Augustus 1908.
Dinsdag 25
57e Jaargang.
No. 7549.
Reis exemplaren.
Feuilleton.
Het detective-paar aan 'twerk
IU GOUDBEGEN.
OOURAIT.
FIRMA A. II. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden ƒ1.—
franco per post ƒ1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosleloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels ƒ1.25 elke regel meer ƒ0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
Aan onze abonné's die tijdelijk elders,
hetzij binnen- of buitenlands, vertoeven, wordt
op aanvrage en met duidelijke opgave
van adres, de courant eiken verschijndag tegen
vergoeding van het porto toegezonden.
Ook uiet-geabonneerden kunnen op de
zeilde wijze de geregelde toezending van de
„Amersfourtscbe Courant" tijdens hun uitste-
digheid zich verzekert a.
Vreemdelingenverkeer en
de Middenstand.
't Is reeds meermalen betoogd, in woord
en geschrift, dat men in Nederland te weinig
doet in het belang van het Vreemdelingen
verkeer.
Dit springt te meer in het oog nu men
in de laatste jaren mag constateeren, dat
een deel van de in Europa komende vreem
delingen, ook ons land met een bezoek ver
eert en daardoor beweging en welvaart
brengt, iu plaatsen waar anders het gras on
gehinderd tusschen de straatsteenen zou op
schieten.
Men doet hier te lande te weinig om het
vreemdelingenverkeer en het vreemdeling-
geuverblijf te bevorderen.
Het is niet te ontkennen, dat de vereeni-
giugen welke in de laatste jaren in tal van
plaatsen van ons land werden opgericht, met
het doel werkzaam te zijn in het belang
van het vreemdelingenverkeer, veel hebben
bijgedragen om den stroom van het wereld
verkeer een weinig om te leiden over
ons landje, doch eveneens moeten wij con
stateeren, dat het werkelijk natuurschoon
van Nederland iu de eerste plaats de oorzaak
daarvan is.
Doch dat natuurschoon dient geëxploi
teerd te worden ten bate van de inwoners
van Nederland.
En hoe armzalig geschiedt dit nog.
Wij hebben hiertoe alleen te wijzen op de
betrekkelijk geringe medewerking welke de
vereeuigiugen die het vreemdelingenverkeer
bevorderen, van het overgroote deel der bur
gerij ondervinden.
Ik wil hier geen verwijten richten aan
de bezittende klasse voor het weinige door
Naar ARTHUR GRIFFITHS.
3). Slot
Sara, die in zekere handigheid bezat om zich
onherkenbaar te maken, paste dat kunstje nu
ook toe om Straker in de val te lokken.
En het oude juffertje met een blauwen bril eu
gladgestreken haar, dat Straker den volgenden
dag in zijn pension ontmoette, herinnerde dan ook
iu de verte niet aan de dame, met wie hij te Parijs
in 't zelfde hotel had gelogeerd. Het dametje
praatte heel druk, informeerde, hoe Londen
hem beviel, of hij plan had, er lang te blijven,
en was er spoedig achter, dat hij over een paar
dagen naar New-York hoopte te vertrekken.
„Als Gerald nu maar voortmaaktdacht
Sara.
Haar verwachting werd niet beschaamd. Na
een paar dagen reeds kwam er een telegram
„Gomakkelijk gevonden. Is mak als een lam.
Wacht orders".
Die orders werden spoedig gezonden, na een
kort onderhoud met den heer Becke en den
ouden man.
Digby moest dadelijk naar New-York ver
trekken met de „Périgord", die den volgenden
dag van Havre vertrok, en den Parijscheu schil
der meenemen, ging het niet goedschiks, dan
onder bedreigingen. Hij zou aan boord een briet
vinden met uitvoerige bijzonderheden.
Acht dagen later zat de rijke van Doren in
haar leden gedaan in het belang van deze
nationale zaak bij uitnemendheid. Er vallen
ook hier uitzonderingen te constateeren, wel
ke hoopvol voor de toekomst stemmen.
