Dinsdag 5
Mei 1908.
No. 7501.
57e Jaargang.
VERHUIZING.
Feuilleton.
Stadsnieuws.
HI
UITGAVE
FIRMA A. H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.
franco per post 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, oflicieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. ReolameB 15 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTEGRACHT 9.
Postbus 9.
Telepboon 19
Beleefd verzoek aan abon-
né's om bij
het nieuwe adres schriftelijk
op te geven.
Dit toch is het beste mid
del om klachten over niet-
bezorging te voorkomen.
KENNISGEVINGEN.
Studi ebenrzen.
BURGEMEESTER eu WETHOUDER8 van
AMERSFOORT
brengen ter algemeene kennis, dat blijkens Ont
vangen mededeeling. Beetuuiders-Collatoren van het
„Hendrik Nannes en Catrjjn Epes-leen" te Bolsward
voornemens ijjc, op een nader te bepalen dag in de
maand Juni over te gaan tot een begeving.
Jongelieden nit bet geslacht der stichters, wier
ouders niet in staat ign, uit eigen middelen hun
studie te bekostigen worden uitgeooodigd.xich voor
mededinging schriftelijk aan te melden bjj den beer
S. K. Bakker, Ontvanger van genoemd leen, U
Bolsward, onder overlegging van een geboorte-» cte,
aanwyzing van genoten onderwjjs, en, zoo noodig,
bewjjs van afstamming, voor of op 1 Juni e.k.
Sollicitanten moeten op 1 Mei, den dag deser
uitschrijving, teu minste 12 jaren oud z|jn en den
leeft|jd van 24 jaren nog niet hebben bereikt. Zjj
zullen zicb te onderwerpen hebben aan een verge
lijkend exawen.
Reis- en verblijfkosten worden niet vergoed.
Volgens artikel 8 van het reglement des leens
worden jongelieden, ouder dan 16 jaren, die geen
opleidiug asn een Gymnasium, H»ogere Burger
school of een daarmede in hoofdzaak galjjk staand
onderwijs bebben ontvangen, niet dan bjj gebreke
aan ben, welke die opleiding of dat onderwijs wel
bebben geuoten, benoemd.
Amersfoort, 4 Mei 1907.
Burgemeester en Wethouders
yan Amersfoort.
De Burgemeester,
WUIJTIER8.
SCHOONMAAK.
Het ligt volstrekt niet in onze bedoeling,
het koor ie vergrooten van ben, die in forscb
proza of dikwijls onbeholpen rijm den lof
der schoonmaak hebben verkond, doch veel
vaker nog haar hebben uitgekreten voor al
wat minder schoon is.
Doch nu alles werkt met boenders en
dweilen en bezems en de stofverplaatsiog
hoogtij viert, is 'tzoo'n prachtige gelegenheid
28).
Hg had «t
merae hg i
1 geen blik van haar afgewent, al bekom-
_j zich schijnbaar heelemaal niet om haar.
En nog eens drukte Dagmar de lippen vast op
elkaar en maakte met haar hoofd en schouders
eeD beweging alsof tjj zeggen wilde„nooit nooit I
„Toch gravin."
Zjj schrok en zag bem aan, een oogenblik uit
haar rol vallend. Toen zeide tg
„Ik begrgp u niet; wat beteekenen die woordeD;
waarop bebben ze betrekking?"
Hij was, terwijl z|j een oogenblik in de war was,
volkomen kalm Een overmoedig glimlaobje speelde
om s|jn lippen.
„Waarop die woerden betrekking bebben, gravin
Zonder bepaald gedscbtenlexer te s|jn, beb ik toch
gemeend, dat u zich met een zaak bezig houdt,
die u onaangenaam is. Wat het is, weet ik natuur
lijk niet; ik ben te weinig nieuwsgierig om ernaar
te vragenook waag ik het niet, u m|jn raad en
hulp aan te bieden, maar sooveel weet ik toch
weluw verzet is absoluut vergeefsobbet lot is
maohtiger dan u. Wat voor u bestemd is, moet u
dragen."
.Nooit."
Met oor.en, waarin b|jna baat te lezen stond, keek
S hem asn. Z|j w>st, dat h|j baar begrepeu bad.
y had geraden wat zij gedacht had en al had hy
om eens een extra woord te doen voor de
Dames van kleeding.
Van «Liefdadigheid" natuurlijk; het be
hoeft bijna niet er bijgevoegd.
