Zaterdag 21
October 1905.
No. 7110.
55e Jaargang
Stadsnieuws.
Feuilleton.
11 Dubbel zes.
UITGAVE:
FIRMA A- H- VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag- Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1.
iranco per post 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reolames 15 regels 1.25; elke regel
meer 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
KORTE'GRACHT 9
Telephoon 19.
KENNISGEVING.
De BURGEMEESTER van AMERSFOORT,
Gezieu artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de Raad
dezer Gemeente zal vejgaderen op Dinsdag, den
24 October „aanstaande, des namiddags te 1'/, ure.
Amersfoort, 20 October 1905.
De Burgemeester voornoemd,
WUIJTIERS.
De Motor-rij wiel wet zal wel eerst in wer
king treden als in 1906 het nieuwe rij-
seizoen is aangevangen.
De hoorn zal dan als signaal voor de
rijwielen verboden en alleen voor motor
voertuigen veroorloofd zijn.
Het goedkeuringsmerk by ijk en herijk
van maten en gewichten voor 1900 zal zijn
de q in den gewonen schrijfvormals eerste
stempeling geeft het ijkkantoor Utrecht het
cijfer 14.
In de vergadering van den Raad dezer Gemeente,
te houden op Dinsdag 24 October, des namid
dags ten half twee, zullen aan de orde worden
gesteld de volgende Punten van behandeling
1. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het geven van eervol ontslag aan den heer J.
J. Vermeulen, tijdelijk buiten.gewoon lei-raar
aah het Gymnasium (met adviezen).
2. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot wijziging der Begrooting 1905 (met adviezen).
3. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot het geven van verlof aan den onderwijzer J.
W Radersraa (met adviezen).
4. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
betreffende afwatering Soesterweg en Arnhemsclie
weg (met adviezen).
5. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
betreffende een ruiling van gronden tusschen den
Staatder Nederlanden en de Gemeente Amersfoort
(met adviezen).
6. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
betreffende ziekenverpleging, in verband met de
sluiting vau het Aldegonde-gasthuis (met ad
viezen).
7. Voorstel van Burgemeester en Wethouders
tot ontbinding der overeenkomst betreffende
opneming van zieken voor rekening der Ge
meente in het Aldegonde-gasthuis (met adviezen).
De heer E. van der Zee zal 1 December
zijn ambt als Secretaris van Breukelen-
Nijenrode aanvaarden.
De heer S. Posthuma is gekozen tot lid
van het hoofdbestuur van den »Bond van
Inspecteurs van gemeentelijke politie".
Do heer P. H. van Haselen, die Donderdag
den dag mocht herdenken waarop bij ge
durende een kwart eeuw agent was voor
Amersfoort en omstreken van de »Magde
burger Feuerversicherungs Gesellsehaft", ont
ving van die maatschappij met een zeer
vleiend schrijven een kostbare zilveren
medaille, waarop aan de keerzijde gegraveerd
Dank der Magdeburger Feuerversicherungs
Gesellsehaft und Anerkennung der Verdienste
um dieselbe P. H. van Haselen.
De Kamer van toezicht van hot notaris-ambt
in dit arrondissement zal worden gevestigd
te Utrecht.
Kapitein jhr. .1. R. Rutgers van Rosenburg,
van het le regiment veld-artillerie hier, wordt
teruggeplaatst naar de Rijdende artillerie te
Arnhem en hier vervangen door kapitein C.
G. Preuijt, uit Utrecht.
De landweertroepen dor lichtingen 1903,
1904 en 1905 zullen in 1906 onder de wapenen
worden geroepen tusschen half Mei en half
Juni.
De opkomst duurt van Maandag tot
Zaterdag.
Het bestuur der Vereeniging »Het Neder-
iandsch Landhuishoudkundig Congres" heeft
alsnog tot de Staten dezer provincie gewend
met verzoek een subsidie groot f500 te
verleenen ter tegemoetkoming in de kosten
van het congres, dat in Juni 1906 te Amers
foort zal worden gehouden.
Tot Bestuursleden der Anti-revolutionaire
propaganda-elub «Groen van Prinsterer" zijn
gekozen de heeren J. van den Hoorn en
W. van Wijngem
Het bedrijfs-comité voor de negenuur
sluiting der bakkers heeft vergaderd slechts
11 van de rond 70 bakkers waren aanwezig,
zoodat de vergadering geen voortgang had
en de vervroegde winkelsluiting voor dit
bedrijf niet zal plaats hebben.
