Donderdag 20
Augustus 1908.
No. 7547.
57e Jaargang.
Reis exemplaren.
Feuilleton.
FIRMA A. H VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f\.
franco per post 1.45. Advertentiën 16 regels (X) cent; elke regel meer 10cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosleloos. Legale, oflicieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels f 1.25 elke regel meer fO.'25. Oroote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTEGRACHT 9
Telephoon 19.
Aan onze abonné's die tijdelijk elders,
hetzij binnen-of buitenlands, vertoeven, wordt
op aanvrage en met duidelijke opgave
van adres, de courant elkeD verschijndag tegen
vergoeding van het porto toegezonden.
Ook niet-geubonneerden kunnen op de
zelfde wijze de geregelde toezending van de
„Ainersf'oortsche Courant" tydeus hun uitste-
digheid zich verzekeren.
Zonden we niet
In het vorig nummer ook van dit blad
werd een bericht opgenomen, omtrent
de verwachtingen, welke de bekende
Reuter-telegrammen nopens een moge
lijke gebeurtenis in het koninklijk gezin,
in de buitenlaudsche pers gelanceerd
hadden.
Kalm nadenkende, moesten wij, Neder
landers, ons van alle berichten en ver
onderstellingen in de bladen onthouden,
en bedaard afwachten tot ons officieel
de blijde tijding werd ter kennis ge
bracht en niet uitpluizen kleinigheden,
die ieder op zijn vingers kan nagaan
en waaruit elkeen dezelfde gevolgtrek
kingen kan maken.
Elke vrouw toch, die in hoop en
vreeze leett, of, wat ze zoo dolgaarne
wenscht, waarheid worden zal, is juist
in die dagen van spanning zoo bijzonder
tee/gevoelig en wordt dan tot het uiter
ste toe ontzien. Niemand in haar om
geving, vermoedend in wat angstigen
twijfel zij verkeert, zal haar prikkelen
door een toespeling.
Welke man zou het niet hoogst on-
kiesch vinden en het zeer kwalijk nemen,
wanneer een derde in 't publiek allerlei
gissingen en veronderstellingen ten beste
gaf omtrent een blijde gebeurtenis,
waarvan de mogelijkheid der verwezen
lijking voor zijn vrouw en hem misschien
nog niet eens vaststaat?
Geen enkele vrouw zal, behalve aan
haar allernaaste bloedverwauten, de.
Naar ARTHUR GRIFFITHS.
Sara Guerrero en Gerald Digbyhet detective-
paar, uit het vorig feuilleton, waren nu geën
gageerd en genoten, onder de hoede van mama
Guerrero, een vacantie-uitstapje, dat hun wel
toekwam. Ze waren te Parijs, waar Sara in haar
element was; hier had zij haar „vak" grooten-
deels geleerd, en zo kende een aantal lui van
de geheime politie.
Zelfs nu gunde haar 9peurtalent zich geen
rust; niets dat er eenigszins buitengewoon uit
zag, ontsnapte haar.
Op een middag, toen ze zaten te koffiedrinken
in den wintertuin van hun hotel, zei ze
Ik zou wel eens willen weten, of die meneer
zoo'n deftig personage is als hij tracht te lijken.
Ze wees op een mede-logeergast, een groote
man, welvarend van uiterlijk, keurig gekleed
en onberispelijk gehandschoend. Hij nam geheel
het air aan van iemand, voor wien ook het
be9te niet goed genoeg is, komraandcerde de
de bedienden op hoogen toon en had aan tafel
steeds wat aan te merken.
Een blufferige Yankee, die graag voor een
lord gehouden zou worden, luidde Digby s uit-
Bpraak. Hij noemt zich Edward Straker.
Wat of hij eigenlijk uitvoert vroeg Sara zich
af, en ofschoon Gerald het de moeite niet waard
vond, besloot zy, dien meneer eens na te gaan,
zoo maar uit liefhebberij.
Straker had oogenschijnlijk niets te doen dan
heugelijke gebeurtenis, welke haar te
wachten staat, aan iemand meedeelen,
eer zjj de volkomenzekerheid er van
heeft.
