om te vechten.
intiisseheu waren de jongens op de speelplaats
gekomen en zagen belangstellend toe wat er gaande
was. Veten van hen hadden gaarne gevochten tot
weer mag zicli zonder toestemming van Onzen
Minister van Oorlog niet langer dan gedurende
éen jaar buitenslands begeven.
Aan den verlofganger van de Landweer, die
niet in verzuim is, wordt deze toestemming,
wanneer zij gevraagd wordt en blijkt noodig
te zijn ter zake van uitoefening van of oplei
ding tot landbouw, handel of nijverheid, in ge
wone tijden niet geweigerd.
Bij «le toestemming kan de verlofganger wor
den vrijgesteld van de verplichting tot deeneming
aan de oefeningen in artikel 11 vermeld, tot het
bijwonen van het bij artikel 29 voorgeschreven
onderzoek en tot liet komen in werkelijken dienst
in geval van oorlog, oorlogsgevaar of andere
buitengewone omstandigheden.
Aan de toestemming kunnen overigens zoo
danige voorwaarden worden verbonden, als in
het belang van den dienst noodig worden ge
oordeeld.
ARTIKEL 2S. De verlofganger van de Land
weer, die artikel 24, 25 of 27 niet naleeft, wordt
in werkelijken dienst geroepen en daarin gedu
rende ten hoogste eene maand gehouden. De
duur van dezen dienst wordt bepaald door Onze
Minister van Oorlog, die tevens het korps van
liet leger aanwijst waarbij de werkelijke dienst
moet worden vervuld.
Zij, die familiebetrekkingen hebben, (lie in liet
bnltenlund verblijf houden en in de termen Tnllcn
van overgang naar (lc Landweer, worden uitge-
uoodigd belanghebbend a te herinneren aan de
bepaling van urtikel 24 bovengenoemd.
Amersfoort, 21 Juli 1905.
De Burgemeester voornoemd,
WUI.JTTERS.
VACANT IE-W E EK
Op liet volgende verzoek, gedaan dooi
den bekenden medewerker van het Handels
blad, den heer Jac. P. Thijssen, vestigen we
gaarne de aandacht.
We weten, dat er onder de Amersfoortsehe
jeugd velen zijn, die liefde en belangstelling
koesteren voo.' planten en bloemen, en die et-
dus gaarne een steentje willen toe bij
dragen tot bet prijzenswaardige doel, dat de
Nederlandschc! Natuurhistorische Vereeniging
zich stelt. We luien ien beer Thijssen alzoo
aan bet woord.
Nog een paar dagen en de vroolijke uit
tocht begint. We verspreiden ons over het
beole land, de meesten vestigen zich aan 'l
strand ol' in bosch en heide, enkelen worden
de eenzijdige zandbevoorrechting moede en
dwalen langs Hollands waterlanen, langs
do Friesclte meren en voor een wijle ook
door de veelal gemeden en toch zoo interes
sante kleistreken.
Het land en de rust vervangen de stad
en het gewoel en we vei-i'risscheu onzen geest
ze niet meer konden, alleen om iu de gratie hij
Dulcie te komen en ze benijdden allemaal Dick,
die de éenige was, die door het kleiue prinsesje
niet afgesnauwd werd. Maar Paul was nu voor
deze gunst bepaald blind. Tipping schreeuwde
tegeu hem, dat hij bang was eu een groote laf
aard
„Vooruit! zei Paul, ga toch weg, wat wil je toch?"
„Weggaan? Wie zegt me, dat ik weg moet gaan?
Vlieg zelf op! En loop heen!"
„Zeker", zei Paul, al te gelukkig dat hij daaraan
gehoor kou geven. .Maar hij werd verhinderd door
een kring van opgewonden toeschouwers.
„Laat het er niet bij zitten, Dick!" riepen ze, hun
antiphio vergetend. „Geef hem er fliuk op. Net als
laatst. Ik zal je wol helpen. Toe maar!"
„Sla mekaar niet in het gezicht," smeekte Dulcie
die boven op een bank was gaan staan oiu den kring
te overzien, Want om dc waarheid te zeggen, ze vond
het heel gewichtig, dat dit nu allemaal om haar
gebeurde.
Me verwachtte dus van den heer Bultitude, dat
hij zou vechten met dien groote jongen en dat al
leen omdat hij jaloersch was. Maar Paul bader niet
den minsten lust iu om zich te laten mishandelen
terwille van een meisje nog jongen dan zijn eigen
dochter.
Dulcio's bede maakte Tipping nog woedender, die
dacht dat het hem alleen gold.
„Je moest blij zijn, datje voorhapr kou opkomen
bromde hij tussehen de tanden. Ais je 't niet doet.
zal ik je!"
Paul dacht dat het 't best wa3, Tipping de zaak
op te helderen.
„Wou je me slaan, vroeg hij beleefd, om (lat kleine
meisje daar?"
„Dat zal je wel zien. Houd je mond eu kom
op."
