September 1907. No. 7401 56e Jaargang. KOSTELOOS. Feuilleton. - ANGELINA. UITGAVE firma a. h van cleeff te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdagen Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1. franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Legale, officieële- en onteigeningsadvertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels 1.25; elke regel meer 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT 9- Postbus 9. Telephoon 19. Bij dit nummer behoort een Bijvoegsel. Wie zich met 1 OCTOBER wenseht te doen in schrijven als abonné, ontvangt ae tot dien datnin verschijnende nummers KENNISGEVINGEN. De BURGEMEESTER der gemeente AMERS FOORT brengt ter kennis, dat door den Minister van Oor log ia bepaald, dat de datum van opkomst voor herhalingsoefeningen van de Israëlietische militaire verlofgangers, die zich tusschon 15 September en 1 October a.s. onder de wapeneu souden moeten be vinden, nader wordt vastgesteld op 7 October 1907. Amersfoort, 12 September 1907. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIER8. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gelet op art. 264 der Gemeentewet, Doen te weten, dat het tweede suppletoir kohier der Plaatselijke directe belasting naar het inkomen over het dienstjaar 1907, goedgekeurd door Gedepu teerde Staten van Utrecht, in afschrift gedurende vijf maanden op de Secretarie der Gemeente voor een ieder ter lezing ligt. Amersfoort, 18 September 1907. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFERT KROESE. De BURGEMEESTER der Gemeente AMERS FOORT brengt, ter voldoening aan de aanschrijving van den Commissaris der Koningin in de provincie Utrecht d.d. 10 September 1907, 4e afdeeling, no. 4848/8589, ter keunis van belanghebbenden, dat in de Gemeenteu De Bilt, Soest, Schalkwijk.Tuil en 't Waal gevallen van MOND- en KLAUWZEER zijn voor gekomen. Amersfoort, IS September 1907. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. 26.) In het heel groote gebouw was geen enkele ka mer, waar Angelina zich recht thuis gevoelde. Zelfs in baar boudoir, dat voorzien was van donker.oode gordijnen en stoelen, waarvan de zittingen met zij den tryp van de zelfde kleur waren overtrokken, was zij niet recbt op haar gemak. Om haar zuster niet te kwetsen, wier trotsche schoonheid zeer goed in deze omgeving paste en die zich hier ook zeer wel thuis gevoelde, zei Ie Ange lina niet hoe weinig haar het verblijf in het paleis beviel. In de eerste dagen trachtte zij baar kamers een vriendelijk aanzien te geveu door hier en daar bloei ende planten en snuisterijen te plaatsen, die zy liet aankoopen 'loor de kamenier, welke haar was toe gewezen, Weldra liet zij echter alles weer wegnemen, want de fraaie beeldjes van porselein pasten slecht bij de logge kasten en breede étagères en de bloe roen kwijnden bij gebrek aan helder licht. Zoomin als het verblijf in het paleis Angelina be haagde, zoomin beviel haar ook geheel Petersburg met zijn leven en drukte in huis en op straat. Gemma en Roman lieten geen gelegenheid voor bijgaan om Angelina uftcidiug te bezorgen. Zij brach ten haar naar den schouwburg eD naar concerten, bezochten met haar verschillende avondpartijen en ontvingen bijna dagelijks gasten in hun huis. Overal waar Angelina kwam, trok zij de bewon derende blikken der aanwezigen tot zich en spoedig was zij de lieveling der boogere gezelschapskringen te Petersburg, niet alleen om haar eigenaardige schoonheid, maar ook om haar vriendelijk en be scheiden optreden. Doch ondanks al den glans die haar omstraalde, al de feesten die zij bijwoonde, al da vereering die baar ten deel viel, gevoelde Angelina in haar bin nenste een troostelooze leegte. „Mijn meesteres is ziek," dacht de Russische ka menier, die Angelina bediende. „Zij laat bet hoofd hangen, evenala de bloemen, die ik uit baar kamers moest wegnemen. Die Beurden spoedig weer op, toen Jacob van Campon gehuldigd. Als uitvloeisel van de Woensdagavond gehouden