Donderdag 29 Juni 1911. No. 9771. 60e Jaargang. AMERSFOORTSCHE COURANT. Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen firma A. H. van Cleeff". HOOFDREDACTEUR: F. J. 7BSDSRZZS. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden fi.— franco per post f 1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 centelke regel meer 10 cent. Bjj regel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvriag kosteloos. Legale, offlcieële- en onteigeninga- advertentiën per regel 15 cent. Reolames 1—5 regels 1.25. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gobracht en kostenevenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasaeerkosten in rekening gebracht. BUREAU: CORTZQZUiOBT O. Postbus 9. Kennisgeving;© n. INZAGE OPGAVE van CANDIDATEN CANDIDATENLIJST en PROCES-VERBAAL. De Burgemeester de Gemeente Amersfoort (kiesdistrict I, II en III) brengt ter algemeene kennis, dat da opgaven van candidaten, de candidatenlijsten en de pro cessen-verbaal der op 27 Juni 1911 gehouden verkiezing voor den Gemeenteraad ter Gemeente secretarie voor een ieder ter inzage zijn neder- gelegd, in afschrift zijn aangeplakt, en tegen betaling der kosten in afschrift worden verkrijg baar gesteld. Amersfoort, 27 Juni 1911. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. De Burgemeester van Amersfoort, brengt ter kennis van belanghebbenden, dat in de Gemeenten Leasden, Tuil en 't Waal, Veldhuizen en Harmeien govallen van mond en klauwzeer en in de Gemeente Lopik geval len van vlekziekte bg varkens zijn voorgekomen. Amersfoort, 28 Juni 1911. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. De Burgemeester van Amersfoort brengt, ingevolge mededeeling van den Bur gemeester van Hoevelaken dd. 26 Juni 1911, no. 115, ter kennis van belanghebbenden, dat zich in die Gemeente een geval van mond- en klauwzeer heeft voorgedaan. Amersfoort, 27 Juni 1911 De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. Tweeërlei doel. Een gehuwd man verliest nimmer het welzjju van vrouw en kinderen uit het oog. Al zyn doen en zyn laten wordt bjj elk fatsoenlijk man alleen daardoor be paald. En niet alleen strekt zyn zorg zich uit tot het tegenwoordige, hjj denkt ook om de toekomst. Zoo sluit hy een verzekering, waar- door aan zyn gezin, by zyn overlijden, een vooruit vastgesteld kapitaal wordt uitgekeerd. Die uitkeering kan noodig zyn na korten tyd, en even goed kan er vooraf een zeer groot aantal jaren verloopen, maar de man heeft zekerheid, dat er uitgekeerd wordt. Hjj heeft ge zorgd, zoo goed als hem dit mogelijk is, voor de onzekere toekomst. En de premie, die daarvoor betaald moet worden, vol doet hy zonder morren. Maar voor velen is deze handelwyze niet practisch genoeg. ledereen wordt eiken dag een dag ouder, en komt eenmaal tot een leeftijd hoopt althans daartoe te komen dat bij niet meer door arbeid in zyn onderhoud kan voorzien. En dan éen van beidemen moet door anderen onderhouden worden, of men moet leven van hetgeen men heeft opge spaard. Dit oversparen geschiedt op de beste wyze door het sluiten eener verzekering alleen door dezen weg te volgea, weet men jaren te voren, hoeveel men op een bepaalden leeftijd byeen heeft. Men leeft dus rustig voort met de wetenschap, hoe groot het inkomen ia, waarop men op gevorderden leeftijd kan rekenen. En men heeft het in zyn macht om, met inachtneming van hetgeen men daarvoor jaarlyks bestemmen kan, zelf te bepalen, hoe groot het inkomen zal zyn en óok wanneer men over dat inko men beschikken kan. Zich op die wyze te verzekeren, is ieder aan te radenal ware het slechts om den dwang, dien men zichzelf oplegt om een bepaald bedrag op een bepaalden tyd ter zyde te leggen, ia verzekeren verre te verkiezen boven gewoon aparen. Kan men meer wegleggen dan voor de verzekering noodig ia, dan wordt dat een extra-potje, dat dienen kan, al naar het noodig ia. En nu heeft elke levensverzekering- maatachappij een tarief, waarby men twee vliegen 8laat in éen klap, d.w.z. waarby men te gelyker tyd zorgt voor zyn gezin en tevens voor eigen ouden dag. Om het tweeërlei doel, dat met dit tarief wordt bereikt, wordt het genoemd een tarief voor gemengde verzeke- ring. Gemengde verzekering is duurder dan de gewone verzekering met enkei uit keering by overlijden, maar voldoet zoo zeer aan het algemeen verlangen, dat voortdurend veel meer gemengde ver zekeringen worden afgesloten dan gewone verzekeringen. En wanneer men slechts even zyn aandacht daarop vestigt, ziet men gemakkelijk in, waarin dat het geval ia. Byvoorbeeld. De leeftyd van 65 jaar i9 vrjj algemeen de leeftijd, die aange nomen wordt om met arbeid geheel of gedeeltelijk te eindigen en zyn ruat te nemen. Dat geldt voor alle standen. De meesten, die een gemengde ver zekering sluiten, nemen óok 65 jaar als grens aan. De uitkeering van het ver zekerd kapitaal heeft dan plaats op 65 jaar, d.w.z. op den vyf-en-zestigsten ver jaardag, of bjj vroeger overlijden. De premie-betaling eindigt óok op 65 jaar of by vroeger overlijden. Laat ons aannemen, dat iemand op jeugdigen leeftyd een gemengde verzeke ring heeft gesloten van f5000.