Binnenland. Stadsnieuws. Twee eent per week! Aan alle Direoteuren(trloea), Hoofden, Leeraren(easen en On- derw|zera(ewea] van onderwje- inrlohtlngeo te Amersfoort. Dagelgks wordt voor vele guldens aan schgnbaar waardelooze voorwerpen wegge worpen: zilverpapier, theelood, capsules, stukies oud koper, tin, lood enz. Worden die metalen inet zorg verzameld eu gelaxeerd dan is de opbrengst verras send. Te Amsterdam bracht de verkoop van deze artiken, welke op de scholen werden verzameld voor de Amsterdamsche vereeni- giog voor Gezondheidskolonies in betalgeloo- pen jaar ongeveer 1000 gulden op. Hoewel in 't algemeen leerlingen van scho len niet betrokken mogen worden bij bet inzamelen voor liefdadige of andere doelein den, gelooven we niet, dat één opvoedkun dige bezwaar zal maken, om door het bijeen brengen van velerlei zaken, die steeds ge dachteloos worden weggeworpen, de jeugd te doen mede werken voor de jeugd. Wy noodigen u beleefd en dringend uit op alle scholen, ook middelbare, een bak of kist te doen plaatsen, waarin de leerlingen zilverpapier, theelood, capsu les, stukjes oud koper, tin, lood en caoutchouc werpen Vau tijd tot tyd kan de inhoud worden opgezonden aao. den heer A. B. van dékt Klein, Havik 32, alhier. De opbrengst dient om zwakke kinderen uit geheel Amersfoort een. gdlang naar een Gezond- heidskolonie te zenden. Het Bestuur vau de afdeeling Amersfoort vau het Centraal Genoot schap voor Kinderherstellings- en Vacantie kolonies. A. BOMMEL, voorzitter. J. van der HORST BRUYN vice-voorz. A. B. van der KLEIN le secretaris M. KAMERLING 2e Mevr. M. Gerard van SIJSEN-Besier, penningmeesteresse. Mevr. J. F. O. H. TROMP van HOLST Hartog hijes. Mevr. M. E. REIJNDERS-Calkoen. Met groote ingenomenheid geven wij bo venstaand verzoek een plaatsje in ons blad. We zoudeD het zelfs gaarne verder uitge strekt zien, n.i. tot alle huismoeders en dienst meisjes, tot winkeliers, kortom eigenlijk tot iedereen. Maar vooral tot de huismoeders. In 'n huishouden komt het toch eiken dag voor, dat men zulke schijnbaar waardelooze voorwerpeo, zonder er bij te denken, weggooit. En we kennen ook gezinneo, waar men een tijdje lang dat al'es verzamelde en het ten slotte „omdat men niet wist, waar men er mee heen moest" maar wegdeed. Maar nu men weet, wien alles gezonden kan worden, nu gelooven we vast en zeker, dat menige huisvrouw verzamelen gaat. Wie barer, die zich er in denkt, hoe dankbaar ze is als haar kinderen gezond zijo, of hoe con- sentieus ze alles doet, wat de dokter beveelt, als baar kleinen ziek zijn, zou zich durven onttrekken aan zoo'o kleine moeite om daar door bij te dragen, dat zwakke kindereD van mindergegoeden een tijdlang naar een ge zondheidskolonie gezonden woidenT Komt, zouden er hier geen 500 gezinnen rijn, die wekelijks met eeoige oplettendheid voor 2 cent aan schijnbaar waardelooze voor werpen kunDen opsparen... Dan werd duar- door reeds f500 verkregen per jaar... wat een aantal zwakke kinderen zouden van dat bedrag lucht kunnen gaan happen, kracht opdoen eo levenslust Zegt, loont de moeite het doel niet? Ons dunkt, tien-, honderdvoudig! Arbeid.1) Ik zal Irahten iets te zeggen van den ar beid, dien ik zag op myn weg van Nederland naar Parijs, dat bet ceutrum der wereld is, de stad van licht en donker, vau rykdom en ellende, de stad ook van machtigen arbeid der menscbelijke handen. Daar liggen om mij de lage