En wat nu geldt voor elke vrouw,
waarom zou dat niet in acht genomen
behooren te worden tegenover de e e r s t e
Vrouwe in Nederland Zoo Ze al niet
meer recht heeft dan elke andere
vrouw om in die dagen ontzien te wor
den, dan heeft Ze er toch zeker niet
minder recht op, vooral waar, helaas,
haar verwachtingen reeds zoo vaak
teleurgesteld werden
Laten we Haar dus met rust!
Gunnen we Haar, wat we elke jonge
vrouw zouden schenken in dien tjjd het
onbespied, het onuitgeplozen zich-terug-
trekken uit de wereld, om, zoo God wil,
te zijner tijd, Haar volk de bljjde tnede-
deeling te doen verkonden.
Laten we dkn jubelenmet Haar!
En, zoo er wellicht berichten de we
reld in zijn geworpen, omtrent verwach
tingen, die geen grond van bestaan
hebben of soms verjjdeld kunnen worden,
welnu, laten we dun llaar leed, het leed
van elke jonge vrouw, zoolang haar
huis den kinderzegen niet beschoren is,
althans niet vergrooten door voorbarig
heid of indiscretie.
Dat zijn we niet der Koningin,
maar der Vrouw schuldig
Suze Fukderiks
Van Clkkkf.
.Misbruik van Crediet.
Oediet is de daad van vertrouwen, waar-
1>Ü de houder van een hoeveelheid geld o?
koopwaren, die aan een ander overgeeft
tegen belofte van aflossing of' betaling.
liet Crediet berust dus op belofte en ver
trouwen.
De voordeelen van dat cr idiet zyn vele,
als: het verschaft arbeid aan het kapitaal
het geeft het kapituul in handen van hen,
die er het best mee kunnen wei ken; het
maakt de besparingen productief enz. We
zouden nog kunnen noemen, het crediet
maakt bet mogelijk groote werken uit te
zich te amuseerenhij scheen zich vooral voor
kunst te interesseeren en werd herhaaldelijk ge
zien in de museums en antiquiteiten-winkeis
dikwjjla bezocht hij 't Hotel Drouot, en by
kende ook schilders.
Op een keer, toen hij uitreed en Sara 't in
liuar hoofd kreeg, in een fiacre hem te volgen
ging hij naar oen groot huis in den faubourg
Saint-Gormain, een dier oude adellijke hotels,
dat onder den hamer kwam met al wat het be
vatte. Het had behoord aan de familie Mont-
fleury do Jussac.
De verkooping beloofde zeer belangrijk te
worden en trok de aandacht van talrijke ama
teurs, die slechts met eenige voorzorg werden
toegelaten.
Digby en Sara volgden den Amerikaan, die
weldra in diepe bewondering waB voor de keu
rige collectie kunst- en luxevoorwerpen.
Do parel der verzameling was een klein pa
neeltje, een „Heilige Familie", authenthiek werk
uit de vijftiende eeuw, eer. der weinige volgens
sommige liet eenige echte van den monnik
Filippo Lippi. Twee suppoosten hielden de
wacht bij het kostbare stuk, en er werd „queue"
gemaakt langs het schilderij, dat ieder slechts
eventjes mocht bewonderen.
Toen de beurt aan Sara en Gerald kwam,
waren zij een beetje teleurgesteld't paneeltje
was heel klein, zonder lijst, de kleur donker
en onzeker, het vernis gebarsten.
Ik begrijp niet, hoe zo daarover zoo'n drukte
maken, zei Sara; maar 't schijnt weer een
heel gevecht te zullen worden om het stuk te
krijgen.
Inderdaad waren er lieföebbers in menigte,
agenten "an gekroonden hoofden, directeuren
van museum» en kunstkoopers uit alle landen.
De golegenheid was eenig.
voererij maar daarmede zouden we tevens
een der nadeelen hebben aangewezen n.l. het
onvruchtbaar verspillen van kapitalen in oor
logen en aan oorlogsmaterialen.
Even voordeelig als het werkt, wanneor
het do kapitalen tot voortbrenging dwingt,
even nadeelig is het crediet, waar liet slechts
wordt verleend tot improductieve doeleinden.
