Zaterdag 3
1909.
BLOQKERS
No. 7643-
58e Jaargang
DAALDERS
CACAO.
FIRMA A H. VAN CLEEFF
te AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.—
franco per post f 1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent elke regel meer 10 cent. Rij regel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieel©- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent. Reoames 1—5 regels f 1.25 elke refjel meer f 0.25. Groote
letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naai' buiten worden in rekening gebracht en ko9ten
evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
KORTEGRACHT*
Postbus 9. Telephoon 19.
KENNI86ETINI
De BURGEMEESTER der Gemeente AMERS
FOORT
brengt, ter voldoening nan de aanschrijving van
den Commissaris dor Koningin in do provincie
Utrecht d.d, 31 Maart 1909. 4e afdeeling, No.
1298/979, ter kennis ven belanghebbenden, (lat in
de Gemeente WILNIS een geval van MOND- en
KLAUWZEER is voorgekomen.
De Burgemeester voornoemd
WUIJTIERS.
Amersfoort, 3 April 1909.
V ronwendienstplicht.
Wel moet mevrouw \Vijnaondt9 F-nncken-
Dyaerinck een zeer uitgebreide studie hebben
gemaakt van bovengenoemd onderwerp om het
zóo te kunnen uiteenzetten als zij het Woens
dagavond hier deed in do openbare bijeenkomst
der plaatselijke afdeeling van den Bond voor
vrouwenkiesrecht, den avond vóór haar vlot ge
schreven en goed gedoccumenteerde studie ver
scheen in „De nieuwe Gids", waar men het dus
in zijn geheel kan lezen en overwegen.
Inleidster begon met te zeggen, dat de 7 Fe
bruari 1907 opgerichte Bond een tweeledig doel
heeften welpropaganda te maken voor vrou
wenkiesrecht, hetzij actief alleen, hetzij actief en
passief beide èn het voorlichten der vrouw
ten aanzien van alle vraagstukken die voor
haar, met het oog op haar toekomstige burger
schapsrechten, van belang zijn. Voor dit laatste
worden in de afdeelingen cursus-vergaderingen
gehouden en zoo had de plaatselijke afdeeling
spr. verzocht, een of ander onderwerp te komen
inleiden en daarmee de eerste propaganda-rede
te houden.
Spr. deed nog uitkomen, dat, hetgeen zij
gii.g zeggen, haar persoonlijke meening is wie
deze niet deelt, behoeft zich niet te laten weer
houden, tot den Bond toe te treden, welke om
trent dergelijke vraagstukken geen bepaald
standpunt inneemt.
In de Mei-aflevering van „De Gids" van 1907
Bchreef de oud-Miniater van Oorlog generaal
Staal een artikel „De persoonlijke dienstplicht
der vrouw" en wanneer een man als deze go
neraal zulk «en onderwerp belangrijk genoeg
vindt om er over te schrijven, is het dat zeker
óok voor de vrouwen om er eens over ledenken.
Reeds sedert 1902, het jaar waarin spr. begon
op te treden voor vrouwenkiesrecht, heeft net
vraagstuk vrouwen-dienstplicht haar geïnteres
seerd, echter niet met veel Bucces en ook het
artikel van generaal Staal zal wel geen blijven-
den indruk nalaten.
In ultra-feministische kringen wordt de zaak,
opmerkelijk genoeg, doodgezwegen. liet streven
naar rechten heeft het vervullen van plich
ten vooral de rechten binnenshuis en de
plichten binnenshuis bij veleu te zeer op den
achtergrond gedrongen. En worden publieke
rechten gevraagd, dan moet men te gelijkbaar-
mee willen gehoor geven aan maatschappelijke
plichten. Reeds lang is daarop gewezen, doch
de beweging is jammer genoeg geraakt in han
den van drijfsters, die ufstojten door hun uit
sluitend ijveren voor emancipatie, agiteeren
voor rechten, doch zelfs niet denken over plich
ten. Doch om plichten te kur.nen vervullen
naast de rechten, die men zich wenscht toege
kend te zien, moet de vrouw worden opgeleid
om die plichten te kunnen nakomen.
