Donderdag 14 October 1909. No. 7726. 59e Jaargang, UITGAVE FIRMA A H VAN CLEEFF te AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnomont per 3 maanden /"l. franco per post ƒ1.15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosloloos. Legale, off'icieële- en onteigenings- advertentiën per regel 15 cent. Reclames 15 regels ƒ1.25 elke regel meer ƒ0.25. Groote letters naar plaatsruimte. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. KORTEGRACHT 9 Postbus U. Tolephoon 19 KENNISGEVINGEN. Aangifte voor de Zeemilitie. BURGEMEESTER en WETHOUDERS der Gemeente AMERSFOORT brengen, ter voldoening; aan art. 138 der Militie- wet 1901, bij deie ter kennis van wie bet sangaat, dat de loteliugen van de lichting der Nationale militie van 1910, en de lotclingen, bestemd ter aan vulling van de liobtiDg 1910, die verlangen bij de ZEEMILITIE te dienon, worden uitgeuoodigd, zich vóór 1 November eerstkomende bjj ben, Burgemeester en Wethouders, aan te melden of te doen opgeven ter Gemeente-secrotarie te Amersfoort, tot welko aan melding of opgave eiken werkdag van tien uur voormiddags tot drie uur nami Idags, en meer bijzon der op Donderdag den 28 October 1909, des voormid dags te 10 uur, te dier plaatse gelegenheid zal zijn. Voor iudeeling bü de Zeemilitie komen uitsluitend in aaumerking de lotclingen, die ter volledige oefe ning worden ingelijfd. Voorts moeten zij een beroep uitoefenen of eeue positie bekleeden, als in aangegeven in ouderataande lijst. ZEEVARENDEN. A. Stuurlieden, Stuurmansleerlingen, Matrozen, Lichtmatrozen en Jongens op koopvaardijschepen van de groote en de kleine vaart en op zeesleep- booten. Stuurlieden, schippers en verdere opvarenden van londsvaartuigen, tcunenleggers, en jachten. Diepzeevissctiers en Noordzeokuat-visschers. Leerlingen vau zeevaartscholen. BINNENSCHIPPERS. B. Stuurlieden, Schippers en Schippersknechts van Rijnschepen, aken, tjalken en andere vaartuigen. Stuurlieden, Matrozen, Schippers en Schippers knechts van paeagiers- en sleepbooteu op de binnen wateren. Zuiderzee-visschers. Visscbers op de Zeeuwsche wateren en op de groote Mossel- en Oestervisscbers. Schn ten voerders, Vletterlieden en Veerlieden. SMEDEN, STOKERS. MACHINISTEN en BANKWERKERS. C. Machinisten en Macbinist-lcerlingen op sche pen en vaartuigen, bij spoor- of tramwegen en op fabrieken en andere inrichtingen. 8tokers als boven. Machinedrijvers (bieronder begrepen drijvers van motorboten en automobielen). Smeden en Smid-bankwerkers. Machine-bankwerkers en gewone bankwerkers (bieronder ook te verst urn Rijwielherstellers). Werktuigmakers, Kolentreminers, Metaalbewerkers (hieronder te verstaan Koperslagers, Ketelmakers, Vijlenkappers en voorslagcrs). Electricieus. Studen ten in de Werktuigkunde of de Electrotechniek. Leerlingen van de Kweekschool voor machinisten te Amsterdam of van een cursus voor machinisten. OVERIGE BEROEPEN. D. Telegrafisten (hieronder ook te veritaan radio telegrafisten). Scheepsboschieters, Scheepstimmerlieden (scheep makers). E. Koek- en Banketbakkers of knechts. Koks en Koksmaats, betzij aan boord van schepen of vaar- I tuigen, hetzij aan den wal. F. Koffiehuis- en Hotelbedienden, Hofmeesters en Kelhiers op schepen of booten. G. Ziekenverplegers, Barbiers, Apothekers-bedien- den. Studenten in de Geneeskuude of in de Artsenij- bereid kuude. H. Personeel van 's Ryks werven. De personen genoemd onder A, B en D komen alleeret iu aanmerking voor inlijving als zeemilicien- matroos. De personen, genoemd onder C komen allereerst in aanmerking voor inljjving als zeemilicien-stoker. De personen, genoemd onder E komen in aan merking voor inlijving als zeemilicien-kok. De personen, genoemd onder F komen in aan merking voor inlijving als zuemilicion-hofmeester. De perBonen, genoemd onder G komen ia aan merking voor inlijving als zeemilicien-ziekenver- pleger. De personen genoemd onder H komen in aan merking voor iuljjving als zeemilicien-matroos