BLOOKERS
CACAO
Brillen en Pince-Nez in Goud, Zilver en Nikkel j
C. m Ommeren,
Het geheim m ie „King Etarf.
Prima kwaliteit Scharen en Messen
W. F. A. GROENHUIZEN,
Stoomwasscherü W. G. BURGER,
THEE
EAU DE COLOGNE
DAALDERS
De Laxeerpillen
FLEHITE.
Feuilleton.
Loupen, Leesglnzen, Compaasen, Curvimeters, Windkussens, IJszakken,
alle 'soorten Spuiten, Ondersteeken, Hospitaaldoek, Duik- en Breuk
banden en meer Optische-, Geneeskundige-, Verband- en
Ziekcnverplegiugs-artikelen.
en bij behoor ende zaken.
Ie klas Artikelen. Billijke prijzen.
Eigen reparatie- en slypinrichting bij
INSTRUMENTMAKER. I.ANGESTRAAT 42.
ZEIST.
AMERIKAANSCH systeem.
Wassehen geheel
te Amersfoort 's Woensdags franco gehaald en gebracht.
franco toegezonden.
GOEDE BEHANDELING.
Goederen worden
PROSPECTUS wordt op aanvrage
van
M. Raicnswaaj Zonen
Gouinchkm.
verkrijgbaar by
Langestraat 18,
AMERSFOORT.
Or«di»t-vsrsoniglHE
te Amsterdam.
Correspondentschap te Amersfoort
mr. H. J. M. van den BERGH,
WILHELMINASTRAAT 6.
Zij stelt zich ten doel
het vi*rleenen van Credieten onder per
soonlijke of zakelijke zekerheid of in-blanco
bet incasseeren van handelspapier
het ontvangen van geden a [deposito reke
ning-courant.
LAMAISON BOUWER Co.
Maarhuizen 39
Belasten zich met
aan- en verkoop van
Eftecten, Wissels en
C o u p o n 8.
Sluiten prolongation
Safe-inrichting.
THE CHARTER of COLOGNE
Anno 1535
overtreft alle Keulsche producten.
Te Amersfoort bij den heer R. J. van
E1MEREN, Coiffeur, Langestraat 7.
CACAO moet in de fabriek
in BUSSEN verpakt worden en
in dien vorm de gebruikers be
reiken dan is er waarborg van
zuiverheid en kwaliteit.
De lage prijzen der bussen
bewijzen, dat de kosten der ver
pakking niet van beteekenis zijn.
Bussen van 1 Kilogram (2 pond) ƒ1.50
1pond) 0.80
J pond) 0.421
1 Hectogr. (1 ons) „0.18
ft
I
5)
1
van Apotheker BOOM zuiveren het bloed,
verdrijven gal en slijm en bevorderen
den goeden stoelgang.
Prijs per doosje 25 en o0 cent. Ver
krijgbaar te mersfoort bij A. van drn
WEG, Langestraat 23, Telefoon 217.
TAW VAN HASELENABOOM
AMERSFOORT
Oudheidkundig Museum, is
dagelijks te bezichtigen voor
niet-leden a 10 cent.
Kosteloos des Dinsdags van 10 tot 12 en
van V/2 tot 3 nnr.
staat eene advertentie van
uwe firma niet ap deze plaats
Een zeer groot aantal lezers zouden
er dan kennis van hebben kunnen
nemen
61.)
Slechts éen punt moest nog opgehelderd
worden.
Om alles te doen Blagen, was het noodig, dat
de Italiaan eerder ter plaatse was dan Libo-
lius' aanstaande en haar geleidster. Anders
waren zij getuigen van den moord geweest en
hadden zij de onschuld van den architect kun-
ecn bewijzen. Deze eD Ricciardi moesten
elkaar ontmoetenClara moest later komen.
Het was dus niet voldoende, den Italiaan een
kwartier eerder te doen komen; ook de archi
tect moest er dan wezen.
Hoe had Stolten dat klaar gespeeld?
Wachtdit hing samen met het visitekaartje.
Daarop bad Stolten iets veranderd, zoo goed,
dat ik het niet dadelijk had opgemerkt. Maar
nu herinnerde ik het mij tocheerst stond er
„kwart vóór tien", maar (Jat „kwart voor" was
doorgeschrapt; natuurlijk niet door Liborius.
Het kuartje was blijkbaar in haast geschre
ven ook een paar andere woorden waren er
op doorgeschrapteen schrapje meer of minder
trok dus niet de aandacht; maar die éene
schrap was er door den baron opgezet. Ware
de kaart met inkt geschreven geweest, dan was
het verschil dadelijk in het oog gevallen.
Ik overlegde of ik, na een dokter gewaar-
Bcbuwd te hebben, tevens de politie zou requi-
reeren en den man laten arresteeren.
Twee redenen bewogen mjj, dit niet doen.
ËersieDs omdat het uren zou duren eer ik
een dergel ij ken maatregel tegen een zóo voor
naam persoon als de baron zou kunnen nemen.
In mijn geheim was alleen de commissaris van
politic ingewijd en hoeveel tijd en moeite zou
het kosten, hem hierheen te doen komen en
hem van alles op de hoogte te brengen.
Keerde ik niet terug dan zou de moordenaar
al heel spoedig verdenking krijgen en zich door
de vlucht aan zijn rechtmatige straf onttrekken.
Dat mocht ik niet wagen.
En in de tweede plaats Liborius I Ik wist
precies hoe de zaken in elkaar zaten en kon
alle verdenking van hem afwenden, zoodat men
een aanklucht tegen hem niet staande zou kun
nen houden. Dat was ik de arme Clara schuldig.