Wat Dulcie aangaat, ze had Paul sprakeloos aan
gehoord, maar nu hij haar zoo in het publiek be
et» ons lichaam door de directe aanraking
met de aarde, met de natuur. Het kan niet
andere, of bet leven van planten en dieren
vraagt oi.xe belangstelling evengoed a!s bet
bedrijf van landbouw, veeteelt en eindeloos
zijn de gesprekken, waarin de stedeling of
zijn vrouw voorlichting zoekt bij den land
bewoner, herder, wegwerker, daggelder,
bosch wachter of hoe al die gratis-onderwij
zers meer heeten.
Wat valt er veel van ben te leeren en
wat moet je met die lui oppassen. Maal
laat. u dooi' de vrees voor misvatting of
misleiding niet weerhouden, we kunnen later
onze uitkomsten met elkaar vergelijken en
licht schuilen er onder 'tgeen wij opdoen
dingen van veel belang voor de wetenschap.
Ge kunt een goed werk doen met overal
te vragen naar plantennamen en wat daarmee
iu verband staat. De Nederlandsche Natuur
historische Vereeniging heeft een commissie
benoemd, om een onderzoek in te stellen
naar dc Nederlandsche volksnamen van
planten, teneinde eenheid te brengen in de
nomenclatuur van onze Flora's. In die com
missie hebben dan ook al onze inlandscho
flora-sch rij vers en atlas-samenstellers zitting
benevens een paar veelzijdige plant-en taal
kenners en een einiment taalgeleerde, die
tevens een onverschrokken tcrp-opdelver is.
De uitgave van een voorloopige lijst van
namen heelt bonderden in den lande de ge
legenheid geschonken hun bevindingen gemak
kelijk ter kennisse van de commissie te
brengen en zooals het met alle goede dingen
gaat, do oogst heeft ons belust gemaakt op
meer en daarom waag ik het de vrijwillige
medewerking in te roepen van vacantie-
hoemelaars, die er plezier in hebben, het
landvolk en de kinderen te ondervragen naai
de namen van planten.
Ge zult zeggen wat steekt er in zoo'n
naam Maar dat valt geweldig mee. Het
aardigst zijn wel de namen, waarvan jc niets
begrijpt eu die je imponeeren door hun air
van philologische eerwaardigheid. Hoe vindt
ge bijvoorbeeld »Knavel'', den naam voor
het diiizendgraan (herniaria) en «Keruolfel''
voor anjelier (Diauthus Cartluisianorum) ol'
«bekelboom" voor jeneverbes? Dat brand
netels ook «zengel" genoemd werden, is licht
te begrijpen, maar ik wed toch dat de meesten
uwer dien aardigen naam nooit geboord
hadden.
Hoe schilderachtig zijn die namen soms
tnuui heet övogeltjesliave", voorjaarevroege-
ling is - inagennaiiiiclje" en de mooie koe
koeksbloem uit liet moeras niet zijn gei-a-
„Xecn, ik bedank ervoor, geslagen le worden. Ik
ben geen hout. Als ik je goed begrijp, wil je met ine
vechten, omdat je denkt, dat ik je liefde voor dat
meisje wil tegengaan?"
„Precies, dus ik zou maar geen woorden verspillen
eu opkomen.
Maar daar bedauk ik voor. 't Is alles een misver
stand. Ik twijfel,, er niet aan of 't iseeu heel aardig
meisje maar ik verzeker je, dat ik je geeu oogenblik
iu den weg wil staan. Ik geef niets om haar, heusch
niet. Ik doe haar je graag over. Neem baar, beste
vrind, mijn zegen boor! Is 't zoo gaed?"
Hij zag tevreden en verlicht in 't rond, maar, zijn
woor den hadden nie; die uitwerking, welke bij ge
hoopt had. Tipping vooral keek verbaasd en bleef
besluiteloos; uit de jongens ging een afkeurend ge
mompel op eu zelfs Jollaud beweerde, dat bet een
gomeene manier vau doen was.
leudigde, werd het haar toch te machtig. Ze gal'oen
gil, sprong van de bank eu liep hard weg om ergens
iu een hoekje haar verdriet uit te builen.
Zelfs Paul, al dacht bij ook goed gehandeld to
hebben, voelde zich beschaamd toeu bij de uitwerking
van ziju woorden zag, maar nu was bot te laat.
„Zoo kom je er niet af, zei Tipping, nog meer
aangespoord door Dulcie's verdrietig gezichtje; nou
heb jc haar weer aan het schreien gemaakt en je
zult er voor boeten. Kom nu op als een man. of
wil je een pak slaag oploopen
„Loop toch rond, jij vechtersbaas, zei l'aul, als je
ruzie zoekt, neem dan eeu van je schoolkameraden.
Ik wil er niets mee te doen hebben."
Maar dit maakte Tipping woedend eu hij gaf den
heer Bultitude etu stevigeu duw.