Doch waar ik hier vooral op zou willen
wijzen, is op het weinige dat door den mid
denstand gedaan wordt om daadwerkelijk
de maatregelen te steunen van de bovenbe
doelde vereenigingen.
Die steun kan op verschilleude wijze ver
leend worden, zoowel door toe te treden tot
het lidmaatschap van zoo'n vereeniging en
daardoor èn door de contributie èu door
deel te nemen aan de besprekingen om maat
regelen te treffen teneinde het vreemdelin
gen verkeer te bevorderen, als op tal van
andere wijzen.
Een der, door de vreemdelingen meest
bezochte plaatsen van ons land is iu de
laatste paar jaren ongetwijfeld het eiland
Marken.
üp een tochtje daarheen zal men ook als
Nederlander getroffen worden door de aan
trekkelijkheden van dit interessante plekje.
Ook de plaatsen, die men op de heenreis
aandoet, (wij bedoelen hier het uitstapje dat
men van uit Amsterdam daarheen maakt)
zijn allen zeer belangwekkend voor land
genoot èn vreemdeling.
Bij zoo'n uitstapje hetwelk wij met. een
der prachtig ingerichte salonbooten der
Havenstoombootdienst onlangs maakten, had
den wij ruimschoots gelegenheid om onze
bespiegelingen ten aanzien van den titel van
dit opstel te houden.
Met een gretigheid, wij zouden haast zeg
gen een beterezaak waardig, vliegt de vreem
deling zoowel de overzeesche uit Engeland eo
Amerika als de Fransche en Duitsche, zoo-
dra de boot op een der plaatsen heeft aange
legd, naar winkels en winkeltjes om souve
nirs te koopen. Het zijn vooral de oude
(ten minste wat hun vorm betreft) koperen
en steenen voorwerpen, welke in den smaak
vallen en honderden koopers en koopsters
vinden.
In deze zucht tot koopen van «Reisher
inneringen», welke men wel als een
trouwen kameraad van iederen tourist kan be
stempelen, ligt m. i. voor den middenstand
van Nederland, zoowel voor het handeldrij
vende als voor het industrieele deel, het mid
del om tot zijn voordeel aangewend te wor
den
zijn paleis in de Fifth-Avenue te New-York te
wachten op het bezoek van Straker, die Sa-
ra's vermoeden bleek juist heui het schil
derstukje zou brengen.
Straker verscheen, met een doos onder den
arm met zekere plechtigheid opende hij de doos
en toonde het onaanzienlijke paneeltje.
„Is dit nu de Filippo Lippi, die mij 600000
francs moet kosten? vroeg de millionnair. Is
't werkelijk echt
„O, zonder twijfelantwoorde Straker„elke
expert staat er veer in."
„Ja, u moet mij niet kwalijk nemenmaar
men kan zich vergissen, nietwaar? Als ik zoo'n
prijs betaal, wil ik ook ten volle gewaarborgd
zijn."
Van Doren nam een sterk vergrootglas en
bekeek nauwkeurig het schilderijtje. Straker
kreeg voor 't eerst een onprettig gevoel, dat
er iets niet in den haak was.
„Curieus Hoe verklaart u diehandteekening
Ik zie duidelijk drie D's.O neen, wacht een
beetje 1"
Straker wilde hem 't paneel uit de lmud
rukkenmaar op dit oogenblik ging een deur
open en hij zag een politie-agent, die een re
volver op hem gericht hield.
,'t is een heel'goede copie, meneer Straker,"
zei' van Doren spottend; „maar de prijs is
wel wat koog!"
Straker protesteerde; maar van Doren drukte
op een belknopje, en uit de naaste kamer kwa
men twee personenGerald Digby en een
Franschman, een jongmensch dat er tamelijk
armoedig uitzag.
„Ik geloof, dat u dit stukje kent?" vroeg de
millionnair.
„Ik heb geschilderd, meneer," antwoordde de
•jonge man. „Daar staan de letters; drie D's; ik
In de eerste plaats dient het industrieele
deel, liefst dat deel wonende in de streken
door de internationale touristen bezocht, er
zich meer en meer op toe te leggen voorwer
pen te vervaardigen welke het eigenaar lige
cachet van hun plaats dragen.
