Donderdag 25 Maart 1909. No. 7639. 58e Jaargang firma a h van cleeff tc AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi. franco per post f 4.15! Advertentiën 16 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Bij regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Recames 1—5 regels f 1.25 elke regel meer f 0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT 9 Postbus 9. Telephoon 19. KENNISGEVING. De BURGEMEESTER en WETHOUDERS van AMERSFOORT, Gelet op nrtt. 6 en 7 in verband met art. 27 der HINDERWET, Brengen Ier kennia van het publiek, dat een door hen aaD Gedeputeerde Staten van Utrecht ingediend verzoek, met bijlagen, om vergunning tot het uitbreiden van de Gem-*ODtc-ga«fabriek met a. het verlongen der stokerij en van de etcer.- kolenlooda met een bijbouw voor wasch-. kleed- en sobaftkamer en het verplaatsen van de kolenlift; b. het verlongen der regeueratie-loods c. twee nieuwe stoomketels, elk van 2.6 atmos- phecr druk, alsmede een er.hauster van 4 P.K., vier regulateurs, een watcrkoeler eu een condensator, een en ander te plaatsen in hel ketelhuis en do machinekamer; d. het verruimen der smederij, door uitbreking van eeu muur in het perceel alhier gelegen aan het Sinallepad, by bet Kadaster bekend onder sectie D. No. 1933, op de Secretarie der Gemeente ter visie ligt, en dat op Dinsdag, deu 6 April aanstaande, des voor- middags te half elf uroD, gelegenheid ten Raad- huize wordt gegeven om, ten overstaan van het Gemeentebestuur of van een of meer zijner leden, bezwaren tegen het oprichten van de inrichting in to brengen, Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hiuderwet, zyn, volgens de bestaande jurisprudentie, alleen zy gerechtigd, die overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeentebestuur of een zijner ledeu rijn verschenen ten einde hun bezwaren mondeling toe te lichten. Amersfoort, 23 Maait 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTJER8. De Secretaris, J. G. STENFERT KROESE. (Herplaatsing wegens misstelling.) Vrouwenkiesrecht. Na hetgeen onlangs mr. T. de Vries heeft gezegd over deze zaak, welke óok door haar nieuwheid verre van ieders belangstelling, laat staan sympathie, heeft, mag hier ook wel eens het woord verleend aan den kun- digen Van-dag-tut-dag-schrijv r van het «Handelsblad", die onder het opschrift in Vrouwenkiesrecht... middel, geen doel' daarover zegt Bijzonder belangwekkend is de werkelijk machtige beweging, in alle beschaafde lan den onder de vrouwen ontstaan om aan te dringen op wat Stuart Mill noemde hun «meerderjarig verklaring". Hoe ontstond de beweging Doordien duizenden en nogmaals duizen den vrouwen genoodzaakt worden, hun brood te verdienen buitensbuis. Telkens meer ge voelen velen van haar, welk belang ze heb ben bij 1 et goede bestuur van den Staat, bij de wetten, zoo oude als nieuwe, waar de Staat met dwang en dwang en nog eens dwang telkens meer ingrijpt in hun per soonlijke belangen, hun gezin, hun macht over hun kinaeren, hun arbeidsvoorwaar den. Laat ons eens luisteren naar wat ze zeg gen. „Wil men een denkbeeld hebben van het aandeel, dat de vrouwen nemen iu het wel zijn, in het krachtsbetoon van eet Vereenigd Koninkrijk werd verleden week te Man chester gevraagd op een groote openbare vergadering. «Wil men weteD hoe ze onder de werklieden, die don rijkdom van den Staat voortbrengen, plaats nemen in de voorste gelederen liet antwoord werd gegeven door mevrouw Graud Richards in de volgende woorden «In de verschillende takken van nijverheid wordt in ons land aan vrouwen uitbetaald twaalf millioen gulden per week, en als men alle arbeidsters, iu wolk vak of beroep ook, meerekent, bedraagt bun wekelijksch loon 