— op 65 jaar, en dat hy daarvoor honderd gulden premie per jaar betaalt. Overlijdt hy dan bjjv. op 45 jaar, dan ontvangt de vrouw vjjfduizend gulden, waarvoor misschien tweeduizend aan premie betaald is. Die vijfduizend gulden is niet voldoende om stil te leven, maar in elk geval is het een groote steun om zich een bestaan te verschaffen en is tevens een veel grooter bedrag, dan men bijeen zou hebben, als men het bedrag der premie geregeld gespaard had. Overlydt de man bjjv. op 55 jaar, dan zyn de omstandigheden voor de vrouw geheel anders. Want dan zyn de kinderen volwassen, en verdienen zjj waarschjjnlyk hun eigen brood De f5000, die de vrouw dan ont vangt, is nog altjjd meer dan men aan premies betaald heeft en is in den regel voldoende haar nypende zorg te besparen. Bljjft de man in leven en bereikt hjj zyn 65e jaar dan krygt hjj zelf de vijf duizend gulden in handen, en, wat óok van groote beteekenis is, hjj is van ver dere premiebetaling ontslagen. Wanneer hy gewend is, telkens op zyn verjaardag de jaarpremie te voldoen, dan betaalt hjj reeds op zyn 65en verjaardag die hon derd gulden premie niet meer. En de voordeeleu van zyu kapitaaltje nemen tevens een aanvang. Komt de man nu daarna te overljjden, dan wordt door de Maatschappij niet nog eens uitgekeerd maar in zeer vele gevallen (bjjv. door reeds vroeger overljjden van de vbouw, of door de omstandigheden waarin de volwassen kinderen verkeeren) is de be hoefte daaraan ook vervallen. Ontvangt de man op 65 jaar de vijf duizend gulden en gaat hjj narekenen, hoeveel njj daarvoor iu het geheel aan preniën betaald heeft, dan kan het licht gebeuren, dat hjj minder betaald dan terugontvangen heeft. Men begrijpt, dat de rente, die de Maatschappij van haar beleggingen ontvangt, het verschil moet foedmaken. Door de groote kapitalen en e tegelijkertijd vaste beleggingen maken levensverzekering- maatschappyeu meer rente dan een particulier, die jaarlyks honderd gulden overspaart. Maar ook al zou de man, by juist narekenen, tot de conclusie komen, dot de vjjfduizend gulden, die hy ontving, minder is dan de som der premiêu, die hjj uitgegeven heeft, dan nog zal hjj daarover niet klagen. Immers al die jaren heeft hjj rustig voortgeleefd met de zekerheid, dat on middellijk betaald zou worden, als hjj kwam te overljjden. En daardoor weet hy, dat er velen in al die jaren werkelyk overleden zyn, voor wie uitgekeerd is, ook al was slechts korten tyd premie betaald. Bovendien weet hjj, dat een levensverzekering-maat schappij geen philantropische vereeniging is, die haar zaken drjjft uit puur mensch- lievende neigingen, maar een handels onderneming, die wel voorop stelt, op soliedo wjjze in een noodige behoefte te voorzieu, maar toch, ook in het belang barer verzekerden, moet zorgen, dat zij over het geheel genomen meer ontvangt dan uitgeeft. Eu dat de levensverzekering-maat schappij stipt naleeft, hetgeen zjj op zich neemt, heeft de man, wiens 'erzekering tot uitkeering komt, inderdaad onder vonden, en dit stemt hem dankbaar. Niet, dat de maatschappij dank ver langt. Door precies te doen. wat de polia aangeeft, doet de maatschappij haar plicht en niet meer. Rljwlelrorroer per spoor. Van verschillende zjjden ontving bet Be stuur van den A. N. W. B. klachten, dat door de Staatsspoor sedert eenigen tijd geen rijwielen met bagagedragers ten vervoer wer den aangenomen. Naar aanleiding biervan schrijft het Bonds- bestuur thans in »De Kampioen"De wei- geriog geschiedde op grond van de op blz. 274 van het Handboekje vermelde voorschriften, waarbij o.a. is bepaald, dat de bagagedragers boven het achterwiel tegenwoordig de meest gebruikte niet grooter mogen zgn dan 10 bjj 20 c.M. Desa bepaling, jaren ge leden vastgesteld, doch sedert geruimen tijd niet meer toegepast, is onveranderd in het nieuwe tarief overgenomen, en nu werd er strenger de hand aan gehouden, tot groot ongerief voor de wielrijders. De