of stoker, alnaarmato vau het beroep, dat zij uitoefenen. Hierbij wordt bet volgende bekend gemaakt; J, De lotelingen kunnen bij de uaugilte voor de zeemilitie opgeven of zij, in geval van aanwijzing voor den dienst ter zee, zouden weuscheu te worden afgeleverd en in werkeljjken dienst gesteld in bet tijdvak van 1 tot 15 Maart van bet volgend jjar, dan wel of zij er de voorkeur aan zouden geveu om, zonder opkomst ter afievering in genoemd tijd vak, in het genot van verlof te wordvn gesteld tot in de eerste helft van Augustus van genoemd jaar. Met hunnen aldus kenbaar gomsakten wensch zal zooveel mogelijk rekening worden gehouden. Zy mogen echter iudicbtig zijn, dat de loteling, die zich eenmaal voor indeeling by de zeemilitie beeft aangemeld of doen opgeven en bij het biema ouder 2 bedoelde onderzoek v.or den dienst ter zee is geschikt bevonden, zich niet zal kuunon terngtrek- ken voor de zeemilitie, zoo hy mocht worden be stemd voor indienststelling op oen ander tijdstip dan waarvoor bij zich bij voorkeur beeft opgegeven. 2. De lotelingen, die een beroep uitoefenen of eene positie bekleeden als ia aangegeven in boven staande Lyst en zich tijdig op de hierboven om schreven wyzo voor den dienst tor zee hebben aan gemeld of hebben doen opgeven, zullen vóór hunne afleverlDg worden onderworpen aan een onderzoek naar hunne geschiktheid voor inlijving by de zee militie. Dit onderzoek zal plaats hebben iu het tijdvak van 1 tot 25 Januari aanslaande. Ieder der biervoren bedoelde lotolingen zal mede- deeling ontvangen van dag, uur en plaats, waarop bedoeld onderzoek voor hem zal gesohieden. Heeft bedoeld onderzoek niet plaats in de Ge meente, waar do loteling woonplaats heeft of ver blijf houdt, dan komen do kosten zyner reis ten laste van 's Rijks kas en wordt hom bovendien voor de kosten van het verblijf in do Gemeente van onderzoek oen bedrag vau <5en gulden (f 1.—) uitbe taald. De lotelingen, die voor inlijving ter volledige oe fening zjjn bestemd en ten gevolge van den uitslag van bet ouderzoek voor don dieust ter zee worden aangewezen, ontvangen hiervan zoodra mogelijk bericht. Dit bericht houdt tevens in de mededee- üug, of zy reeds in bet tijdvak van 1 tot 15 Maart van het volgende jaar zullen worden afgeleverd, om alsdan dadelijk voor eerste-oefening in werke- lyken dienst te blijven, dan wel of zij bestemd zijn om, zonder opkomst ter aflevering in genoemd tijdvak, in do eerste belfc van Augustus van dat jaar in werkeljjken dienst te komen. 3. Een bewys van militaire bekwaamheid en lichamelijke geoefendheid geeft geen aanspraak en verhoogt evenmin de kans op plaatsing bij de zeemilitie. De aandacht van de lotelingen wordt gevestigd op art. 116 der Mililiewet 1901, luidende als volgt. „De bij de militie te land ingelijfde» worden niet tot het aangaan van een verbintenis voor de buiten- landache zeevaart toegelaten zonder schriftelijke toestemming vanwege Onzen Minister van Oorlog. „Die toestemming wordt in gewone tijden niet geweigerd aan de lotelingen, die reeds vóór hun inlijving bjj de militie hun boroop van do buiten- landsche zee vau. L maakten en zioli overeenkomstig art. 138 voor de zeemilitie hebben aangeboden, doch daarbjj "iet hebben kunnen worden aangenomen". Amersfoort, 14 October 1909. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, WUIJTIERS. De Secretaris, J. G. STENFERT KROESE. De BURGEMEESTER van AMERSFOORT brengt ter kennis van belanghebbenden, dat het verbod tot opkomst onder de wapenen van verlofgangers, in verband met het heerschen ven cholera-asiatlca, voor hen, die ingevolge bovenbedoeld verbod niet aan de te bunnen aanzien gedane oproeping in werkelijken dienst hebben kunnen voldoen, is ingetrokken dat voor hen de datum van opkomst, om krachtens art. 111 der Militiewet 1001, voor herhalingsoefeningen onder do wapenen te ko men, is bepaald op 29 November a.s. jat zij zich op laatsgenoemden datum in uniform gekleed