vergadering van het Genoot schap >Architectura et Amicitia" te Am sterdam, waarin de heer A. W. Weissman naar aanleiding van den 250sten sterfdag van „d'acrtsbouheer" Jacob van Campen over zijn grooten ambtgenoot zeer belang rijke historische mededeelingen deed zoowel op het gebied der kunstgeschie denis als op dat der biografie had gisterochtend half twaalf in da St Joris- kerlc hier een treffende plechtigheid plaats. Daartoe waren naar hier gekomen de heeren A. Salm Gbz., G. van Arkel en J. Ingenohl, vertegenwoordigend „Archi tecture" en A. W. Weissman en L. C. Dumont, als vertegenwoordigers van de «Maatschappij tot bevordering der bouw kunst". De plechtigheid werd bijgewoond door het college van kerkvoogden der Ned. Hervormde gemeente, eenige predikanten, die toevallig in ring-vergadering bijeen waren, en omdat er weinig rucht baarheid was gegeven aan het vrijwel plotseling opgekomen voornemen slechts enkele belangstellenden. De heer Salm, Voorzitter van «Arcbi- tectura" begon met kerkvoogden te danken voor hun vergunning om aan het graf- teeken van Jacob van Campen een krans te mogen hechten, een hulde welke beide hier vertegenwoordigde bouwkundige vereeni- gingen meenden te moeten brengen aan Neerlands grootsten bouwmeester, een liuldo aansluitend op de voordracht van den heer Weissman, wiens speciale studiën over Jacob van Campen er beide Maat schappijen toe hebben gebracht den250sten sterfdag niet onopgemerkt te doen voorbij gaan. De heer Weissman, nu het woord vorkrijgend, zeide: Heden den 13 September is het 250 jaar geleden, dat de »Architectus incompara- bilus" Jacob van Campen stierf. Hij is begraven in deze Groote kerk te Amers- foort^jvaa^^ij^^wagei^an^Heeren^ zij in bet zonnige vertrek van den tuinman stonden. Misschien zou zy ook weer opfleuren, als er iemand kwam, die baar elders heenvoerde. Wellicht heeft zjj heimwee naar haar vaderland." Angelina's voorkomen trok ook de aandacht van Sulkowsky en deze maakte er Gemma opmerkzaam op. Tersluiks keek de prinses haar zuster onderzoe kend aau. „Je hebt gelijk, ze is bleeker en magerder gewor den," erkende zij, „maar dat is toe te schrijven aan de vele feestelijkheden. Wij zullen een kalmer leven moeten beginnen, anders wordt zij te langen leste nog ziek." Werkelijk vermeden zij nu in den eerstvolgenden tijd zooveel mogelijk alle inspannende vermaken, maar ondanks alles werden Angelina's wangen niet ronder en haar oogen niet vrooiijker. Sulkowsky spoorde zijn vrouw aan, Angelina te bewegeD, haar hart voor haar zuster uit te storten; doch daarvan wilde Gemma uiets weteu. „Natuurlijk heeft zjj barteleed," zeide zij. „Maar aangezien zij stellig niet treurt om de scheiding van papa zou 't zeer onverstandig wezen, haar uit te vorschen. Daardoor wordt het kwaad niet beter maar slechter. Als de persoon, uaar wien zij verlangt, haar uiet weet te viudeu, dan beantwoordt hij baar toe genegenheid niet en het beste is dan, dat wy er niet naar vragen. Zjj overwint het spoedigst haar leed, als men er niet over spreekt." Roman maakte nog verschillende tegenwerpingen, naar Gemma wist hem ten slotte toch te overtuigen, dat zjj gelijk bad. In de eerstvolgende dagen meende Angelina op te merken, dat zoowel Gemma als Roruan in e9n gedrukte stemming verkeerden. Gemma zag er met haar somber gefronst voorhoofd uit ala een ver toornde godin ea 8ulkowsky zat meermalen ureu lang in den eenen of anderen hoek van de half duistere kamers te peinzen. Dan hielden z'j weer fluisterend lange gesprekken en Angelina meende daarbij meermalen den naam vau baar vader te Er moest iets voorgevallen zjju te Berljjn. Tever geefs overpeinsde Angelina de vraag, wat dit toch wel zou kunnen wezeu. Eens vroeg zjj er Gemma tiaar, maar deze scheepte baar af met een ongeduldig uitgesproken: „Kind dat gaat je niet aan." Een brief van baar vader, dien zjj kort daarna ontving, verschafte hoar opheldering. Ferrari deelde zyn dochter daarin mede, dat hjj genoodzaakt zou en zijn zuster