Hem mocht ik niet prijs geven. De Italinan
alleen was in staat te verklaren, dat hij door
mevrouw Von Stolten was gevraagd, op dat >ur
en op die plaats te komenniemand dan hij
alleen. En daarom mocht by niet sterven vóór
hij die bekentenis had afgelegd. Slechts een paar
uren waren du nog maar beschikbaar en in dien
tijd moeBt de bediende uit Parys komen.
Myn gedachten gingen sneller dan hetrijtnig;
ik was bet allang met mijzelf eens, toen ik het
paard deed stilstaan voor het huis van een mij
bekend dokter. Deze was dadelijk bereid, met
mjj mee te gaan. Terwijl by zich aankleedde,
liep ik in de straat op en neer tot ik een agent
vond, dien ik met de misdaad in kennis stelde
en wien ik verzocht, daarvan op het bureau
kennis te geven. Toen keerde ik terug, ging op
den bok zitten en reed den dokter naar het
landgoed.
Schijnbaar heerschte daar de gewone vreed-
zumo ruBt; doch alleen schijnbaar, want wanneer
men het groote huis wat aandachtiger bekeek,
dan zag men, dat daarbinnen een ongemeene
lev(nóigheid heerschte. Er werd met licht ge-
loopen, deuren werden zachijes open en dicht
gemaakt, men hoorde de menschen bijna niet
loopen.
Ik bracht den dokter naar boven, waar Nanny
hem tegemoetkwam en hem naar de ziekenkamer
bracht.
„Hoe is het?" vroeg ik, toen zij daar weer
uitkwam.
„Hij is nog altijd bewusteloos," antwoordde
zij fluisterend. „Mevrouw is bij hem met juffrouw
Clara."
„Wat? Juffrouw Clara?"
„Mevrouw stuurde mij naar haar toe met het
dringende verzoek, haar een beetje te helpen,
daar zij waarschijnlijk meer van't verplegen af
wist dan mevrouw."
„En kwam zij bereidwillig
„Zij zeide, ik ga naar den gewonde, die mijn
hulp noodig heeft, en niet naar haar, en ging."
„Kranig."
Ik wilde gaan om het paard te verzorgen;
maar Nanny hield mij tegen.
„Victor
„Ja."
„Weet je wie het gedaan heeft?"
„Nu, wie dan
Zij sprak nog zachter dan tot nu toe en
fluisterde mij toe: „Mijnheer Liborius."
Wat ik vreesde, was al gebeurd. De verden
king was reedB op den ODgelukkigeu architect
gevallen.
„Mijnheer Liborius?" vroeg ik verwonderd.
„Hc*j kom je tol die onmogelijkheid?"
„Dadelijk nadat jij weg was werd er aan de
deur gekloptik maakte open en voor de deur
stond manheer Liborius en riep, dat daar gindi,
bij den g^ooten appelboom, de mijnheer die
hier in bu s woonde, vermoord lag."
„Kende hij Ricciardi
„Oja; hij heeft hem vaak gezien als hij hier
was om met juffrouw Clara te spreken."
„Muar een moordenaar komt toch niet zelf
om zijn misdaad aan te geven,"
„O, Jozef dacht, dat het slimheid van hem
was om zoodoende de verdenking van zich af
te wenden."
Wie beeft dan die verdenking uitgesproken?"
Snelpersdruk, Fiitna A. H. van CLEEFF, te Amersfoort.
„De baron was juist beneden gekomen toen
hij er was, om mij wat te vragen. Hij vroeg
hem, hoe hij van de zaak afwist en hoe hij
daar kwam. Liborius antwoordde niet, maar ik
zei het den baron. Liborius vroeg alleen nog
„Dus u weet het al En toen hij hoorde, dat
dit inderdaad het geval was en dat de man niet
dood was en dat hij hierheen was gebracht,
toen zeide hij alleendan is het goed en dan
had hij verder niets te doen. Hij vroeg mij
aan juffrouw Hasse dat te zeggen, maar dé
baron joeg hem weg en riep hem na„Over
het verdere zal de politie wel met je spreken."
„En juffrouw Clarawas die er niet
„Zy was juist bij mevrouw."
„Dus die was niet bij de woorden van den
baron
„Neen. En toen vroeg de baron ons nog- Is
het niet zonderling, dat die mijnheer juist'daar
was, toen myn vriend getroffen werd Hii is
boos op hem van wegede juffrouw. Verder xaidt hij
mets, maar voor ons deden zijn woorden een
eigenaardig licht over de zaak opgaan
Wij voerden dit gesprek zachtjes op de gang bij
de kamer waarin de gewonde lag. Ik kon er
niet aan denken, de gedachten van het aardige
meisje in een andere richting te leiden; ik had
M«a?niLUv,ta",Kn ac^te het evenmin gewenscht.
Maar ik had haar thans meer dan ooit noodig
en dus gaf :k haar een teeken, met mij mee te
gaan. Ruiten vlak vóór do deur bleven wij«ta,n
„Nanuj, lelde ik tegen haar, terwijl ik ha„
hand" ,n de mijne nam, „hou je een beetje van
digId"5.n""iige di°8 k"el mÖ e,n bMi" h»1»-
„Miinheer Vietor, men noemt oni vrouwen
wispelturig, maar..." vrouwen
„Je bedoelt, dat wij mannen dien eeretitel
6ok wel een beetje verdienen."
„Sommige mannen zeker wel."
(Wordt vervolgd.)