Zeeuwsche lau den, waar al 't rijpe koren valt onder de sikkel en de gouden tarwe vruchlrijk wiegt, waar 't kostbaar vlas gebonden wordt en de gaarden gloeieud kleuren van al den bloei des vollen zomers. Daar gaan de meoschen, mannen en vrou wen, zongebrand, rnet sterke leden, in krach- tigen gang. Zij gaan de velden bewerken, wieden e.n maaien en binden. De vrouwen zingen haar zomerlied, als zij buigend de breede ruggen, de fijne vlashalmen rapen en binden tot bossen de mannen staan zwij gend in het landernstig en toch met lust slaan zy de sikkels rond, afgemeten en krach tig, dat het koren valt in de breede banen van den sikkelzwaai. Gaarne geven wjj aan dezen heel mooi ge schreven reisindruk uit „het Nieuwf van den Dag" een plaatsje. En daar liggen de vroolyke buizen dier arbeidende menscben tussehen bloemen en boomen, rein en liebt en vol van den lieven lust des landelijken levens. Daar springen de kinderen met de schapen rond langs de wegen en wijken terzijde, als de trekkende paarden komen, breed en groot voor de wa gens, paarden, die geschapen zyn voor de zwaie, vruchtbare aarde. Daar zijn kracht en erast, teederheid en blijde lust in rayne lage landen aan de zee. De weg voert mij door Vlaanderen, lief en schoon en vruchtbaar Vlaanderen, zoo nauw aan myn land verwant door ras en taal, dat even laag en weelderig daar ligt aan de zee en de stroomen als Holland en Zee land, maar helaas, zonder het licht en de reinheid en de weelde der landelijkheid in de kleine huizen van hen, die de werkers zgn op de akkers en ploegen, zaaien, wieden en soms zoo weinig oogsten. Want vele vel den, wijd en rijk aan vrucht, zijn eigendom der landheeren, die in de steden wonen of op de kasteelen. En daar is blijheid toch en tevredenheid ook, trots den kleinen oogst, daar is een krachtige arbeid op het land. De Vlamingen, van vroolijkur eo lustiger temperament, staan op de akkers als <le Zeeuwen en de Hollanders, stoer en ernstig, maar zonder die teedere zorg voor de vruchten, die iets zachts brengt in het ruwe vau den Neder- landschen boer. De weg voert mij langs de kusten der zee. Ik zie de visscbers wegzeilen uit Blan- ckenberghe, uit Ostende en Nieuwpoort, de schepen verspreiden zich over het water en ver Dog klinken de stemmen der roepende mannen over, naar bet strand, waar de vrouwen gaan en de netten schuiven door de golven, over den bodem der zee. De jeugd is er sterk en blozend, kloeke mannen en ferme vrouwen, te zamen wer kend op de zeeeendrachtig, stil en sober levend op de dorpen, somtyds lustig uittrek kend ter markt in de nabije steden. Zuidwaarts gaat mgn weg over de Fran- sche grenzen, en de vlakke landen verdwij nen. Ik trek door de groeven en langs de mij nen, waar menscben, klein en donker, in diepten te worstelen schijnen met de aarde die in haar steenen hardheid tot niet weer staan kan de mokerslagen der worstelende mannen. Geen vroolijkheid klinkt rondom ik hoor, alleen vloeken tegen de paarden, die fel de spieren spannen tot groote kracht, ruwe woorden, kort ratelend langs de wanden, als de steeneu niet vallen zooals de werker wil. En een lach is als een grijns op de ver weerde gezichten, ruw en zwart door de jonddwarrelende stof der steenen. Ik wil nog even de zee zien, voor ik ga naar de metropool, waar nog grooter som berheid mij zal wachten eu waar een lach ook vaak als een grijns zal zijD. Normandië, 't Is