Zaterdag 23
December
1905.
No. 7137.
55e Jaargang
bijvoegsel.
Eerste Blad.
Feuilleton.
Het telegram,
05rii™&. ft me verbooldde
■aaiasiïSSitfAiw—
UITGAVE:
etl Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.
FIRMA A ïj - .illlriPfSlft o,? f A rtentiën 1—6 ref?eJs 60 cent; elke regel meer 10 cent. Legale-,
FIRIWA A. H. VAN CLEEFF mee 025 0',te,8en,n8sa',vei ^tiën per regel 15 cent. Reclames 1-5 regels 1.25; elke regel
(7Pi.i>nni.« \l i 100t° 'ntters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening
gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
ij at vei tentiën van buite>i de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU
te AMERSFOORT.
KORTEGRACHT 9.
Teleplioon 19.
ö'j «lit nummer behoort een
ij dio zich met ingang van
1 Januari op deze courant
wenschen te abonneeren
ontvangen de tot dien da
tum v erschijnende nummers
KOSTELOOS
K E N N 1 S O E T I NOEN.
AMERSFOORT™™ WETHOUDERS van
brenjfe» tor kennis van den belanghelA'smlan.dat
het bureau van den Burgerlijken Slaad op de beide
Kerstdagen en den Nieuwjaarsdag, op aanvrage, voor
liet publiek geopend zal zijn des voormiddags van
8'/, tot 9 uur, uitsluitend tot het doen van aangiften
van geboorte of overlijden.
Do aanvrage geschiedt aan het Gemeentehuis, mon
deling of schriftelijk, uiterlijk tusscheu 8 eu 8'L uur
des voormiddags van deu dag, waarop meu aangifte
wil doeu.
Amersfoort, 21 December 1905.
Burgemeester ou Wotlioudcra voornoemd.
De Burgemeester,
WÜIJTIERS.
De .Secretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Kosteloozc-Inentiug,
Do BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
AMERSFOORT,
Gelet op nrtiicel 18 dor Wet van 4 December 1872
(Staatsblad No. 134)
brengen ter kennis van belanghebbenden, dat voor
eon ieder de gelegenheid tot kostelooze inenting
wordt gegeven op den 2 Januari eu den TWEEDEN
MAANDAG van da maand Januari, a.s. telkens dos
namiddags te drie ure, iu de daartoe bestemde lo
kaliteit van bet voormalig schoolgebouw ttyk A,
Koestraat no. 9.
Amersfoort, 21 December 1905.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoort,
De Burgemeester,
WÜIJTIERS.
De Seeretaris,
J. G. STENFERT KROESE.
Do BURGEMEESTER van AMERSFOORT
Gezien artikel 41 der Gemeentewet
fttimgfïtl '.tennis van deingozeten en, dat de Raad
dezer gemeente zal vergadereu op Donderdag, don 28
December aanslaande des namiddags te 1'/, uro.
Amersfoort, 22 December 1905.
De Burgemeester voornoemd
WÜIJTIERS!
2.)
Nu dau, mijn kind, zeide de oude heer Pepper
corn, Bob is rijk en .vat de wereld noemt eon
gentleman.
Ja, oom.
Eu Polly, denk jo wol eens nan Bob l
Aan hem denkon? Natuurlijk.
Ja, natuurlijk. Maar ernstig? Denk je er wol
eens ovor, als hij je eens nader zou zijn tan thans
Godilunk^Het ,my vroeg zij, met ter-
is 't ook maar verbeelding dat—dat lo»>-
"TwlrHmTm hoofd ïink.n en anlwoorddo droevig
I D~mU'f.,ï"k,'tS dubt, riep P.»
zijn y«ü",l,t^l®nv'^)r „.ijzoWe bewaard had, maar
Onder de Mimosa.
(Vrij naar „Dreaina" van Olive Schreiner.)
Ik zag eeu woestijn en een vrouw, die
daaruit kwatn en zich naar den zeer
steilen oever een donkere rivier begaf.
Eu een oud man, met een lange witte
baard, ontmoette haar daar op de knoes
tige stok die hij in de hand droeg, was
geschreven: Rede.
En hij vroeg haar, wat zij begeerde en
zij zeide: „Ik ben een vrouw en zoek
naar de vrijheid."