36 millioen gulden. «lietschijnt my nutteloos, te verklaren, dat het stemrecht aan deze vrouwen toch geen beteren economischen toestand verzekerenzou. Maar het is toch natuurlijk, dat ze die proef eens willen nemen. De rijkdom van ons land. wordt voor een groot deel voortgebracht door werksters, arbeidsters. Ze vormen een levensbestanddeel van het staatkundig lichaam. Ze willen als mondige, verantwoordelijke me dearbeiders van den man iets te zeggen heb ben." Toen twijfel was geopperd of de vrouw in Engeland werkelijk zulk een groot aandeel had in den arbeid der iDdustrie, stond mejuf frouw Roper op en deelde mede, dat er in de katoennijverheid van 6lke 10Ü0arbeiders 628 warenin de wolindustrie telden ze 582 op elke 10U0; in dezijdef ibi icage702 per 1000 in de tapijifabrieken 517 per 1000, en bij het maken van kant waren ze 653 per 1000 iu aan tal. Nu even een beeld van de vergadering zel ve. In de reusachtige »Free-irade hall" van Manchester waren de vrouwen bijeen, die alle beroepen en bedrijven ongeveer verte genwoordigden. Wij nemen uit den «Manchester Guardian" over de opsomming van de vertegenwoordig de beroepen »Scientific workers, head and assistant mistresses, doctors, lecturers, inspec tors of schools, authors, artists, actresses, art, music, singing and gymnastic teachers, civil servants,journalists,nurses, clerks, typewriters, medical and other university students, dress makers, milliners, weavers, winders, ring spin ners, electric workers,shirt and jacket ma kers, bookbinders, tailoresses, cigar makers, clay pipe workers, capmakers, barmaids, flo rists, shop assistants, charwomen, and domestic servants". Zij werden gepresideerd door Mevrouw dr. Garret Anderson, Burgemeester van Al- deburgh, die aantoonde, dat de vijf millioen vrouwen, welke in Britscbe fabrieken en werkplaatsen hun brood verdienen, groote moeite hebben om hun plaats te handhaven en in betrekking te blijven door de einde- looze pogiDgen der mannen om de vrouwen weg te diingen uit het beter bezoldigde plaatsen. Vele deuren, die vroeger voor haar geopend waren, viuden ze tegenwooidig ge sloten wat de mededinging tusschen vrou wen in enkele vakken zeer opdreef, terwijl het leidde tot het onzalig stelsel van «swea ted labour", werken voor onmogelijk laag doen. Allerlei voorwendsels werden aangegrepen door mannen om vrouwenarbeid te weren. In de katoennijverheid van Lancashire vin den niet minder dan 74000 gehuwde vrou wen werk maar een beweging is begonnen door hen, die verboden weoschen te zien, dat gehuwde vrouwen in een fabriek wor den aangenomen. Dit is al een zeer kras wetsvoorstel, als men opmerkt, dut al die vrouwen haar tehuis warmer en beter maken door hun werk en het gezin helpen bijeen houden. Telkens en telkens komt dwingend ver bod van mannen do vrouwen beletten te werken, 't Is natuurlyk, dat de vrouw wat te zeggen wil krijgen op de dwingende wet gevers. Aan vrouwen is reeds alle nacht arbeid verboden. Er waren vrouwelijke zetters en lino-lypers, maar de meeste zet terijen zijn voor haar gesloten, omdat geen vrouwelijke zetter na acht uur mag arbei den, Waarom verbiedt men tevens niet aan pleegzusters, na acht uur haar patiënten te verzorgen en aan babies na acht uur 's avonds geboren te worden Wat die dvvung, dwaDg, en nog eens dwang, door mannen op vrouwen, bij haar werk geoefend, botcekent, word verder duidelijk gemaakt door mejuffrouw Gore Booth. Tel kens weer beletten de mannelijke wetgevers der vrouwen een eerlijk stuk brood te ver dienen door baar arbeid, zeide zij. Er was tot onlangs in de wet, die arbeid ua acht uur verbiedt, een uitzonderiug ge maakt voor vrouwen, die op enkele dagen en bij enkele gelegenheden