Geertruyd van Campen, echtelieden,hem het monument hebben op gericht, waaromheen wij thans staan ge schaard. Vondel vertoefde in Denemarken, toen Van Campen overleedmaar toen hij teruggekeerd was, maakte hij het graf schrift, dat we hier lezen >De Aertsbouheer uit de Stam Van Kampen ligt hieronder Die 't Raadhuis t' Amsterdam Gebouwd heeft, 't achtste wonder." Vondel plaatste hieronder «gestorven 23 September 1657", een dagteekening, die ock wordt opgegeven in het gedicht, dat Jan Asselijn ter gedachtenis aan Van Campen vervaardigde. Hoe dit verschil te rijmen is, laat zich niet met zekerheid zeggen. Misschien rekende men hier te Amersfoort, waar Van Campen begraven is, naar den ouden stijl terwijl Vondel en Asselijn den nieuwen stij*, toen te Am sterdam gebruikelijk, volgden. Het kan echter ook zijn, dat in 1841, toen de zerk hersteld is, de uitgesleten 2 in een 1 is veranderd, Eigenaardig is het verder, dat Hou- braken, op gezag van een te Haarlem verschenen dichtwerk, waarvan geen exemplaar meer bekend is, den sterfdag van Van Campen als 4 Maart 1658 opgeeft. Maar daar wij weten, dat de erfgenamen van Van Campen den 22 September 1657 voor flOO het graf in de kerk te Amers foort kochten, zoo kan het overlijden niet 23 September 1657, laat staan 4 Maart 1658, hebben plaats gevonden, en is de datum van 13 September de meest waar schijnlijke. Vondel zal niet goed ingelicht zijn, toen hij van zijn reis thuis kwam. Hij heeft wel eens meer gedwaald, wat men een dichter niet hl te kwalijk mag nemen. Een bewijs van dit dwalen is zijn vers »De Nachtigael van Amersfoort", gemaakt nadat Van Campen gestorven was. Deze «nachtegaal" is de bouwmeester zelf, die door Vondel dus genoemd werd, omdat de dichter meende, dat Van Campen nooit eenig^ionorariuir^i bracht. De nachtegaal laat zich óok niet voor haar zang betalen. Het onderzoek der archieven heeft echter geleerd, dat Van Campen, wat niemand hem kwalijk nemen zal, flink gehonoreerd werd, en dus op den titel van nachtegaal geen aanspraak had. Erger maakte Vondel het toen hij be weerde, dat deze «nachtegaal" te Amers foort geboren en opgevoed was. Alle 17e eeuwsche schrijvers, in het bijzonder Ampzing in 1628 en Schrevelius in 1647, hadden Haarlem als de geboorte plaats van Van Campen gonoemd. Vondel werd geloofdna hem kwam Van Bemmel, die zonder verder onder zoek Van Campen onder de te Amersfoort geboren kustenaars rangschikte, en toen hristiaan Kramm in 1864 alle bronnen vergeleek, wist hij de tegenstrijdigheid slechts op te lossen door twee personen van den eenen Jacob van Campen te maken De eene, de schilder, zou te Haar lem, de andere, de bouwmeester, zou te Amersfoort geboren zijn. Deze tweeling bleef in de kunstgeschie denis jaren lang gehandhaafd. Zelfs dr. Hofstede de Groot twijfelde in zijn »QuelIenstudien" niet aan zijn bestaan. Ten slotte verschaften ook hier de archieven licht en bleek het, dat er maar ëen Jacob van Campen geweest is, die, als zoon van Pieter Jacobsz van Campen en Gerritgen Claes Berendsdochter, den 2 Februari 1595 te Haarlem geboren en den 15 Juli daaraanvolgende in de Groote kerk aldaar gedoopt werd. Dat Van Campen al vroeg een vermaard schilder was, staat vast. Reeds in 1618 maakte hij oen afbeelding van Laurens Janszoon Coster, die, door J. van de Velde gegraveerd, als illustratie aan de »Laure-Crans voor Laurens Coster" door Petrus Scriverius werd toegevoegd. En de Haarlemsche geschiedschrijver Ampzing zegt in 1628 ♦Van Campen en behoeft voor niemand ook te wijken Ja. mag de kroon vau 't hoofd van alle schilders strijken". rijn, rijn huis te verkoopen, wanueerzijuschoonzoou voortging met hen» onvoldoende te ondersteunen. Ten slotte verzocht hij „zijn lieveling" voor hem by Sulkowsky een goed woordje te doeu en hem, „den armen, gebreklydeuden vader", een kleinigheid te zenden van haar speldegeid, dat zeker wel ruim voldoende zou wezen voor haar behoeften. Angelina verscheurde den brief en wierp destuk ken in het