En hij zeide„Zij is voor u."
En zij zeide„Ik zie niets vóór mij
dan een donkere rivier en een stellen en
hoogeu oever en afgebrokkelde stukken,
hier en daar met zwaar zand gevuld."
En hij zeide„En aan gene zijde
daarvan?"
Zij zeide: „Ik zie niets, maar soms,
als ik mijn hand voor mijn oogen houd,
meen ik op den anderen oever hoornen
en heuvels te zien en de zon die daarop
schijnt."
llij zeideDat is het land van vrij
heid."
Zij zeide: „Hoe kom ik daar?"
Hij zeideDaar is éen weg, éen enkele
slechts. Beneden langs de oevers van den
arbeid, door het water van het lijden.
Daar is geen andere."
Zij zeide„Is er geen brug
Hij antwoordde: „Neen."
Zij zeide„Is het water diep
Hij Zeide „Zeer diep."
Zij zeide: „ls de bodem slecht?"
Hij zeide: „Ja. Uw voet kauteeeniger
tjjd uitglijden eu dan zijt ge verloren."
Zij zeide: „Zijn er reeds doorgegaan?"
Hij zeide: „Sommigen beproefden het."
Zij zeide: „Is er eenig spoor, dataan-
wijst waar de best doorwaadbare plaats
is r
Hij zeide„Het moet gemaakt worden."
Zij hield de hand voor haar oogen en
zeide: „Ik zal gaan."
En hij zeide: „Gij moet de kleederen
weg doen, welke gij in de woestjju hebt
gedragenzij hinderen iemand als hjj
zoo gekleed te water gaat."
gelukkig getrouwd ia. zult u mij vergeven. En het
gelaat met de handen bedekkend, snelde zij de
kamer uit.
HmIk wist 't wel - - ik wist 't wel, herhaalde
de oude man, heen eu weer wandeelend. Peter
Peppercorn, je bont een dwaas een dwaas, mijnheer.
Als je hem aan je pekelvaatjea gehouden en een
uitjesschiller van hm gemaakt hadt, zou dU niet
gebeurd zijn. Maar noen, door de zwakheid van je
hoofd, heb je een gentleman van hem willen maken.
En can leelijken dwarskop heb je er van gemaakt.
Je verdient gegeeseld to worden, oude dwaas die je
Om zijn woorden wat kracht bij te zetten liet hij
het voetenbankje door de kamer vliegen, toen Bob
eensklaps binnentrad, vergezeld door Sir Guillaume
Hawksieigh en zijn dochter.
He, papa! riojj hjj, wat is er gaande Eon beetje
aan 't oefenen voor een voetbalmatch, of
NeaD, zei Poter, nog steeds heen eu weer loo
peud, ik laat eou beeijo stoom vliegen, anders barst
de ketel nogik
Stil. pa! zei Bob, hem wat kalmeerend. Uhebt
onze bezoekers nog niet gezien. Mag ik u voorstellen
Alice Sir Guillaumedit is myu vader.
Hoe gaat 't met u, juli rouw zei Peter, zijn
gasten de band schuddend. Hoe gaat 't met u, bir
Gullem? Alles gezond?
Aangenaam keunis te makeu, zoi de baronet,
Wil hebben al veel over u gehoord, ofschoon we nog
nimmer het genoegen hadden, u te ontmoeten.
ï- Van mij geboord Nu, ja dat geloof ik ook wel.
l'Honercorn's „Pickle's" zijn op ieders ippen.
$>b wierp een woedenden blik op zijn vader maar
de oude man bemerkte het niet, want, Sir Guillaume
die alles iu de rondte eeos goed opnam, zeide
U hebt hier eeu aardig huis, mynheer Popper-
°°Hii voegde er teriüde bi).Wat een leelij It. rommel
-_TÏ «"SS* op, eei Peter. Het
En vroolijk wierp zij den mantel van
oud-aangenomen meeningen van zich,
welke zij droegwant hij was vol gaten.
En zij nam den gordel van haar middel,
welken zij zoo lang bewaard had; en de
motten vlogen wolksgewgze daaruit.
En hij zeide: „Doe de schoenen dei-
af hankelijkheid van uw voeten."