tot eeu later uur mochten werken in en voor bloemistenwin kels; maar de arbeiderspartij heeft de in trekking van deze extra-verguDning weten door te drijven, tot groote schade der arme werksters. Er was niet éen man in bet Huis der Gemeenten scherpzinnig genoeg om in het belang der arbeidende vrouw in deze op te treden. In de drie h vier maanden van den season te Londen, wanneer diners en bals gegeven wordeD, gingen de help sters in de bloemenwinkels met geoefenden kunstzin, smaak en oog voor kleur op de eettafels en in de salons de bloemen schik ken. Dat is hun nu in honderden vau ge vallen onmogelijk gemaakt! De diners be ginnen pas om half negen, de bals niet vóór tien uur. Aan al die meisjes is door dwang en nogeens dwang van botte mannen verboden hun brood te verdienen. De socialisten, die het verbod bewerkten, verklaarden, dat ze het deden in het belang van overwerkte arbeidsters en om hun le beletten te huis extra werk te doen... «Alsof", zeide juf frouw Booth onder daverend applaus „alsof mou een balzaal mede naar buis kan nemen om die in zijn slaapkamertje te ver sieren met bloemen". Wat óok op deze vergadering uitkwam, was de algemeene begeerte om van stem recht geen doel, maar een middel te makeD. Dieper verantwoordelijkheidsgevoel zal bij alle ware vrouwen gewekt worden door het bezit van een stem bij de regeering van het volk door het volk, meende men. Haar ge zichtskring zal worden uitgebreid. Toen ik het verslag van de Manchester vergadering gelezen had en van een Engelsch- man, wiens vrouw er gesproken had, vele me- dedeelingen er omtrent gehoord bad, kwam mij in herinnering het verslag van een zeld zaam aangrijpende rede, door mevrouw Mal ler—Lulois gehouden te Utrecht. Het onderwerp was „Armenzorg en de vrouw" en de rede scheen mij een zeer krachtig pleit voor het stemrecht der vrouw, dat is voor het aandeel, dat vele vrouwen wenschen te nemen in alles wat beter toe- j standen in onze maatschappij voorbereidt en i lot stand brengt. Bijzonder troffen mij de volgende woor den „Bij het wachten op de dingen, die komen zullen, behoeft echter' niet stil gezeten te worden. Het publiek moet in samenwerking voorgaan. Het is hierbij de vrouw, die de grootste rol zal moeten en kunnen spelen. In de eerste plaats moet een einde gemaakt worden aan de straat- eD voordeur-philan- tropie. Zooals deze thans wordt uitgeoefend, is het een soort van armenzorg, die, in plaats van nood te lenigen, armoede verwekt. Het woningvraagstuk verdient niet minder de aandacht der vrouw, terwijl zeker ook de invloed die door haar kan worden uitgeoe fend op de opvorüing en de moraliteit, niet onderschat mag worden. De rrouw-armeu- verzorgster zij lichtbrengster in de woning der armen, bewaakster der moraliteit. Spreekster stelde de vraag wat de vrou wen weerhoudt om zich in grooten getale aan het werk der armverzorging te wijden. Gebrek aan tijd kan het meerendeei der ongehuwde vrouwen toch niet tot motief strekken, hoogstens zou dit voor de gehuwde vrouwen geldenook haar echter zal, bij doelmatige verdeeling van arbeid, de gele genheid niet geheel ontbreken, integendeel zal de zorg voor breeder kring dan de eigen eng omlijnde, ontwikkelen, verruimen, ver edelen en verdiepen. Belangstelling van de vrouw voor het groote leven der mensch- heid en daarmede studie van het armenzorg- vraagstuk, is voor de vrouw, wil zij arraen- verzorgster worden, vernachte. Een leerling van Vinet heeft gezegd: «pour se donner il fait se possé Ier". Zoo is "t. Wie geven wil, moet iets te geven hebben. Zal de vrouw op armenzorg-gebied iets praesteeren, dan arbeide ze aan zich zelf. Ernstiger worde haar danken, sterker haar wilfeD, dieper haar