vuur. Haar gelaat werd rood van schaamte by het bedenken hoe weinig dankbaar haar vader was jegens Sulkowsky voor de goedheid, die deze hem dagelijks in ruime mate betoonde. De som, welke zij daags ua baar kemst te Peters burg van Gemma had gekregen om daaruit baar kleine uitgaveu te bestrijden, was bijna uog onaan geroerd. Angelina bracht dit geld zelf naar de post en zond het aan hAar vader,doch tegelijkertijd wees zy hem in een brief er op, dat haar middelen nu geheel uitgeput waren. „Hij is zeker boos op mij, omdat de som geld, die ik hem zond, zoo gering was in zjjn oogen," dacht zy. Het was een koude, winderige namiddag in Oc tober. Angelina stond aau bet venster van baar boudoir en keek naar bet vallen der eerste sneeuw vlokken. Plotseling werd zy uit haar droomen op geschrikt door het gedruisch van een opengaande deur. Zy keerde zicb om en zag haar vader voor zich staan. „Goeden dag, mijn kind," riep bij op luchtharti- gen toon, alsof zijD verschijnen iets beel natuurlijks was. „De bediende wilde mjj eerst aandienen, maar ik wenschte je liever te verrassen. Angelina was inderdaad verrast. Haar voeten kon den haar nauwelijks dragen on met beveude stem vroeg zy of Gemma en Roman reeds van zjjn komst onderricht waren. Ferrari maakte een afwijzend gebaar. „Och, die twee zie ik altyd nog vroeg genoeg. Om jou, mjjn kind, om jou alleen ben ik hier gekomen eu daarom zocht ik je ook allereerst op. Je kunt uiet begrijpen, hoe ,ik voortdurend naar je verlangd heb," voegde by er op theatrale wjjze bij, terwjjl hjj iutusscheu onderzoekend in de kamer rondkeek. „Hebt u de villa verkocht V' vroeg Angelina, alleen om maar iets te zeggen. „Och kom, wel neen I" „In uw laatsten brief hebt u daarover gesproken." „Een poos lang heb ik er wel plan op gehad maar ik ben van voornemen veranderd zoodra ik genoeg middelen in banden had." „Het doet me veel pleizier, dat ik unit den nood kou helpen, zeide Angelina." Hij keek haar eenB aau eu lachte. „Dwaasheid 1 Denk je werkelijk, dat die kleinigheid voeldoende was om mijn scbuldeischers tevreden te stellen Ala prins José mij niet te hulp gekomen was, zat ik du in gijzeling, dat is zeker." Een vluchtig lachje overtoog Angelina's gelaat. „Hy is altijd zoo goed," zeide zij en voegde er dadelijk bjj„Maar u zult zeker wel spoedig in stoat zjjn, htm het geld terug te geven, uiet waar?" „Dat hoop ik," antwoordde Ferrari met een thea trale houding. „Ik heb mij voorgenomen, met mjjn schoonzoon eens openhartig te spieken." „Roman ondersteunt ons toch met de grootste vrijgevigheid," meikte Angelina op, ter verdediging van Gemma's echtgenoot. „Zwygl" riep hij. „Daar begrjjp je niets van." Angelina liet schuchter het hoofd hangen, en Ferrari sprak nu meer gematigd„Als een door luchtige prins ondanks alle redeneeringen zjju geld buidel gesloten houdt, zal ik mjj toch wel weten te redden." Ferrari werd door Gemma koel, ja ijskoud ontvan gen, en ook Sulkowsky deed geeu moeite om zich voor te doen alsof hij verheugd was over de komst van zijn schoonvader. Doch de Italiaan scheen daarvan niets te bemerken; ook ontging het blijk baar aan zyn opmerkzaamheid, dat Gemma ijverig trachtte zyn verblijf i»> Baar huis geheim te houden voor haar bekenden. Angelina alleen wist, boe hij alles zag en gevoelde eu zy begreep meer en meer, dat haar vader slechts op een goede gelegenheid wachtte om wraak te kunnen nemen. Tegenover haar had hjj daarover duidelijk gezinspeeld. Het goedhartige meisje trachtte een schandaal te vermijden door hem tot kalmte aan te manen en zich uitsluitend uiet hem bezig te houden. Intusscben leed zjj onbeschrijflijk. Als zjj slechts dacut aan zyn nitbarstingen van woede, voer haar een rilling door de leden. „Als hjj maar zeltbebeerschingkon toonen," dacht zy. „Eén enkele twist, zooals hij reeds me rmalen heeft gebuJ, zou voor Gemma en Roman een neder laag zyn, die zjj nooit konden te boven komen.1* (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1907 | | pagina 1