als een sprookje daar, aan de zee, als een poëzie nit heel oude tijden, als klassieke schoonheid, die weg voert uit het moderne naar veel schoons, dat uiet meer bestaan kan in de werkelijk heid van thans. Een beeld van den arbeid daar, zal ik nooit vergeten. Up de rotsen sta ik en over zie de zee en het land, dat glanzend op schiet uit de zee, druipend en glinsterend water en wier. Daar zie ik vrouwen gaan, donker en klein maar sterk en fier. Zij gaan over de rotsen en struikelen niet; zg dalen naar de zee, waar 't water spoelt tusscben de brokken der steenen. In korte, nauwe kleeding, met de naakte voeten in houten muiltjes, gaan zij en scheppen van de overspoelde rotsen de mosselen. Een rots steekt vooruit en daarop, donker tegen de lichte zee, staat een jonge Norrnandiscbe, als een bronzen beeld van scboone en strenge lijnen en zij lacht en wuift tegen de booten, die voorbijzeilen naar 't Zuiden, ter vischvangst. En als zij uit 't gezicht zijn, buigt bet meisje naar de zee over en spoelt de mosselen in de netten; vroolijk klinkt haar stem, sonoor en luide, de andere vrouwen, en ook de kinderen, antwoorden in zelfden toon, vol zoet-vloei- ende klanken. Langs de Seine naar Pafijs. De SeiQe stroomt kalm door de groote stad en aan haar boorden ligt alle arbeid stil en de kaden zijn doodsch-verlaten. De mannen staakten bet werk op de booten en leven slenterend langs de straten of wach tend in hun huizen op het geld, dat de ka meraden verzamelen. En ook vergaderen zg in de arbeidsbeurs en loopen druk pratend op het Plein der Republiek. Up de boulevards en in de straten is het gewone gewoel van menschen en wagens. Parijs, dat niet uaar buiten kan gaan, zoekt verpoozing, en verkoeling 's avonds in de boulevard-café's eu weet van het droeve der stille Seine niets. De boeren slurpen de koffie on de dames zuigen gracieus uit riet jes de gskoude dranken. Do hoeren gaan in flanellen zomerjasjes en drentelen als pop pen marionetten, sierlijk en duur, in theater van 't groote leven der stad. Vrouwen gaan wiegelend en lonkend als figuranten daar- tussrhen, bijzondere zwier in houding en kleeding, de blik der oogen leeg, doel loos dwalend. En daar is lichtgefonkel langs de hooge huizen en beweeg van menscheu, duizenden. Deuxième édition de la PresseLa grève VilleDeuve Saint-GeorgesDeuxième édi tion de la Prè-è-sse Courantenjongens loopen gillend langs de café's, rennen en duwen om voor te blijven met het uieuws. Zij geven almechtig de couranten aan de heeren, die nu even op kijken ven 't gedrentel en gezwier der ge verfde figuranten. Ik wil de Seine zien boven Parijs. In Villeneuve, boog gelegen aan den oever, overzie ik den schoenen stroom, die kron kelt westwaarts langs de vruchtbare heuvel rijen. Geen schepen zie ik haar dragen en der nijverheid beweeg en geluid zgn niet waar neembaar iu de breede vallei. Ik zie iets anders. Beneden in de straten van 't stadje zie ik geglinster van helmen en kurassen eu wapenen, paardengetrappel ratelt op langs de huizen, commando's klinken en signalen roepen. Vreemd eo angstig is het hier boven bij 't stille kerkje. Ik weet niet wat gebeuren gaat. Daar ineens een groot tumult, mannen in aantal sterk, werpen steenen op, sjouwen brokken te zamen en roepen en gillen. Een groot tumult zwarte manueu, die dreigend wapenen heffen, slordige vrouwen, ruw en angstig gebarend. Nu weet ik wat gebeuren