N i alle kasten en kisten worden uitgehaald,
komt menige huismoeder zoo veel tegen, dat
ze niet meer kan gebruiken, zóo veel zelfs,
dat, al geeft ze ook veel aan dienstbode en
schoonmaakster eu al wie dezen bijstaan in
dezen tijd van schier chaotische verwarring
in het Kuis dat anders steeds zoo in de punties
ordelijk is, er nog heel wat overblyft, dat
dan maar voor den uitdrager wordt bestemd.
Bij dezen brengt bet een kleinigheid op,
terwijl dat zelfde goed door de Dames van
kleeding o! zoo graag wordt ontvangen en
bet voor ben o! zoo veel waarde beeft.
Onlangs nog kwam bij hen in een aan
vrage voor alle mogelykelyfgoed voor negen
kinderen wier ouders ben in den meest ver
vuilden toestand hadden achter gelaten. Goede
menscben trokken zich dit negental aan,
reinigden het, doch opeens merkte men op,
dat ze hun oude kleertjes niet meer konden
aantrekken, wilden de verzorgers niet ander
maal de kans loopen, dat de kinderen spoedig
weer even vervuild zoudeu zyn. Ten einJe
raad wendde men zich tot de Dam s van
kleeding, die afstonden wat ze hadden, doch
wier toch al niet groote voorraad door
deze massa-aanvrage natuurlyk thans erg
gedund is.
Ed niet alleen kledingstukken zijn welkom,
ook lappen, die men anders wegwerpt, kun
nen de Dames best gebruiken, vooral voor
onvoorziene gevallen als deze, maar ook voor
reoaratiën.
Wie op deze wijze iets te missen heelt,
doet een heel goed werk door de Dames van
kleeding even te berichten. Yoor 't gemak
herinneren we, dat deze zeer nuttige tak van
arbeid van »Liefdadigbeid" thans wordt be
hartigd door mevrouw Prins, Utrecbtscheweg
8, en mevrouw Van Arkel, Wijersstraat 14.
Nog een verzoek.
By de schoonmaak komen, xe'fs by de
meest ordelievende huisvrouw, allerlei fles-
schen eu kruiken voor den dag, die
haar eigendom niet zyn.
Ze had ze slechts in gebruik vooral van
bierbottelaars, handelaren in kogelflescbjes,
enzoovoort.
Laat men die flesscben, welke een vry
groote waarde hebben voor de eigenaars,
hun eens terug geworden. Eén boodschap en
ze komen ze gaarne halen.
Het Meideuntje.
Reeds Van Bemmel meldt in zyn Be
schrijving der stad Amersfoort", uitgave
zgn antwoord seer in algemeenen ïin gegeven, rij
begreep den dieperen tin erven.
Weer ontlokten beer woorden hem een glimlaob;
toen xeide bjj ernstig:
„Met det woord „nooit" moet u wet voorsichtig
i|jn, gravin en het niet soo snel gebruiken. Ik ceide
u elbet lot, det voor ieder onier bestemd is, is
sterker dsn w|j. Ik weet niet of u mij daarin gelijk
geeft, meer ik beken heel gaarne, dat ik tot sekere
hoogte bggeloovig ben. Neer m|jn meening is onie
levensweg ons voorgeschreven alles wet wg doen,
doen wg onder boogeren invloed, dien wg trots onzen
wil noemen en die el het andere, meer mvt ome
eigen vrge beslissing beduidt. W|j kunnen vaak niet
bandelen sooals we wel souden willen, selfs al zeg
gen we nóg soo gedeoideerd „nooit", doch moeten
ons voegen naar hetgeen over oni helsloten ia."
„De toekomst zal loeren in hoeverre u gelijk hebt."
„Zeker. Maar wanneer hetgeen waarvoor u bang
is en waartegen u zich straks met een trotsohe be
weging van uw hoofd verzet hebt, toch gebeurd ia,
wanneer u ziet, dat uw „nooit" niets anders was
dan een bloote bedreiging tegen het lot dan segt
u het m|j, nietwaar? En wanneer ik niet meer
bier ben, dan sobr|jft u mg een enkel regeltje'-.
„Wanneer u dat graag wilt, dan gaarne; maar
bet loont de moeite niet, daarover zooveel te zeg
gen. Wanneer u wist om welk een bagatel bet gaat
dan soudl u lachen."
„Misschien tooh niet, gravin, Ona laven bestaat
louter uit kleinigheden. Ik herinner my, dat een
nieuwe dameshoed eens een ttryd te vooreobjjn heeft
geroepen die een vriend van m|j in oen duel bet
leven kostte, en de goachiedenis leert, dat uit ba
gatellen wel oorlogen ontstaan xjin. Kleinigheden
ernstiger op te nemen dan op nat eerste gesioht
1760 bladz. 144, dat op het klokkenspel van
den Lieve Vrouwe-toren „gedurende de
Maaymaand alle avonden genoeglyk en fraai
gespeelt" wordt. Hy g.->eft niet aan waarom
dit geschiedt en ook Van Rootselaar heeft
nergens het waarom knanen vinden; het
althans niet meegedeeld.