Dit groote of handelscrediet hadden we
echter niet op 't oog, toeu we het hoofd
van dit opstel neerschreven, we bedoelden
toen meer het kleine of winkelcrediet. Is
do handel zonder het eerste ournogelyk, het
tweedo is dikwijls een groote belemmering
in don kleinhandel.
Het verleenen van dit kleine of winkelcre
diet werkt zeer demoraliseerend op het volk.
Het koopen zonder betaling leidt heel dik
wijls te koopen zonder belioofte, omdat men
denkt»T komt later wel te recht." Niet
zelden worden dergelyko praatjes door don
winkelier zelf gebruik;, om zyn klanten kot
koopen over te halen, »Je kunt het immers
van, den zomer wel betalen, als je man wat
meer verdient" en dergelijke verlokken dik
wijls de vrouwen, die voor inkoopeu uitgaau
en als zij den winkel verlaten voeren ze
eenige voor haar onbruikbare prullen mee.
Dit crediet werkt dus de spilzucht in de hand
uu bevordert, de verkwisting.
Maar het doet nog meer kwaad. Het ont
neemt den kouper zijn vrijheid en zijn zelf
standigheid tegenover zjjn medeburgei, den
winkelier. Door zijn achterstallige schuld
gedwongen moet hy dikwijls slechte waar
zeer duur betalen, duurder nog dan de goede,
die hy echter by eon ander zou moeten
halen.
Sommige winkeliers zijn van meeniug,
dat bet verleenen vau credit hen een groot
uantal klanten bezorgt, maar zij vergelen,
dut hunne coucurrenteo er eveneens over
denken en bij onderzoek zal beu dan ook
blijken, dal de watiboialers niet by éen
leverancier in 't krijt stauu. Nog op an
dere wyze wordt van het crediet misbruik
gemaakt.
Moge de kleine winkelier in do mindere
wyken er dikwijls op uit zyn de klanten
over te halen bij hem op rekening to koo
pen by hen, die wij nu bedoelen, zijn geen
schoonschijnende praatjes noodig. Zy komen
met bet vuste voornemen voorloopig met te
betalenzij ontvangen een jaarrekening.
Voorzeker stelt de koopman prijs op hun-
Ik zie, dat „oom Top" uit Wardourstreet er
ook al op afgekomen is, fluisterde Sara haar
galant toe, en ze wees naar een sjofel, oud man
netje, op dat oogenblik in drulc gesprek met
deo Amerikaan Struker.
Digby bad nooit van „oom Pop" gehoord.
Sara legde hem uit, dat het de bijnaam was van
zekeren Bartholomew Yeo, die een soort uit
dragerij hield en uitgebreide zaken deed mot
koopen en verkoopen. Hij handelde in al wat
men wilde: renpaarden, villa's, steenkool, dia
manten of valsche tandenhij wist stukken
aangenomen te krijgen bij een tooneel en iemand
nun een vrouw met geld te helpen; hij zette
duizenden om en zou niet verzuimen, als hy een
speld zag liggen, die op te rapen. En met alles
verdiende hy.
Men zou 't hem niet aanzien, dat hij zulke
groote zaken deed. Hij zag er heelemnnl niet
uit als een raillionnair, gestoken in een vorm-
looze, kale jas, een ouden „gibus", waarvan de
veeren stuk waren, en sclioenon, die voor een
reus gemaakt schenen te zijn. 't Was een heel
oud mannetje, onzeker in zyne bewegingen, met
flauwe, bevende stem en zeer zwak van gezicht,
daar hy de bleeke, blauwe oogen heel dicht by
de voorwerpen bracht, die hij wilde bekijken,
In 't vuur van het gesprek hud hy met de
dunne, klauwachtige vingers den Amerikuun bij
een der groote knoopeu van zijn overjas gepakt,
als om steun te hebbon voor do bevondo hand.
Iloe kon je hem zoo vroeg Digby.
Och, ik heb hem eoiiB ontmoet in eon zaakje.
Een dame uit de grooto wereld, dio in geldge
brek was, had hare juwoelen by hom verpand,
en toen haar man lont rook, beweordo zo, dat
de steunen gestolen waren. Ik raakte op 't rechte
spoor, on oom Pop's onsohuld bleek. Hy was
erg dankbaar en heeft mij nooit vergoten
na inkoopen, nu hy zou met hunne klan
dizie volkofuun in zyn schik zyn, als dia
jaarrekeningen op tyd worden betaald.