gaat. Naar beneden loop ik om te zien den stryd van 't opgewonden volk tegen de macht, die orde moet haudhaven en de veiligheid bewakend als kostbaar goed. Verschrikkelijk dreigt aan alle zyden 't geweld van wapenen. Ernstige, kalme bevelen klinken in de ge lederen der kurassiêfs, bedreigingen enscheld- woordeu echoën uit bet volk, dat schuilt ach ter de barricaden. U, nu barst het los: stee nen kletteren tegen de kurassen, revolvers pangen fel over de opgeworpen hoogten. Een kapitein valt gewond neder. Signalen klinkeu schetterend. Even een ondeelbaar korte, dreigende stilte daar knettert een salvo en nog één en nog één. 't Volk vlucht tierend en gillend, ang stig werend met uitgestoken armen; het sleept gewonden mede. De helmen glinste ren overal, de kurassiers rennen rondom en zwaarden dikkeren. Angstig eu somber in hun verslagenheid, wild en ruw, nog grom mend, vlucht het volk bijeen in de huizen en de stegen. En voor mij ligt een doode jongen, zwart gelaat en starende oogen, verstard in groe ten angst, het hoofd doorboord. De boulevards van Parijs liggen weer in schitterend avondlicht. La deuxième édition de la Pré sse. La grève Villeneuve-Saint Georges; raorts et blessés La deuxieme édition de la Prè-è-sse. En op het plein der Republiek komen de arbeiders te zamen en protesteeren luid tegen het optreden der soldaten, ginds in bet stadje op de Seine-heuvels. Rumoer vau stemmen klinkt uit de Ar beidsbeurs over het plein en roode vlaggen wapperen uit de vensters. De kazerne aan de overzijde is gevuld met infanterie en kurassiers, die achter de breede deuren ge reed staan om met hun macht te keeren de macht vau hen, die daar rondsluipen vol haat tegen de orde en niet wetend de waar achtige belangen van een arbeidend volk, dat zijne kinderen niet mag verliezen in tu mult eu ruw verzot, waar niet de vrijheid vecht voor hare rechter, maar de bandeloos heid werpt hare projectielen van haat. Deuxième édition de la Prè-è-sse! Morts et blessés! De marionetten op de boulevards slurpen hun koffie, de vrouwen lachen en draaien coquet haar papieren waaiers, voddenrapers grijpen de weggeworpen sigaretten en ik zie lachen al? gegrijns. Keuring van lotelingeu. De Commis saris der Koningin van Utrecht heeft de Gemeentebesturen van zgn gewest uitge- noodigd telkenjare de lotelingen hunner gemeente te waarschuwen tegen <Ie kwade praktijken van sommige personen, die tegen betaling van een som gelds hunne hulp aanbieden teneinde ongeschiktverklaring voor den raiiitiedienst te verkrijgen en hen tevens met nadruk te wyzen op het bepaalde bg art. 20 b Strafwetboek, welke artikel o.m. bepaalt, dat met gevangenisstraf van ten hoogsle twee jaren wordt gestraft hg, die zich opzettelijk voor dien dienst bij de militie ongeschikt maakt of laat mak ,'n. De gemeenteraad van Hindeloopeu had, op grond der desbetreffende verordening ds. Norel, predikant aldaar, aangewezen als brui dwacht bij de gemeentelijke brandweer. Geneesheereu en onderwijzers werden vrij gesteld als te bekleeden «een ambt in bet algemeen belang», zooals de verordening zegt. Ds. N. vroeg ontheffingde raad raad pleegde een deskundige en op diens advies werd het verzoek afgewezen. Ds. N. heeft zich uu om ontheffing tot Ged. Staten ge wend. De meer drukke overwegen bij den Holl. Spoorweg zullen voortaan niet meer door vrouwen, maar door mannen bediend wor den. Eenige hoofden van