Nog wordt dat gebruik gevolgdzij 't ook
□iet meer iederen avond in Mei doet de
stads-klokkenist, de heer Joh. Schuld, het
Meideuntje hooren. Een zuiver Meilied is 't
ai evenmin als elders, waar het zelfde ge
bruik als ingeroest is en telken jare in Mei
het carillon wordt Bespeeld. We bebben zoo
weioig Mei-liederen, althans geschikt om door
een carriilon ten gehoore te worden gebracht
de klokkenist begint dapper met „Hei't
was in de Mei zoo blij", doch vervalt al
heel spoedig in allerlei andere volksdeunen
en wyzen, die met de Meimaand in 't geheel
niets uitstaande hebben.
Een aardig gebruik, deze Meideunen van
een toren dit begroeten uit metalen monden
van de lieflijke Meimaanddit gebrekkig
antwoord op den Meizang der natuur, die,
ontslagen van den winterboei, baar lofzang
scbaatren doet uit duizenden ontluikende
bloerapies en knoppen en planten.
Welk hart kan somber zijn, vraagt de
beer Nonhebei in de »Hilv. Cit.", waarin
hy een jeugdherinnering wijdt aan het Mei
spel van den Langejan te Middelburg, zyn
geboortestad, welk hart kan somber zijn
als bet luistert naar het lied van nachtegaal
en leeuwerik, als het oog zicb verlustigen
mag in dien grooten rijkdom van kleuren,
als elke lichtstraal zwanger is van de geuren,
die uit de bloembedden opstijgen, als zelfs
de dorre bladeren, van den vorigen herfst
overgebleven, elkaar vroolyk schijnen na te
zitten.
»Den mensch past vroolykheid bij zooveel
vteugd rond hem, als alles overvloeit van
leven en men overal om zich heen de on
uitputtelijkheid dier bron gevoelt. En dank
tevens; waut uit deze wonderbare stralen
pracht, uit dezen oneindigen rijkdom van
kleuren en geuren spreekt tot ons de mild
heid van het onuitsprekelijke, van hetgeen
geen oog heeft aanschouwd en geen oor beeft
geboord en toch in 's menschen harte tot
heerlijk bewustzyn gekomen is.
•O, Mei-maand, heerlijke Meimaand, wier
oog vonkt als de Morgenster, wie gaf u dien
tooverstaf in de hand, waardoor g(j onze
oude aarde telkens weer verjongen doet en
dompelt als in stroomea van zegen.
•Heil u, heil u, want bij uw verschijnen
ademt gansch de natuur leven en genot. Gij
vernieuwt al bet oude, gy geneest al het
kranke, gy wekt zelfs in het gemoed van
die daar ongetroost terneer zitten lust
veerkracht en zelfs in bloemen, die daar
groeien op bet groenende graf, hebt gy het
woord „weerzien" geschreven".
Die hooge poezie der Meimaand hebben
onze voorouders gevoeld en haar beantwoord
met klokgespeel, jubeltonen uit bet hoogste
punt der stad, zoodat ook ver in den omtrek
uiting werd gegeven aan de vreugde over
den terugkeer der Mei.
Moge het Meideuntje ook door het nage
slacht nog lang io eere worden gehouden.
noodig schijnt, maar daarentegen groote dingen
niet te veel op sich te laten inwerken, dat is een
levenspbilosopbte, die ds menscben gelukkig msakt."
„Ik beb tot dusver niet geweten, dat u ook aan
pbilosopbie deedt."
Hg boorde baar spottenden toon wel.
„Men wordt philosoof door hot leven souder het
te willen, en men behoeft daarvoor van Kant en
andere groote wjjxen niet méér te kennen dan den
naam."
„Pardon, baron. Wat is er Marianne O, dan beb
ik me vergistik dacht, dat je me wat toeriep."
Met opset maakte sjj een einde aan bet gesprek.
De baron merkie het en trok een vergenoegd gesicht.
„Goed soosoover sijn we daD nu al. Wanneer
iemand me dat vanochtend voorspeld bad, dan ion
ik hem ter kalmeering vsn sijn verhitte verbeelding
oen glas spuitwater bebben aangeboden."