Ik meen, dat de Staat deze zaak moet ter
hand nemen.
Met Salomo kunnen we ook van dit vraag
stuk zeggen, dat er „niets nieuws onder de
zon" is.
Reeds tijdens het Schrikbewind verzocht
Thcresia de Cabarus, later Princcsse dc Chimay,
meer bekend als Madame Tallien, aan de Na
tionale conventie vrouwendienst te willen in
voeren.
Ruim een eeuw later, in 1891, hoeft Helene
Lang, op een congres te Dresden gezegd„In
dien ik een vrome wensch mocht uitspreken,
zou hot deze zijndat de jonge vrouw, evenals
de jonge man die zijn dienstjaren moot uit
dienen, éen jaar in een bewaarschool of eenigo
andere inrichting van maatschappelijk nut
werkzaam moot wezen". Zij trok de grens dus
wel zeer ruim.
De Zwitserschu Nationaal-oeconoom Hilty
heeft, ais generaal Staal had, uitsluitend op
hot oog de werkzaamheid der vrouw by het
Roode kruis of do administratie, dus als non-
combatantte.
In een rapport over Algemeen kiesrecht van
de Vereeniging voor vrouwenkiesrecht niet
t« verwarren met den Bond vnn dien naam
worden voor de vrouw opgeëischt alle plich
ten, opdat in geen enkel opzicht plaats nebbe
bevoorrechting van don man.
Dr. Lingbeek was de eerste hier te lande, die
den wensch neerschreef van dienstplicht voor
de vrouw ten bate van hygiene en voedingsleer.
Hij wilde daardoor ziekten voorkomen en beide
zaken dermate nationaliseeren, dat zo tot een
gewoonte d. i. een behoefte zouden zijn gewor
den. Volgens hem meenen verschillende econo
men, dat veel van de maatschappelijke ellende
moet geweten aan de vrouw, die niut berekend
is voor haar taak in huis en gezin.
De militair verwacht dus van de vrouw ver
betering van het Roode kruisde geneesheer,
van zijn vak; de vroedvrouw van haar werk
zaamheden.
Mario von Schmidt wenscht den Bland dor
vroedvrouwen geheel to zien verdwijnen en elke
jonge vrouw voorbereid te zien voor „Muttor-
dienst" door eon verplichten diensttijd van him
18de tot hun 21eto levensjaar, met, zoonoodig
resurve-uiensijaren. Daartoe wil zij o.a. de onge
huwde moeder zien opgeroepen drie maandeu
vóór pn negen maanden na de bevalling, iet9
waardoor het vraagstuk van het buitenechtelijk
kind wol veel zou winnen. Dat haar systeem
op zoo militaire leest is geschoeid, is mot zoo
vreemd voor wie weet, dat freule Von Schmidt
eon dochter is uit een oud-adellijko Duitsche
familie van militairen. Meer opvallotul is het,
dat zij geheel treedt in het Bpoor van dr. Van
Lingbeek waar deze ijvert voor hygiene.
In Frankrijk wijdde mevrouw dr. l'elletior
tal van artikelen aan deze zaak in „La snffrn-
giste" en in Zweden bepleitte Ellen Key den
weerplieht der jonge vrouw.
Do geniale ontwerpster der Tentoonstelling
van vrouwenarbeid, wijlen Marie Jungius, had
in 1898 op die tentoonstelling een hoekje inge
richt met „arbeids-raatcriaal der volleerde Ne-
derlnndsche jongedame". Daar waren te zien
een tennis-rackoi, een rijwiel, eenige waaiers,
een paar balboekjes, menu's, een romannetje en
daarnaast een plakaat waarop „Er is dringend
behoefte aan uw medewerking by ("volgde een
reeks instellingen van maatschappelijk welzijn
waarbij de hulp van hen, die zóo hun tijd ver
beuzelden, zeer goed te stade kon komen)een
hulp die henzelven op den duur gelukkiger zou
maken dan zulk een nutteloos leven, enz. als
slachtoffer waarvan menigeen viel en zcuuw-
lijdster werd.