Vooral kan hier het arbeidsveld van den
klein-industrieel belangrijk uitgebreid worden
zonder vrees voor concurrentie van het groot
bedrijf, indien het handwerk, èn door smaak,
èn door eigen bedrevenheid er een afzonder
lijk cachtt op weet te leggen, terwijl het ter
rein der vakken bijna onbegrensd te noemen
is.
Voor zo iver de klein-industrieel geen gele
genheid heeft zijn artikelen zelf in het klein
te verkoopen, zal deze taak door den plaat
selijken kleinhandel dienen te geschieden.
Evenwel past hierbij een ernstig woord tot
ben.
Tot ons leedwezen en tot ergernis van
velen zagen wij herhaalde malen, dat ver
schillende kleinhandelaars meer gelegen
heidswinkeliers zich niet ontzagen de
fabelachtigste prijzen te vragen voor imita
tie-antiquiteiten, en een overvraag en afding-
handel te drijven, welke den goeden naam
en de betrouwbaarheid der verkoopers in die
streken zeer veel en voor goed zal bena-
deelen.
Dit nu moet veranderen, zoowel ln het
belang van die bandelaars zelf zij slachten
daarbij de kip die de gouden eieren legt
als in het belang van ens geheele land. Eeu
behoorlijke winst zal niemand heu misgun
nen, doch overvragen voor meer dan het
vijfvoud der waarde zooals wij het hoorden,
is gewoonweg ergerlijk en ontsierend voor
een eerlijk handeldrijvend volk.
Eu 't zijn niet alleen de winkeliers in tou-
ristenartikelen welke hierbij zondigen, doch
ook zij die fruit, enz. verkoopen. Vooral deze
laatsten brandschatten als 't ware den armen
vreemdeling, die aan zijn begeerte om fruit
te koopen bij ben komt voldoen. Wij zagen
b.v. voor een gewone kleine pe zik, die te
Amsterdam 10 cent kostte, 75 cent vragen,
terwijl druiven welke te Amsterdam 50 a
75 cent het pond waren, en dan nog in veel
minder kwaliteit voor f 1.75 en f2.00 per
pond te koop presenteeren.
Deze wijze van handeldrijven kan niet an
ders dan ernstige schade berokkenen aan
hen, die het doen, doch eveneens aan de
heet Dominique-Dupré. Hij (wijzend op Straker)
gaf mij 1000 francs voor 't karweitje en bracht
mij in 't hotel de Jnssac. Ik geloot', dat hij den
concierge omkocht.
„U ziet het, meneer Straker", zei van Doren,
„Ik kreeg een telegram van Bartholomew Y'eo
te Londen, die mij waarschuwde, dat u een
poging zou doen, mij deze copie voor het echte
in de hand te spelen".
Er had een tweede verwisseling plaats gehad
in het pension te Bloomsbury hoe, dat was
het geheim van Sara Guerrero. Zij liet er niets
van los, maar een feit was, dat het echte stuk
weer in handen van Yeo was, en dat Straker,
op zijn beurt gefopt, er netjes inliep.
Ook deze affaire bracht de jonge dame een
aardig sommetje op en zij werd langzamerhand
een rijke partij. Als zij en Gerald binnenkort
trouwen, kunnen ze best stil leven als de
liefhebberij voor het vak hun niet te machtig
blijkt.
Uit de papieren van een chef der politie
te Monle-Carlo,
door W. j,e Queux.
Op een mooien namiddag zat ik aan een
tafeltje voor het Café de Paris", met een ciga
rette en een glas limonade, verscholen achter
de „Figaro". Ik doe dat meermalen, zoo tegen
vier uurachter mijn krant verscholen, kan
ik alles zien, wat in en uit het Casino gaat en
BUREAU
KORTEGRACHT 9
Postbus 9. Telephoon 19
geheele omgeviDg. Het Engelsche versje, op
het Dordrechtsche Middenstandscongres aan
gehaald, krijgt ook daar zijn beteekenis voor
allen die het aangaat.
Ten slotte moet mij nog iets van 't hart
na mijn bezoek aan het interessante eiland
Marken.