En terwjjl hy sioh tot dusverre weinig met het
algemeene gesprek bemoeid had en er siob toe be
paald bad, een aandachtig toehoorder te sgn, maak
te hg sioh plotseling meester van hst gesprek. Zoo
als straks de anderen, vertelde hg nu eens met
bgtende ironie, dikwerf overdrijvend, den weer
droog, en tengevolge daarvan bad bjj groot suooes.
Sleobts éen lachte niet mee, luisterde amper naar
wat hy seide. Dat was Dagmar. Zg kende den grond
van sgn overmoedige bui, sgn humor en sijn over
moed. Hij dscht haar vandaag gewonnen te hebben,
seker van baar te syn, En sjj baatte bem sooals
sjj nog nooit een ander gehaat bad en bet baar tot
dusver vreemde gevoel van verachting bekroop haar.
„Nooit nooit.'
Haar oogen seiden het bem steeds weer. Msar dst
alles maakte op bem niet den minsten indruk. Het
was bem els was bjj plotseling een ander mensch
Door schade wijs geworden.
Zoo nu en dan wordt onze Gemeente be
zocht door zoogenoemde goedko - mau-
tazAiriers.
Vele menschen meenen door daar tekoo-
pen bun voordeel te doen. Men zy echter
op zijn hoede, zich bierdoor niet te laten
misleiden. Verleden najaar kocht ik me een
fietscape, die doorging voor zeer goed te zijn
ten minste volgens het zeggen van den ver,
kooper. Den prijs in aanmerking genomenr
moest zij dat ook zyndoch na haar twee,
maal gebruikt te hebbeD, kon ik baar weg
gooien, daar zij vol met gaten kwam enzoo
groen was geworden als was zij reeds 20
jaar gedragen. Meer menschen vertelden mij,
dat hun bet zelfde was overkomen. Laat ona
toch aan onze stadgenooten, die ons s o 1 i e d e
behandelen en goede w&ar voor ons geld
leveren, de voorkeur geven by het doen
Van onze inkoopen.
Aldus een inzender in het >Overveluwach
Weekblad"'.
Moge zyn ervaring ook een les zyn voor
anderen, die in zrogeDaamde vliegende win
kels een koopje meenen te doen.
Een koopje wordt hun geleverdmaar
niet zóo, als ze 't bedoelen.
•Wat zouden ze toch wel met die bloemen
doen vroeg verleden week iemand te
Apeldoorn, toen hij da Koningin met een
aantal bloemen van haar bezoek aan Zaandam
zag terugkeeren.
•Och", zeide een ander, «die ruimen ze
wel op".
Dit laatste wordt door velen gedacht, maar
is toch niet juist,. Telkens na de aankomst
op Het Loo neemt de tuinman de bouquetten
en andere bloemstukken in ontvangst, wyl
hij van H. M. in opdracht heeft, daarvoor
geworden, bIb legen el de verbittering en tegenspoed
die by in ijjn leven bed ondervonden, nu weer
echter hem, et« bad hg het leven heroverd.
„Beron, wet ecbeelt u u ia niet U herkennen;
hebt u goede berichten uit Cuba vroeg de greet.
Det moest een grap verbeelden, meer het trof
den beron als een xweepxlag. Hg schroktjjn hand,
die een wgngles vasthield, trilde en bjj werd lijk
bleek, een oogeoblik later vuurrood.
Niemand lette op hem behalve Dagmar. Zjj be
greep bem.
In tjjn gevoel ven overwinning had bjj heele
maal vergeten, det ijj rjjk wee. En nu, bjj dece
vraag van haar vader, werd bem dit weer duidelijk.
De baron bad ook baar en haar luster schertsend
van tjjn eeuwige erfenis gesproken. Dan «on ook
bjj weer rjjk ajjn, zonale vroeger.
Dagmar begreep, dat bjj nu dacht: «ai «ij niet
in de eerste plaata denken, dat ik om der wille
van bet geld naar baar band ding. Dat ik ook nu soo
vrooljjk beu omdat ik de cekerheid beb niet alleen
baar band, maar ook haar groo e huwelijksgift ver
kregen te hebben.
Zjjn plotseling vertleeken bad baar doen eohrik-
ken sjj sag dat dit geen veinsen en by tot in
sgn binnenste getroffen was.
En al had sjj bem een minuut geleden nog
gebaat plotseling wes haar booebeld verdwenen.
Zij voelde nu voor hem uitsluitend mcdelgden.
Het deed haar pjjn, te moeten aansien, boe hy,
plotseling ontnuchterd, bleek daar sat, boe aan syn
droomen plotaeling en ruw een einde was gemaakt
hoe de luchtkasteelen, die by besig was te bouwen,
plotseling in elkaar waren gevallen.
(Wordt vervolgd.)