Zyn we in de sedert verloopen tien jaar erg
vooruit gegaan?
Marie Jungius zelf is bezweken door haar ge-
stagen arbeid, die te zwaar was voor haar zwak
lichaam.
Inmiddels werd opgericht do School voorna-
tionulen arbeiddoch zij moest een vol jaar ge
sloten blij veu door gebrek aan leerlingen en de
kortzichtigheid der ouders, die niet willen in
zien, dat hun dochters wat meer moeten lueren
don den tijd dooden door allerlei beuzelingen,
dio hot leven leeglaten eu dr. Calh. van Tus
senbroek aanleiding gaven tot haar ernstige ver
maning aan de vouwelnke jeugd over gebrek
uan levens-energie mot ullc vreeselijke gevolgen
daarvan, waarvoor zelfs do bekwaamste medicus
dikwijls goen raad weet.
Nog veel te veel moeders staren zich voor
hun dochterB blind op een ..gelukkig huwelijk"
veel te weinig willen er nanr luisteren, dat er
een massa nuttige arbeid luide roept om af
doening en dut er is heel veel ongebruikte
vrouwekracht, welke uitstekend daarvoor kan
benut. Er zijn lal van zaken van volkomen nou-
trulen aard voor welke do vrouw zich kan nut
tig maken, heel wat nuttiger dan door bijvoor
beeld te liefhebberen in armenzorg, deze perfide
vivisectie van de allerergerlijkste soort. Manral
dit moet worden geloerd in ziek nhuizon, wees
huizen, scholen, enz. En waar do maatschappij
op die wijze nut zou kunnen hebben van do
vrouw, dour zou voor haarzelve to gelijk de
grond worden gelegd voor ecu nuttiger, dus ge
lukkiger, leven in huis. Wel te wonschen wnre
dat iedere vrouw word verplicht éen jaar vnn
haar leven af lo staan voor practischen dienst
in het pructische loven, volgenB een vastge
steld program mil.
Dat zou natuurlijk geld kosten, óok omdat cr
ouders zijn die de verdienste hunner dochters
in dat jaar niet kunnen missen doch dat geld
is to krijgen van de jongedames, dio ook gaarne
zullen betalen nis men hnn leeg leven vnn thans
muakt tot een nuttig. En do onderlinge samen
werking van vrouwen uit alle standen zil hun
doen looren, elkaar beter begrypen en dus te
waardeeren, waardoor een betere maatschappe
lijke verhouding zal ontslaan en do klassenstrijd
CEEN CACAO SMAAKT
ZOO KRACHTIC ALS
heel wat van zyn scherpe kanten zal verliezen.
Ook profyluetisch zal het vcipliehto dienstjaar
groote waarde hebben, omdat men er in zul
leeren tucht en orde.
Het zal tevens een einde maken aan de
laatste bedenking togen vrouwenkietrechl.
Freule HarUen heeft eens gezegd, dat zoo lang
de vrouw haar plicht verwaarloost, zij geen
aanspraak kan maken op het vragen van eenig
recht, óok geen kiesrecht. Dat is het eenige
steekhoudend argument, dat spr. ooit vernam
tegen hot kiesrecht der vruuw, een waartegen
niet valt te argumenteeren, doch waartogon de
kiesrecht wenschende vrouw alleen daden te
stellen heeft.
Er bestaan geen bezwaren tegen vrouwen-
dienstplicht. De Nutionale vrouwenraad moet
de zaak aanpakken en samenwerking zoeken
met do Vrouwenraden in Zweden, Duitschland
en andere landen.
De analogie tusgchen mannendienstplicht en
vrouweiulieiistplicht leide echter niet tot ruis-
verctand. Vrouwendienstplicht is een leerplicht
en niet oen wquivulent voor den dienst van
den niuu in het leger; hy is slechts een stre
ven otn óok iets te gaven aim den Staat, moer
dan tot dusver mogelijk is.