tegenwoordig in den handel zijnde bagagedragers zyn bijua zonder uitzondering grooter dan het voorschrift toelaat, en het is natuurlijk in de pracljjk niet doenlijk, die met allerlei kleine schroefjes en moertjes vastgemaakte toestellen bjj iedere spoor reis van het rijwiel te nemen en ze later weer te bevestigen, Ons Bestuur heeft daarom te dezer zake een onderhoud gehad met de Directie der 3. S., die met groote welwillendheid, waar voor wjj hierby gaarne openlijk onzen dank uitspreken, bereid bleek, aan de geopperde bezwaren tegemoet te komen, Het is ons hoogst aangenaam te kunnen modedeeleD, dat reeds iustructiën zijn gegeven om voortaan, als rjjwielen, voorzien van de bekende «tafeltjes" boven het achterwiel, ton vervoer worden aangeboden, niet meer streng de hand te houden aan de voorgeschreven afmetingen. Wat ue breedte betreft, mag de overschrij ding der maat niet aancienlyk zijn, en dat is ook niet noodig, daar de meesto dragers niet breeder zyn dan 15 c.M. De lengte van 20 c.M. echter, die beslist onvoldoende is, kan aanmerkelijk overschreden worden, daar dit voor liet vervoer goen bezwaar oplevert, om dat het achterwiel toch altjjd oog veel verder reikt. Wjj moetan er evenwel uitdrukkelijk op wyzen, dut doze faciliteit niet geldt voor de toestellen boren bet oorwiel, bestemd voor het vervoer van manden, handkoffers, enz. Deze blijven verboden, en o.i. terecht, daar die ter xjfde uitstekende jjzers zeer licht aanleiding kunnen geven tot beschadiging van andere rjjwielen. Juist het misbruik.dat ten deze door sommigen is gemaakt, heeft aanleiding gegeven tot de strengere toepassing der ostaande voorschriften. Wjj maken van deze gelegenheid gebruik om er aan te herinneren, dat de rjjwiel- kaarten van S. S. en N. C. S. niet alleen aan de statiuns verkrijgbaar zyn. doch ook in tal van winkels. Wie af en toe zyn fiets per spoor verboert doet goed, eenige van die kaarten in voorraad te houden. Men heeft ze dan altjjd bjj de hand en vooral, men kan ze thuis invullen. Dit laatsto is zeer aan to bevelen, daar men dan het ry wiel onmiddellijk aan het bagagebureau kan afgeven en niet behoeft te wachten. Wie do kaart aan het station wil invullen, vindt daartoe meestal geen andere gelegenheid dan aan de lessenaars bjj de loketten, die feitelijk alleen voor het invullen van kilomoterboekjos bestemd, en gewoonlijk ook bezet zjjn. Vooral op drukke dagen Is het thuis invul len der rjjwielkaarten een groot genaak voor den reiziger en bovendien zeer bevorderlijk voor den goeden gaug van zaken aan ae stations. Nederlandscho Bond van Gemeente-ambtenaren. Het uitvoerig Jaarverslag van den Bond van Gemeente-ambtenaren over 1910 geeft opnieuw bljjk vau een opgewekt en krachtig vereenigingsleven. Zonder te schromen om te zeggen waar het op staat, geeft deze vereeniging .'nortdurend bljjk van een te loven bezadigdheid, waardoor succes op baar onvermoeiden arbeid zeker niet kan uitblij ven. Het ledental steeg van 3422 tot 3472; bet aantal onderafdeelingen vermeerderde met 1, en is thans 35, met oogeveer 1250 leden. In 1910 trad de Bood wederom op voor verschillende belangen, de Gemeenten en haur ambtenaren rakende, zooals: verbe tering van het leerlingwezen in de Gemeente administratie, verbetering van jaarwedden vanGemeente-ambtenaren, Rijks-pensionnee- ring van Gemeente-ambtenaren en hunne woduwen en weezen, wettelijke regeling van den rechtstoestaud der Gemeente-ambtenaren, opheffing van Zondagsdienst bjj den Bur gerlijken stand, collectieve zekerheidsstelling Van Gemeente-ambtenaren, uitschrijven van een prijsvraag, verbetering van de Gemeente administratie, ook door het houden van vela lezingen in afdeelingen en onderafdeelingen. Belangrijke instellingen bezit de Bond in zjjn weekblad, het jaarboekje, de Boodsbiblio- theek, het bureau voorplautóng van tjjdeljjke ambtenaren, het hulpfonds voor Gemeente ambtenaren. In voorbereiding zjjn de oprichting van een centraal-bureau voor verbetering van de Gemeente-administratie, ean ruat- en vacantie- oord, een museum voor Gemeeote-beheeer. Hot hoofddoel van den Bond bljjft voor alsnog een Rjjks-pensioenregeling voor Ga- ineente-ambtenaren en hun weduwen en weozen; maar ook overigens is voor deze nuttige vereeniging, daar nog zooveel valt te verbeteren in de materieele positie der Ge- moentc-ambtenaren on ook wegens de groote uitbreiding van den omvangder Gemeentelijke bemoeiingen, een steeds belangrijker werk- zaaraheid weggelegd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 1