scholen in de ge meente Weststellingwerf hebben besloten aau autoriteiten te vragen, op hun school de vereenvoudigde spelling in te mogen voeren. Met het stoomschip "Vondel,, zijn uit Nederland een millioen nieuwe kwartjes naar lndië verzonden. De gemeenteraad van Haarlem nam met 2 stemmen legen de bepaling aan, waarby wordt vastgesteld dat onderwijzeressen aan de middelbare meisjesschool en onderwijze ressen aan de school voor zwakzinnigen bg huwelijk ontslag zullen krijgen. Albert Vogel zal ontslag uit deu militairen dienst nemen om zich geheel aan zijn kunst te kunnen wijden. Het gebeele aantal advocaten, bij onsrechts- colieges ingeschreven, bedraagt 817, daarvan zijn er alleen in Arasterdam 227, in Rotter dam 82 en te Utrecht 67. Weer een nieuw blad. En welk een I Eeu aankondiger van verloving, ondertrouw, ver huizing en vestiging. Dat is toch maar alles wat eeu mensch noodig heeft te weteo dat zijn nog eens dingen waar een mensch over praten kan Niet alleen wie er geëngageerd zijn, maar ook waar hg vandaan komt en wal hij doet en wie en wat haar ouders zijn waar d i e familie naar toe gaat, en wie er in onze buurt komt wonen. Nu, goedkoop is het blad uiet. Het kost f20 in 't jaar en verschijnt eens in de 14 dagen. De bedoeling van dat veertiendaagsche blad «de Nedmjandsche Aankondiger van Ver loving, Ondertrouw, Verhuizing en Vestiging" is echter niet louter om de nieuwsgierigheid te bevredigen, maar bet blad wil handel en nijverheid gerieven door bekendmaking van adressen. La vie privée uedoitpasètre- murés zegt de tegenwoordige tgd. N. v. d. D. Bij Koninklijk besluit is benoemd tot tweede luitenant bij het Amersfoortsch Vrijwilligerskorps de beer J. C. Eek, alhier, th uis adjudant-onderofficier bij gemeld korps. De Zeereerw. heer A. A. Brouwers, kape laan aan de St. Martinuskerk te Utrecht, zal als pastoor optreden van de nieuwge bouwde R. K. kerk alhier. Ds. J.|J. Galjaard van de vrije Ger. gemeen te is in den ouderdom van 68 jaar over leden. Mejuffrouw G. J. M. ter Beek alhier slaagde te 's-Gravenbage voor het examen Hoogduitsche taal L. O. Aan de regimentsoefening van het le re giment huzaren onder leiding vao luit-Kolo- nel Piepers wordt deelgenomen door twee escadrons van het 4e regimeut onder be vel van majoor Wijnnialeo. Voor het ofiiciers-exameu van deu Hoofd cursus slaagde o.m. de heer A. Storm van Leeuwen voor Adm. O. I. Leger. De 2e luitenant G. T. van Hulstijn van het le regiment veldart. alhier, wordt 15 Uctober gedetacheerd bij de Normaal Schiet school te 's-Gravenhage. Naar wg uit goede bron vernemen, zal de Staatscourant binnenkort de pensiooneenng vermelden van een aantal officieren van ver schillenden rang, die sedert eenigen tgd non- actief zijn. Het legerbestuur schynt hot rekken van de non-activiteit, om de kansen op een hoo- ger pensioen te verbeteren, te willen tegen- gaaD, zoodat de geneeskundige dienst voortaan spoediger dan tot dusver het gevul was tot oen beslissing heeft te komen, omtrent de wenschelijkheid om een officier, die geen dienst kan doen, al dan niet voor het leger te behouden. Hdbld. Aan de opperoflicieren wordt de vergun ning verleend, om hij het paardrijden in de kleine en in de veidtenue eeu tuniek te dra gen naar het model als is vastgesteld voor de officieren, tot wier uitrusting de tufttiek behoort.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1908 | | pagina 2