Hoe stuol iiet nu met hot nu met hot in
practijk brengen van het beginsel
Aanvankelijk werd uitsluitend gedacht aan
ziekenverpleging, hetgeen tal van bezwaren had.
Immers men kan zieken niet doen verplegen
door onervaren meisjes. Doch de Evangelische
Diakonon-Verein te Berlijn-Zelendorf heeft
bewezen, dut dit bezwaar kun opgehovon. Zij heeft
meer dun 300O vrouwen, na hen daarvoor te
hebben opgeleid, een jaar dienst laten doen
in haar ziekenhuis, enz.
Zij, die dit vrijwillig dienstjaar meemaakten,
zeggen er van, dat ajj er in leerden, hun tijd
beter in te deelenmeer bewust werden vnn
hun physieke kracht; dieper inzicht kregen in
het maatschappelijk loven zioh do mogolyk-
heid zagen geopend voor eoonoinische zolt'stun-
digheid. En de leidster der Zelendorlsche
vereeniging schreef nau spr., dat hot zeer te
wonschen waro, dat dozo arbeid in grootor om
vang werd ter hand genomen ook in Stuutsziokon-
huizen, tot welzijn der volksgezondheid.
Mon behoeft ook niet te vreuzon, dat er racer
verpleegsters komen dun zieken, want ook in
menig ander opzicht kan de vrouw zich nuttig
maken in don veel omvattenden arbeid als die
van deze Diuoonie-vereeniging.
Voor hel meerendeel zoekt do vrouw en zal
zij hly ven zoeken haar levensdoel voor eigen
haard. Daarbij moet men zich dus aanpalen,
In weerwil van allo theorieën daarover zal do
maatschappij niet afdrjjvon naar gezinsontbin-
ding en coöperatief samenleven on dus blyft de
vrouw-moeder steeds hot middelpunt van het ge
zin en valt er dus nog veel te verbeteren in
het huishoudsverk, dat volstrekt niut minder
waardig is aan munnowerk.
Hoe nuttigen arbeid te geven ann alle meis
jes? Nosokomos en de Bond voor ziokoiizorg
rullen wel kunnen mocdeoleu hoeveel krachten
to kort komen om don borocps-verploegstors eon
achturigen werkdag to kunneu vorschalVon
maar buiton ziekenverpleging is or nog heel veel
waar vrouwehulp zeer gowenscht en zeer goed
to gebruiken is; ik denk uan du Metropool to
's-Gravonhngo.
Wie tegen Staatsinmenging is, probouro
het zonder deze doch men werp het kind
niet weg met het badwater en luistere niet te
veel naar do vortoogen der ultra-feministen. Ooi
ander dan aoxueel onderscheid Is er tueschen
den man en de vrouwtweeling is de mensch
Ïeboronzij moeten elkaar oanvuflon en kunnen
at. Iedere sexe hoeft ztyn oi$en beroepen en
moot die behouden on znl dit ook doen ten
spijt van hen dio alles willen nivelleeren.
Dat vrouwendienstplicht geen hersenschim is,
is zonneklaar te Zelendorf gebleken. Vrouwon-
dienatplioht is niet alleen mogelyk, maar ook
goed.
Kr werd nu eon kwartiertje gepauzeerd, waarna
spr. het viertal vragen behandelde, vó >r de
vergadering in do vragenbus gedaan. Een paar
daarvan nndden betrekking op de oudo vraag:
wat is hot verschil tusschen don Bond voor
vrouwenkiesrecht en de Veroeniging voor
vrouwenkiesrecht.
Inl. beantwoordde die, maar verwees ook naar
het geschriftje van mevrouw Van Eegheu—
Boissovain en naar no. 4 dor KleiDe geschriften
van den Bond „De uitwerking van vrouwen
kiesrecht", van de band van mevrouw dr. M.
Nieuwenhnis-Von Uexküll Guldonbrand,
Een der vragen gold do
gehuwde onderwijzeres.