en voorzien van hun verlofpas (zakboekje) alsmede van al de bij hun vertrek met groot-verlof medegegeven voorwerpen van kleeding en uitrusting bij hun korps moeten aanmelden en wel le. zij die woonachtig zjjn in do plaats van opkomst, uiterlijk te 8 uur voormiddag; 2e. zij die woonachtig zijn binnen 20 Kilo meter van de plaats van opkomst uiterlijk te 10 uur voormiddag 3o. de overige verlofgangers, voorzoover zij binnen het Rijk gevestigd zjjn, op zoodanig tijdstip, dut zij zich op deo dag, voor de op komst bepaald, met het cerstvertrekkend open baar middel van versneld vervoer van huimne woonplaats of naaste station naar de plaats van opkomst moeten begeven on voorzooveel zij buiten het Rijk gevestigd zjjn, vóór 4 uur na middags dat het niet-ontvangen van een afzonderlijke kennisgeving een verlofganger geenszins ont heft van zij no verplichting tot opkomst in wer kelijken dienst, daar de openbaae konuisgeving eenig en alleen als bewijs geldt, dat h|j behoor lijk is opgeroepen. Amersfoort, 14 October 1909. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. Woningnood voor zwakke kindereu. (INGEZONDEN.) In de najaarskolonie van liet Ceutraal- geneotschap te Nuuspeet, die tot 1 De cember duurt, zjjn 21 kinderen opgenomen uit de afdeelingen Amsterdam I, Doesburg, Assen, Anna Panlowna, Enschede, Haar lem, Heerenveen, Hengeloo, Leeuwarden, Leiden, Utrecht I, Winterswijk, Zutfen en Zwolle. Het gehuurdo koloniehuis te Egmond aan den Hoef, dat 4 zomers bewoond werd door kolonies van het Centraal- genootschap, ia door den eigenaar ver kocht aan do R. K. vereeniging voor vacantie-kolonies. Het Centraal-genootschap mist daar door nog eens 110 plaatsen. In de Nunspeetsche bosschen, waarde gouden najaarstinten helder afstoken te gen den donkeren achtergrond van het naaldhout, wonen een twintigtal zwakke kinderen in een vriendelijk tehuis. Drie dames vormen met de misdeelde kleinen een harmonisch geheel van toewjjding en aanhankelijkheid. De eenige belooning dier vrouwen be staat in het genot, na een paar maanden, de stumperige, bloedarme kinderen blo zend en gezond, vol tintelenden levenslust aan de ouders weer te geven. De zomerkolonies zjjn geëindigd. Hen groot aantal dames hebben hun jaarljjksch liefdewerk volbracht. Toch rusten ze niet. Het zwakke kind cischt nog eens al hun werkkracht op. Een 40-tal hebben zich aangegord om een ruim, frisch tehuis te verkrijgen voor hun tjjdeljjke plecgkin- dertjes. Een heerljjke kracht kan uitgaan van zoovele ernstig willende vrouwen, saamverbonden tot éen groot doel. Wie zal beter weten, wat een zwak kin 1 toe komt, dan zjj Wie beseft meer de on afwijsbare eisch van eun herstellingsoord, dan die steeds worstelou met gebrek aan ruimte? Eu wie voelt dieper den omvang van de ramp, wanneer telkens en telkens honderden zwakken zullen worden afge wezen door gebrek aan eenig bouwkapi- taal In het Nunspeetsche tehuis is een af zonderlijk vertrek ingeruimd tot kantoor van het dames-comité. Voor het Centraal- genootschap zal dat koloniehuis een his torische beteekenis krjjgen. Want ze z u 1- len slagen. Wat zoovele vast overtuigde dames w i 11 c u, bezield met lust en tyd en kracht tot arbeiden, zal ook geluk ken. De maatschappij heeft zóo groote verplichting aan deze vrouwen, welke een vollen zomer hun beste krachten, hun innigste liefde gaven ter wille vau het kind, dat geen harer leden zal kunnen weigeren, hen door eenig geld te steunen in hun werk. De dames van het comité vragen een som ineenszij vragen veel, want een 70 000 gulden moet vóór St. Nicolaas bjjeen zjjnmaar zjj vragen minder dan wat zjj zeiven reeds gaven aan liefde en toewjjding. Vaders en moedors, steunt lien. Geeft mild en doet het onmiddolljjk. A. C. BOS. Egmond aan zee, 12 October 1909. Tering naar nering. In het jongste nummer der „Stommen voor Waarheid oti Vrede" bespreekt de Kroniek schrijver (dr. A. W. Bronsveld) ook de Troon rede en zegt daarvan ouder