meegevoel, ruimer haar blik, intenser haar verantwoordelijkheidsgevoel, wijder haar kring. Ook de vrouw moet worden geraeen- schapsmeosch. De vrouw met haar rijk ge voelsleven, haar intuitief vermogen, haar verzorgingsbehoeite, breide haar gezichtskring uit van eigen gelukkig thuis naar de krotten der armen.,., van de krotten der armen naar de sociale vraagstukken.... van de sociale vraagstukkeu naar de geschiedenis der menschheid Haar scheppingsdrang scheppe geluk 1" Voorwaar, dus is schoon aangeduid de idealistische richting der vrouwenbeweging, die geen uitvloeisel is van egoïsme, maar van naastenliefde, die niet gericht is t e g e n de manuen, maar voor de ontwikkeling der vrouw tot haar meest harmonische volkomen- beid, zoodat ze haar groote, haar moederlijke, ordenende, verzorgende eigenschappen niet alleen kan toonen in eigen klein bestaan, maar ook in het groote leven der mensch heid en tot opvoeding en bescherming barer zusters. In den laatsten tijd heb ik in de bladen en weekschriften van verschillende landen heel wat gelezen over die algemeene bewe ging tot mondig verklaring der vrouw, en veel van wat ik las, gaf my de diepe over- tuigiug, dat vele der beste en beschaafdste vrouwen gebukt gaan onder het besef, dat men in een groote wereld kracht verkwist, zoolang men, bij het streven naar een betere toekomst voor land en volk, ter zijde laat de medewerking der vrouw by het kiezen van wetgevers, het mede dirigeeren, contro leeren en inspecteeren van alle bedrijven waarin vrouwen arbeiden. Wio billijk bcooideelen wil het streven naar vrouwenkiesrecht, beginne met sympa thie te gevoelen voor het doel van dit streven. Opleiding officiersrang. Het onderzoek van dit wetsontwerp gaf in de afdeelingender Tweede Kamer aanlei ding tot da volgende beschouwingen. Het voornemen tot opheffing der Cadet tenschool werd, in beginsel, algemeen toege juicht; men stemde overeen in de meening, dat deze inrichting hoe eer zoo beter behoort te verdwijnen. Rovendien werd van verschil lende zijden gewezen op de belangrijke besparing, die met de opheffing der Cadet tenschool gepaard zou gaan. Verscheidene leden waren teleurgesteld, dat de Minister van Oorlog niet reeds dade lijk tot de opheffing der school wenscht over te gaan. Van het voorgestelde wetsontwerp verwachtte men grooter toeloop naar de Kon. Militaire Academie. En mocht er nu toch een tekort aan cadetten blijven bestaaD, dan meenden sommige leden, dat beurzen beschikbaar moesten worden gesteld voor jongelui, woonachtig op plaatsen waar geen Hoogere Burgerscholen met 5-jarigen cursus zijo, die, na afgelegd eind-examen, aan de Academie voor officier wenschen opgeleid te worden. Financieel zal zulk een maatregel onbeteekenend zijn in vergelijking met de zeer hooge kosten der Cadettenschool. Het denkbeeld werd ook geopperd, de Cadetten school, bij wijze van proef, een paar jaar te sluiten om eens te zien of zij geheel kan worden gemist. Door verschillende leden werd betoogd, dat de eischen voor de officiers-opleiding bier te lande, zoowel wat betreft de toelating tot de Kon. Militaire Academie als het leerplan aan die inrichting, in wetenschappelijk op zicht te hoog zijn opgevoerd. Om als officier bij den troep te voldoen aldus werd be toogd komt het vooral aan op zekere karakter-eigenschappenzeer uitgebreide kennis is in vergelijking daarmede van weinig beteekenis. Slechts voor weinigen in het leger, nl. diegeneD, die in sommige speciale functiën worden geplaatst, en voor een deel deel der hoofdofficieren treedt fc.et vereischte van grootere theoretische ec technische ont wikkeling op den voorgrond.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1909 | | pagina 1