Ik was daar met een Engelschman, die
voor het eerst mijn land bezocht. Zoo ver
rukt als hij in het eerst was toen hij be
merkte, dat die eenvoudige raenschen in
Broek en Waterland, in Volendam en Mon
nikendam, zich hadden toegelegd om zyn
taal (het Engetsch) te spreken, zoo ontstemd
was hij, toen voornamelijk in Monniken
dam en op Marken hij zich, evenals alle
andere bezoekefs, omringd zag van jonge
inboorlingen, van drie tot naar schatting 16
a 18 jaar, die in alle toonaarden krijschten en
schreeuwden om „money! money!
moneydaarbij hun handen op meer dan
schaamtelooze manier, tot bet ontvangen der
bedelgiften ophoudende. M. B.
School en Huis.
Het Handelsblad ontving het v Igende
schrijven.
't Was de laatste dag voor de vacantie.
Den vorigen dag waren de kaarten uitge
deeld aau de gelukkigen, die mochten deel
nemen aan het vacantie-kinderfeest éan
op tien. Ik sta aan de deur bij 't ingaan
van de school en neem gelaten de klachten
eu standjes in ontvangst van verontwaardigde
moeders, wier Fransie of Betje nooit eres
wat krijgt, en ik leg uitFransie hierom
niet en Betje daarom niet. Vergeet niet, dat
Fransie immers nog hierheen geweest is en
dat Betje nog pas dat heeft gehad. En die
paar, die wel gaan, die hebben nu met recht
»nooit eres wat".
Moeder M. blijft wat op een afstand,
tot de anderen weg zijn en de kinderen
binnen en als ik de deur dicht zal doen,
komt ze naar me toe. 't Huilen staat nader
dau 't lachen.
»Ocb, meneer, is er niks aan te doeo, dat
mijn twee kinderen eok zoo'n kaart krijgen
van 't vacantie-feest O, asjeblieft, meneer,
zeit u maar wat 't kost, ik wil 't wel uit
me mond uitzuinigen, maar geeft u me asje-
blielt twee kaarten
't Gaat natuurlijk niet de kaarten zijn uit-
tegelijk uit het kosmopolitisch gebabbel aan de
tafelijes om mij heen veel nuttigs vernemen.
Ik doe mij dan voor als een welgesteld Parij-
zenaar, en hoewel de beroepsspelers zeer goed
weten, wie of wat ik ben, hebben de duizenden
vreemdelingen, die komen en gaan, geen idee
van mijn positie.
Als gewoonlijk op zonnige dagen was het op
't terras voor het café zeer volde menschen
genieten er van het kalme uurtje, eer de kille
zeewind komt. Binnen het Casino ging de strijd
om het geld zijn gangmaar hier buiten, in
de heerlijke natuur, kon men zich moeilijk
voorstellen, dat deze plek gronds het middel
punt was van alle hartstochten, die de wereld
beheerschen.
Plotseling werd mijn aandacht getrokken door
een paar woorden, uitgesproken door een man,
dien ik ook zonder om te zien herkende aan
zijn krakende stem. 't Was Pasquale, een ver
woed speler, die alle jaren de bank bezocht. Hij
woonde te Nizza en kwam geregeld twee ofdrie-
maul per week, om den geheelen namiddag te
spelen, met overleg. Men kende hem aan een
groote beurs met kralen, die hij altijd meedroeg
en de legende wilde, dat deze beurs hem geluk
aanbracht. Zijne medespelers lachten om die
gril van den ouden heer, en waren geneigd, hem
daarom voor een beetje simpel te houden. Maar
hij was lang niet gek; er waren er in de speel
zaal weinigen slimmer dan Francisco Pasquale,
wiens oogen niets ontging en die een van de
kalmste spelers was, welken ik ooit heb ontmoet.
Ik heb hem vijftien, twintigduizend francs
in een uur zien verliezen met da grootste koel
bloedigheid, en hem met een dubbel zoo groote
.vinst naar het station zien wandelen touder
dat hij zich een kop koffie gunde.
(Wordt vervolgd.)