ineor: De toestand dor financiën van 't Rijk is ernstig. Tekort, dekking van tekort, nieuwe belastingen, verhooging van belastingen is alles wat de klok staat. Wij vernemen dit met een diepe zucht. Inderdaad, de belastingon worden voor vele burgers van ons land to zwaar. Dat geldt ipzonderheid van oen groot aantal kleine ne ringdoenden en middenstanders; maar óok van lien, die van oen niet groot vast en voor vermeerdering niet vatbaar inkomen moeten leven. Ons zijn landgonooten bekend, wior belastingcjjfor in 25 jaar verdubbeld word, terw\jl bun budget eer kromp dan zich uitzette. Maar het Rjjk stoort er zich niet aan, en do Besturen onzer Gomoenton storen er zich óok niet aan, en gaan voort rnet oen druk te leggen op hot loven der burgers, die waarlijk te zwaar is. Voor een particulier geldt de regel, de tering naar de naring zetten I Waarom acht het Rjjk zich daarboven verheven Een oer- Ijjk burgerman voroorloott zich geen uitga ven, die zjjn flnancieelo krachten te boven gaan. Hjj vraagt over hoo vent hj< kan be schikken cn stelt eerst het bedrag van zjjn inkomsten vast. Maar het Rjjk volgt den tegenovergestelden weg. Hetvotoorteorsteen jaarlijksche uitgaaf van conigo millioenen, ja doet vaak con slag in dun blinde en dan moet er links en rechts gegrepen en gevangen worden om het tekort te dekken. Is eigenljjk zulk een wjjze van handelen, uit zedeljjk oogpunt gezien, wel geoorloofd Op do vraag, ot het verstandig is, hot recht van successie al maar te verhoogon, zoodat wij ons kapitaal al moot' opotenof het ge raden is te komen tot invoerrechten, en al- zoo de vrjjheid van don handel te doen op houden of hot oirbaar is de accijns op het gedistilleerd te verzwaren op al die vra gen achton wjj ons niet geroepen een ant woord te gevenmaar wii protesteeron er tegon, in naam van duizenden landgenooten, dut de uitgaven van het Rjjk onverpoosd worden opgedreven, zonder dat de middelen er zjjn om iu de uitgaven te voorzien. Gebruik van trekhonden. De Regeering acht liet gewenscht, een uniforme regeling vast te stellen tol bescher ming van de trekhonden, waaromtrent thans bjj een aantal plualseljjko en ook provinciale verordeningen bepalingen zjjn gesteld. Een volstrekt verbod om trekhonden te gebruiken, zooals in het Britsche Rjjk sedert 1855 bestaat, schijnt niet noodig en niet raad zaam. Het verdient veeleer aanbeveling, «enige algemeen geldende, niet moeiljjk in acht te nemen preventieve voorschritton te stel len, waarbjj op doeltreffende wijze een oor deelkundig gebruik wordt bevorderd. Op het particulier initiatief van don Bond tot bescherming van den trekhond in Neder land, door locaal gewesteljjk ingrijpen ge steund, kan door een algemeene regeling voor het Rjjk worden voortgebouwd. Het op zich zelf rechtmatig gebruik van den trekhond mag geen aunleiding worden tot misbruik, geen oorzaak zjjn van gemakkeljjk to ver- mjjden foltering in zwuren of lichten graad. Bij een daartoe strekkend wetsontwerp wordt alzoo voorgesteld te verbieden een kar of een wagon, met éen of meer honden be- spunnon, als vervoermiddel to gebruiken zonder als houder van een hondenkar te ingeschreven in een register, aangelegd door Burgemeester en Wethouders der Gemeente waarin do houder woonplaats hoeft. Hond, tuig en kar moeten to dien einde voldoen uan voorschriften, bjj algemeenen maatregel van bestuur to stellen. De inschrijving wordt ook geweigerd of oen reeds gedane inschrijving wordt inge trokken, bjj voroordoeling wegens niet-nale- ving der voorschriften bjj do wet of b bestuursmaatregel gegeven. Beroep op Gedeputeerde Staten van de weigering of doorhaling eener inschrijving is toegelaten. Dooi1 deze algomecno regeling wordt af gesneden het hier en daar bestaand verbod tot gebruik van den hond als trekkracht. Voor eigenaars of geleiders, zegt de Regoeriug, is zoodanig verbod lastig on voor de dieren

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1909 | | pagina 1