Maar dat Iaat dikwijls veel te wen9>:hen
over. Komt met aen koopman over die zaak
in gesprok en gy zult eens hooren wat al
klachton en jeremiades over die rekeningen.
Mijuheor A. moet zijn rekening nog be
talen van '2 jaar terug, mynheer B. heeft
er nog een staan van 3 jaar geloden, ter
wijl mevrouw X in de laatste 4 jaar niet
betaald heeft. En om welko reden? Ge
brek aan coutunten? Dat is wel niet aan
te nemen, want we hebben hier de
hoogere standen op 't oog. Is het duo ge
makzucht of staat het gekleed iemand zoo
lang op zyn rechtmatig eigendom te laten
wachten
Wat do oorzaak er van ook zyn mogr,
als zy wisten hoe de groote winkelier zelfs
dikwijls om contanten verlegen zit dan /.ou
den zy zich wel eerder van hunne verplich
tingen kwyten. De koopman moet immers
op zyn beurt de leveranciers ook op tyd
voldoen. Zoover denkt men echter waar-
schynlyk niet na, ja, men is vaak nog zoo
onbesclmamd, don neringdoende, die durft
wagou zyn rekening te presenteeren, do
de deur te wijzen en hom de kliDdiziti te
ontnemen.
Heel dikwijls wordt door hen den koop
man de gonudeslag gegeven. By de ouden
hadden do schuldeischers het recht den
waobetulor gevangen te nemen en te binden,
en zoo na den derden rnnrktdag de schuld
niet was voldaan, mochten zy hem in stukken
snyden en deze onder elkaar verdoelen.
Men moge deze straf barbaarsch noemuu,
/.y was rationeel. Wanbetalers worden er
niet gevonden, en zoo er al eens et-n enkele
zyn verjdlchtiogen niet nakwam, hy nam de
wyk naar den heiligen berg, en was de
leverancier ton minste niet verplicht zooals
bij ons, uog diep den hoed voor hem ai' te
nemen.
Zou er in dezen door onderlinge samen
werking dor neringdoenden geen verbetering
zyn ie brengen? U. N.
Een begr(jpoiyke wensch.
»*8 Zomers missen we ze minder als de
zon schynt/lan gaan we e.* op uit, dan kunnen
we wandelen dan zitten we buiten
Kijk, daar komt hy al op ons af.
Zoo, lieve dame, zei de oude man, aerbiedig
haar hand vattende, of het die eoner koningin
was, hot doet mij goed, u te zien. U brengt
mij goluk aanzonder u zou ik geruïneerd zyn.
God zogen' ui... Heefi u al gedejeuneerd Mag
ik de eer hebben Is meneer een vriend van u?
Sara legdo uit, in welke botrokking Gerald
tot haar stond, en ze namen do invitatie aan.
Toen zo „Café Riche" bereikten, het eerste groote
restaurant, dat ze vonden, was er in de oogou
van meneer Yeo niets to goed voor Saraen in
beeldryke taal feliciteerde hij Digby met diens
keuze.
Ze is een schat, meneer, de hesto, du edelste...
Kom, kom, moncer Yeo, u zou mij vorlegon
maken. Vertol liever eens wat van u-zelvon. U
ia zeker te ParyB om do Filippo Lippo te
koopen 1
Sst I sstPas op (hy keek angstig rond).
Als iemand het hoorde, zou hy den prys op
jagen. Ja, ik wil oen bod doen meneer Straker
raadt het sterk aan.
Is hy uw compagnon
Alleen in deze zaak. Hy kwam het my voor-
stollen, daar 't hem alleen Ie machtig was. VVy
betalen elk do helft en doelen de winsthy
weet, waar het schilderij te plaatsen is
Maar ik vertel u al mijne geheimen, liovo
dame I
En vertrouwt u dien tnonour .Straker? vroeg
Sara kulm.
Waurora niet? U niet? vroeg de oude man
huustig.
Als u iets van hom weet, zeg het my dan!
Och, zijn gezicht en zyn munieren bevallen
my niet. Da', is al.
(Wordt vervolgd).