Al had de heer Bultitude ook een groeten afkeer
van vechten, nu achtte bij 't toch nooazukozijk. zich
tegen Tipping te verdedigen en vóór de laatste het
beletten kon, gaf hij hear een fermen stomp in de
maag.
Het resultaat van die behandeling overtrof zijn
feltle kroonbkadjes neet «teerkwasten" uf
sarmoedsbloetn, wat weer herinnert aan
ilen Engelschen naam «Ragged Robin". De
bekende waterplant, die wij met een venliet-
scbing van haar wet'-nschappelijken naam
(Ceralophyllum) «hooi-nbloern" noemen, heet
bij liet volk baarzekruid en in uw verbeel
ding ziet ge meteen de roodvinnige vischjes
schieten door het olijfgroene nat tussehen
de spichtige blaren. Dit plomp heet «karn-
bloem'', omdat de kinderen met zijn vruchten
karntonnetje spelen. Waarom de Iris »jui-
ferskop" ol' «doodkisten" moet heeten begrijp
ik niet, maar «pestem" voor l.et lastige
kweekgras is al een zeer drastische en geluk
kige benaming.
Al de hierboven genoemde namen zijn
nieuw, ik zon er nog een menigte bij kunnen
noemen mumrnelkens en eerokertjes, heelal
en speculatieljes, maar ik hoop dat ge er
nog vele bij vindt en dan maakt onze taal
geleerde er een 'lik boëk over. Van de
voorloopige lijst heb ik nog enkele exempla
ren beschikbaar, die ik aan bona lide amateur
piiyio-piiilologe.il gaarne toezend.
In liet begin van November zal er oen
vergelijkend onderzoek worden gehouden
voor de betrekking van alspiraiit-npzicliter
der telegraphic, waarvo-.r 5 plaatsen worden
opengesteld. Men zie bijzonderheden in do
Stel. (No. 173).
Binnen korten tijd zal door de directie der
maatschappij «Zeebad Scheveningon", te
Schovenitig 'ii, oen groote nationale biljartwed
strijd worden uitgeschreven, groot cadre 35
r. M., en wel uitsluitend voor amateurs en
tegen hooge prijzen. De wedstrijden zullen
vermoedelijk plaats vinden in de theaterzaal
van het Kurhans te Seiievingen.
De hoofden van de verschillende departe
menten van algemeen bestuur hebben de
eindbedragen der begrooting van hun depar
tementen, voor 1000, aan den minister van
Financiën opgeven, tol hut ontwerpei» van
de zg. milliocnenspeei h,
Algemeen wordt in regeeringskringen ver
wacht, dal de nieuwe regt e ing de ontworpen
begrooïingen niet zal overnemen, doch dat
crediet wet teil voor ecu ecu half jaar zullen
worden opgemaakt, waarbij de begrootingen
van 11)05 als maatstaf zullen dienen. In de
eerste maanden van'liet volgend j iar zouden
stuniste venvac'UHi^enTipping kromp iu elkaar
van de pijn en irók al, terwijl l'aul triomfanlrlijk
op zijn plaats hluef, Hij huil hun dan toch eens
geloond, dat hij niet met zich Sollen. Nu zouden
ze lieiu wel met rust laten.
Maar weer ging er gemompel en geschreeuw op.
't Is schande! Ia de maag tc stompen! Schooiert
lafaard
'e Scheen, dat hij duz weer gezondigd had. Vreemd
dacht hij; toen ik niet vocht, noemden zo mij een
Hauwen, en nu ik T wel doe, is het weer niet gotd.
Ik zal me er maar uiet van aantrekken.
Maar daar kwam Tipping aannog heel bleek eu
leunende op Piddiecoinp's schouder. Ilij ivcrd met
algemeeue deelneming ontvangen.
Ik dank jullie zei met moeite. Natuurlijk kan
is na zoo'n gemeeueu streek niet mei hem vechten,
maar jullie willen hem zeker wel laten zien, dat hij
er zoo gemakkelijk niet afkomt?"
Er ging een geroep i>p van „Nee, nee. uij zal er
voor lusten We zullen eens /.ion of bij ons ooit
weer zooiets durft leveren
Paul hoorde angstig toe. Wat zou dm zenuweer
gaan uithalen Maar hij hoefde niet lang op ant
woord te wachten.
Ik bon er voor, dat bij door ito bons moet gaan,
stelde Biddlceoinb voor. Grim zal wel uiet komen
en ons snappen, Ik zag Item een uur geledon uit
gaan."
Hot idee werd warm toegejuicht.
l'aul was een Hauw vermoeden, dat hij hierover
uiet bepaald verheugd behoefde te zijn, voorat toen
hij zag, dat alle jongens eeu barden knoop aan 't
eind van bun zakdoek maakten. Hij tnahue te
vergeefs excuses le maken, telkens opuicuw zeggend
dat hij bel i iet zoo kwaad bedoeld eu het alleen
uit zelfverdediging gedaan bad. Maar de jongens
waren niet in een stemming om vergillenis to
schenken.
Wordt vervolgd.)