Spr. was zoor verheugd, dat de vraag luidde:
hoe denkt U over ontslag aan onderwijzeressen,
die in hot huwelijk treden. Immers do Bond
neemt over dergelijke vraagstukken geen stand
punt in. Een ontslag bn huwolijk lykt mij
persoonlijk grenzonloos onrechtvaardig
cn ik ga volkomen meo met hetgeen de heeren
Ketelaar en mr. J. A. I^vy hebben aangevoerd
togen zulk onvrijwillig ontslag. De heer Ketelaar
heeft destijds oen lange lyst namen genoemd
van onderwijzeressen, die haar taak best bleven
vervullen en Bezogd, dat het onderwijs niet
lydt door hun huwelijk. En dit mag de eenige
vraag zijn van don werkgever de Gemeente
hoe is de persoon als vnkmenaoh. Zij gaat
echter voel te ver als zij zegthet onderwijs
tv 1 niet goed zijn.
In Frankrijk en België is hot meerendeel der
onderwijzeressen gehuwden moeder en daar moent
men, dat liet voor do leerlingen juist zoor wen-
schelijk is, dat zij onderwijs krygon van een
vrouw, die zelf kinderen heeft.
Nu spreekt het vanzelf, dat er feitelük dit
achter zit, dat men meent, dat de gehuwde on
derwijzeres niet naar bohooren zal kunnen waar
nemen haar huiselijke on haar moederlijke plich
ten. Dut lijkt my, die zelf eenige ervaring heeft van
die plichten, dun ook moeilijkmaar toch hoo-
ren we, dat gobuwde onderwijzeressen die plich
ten werkelijk goed waarnemen. Ik kan me in-
tusschon niet goed voorstellen, dat een onder
wijzeres, die kinderon hooft on in Btaat is, be
hoorlijk te bestaan, nog voldoenden tijd hooft
om onderwijs te geven 011 bovendien haar taak
in haar gezin naar behooren te vervullon.
Doch vraagt men mij of de Gemeente het
recht heeft, daarover te oordeelen, dan antwoord
iknoen. Ik voor mij sou gaaruo zien, dat de
onderwyzores zich eenigo jaren terug trok ter
wille van haar kinderendoch de Gemeente
heeft niet hot recht, te moraliseoren.
Op de eerste plaats kan het gebeuren, dat de
inkomsten der moeder niot kunneu gemist voor
het gezin.
Vervolgens wordt do school schoongemaakt
door een vrouw, die óok kindoren thuis heeft,
welke allicht meer op straat losloopen dan die
uit onderwijzers-gezinnen. En zou nu de onder
wijzeres hot loodje moeten leggen omdat zy haar
kiuderon een paar uur per dag verlaat, wat de
gefortuneerde dame óok doet, maar niet om
nuttig to zijn, doch om proijee na te loopen?
Ik ontken aan ook het moreel recht der Ga-
meento, aan die audoro vrouw de onderwijzeres
- don plicht op *e leggen, dat zij steeds by
hour kinaoren moot blijven.
Nog doller wordt hot nis da ondorwijsereB de
moedervreugde niot deelachtig zal worden, dus
nis er zelfs geen zweem is van aanstaand moe
dorschap.
Zyn dan de mannen, met wie dezo onderwyza-
zeressen trouwen, zulke sukkels, worden hun
kousen dan zóo slecht gestopt, hun halfzachte
eitjes dan zóo slecht gekookt, dat dc Ruud zich
moot bemoeien met deze geziunen 1 Als ik thuis
wat luier ben, bemoeit niemand er zich mie,
omdat ik toevallig niet bon iq Gemeentedienst.
Zulk een bemoeizucht is allerbelachelykst,
maar meer nog aller bedroevondst ou beneden
dc waardighoid van een Gemeente, dio zich heeft
te houdon buiten het gezinsleven.
Het kan zyn bezwaar hebben ik ben niet
voldoendo op de hoogte met verordeningen o*
I ver promotie, periodieke vorkoogingen van sa-