En zij stond daar naakt, op een wit
kleed na, dat dicht om haar heensloot.
En hij zeide„Dat moogt gij behouden.
•Zulk een kleed dragen zij in het land
der vrijheid. In het water drijft het;
het komt altijd boven."
En ik zag, dat op de borstzijde was
geschreven „Waarheid"; en het was wit.
De zon had niet dikwijls daarop ge
schenen de andere kleederen hadden
het bedekt.
En hij zeide; „Neem dezen stok, houdt
hem vast. Op den dag, waarop hij u
uit de hand glijdt, zijt ge verloren. Werp
hem vóór u uit, tast naar uw weg waar
hg geen grond vindt, zet daar uw voet
niet."
En zij zeide: „Ik ben gereed; laat
mg gaan."
Eu hg zeide„Neen blijfwat is
dat aan uw borst?"
Zij zweeg.
Hij zeide„Maak het open en laat het
mij zien."
En zij opende het. En tegen haar borst
vleidde zich een slank ietsen de blonde
lokken boven zijn voorhoofd drukten
tegen haar aan en zijn knieën waren
tot haar opgetrokken.
En Rede zeideWie is dat en wat
doet hij hier
Eu zij zeide: „Zie zijn kleine vleugels."
En Rede zeide„Leg hem neer."
En zij zeide: „Hij slaapt en droomt.
Ik wil hem meenemen naar het land
van vrijheid. Hij is zoo lang een kind
geweest als ik hem droegin het land
van vrijheid zal hij een man zijn. Wij
zullen daar samen wandeleD, en zijn
groote blanke vleugels zullen mij over
schaduwen. Hij heeft slechts éen woord
tot mij gefluisterd in de woestijn
„liefde!" Ik heb gedroomd, dat hij in
dat land zou leeren „vriendschap" te
En Rede zeide „Leg hem neer."
En zij zeide „Ik wil hem zóo dragen,
met éen arm en met den andere wil ik
zwemmen."
Hg zeide„Leg hem neer op den
grond. Als gij te water zijt, zult gij
vergeten te zwemmen; gij zult alleen
aan hem denken. Leg hem neer. Hg
zal niet sterven. Zoodra hij bemerkt,
dat gij hem hebt alleen gelaten, zal hij
zijn vleugels uitspreiden en vliegen. Vóór
u zal hij in het land van vrijheid zijn.
Zij die het land der vrijheid bereiken,
zien Liefdes hand het eerst zich naar
zich uitstrekken om hen te helpen. Aan
uw horst kan hij niet gedijenleg hem
neer, opdat hij groeie."
En zij legde hem neer op de aardeen
streek zijn vleugels glad. En ik zag, dat
het haar op haar voorhoofd wit werd
als sneeuw, en dat zij van jong was oud
geworden.
En zij stond een goed eind verwijderd
van den oever der rivier. En zij zeide
Waarom zal ik naar dat verre land
;aan, wat niemand ooit bereikt heeft
ik ben alleen Ik ben geheel alleen."
En Rede, de oude man, zeide tot haar
„Stil, wat hoort gij
En zij 1 nistér de opmerkzaam en zij
:eide„Ik hoor een geluid van voet
stappen, duizend maal, tienduizend en
duizenden duizendtallen, en zij komen
dezen kant op."
Hij zeide„Dat zijn de voeten van hen,
die u zullen volgen. Ga hen voor, maak
een spoor op den waterspiegelWaar gij
nu staat, zal de grond platgetrapt worden
door duizendmaal tienduizenden voeten.
Hebt gij gezien hoe de sprinkhanen een
stroom overgaan De eerste komt beneden
tot den waterspiegel en drijft weg, en
dan komt een ander, nog een ander en
weer een ander, en ten laatste vormen
huu opeengestapelde lichamen een brug,
en de overigen gaan daar langs."
Zij zeide„En vau diegenen die het
eerst komen, drijven sommigen ver weg
en men hoort van hen niets meervan
De schilderijen zijn mooi, vindt u niet?
Peter. Allemaal echte olie-schilderstukken en met de
hand geschilderd.