Onder leiding van den heer G. G. van
Lunleren. onder-voorzitter, vergaderde Don
derdagavond het Bestuur van de «Oranje-
vereeniging". Ingekomen was een schrijven
van luitenant-adjudant VV. van der Koogh,
waarin deze mededqelde, het voorzitterschap
der vereeniging nieljlcunnen aanvaarden. Van
de vriendelijke wenken, in dit schrijven ver
vat, hoopt het Bestuur een dankbaar gebruik
te maken. De Commissarissen H. A. de
Vries en L. Kames meenden als zoodanig te
moeten bedanken.
Van den heer A. M. Tromp van Holst
was een mededeeling ontvangen, gericht
aan den Secretaris van het Voorloopig
comité, dat hij het Eere-lidmaatschap niet
kon aannemen. Vooral dit laatste betreurde
het Bestuur teu zeerste.
Toch zal het zich door dezen aanvankelijken
tegenspoed niet laten ontmoedigen, maar
Acht
Elf I
De twee mannen legden hun elleboog op tafel en
zagen elkander aan. Somersby, de jongste, keek zyn
tegenpartij aan, als kon bij de beieekenia van den
worp niet begrijpen.
De kapitein wierp een vluchtigen blik op de
dobbelsteonen en vestigde toen zijn oogen op don
auder, op een manier, welke 't meest geleek op
den vurigen, meedoogenloozen blik van den valk.
De middag was drukkeud warm. Door de open
vensters kwam een drukkende luchtstroom binnen,
die zjjn slachtoffers herinnerde aan de verzengende
dampen eener keete luchtstreek.
Eenige oogenblikken heerschte er een doodiche
stilte, tot eindeljjk de jongste zijnhandenin wanhoop
omhoog stak.
:t Is nutteloos 1 riep hij uit. Het geluk ie dood
voor mjj. Ik laat me hangen, als ik ooit zoo'n
combinatie van worpen gezien heb I De dobbelsteenen
schijnen voor mjj behekst te zijn 1
De kapitein streek in gedachten zijn snor glad.
Je beurt zal wel komen, merkte hij op. Je
kunt en zult je positie nog wel herstellen.
Herstellen riep de ander uit in een plotselinge
aanval van woede, herstellen? Ik heb vanmiddag
een fortuin verloren. Wat zou 't, te praten over
herstellen Wel, man, ik ben geruïneerd I
flink de handen aan den ploeg slaan.
Als Commissarissen zijn nog inmiddels
benoemd, ter voorziening in twee vacatures,
de heeren A. A. van üoijen en P. A. G.
Séerenberg, die zich in do keuze lieten wel
gevallen.
Ook in de vacature van Voorzitter zal
zoo spoedig mogelijk worden voorzien.
Jammer, dat een algemeene vergadering
tot na de kermis uitgesteld moet worden.
Binnen enkele dagen worden lijsten ge
presenteerd en circulaires verzonden met
het doel, zooveel mogelijk leden en donateurs
te werven.
Eerst als deze taak is afgewerkt, zal er
geoordeeld kunnen worden of Amersfoort
ai den niet op den 3len Augustus feest kan
De kapitein stak een nieuwe sigaar aau.
Je kunt nog doorspelen, zei hij kalm, ik zal
een schuldbekentenis van je aanuomen, laat eens
zien, tot een bedrag van nog duizend pond sterling.
De ander aarzelde een oogenblik en uam toen de
dobbelsteenen weer op,
Nu, goed.
De kapitein hervatte sijn spel, met een glimlach
om de aunue lippen. Een half uur later liet de
jonge mau het hoofd op tafel vallen en kreunde.
De kapitein stond op en was met den rug naar
den schoorsteenmantel gekeerd. ZijD bits gelaat
droeg den stempel van het wreede, ernstige doel
van een man, besloten zijn tegenpartij tot hel bittere
einde te vervolgen.
Kom, Somersby, zei hij zacht, je hebt toch
zeker wel eigendommen, die je kunt wagon
Somersby sprong op.
Neen, geen nieuwen worp meer, riep hij uil.
Toen hield hij op en streek de hand over zijn
slapen. Ja," toch zal ik 't doen. Ik kan mijn
vaderlijk el'fdeel wagon. Kom, vooruit
Zg gingen weer zitten. Juist toen zij 't apel weer
begonnen, trad een meisje van ongeveer twintig jaar,
met donker haar en zwarte oogen, de kamer binnen.
Frank, riep ze uit, dat is te slecht voor jel Je
hebt 't zeker al gonoeg gedaan. Kom, laten we
tennis gaan spelen. Flora ia er ook al. Kapitein,
u komt zeker ook, nietwaar I 't Is schande, binnen
te blijven.
De kapitein gaf door een gebaar te kennen, dat
h\j niet kon.
Ik moet uw broeder revanche geven zei hij.
Revauche? Onzin I riep het meisje. Je wilt
niet meer spelen, wel, Frank?
De jonge man zag den kapitein aan en was een
In ons nummer van Dinsdag hebben we een
nogal omstandig artikel gewijd aan de Theosofie
om daarin eenige harer grondstellingen uiteen
gezet opdat bij de voordrachtwelke Donderdag
avond de heer J. van Manen, lid van het
Hoofdbestuur der Nederiandsche afdeeling, uit
Amsterdam, hield, onze lezeressen en lezers niet
al te onbeslagen ten ijs zouden komen.
Want inderdaad is 't zooals de heer Van
Manen in zijn improvisatie zegde: er behoort
veel diepgaande studie vooraf te gaan om zich
volkomeu vertrouwd te maken rast deze dingen.
Dan, er was zulk een onverwaoht groote be
langstelling in wat men hier noemt „het nieuwe
geloof" dat de foyer van „Amicitia" te klein
bleek en men naar de groote zaal trok, die
natuurlijk niet wns verwarmd. De ruim 100
personen, een vooral bij lezingen in Amicitia
zeer gemengd publiek, schoven de stoelen zoo
dicht mogelijk bij elkaar en plaatsten zich in
een vrij groot hoefijzer om den spreker.
De heer D. Schuurman, uit Hilversum, de
leider der studie-klasse hier, welke Donderdag
haar bijeenkomsten hervat, maakte dan ook
een verontschuldiging voor de wijze waarop de
belangstellenden werden ondergebracht en deelde
mede, dat de heer Van Manen vóór zijn ver
trek naar Parijs, waar hij een theosofisch
congres hoopt voor te bereideD, een tourne»
door Nederland maakt.
De heer Van Manen zeide, na deze korte in
leiding, dat bij de Theosofen de overtuiging is
verkregen, dat het leven een oneindig meer
uitgebreid iets is dan we ons gemeenlijk voor
stellen en niet wordt begrensd door aan de eene
zijde de geboorte en aan den anderen kant het
overliiden, doch zich uitstrekt van een zeer lang
verleden tot een zeer verre toekomst en alzoo
honderdtallen van eeuwen duurt.
Er is dus een voortbestaan na den doodtel
kens moeten de lichamen zijn uitgesleten en bij
de vele malen herhaalde wedergeboorte wordt
een telkens hooger standpunt ingenomen en een
hoogere trap op den ladder der evolutie bereikt.
Volgens een theosoof is de mensch een drie
voudig wezen met een lichaam van stoffelijke
stof, een van fijnere (astrale) stof en een nög
fijner stof, de geest of het geestelijk lichaam
welke lichamen elkaar geheel doordringen, doch
ieder een eigen phase van bewustzijn hebben
de vegetatieve kracht (het leven als de plant),
het gevoel (lust of onlust, wil of onwil) en de
rede (welke slechts den mensch eigen is).
Wanneer de mensch in wakenden toestand is,
werken deze drie lichamen in vereeniging en
leeft, gevoelt en denkt hij te gelijker tijd. Slaapt
de mensch, dan begeven zielelichaam en geestea-
lichaam zich in de zielewereld, (iemand spreekt
in zijn droom een ander, van wien hij later hoort,
dat deze hem op 't eigen oogenblik eveDzeer
meent gesproken te hebben. Volgens spr. zjjn
daarvan feiten te over geconstateerd.
Evenals bij den droom gaat, na hetgeen wij
den dood noemen, volkomen de zelfde mensoh,
met de zelfde herinnering, alleen zonder Btoffelijk
lichaam en dus zonder in contact te komen met
de menschen op deze wereld, over naar de ziele
wereld; hij moet dan de oude begeerten, welke
hij telkens weer voelt opwellen, uitslijten tot hy
van lieverlede is gezuiverd en kan overgaan naar
de geestenwereld. Heeft hij ook daar zijn ver
blijf ten einde gebracht, dan sterft ook het geee-
teslichaam en blijft alleen de ik-heid.
De opstijgende reiB door de drie werelden is
dan volbracht en nu vangt de nederdalende aan
Om de ik-heid groeit een nieuw geestealichaam,
daaromheen weer een nieuw stoffelijk lichaam
en de oude geest hecht zich uu aau een pasge
boren kind, met iets meer kracht, iets meer
kennis, met da som van al de essentie van zijn
leven, telkens sterker, breeder, omvattender dan
bij vorige incarnaties.
Hieruit volgt, zegt spr., dat alle menschen
die thans leven reeds honderden malen hebben
geleefd en ook nog honderden malen op deze
wereld zullen terugkeeren, telkens met meer
„geweten" (een complex van weten, evenals ge
vogelte voorveel vogels).
Er zijn volgens spr. menschen, die zich de
vorige levens kunnen herinneren, hetgeen al een
zeer groote hoeveelheid van ontwikkeling aan
duidt.