Is 't mogeliyk? vroeg de baronet, met een spot
lach de schilderijen beschouwend. U schijnt niet veel
voorliefde te hebben voor oude meesters I
Neen, dank jeik moet niets hebben van dio
afgedankte oude meesters. Geef mij maar iets spik
splinternieuws. Daar zie je ze, voegde bij er trotscb
by, op alle vier de muren wijzend. Nu, ik zeg je,
dat er vele vau uw adelijke vrieuden niet kunnen
pochen op zulke schiiderijen I
Dat kan we)
Zoo bleven zij doorkrakeelen en op het laatst zei
Peter
De oude man is gek.
Pa, zoi Bob, op zijn vader toetredend, Sir Guil
laume wenscht, geloof ik, u even nog alleen te
spreken.
Sir Guillaume, met uwjverlof gaan miss Hawks
ieigh eu ik wat wandelen in den tuin. Ik heb be
loofd, haar onze rozen eens te laten zien.
Alice zal dat heerlijk vindon, zei de baronet,
nietwaar, liefste?
Natuurlijk, antwoordde zij koel.
Tusschou twee haakjes, Sir Guillaume, zei Bob,
ik heb vader reeds gesproken over de
Bloembollen?
-- Ja, antwoordde Bob.
Ach zei Peter, spreken over bloembollen, miss
Hawksieigh, terwijl Bob u in den tuin onze uitjes
zal laten zien. Wij hebben de mooiste soorten vau
die
Uieu, zoi Alice, met een griezelige huivering.
Stinkende, leelijke, afschuwelijke dingenkom myn
heer Robert
Wat zegt ze, afschuwelijk? zei Peter buiten
adem, toon beiden de kamer hadden verlaten. Wel,
't meisje is al even gek als haar vader. Eu voor
zoon' opgedirkte pop moet myn Polly plaatsmaken?
Nu, Sir Gullem, zei Peter, na oen korte afwe
zigheid met een papier in de hand de kamer bin
nentredend, ik heb eens nagedacht over hetgeen u
zei en heb de effecten-lijst eenB bekeken, maar kan
nergens uw maatschappij vinden.
Wel e neeu, zei Sir Guillaume met een
lichte aarzeling. U moet weten, de bloembollen
zitten, om 't zoo uit to drukken, op 't oogenblik
nog onder den grond, maar ze nemen mot groote
snelheid toe worden dagelijks eD dagelijks grooter.
De kleine groene koppen zijn reeds...
Met „groene koppen" bedoelt u zeker de aan
deelhouders, nietwaar? zei Peter, met een eigenaar
digo flikkering in de oogen.
Hé? O ja, natuurlijk. Ha ha, mynheer Pep
peroorn I Zeer goed. Juist; ja! Het aaotal parti
culiere aanvragen om aaodeolen is enorm. Binnen
een maand zullen we goed voor den dag kunnen
komen binnen twee maanden zullen we weelderig
bloeien eu vóór drie maanden verloopen zijn,
zullen we in vollen bloei zijn.
Hm 1 zei Peter, zooals u de dingen opneemt,
zien ze er nogal florissant uit, maar er komt toch
soms vorst, die allee vernielt, niet waar?
Myu waarde heer, ik ben er zeker van dat,
wanneer de zaak goed wordt bestuurd, ons succés
buitengewoon zal zijn. Hot mag in 't begin al wat
énergie eischen, maar ik
Omdat u een baronet is, moet u ook een on
dornemend man zijn, nietwaar? Ha, ha!
Juist. Zeer goed, prachtig, zei Sir Guillaume,
er buiten adem bijvoegond: „Die gemeene oude
schurk!" Natuurlijk, ging hij verder, zijn gewonen
conversatitietoon weer aannemend;: „zooals u kunt
begrijpen, zal mijn tiiol ongetwijfeld de zaak kracht
bijzetten en als we er nu nog maar de namen van
tweo voorname personen by konden voegenzooals
uzelf, mijnheer Peppercorn ia ons succes verzekerd.
Papal zei Bob, haastig binnentredend, alatu
blieft. Hier is een telegram voor u, maar vóór u
het opent, pa, feliciteer mo eensmiss Hawksieigh
heeft er in toegestemd, mijn vrouw te worden.
(81ot volgt.)