Opdat nu de mensoh in den nieuwen toestand
een niet al te onaangenaam bestaan zal hebben
en te gelijk het tijdperk voor zijn reïncarnatie
zooveel mogelijk zal bekorten, leert de theosofie,
dat wij op deze aarde niet te veel moeten hechten
aan al het wereldsche. De theosofie bereidt al
dus voor tot het volgend leven, opdat daarin,
tijdverlies worde voorkomen.
Nog zij gemeld, dat volgens spr. de deskundigen
het gemiddeld tijdperk der reïncarnatie stellen
op 1500 jaar en dat volgens spr. het leven na
den dood volkomen natuurlijk en tastbaar is en
als 't ware een octaaf hooger dan het leven op
aarde, terwijl het wordt bestudeerd en gekend
en systematisch onderzocht. Zoo weet men, dat
ook hiernamaals wordt genoten van muziek, vau
een fraai landschap, enz.
Van de gelegenheid om vragen te stellen, welke
om half tien word gegeven, maakte slechts prof.
Kenninck gebruik, die met Tollens don uitslag
niet wilde rekenen doch alleen het doel telde
en naast de leer der reïncarnatie der theosofen
die der zielsverhuizing van de oudheid stelde.
Spr. vroeg waarvan hot grooter aantul menschen
oogenblik stil eer bij antwoorddet.
Ja, ga maar weg, beste meid; we kunnen
vanmiddag niet komen, zei bij.
Het meisje keerde zich boos om.
Somersby wierp opgewonden, met een bijna
waanzinnigen blik op zijn gelaat. Zijn ongeluk
duurde voort eu spoedig bad bij zelfs ziju erfdeel
verloren het laatste dal hem nog was overgebleven.
Hij stond onvast van tafel op. Zijn gelaat was
gloeiend eu het was duidelijk, dat hjj veel gedronken
bad.
De kapitein was integendeel volkomen kalm en
koelbloedig.
Alles is gedaan, zei Somersby met de grootste
neerslachtigheid.
Eenige oogenblikken heerschte er stilte en toen
merkte de kapitein op:
Je hadt zeker niet verwacht, dat jo vanmiddag
het genoegen xou hebben van miss Scourfield's
gezelschap
Somersby keerde zich om en zag hem toornig
Neenwaarom zei hij heesch.
De kapitein wierp rijn sigaar weg en stak een
sigaret aan.
Ik dacht, merkte hjj op, terwjjl hjj een mondvol
rook wegblies, dat zij misschien verbaasd zou z\jn
als ze jo verliezen kende.
Wat bedoel je? vroeg Somersby, nog meer
blozend.
Ik begrjjp, dat je >n die richting hoop koestert,
voegde de kapitein er aan toe.
De ander viel met een kreet van wanhoop neer
op eeu stoel.
't Schijnt me too, zei hij droevig, dat 't sleohts
t\jd verspillen is, te hopen. Ik durf haar niet ten
huwelijk vragen. Wat neeft ze aan een amr
een geraïneerden dobbelaar. Zeg 't mij eeDS?
De kapitein maakte een smeekend gebaar.
O, 't is zoo klaar als het dachlioht, dat ik mijn
kans verspeeld heb. Ik sta haar af aan een beter man.
De kapitein krulde zijn snor op.
't Zou een gemakkelijke verovering zijn geweest,
wanneer dit niet was voorgevallen, merkte hij op.
Dat zeg ik nog niet, zei de ander, maar mjj
dacht, dat zjj toch iets om mjj gaf; dwaas, die ik
toch was. Natuurlijk weet zjj niets van mijn
buitensporig dobbeleD.
Ik zal je nog éen kans geven, zei de kapitein
langzaam, alsof hy zijn woorden aandachtig overwoog.
Hoe bedoel je dat, vroeg Somersby,
Ik bedoel uit, zsi de kapitein, dut 't, daar je
toch nogal zeker van haar bent afgescheiden van
dit je kans uiet veel zal schadeu, wanneer je bot
voorstel aanneemt, dat ik je zal doen. Ik zal nog
éen partij met je spelen op voorwaarde, dat je je
recht om baar ten buweljjk te vragen gedurende
laat me xeggeu twaalf inaaDden zet, tegen al wat
ik heden gewonnen heb met andere woorden als
je wint, krijg je alles terugals je verliest, geef ie
me je woord vau eer, dat je deze dame gedurende
twaalf maanden uiet over liefde zult spreken. Stem
je toe?
De jouge man stond op en onderzocht voor een
oogenblik nauwkeurig hel gelaat van den kapiteiu.
Begrijp ik 't goed, dat je haar wilt trouwen?
vroeg hij, ten laatste.
De kapitein boog.
Ik heb reeds kennis met de lieve jonge dame
gemaakt, antwoordde bjj, en zeker zou ik haar gaarne
willen huwen.
(Wordt vervolgd.)