COMPAGNIE LYONNAISEI SUCCURSALE t GROOTE EXPOSITIE Langestraat 83, Amersfoort. Van Maandag 11 tot Woensdag 20 September DAMES- EN KINDER-CONFECTIE Men weel Biel, boe smakelijk ei gezond brood kan zijn, voor men geregeld beeft gebruikt bet brood fan HAUTES NOUVEAUTÉS: - TELEFOON 179. - MEURSING's MACHINALE FABRIEKEN VAN GEBAK. van NIEUWE MODELLEN Zijden stoffen, Robes mi-confectionnées, Satin chiffon, Satin Souplesse, Crêpe de Chine, Mousseline de Soie imprimé, Galons riches, Echarpes, Jupons, echte kanten, enz. enz. 0 Feuilleton. ALARM. Foumisseurs de S. M. la Heine. USp""* Ann onze ateliers zijn van af 1 September toegevoegd nieuwe eerste krachten, waardoor elegante coupe en onberispelijke afwerking verzekerd zijn. i In onze moderne ovens, met doordringender hitte, wordtons broodmee^ „aarVan het zijnmoeilijkverteerbarek]evcriheid heel verliest, waardoor het bezwaar legen versch brood is opgeheven en ons brood tevens heerlyk croquante korsten heeft. Men lette voora op den nootzooten smaak van ons hro0(|, een gevolg uitgezochte prima- i (v Komifiinff volvens een verbeterd systeem, hetwelk berust op een groot aantal systematisch door ons verrichte verge ijkende proefnpmin r deze hprpi.linir hoi ■iniBtoffan en oneer b.r.dinir kUeUjt,,P „rl«rb„td,r bMuddwIn.rardoor d. opn.m'. in he, bleed nlledlpr le, en vooraf «oor h» d?e eXreSi lehh2 ren „rel grootendeela »»Ke,el in veel gem j gedeeltelijk verteert, «6or het de m»„g heeft bereikt. Telken. in Ftbru.ti wordt het'ïn^J-r 3 'd «n bil .oer£„„7 hlÏÏ*n", k"'k Thef vti"; kalenderj.nr betgol'le bed„«, -5. B.d.iiiren tot onee.ee, fóq- ..In .1, dividend per „oei,, door oo. ni,g.kfe°d" "Cl' T°M b'°°d' 47.) _j kolonel liet doorzijn adjudant het bulletin voorlezen en knoopte er een nieuwe toespraak aan vast, waarin hij er de officieren aan herin nerde, dat hun regiment tot dezulke behoorde, die het eerst naar de grens gestuurd werden, maar dat zij in dezen erstigen tyd zich moesten inhouden en aan hun trots en hun vreugde niet dl te luid uiting geven, waDt dat de oorlog in elk geval rouw over velen zou brengen. Hij eindigde met de verzekering, dat hy trotsch was aun het hoofd van een regiment te staan ais dit, en met een officierskorps als net zyne te velde te mogen trekken. De officieren konden gaan, en langzaam ver brokkelde zich de kring, die zich om den com mandant gevormd had. Met zijn eigen gedachten vervuld, ging ieder heen. „Hoe is het, Tromberg, ga je met my mee naar huis. of ga je naar het casino vroeg kapitein Görner. De verloving was nog geheim. Emmy bad natuurlijk dadelijk aan alle kennis sen en alle vriendinnen de blijde lijding willen mededeelen, maar Tromberg bad verzocht, de verloving voorloopig nog stil te houdennaar hij zeide, omdat men eerst moest afwachten, of het oorlog werd don wel vrede bleef, in wer kelijkheid echter omdat hij, nu hij zelf gelukkig geworden was, ook graag den dikzak onder het huwelijksjuk wilde brengen. Kn hij zag voorui', dat hij daarin alleen zou slagen, wanneer bij i op de gewone manier met Sturm over juffrouw Wagner bleef spreken en het nog all yd deed voorkomeD, alsof by van plan was, zich met haar te verloven. j Tromberg zweeg een tijd lang. Daarna zeide hij: „Wat zal Etnuiy wel zeggen?" Het duurde lang eer de kapitein het met zichzclven over het antwoord eens scheen, en ook toen was het niet bijzonder treffend. Hij vergenoegde er zich mee, een paar keer sneller dan anders te ademen, en de ingehaalde lucht met een fluitend geluid weer uit te blazen. „Ja, ja, Tromberg", zeide hij ten slotte, „mij is er ook niet zoo overdreven veel aan gelegen, nu naar huiB te gaan. Eerlijk gezegd, nee-u ik je alleen daarom mee, omdat ik het als man alleen tusschen twee huilende vrouwen niet uithoud. Neen, dat kan ik niet. En zij zullen huilen En dat kan men hen ten slotte niet eens kwa lijk nemen. Men is nu toch eenmaal de man en vader, en wanneer het my eens overkwam, dat mijn vrouw en mijn dochter van mij .weggingen en ik alleen zou moeten achterblijven en in de onzekerheid leven, of ik hen ooit zou terugzien, dun hield ik het óok niet uit. Dat alles mag ons echter natuurlijk de vreugde over het feit, dat het nu eindelijk meenens wordt, nier ver gullen". „Natuurlijk niet", guf Tromberg hem gelijk. Maar zijn woorden klonken evenmin vroolijk als die van zijn kapitein en dsarna vervolgde hij„Is het Moltke niet geweest, die eens ge zegd heeft, dat bet trouwen het karakter vaneen officier bederft? In elk geval heeft die man. wie bet ook geweest moge zyn, volkomen gelijk. Hoe heb ik vroeger niet naar den oorlog verlangd; vol ongeduld heb ik eiken dug de kranten door gevlogen om te weten, of geëerde diplomaten niet eens eindelijk met de vuist op tafel zouden slaan, in plaats van wijze redenaties te houden. Eu nu het eindelijk zoo ver is, wat nu In plaats van uit louter pret een uur lang hoera te roepen, denk ik niet uan den vijand, aan gevechten en overwinningen, en, tot mijn schande wil ik bet openhartig bekennen, allerminst aan een eervollen dood op het slagveld". „Schaam je, Tromberg I" „Het verzoek ertoe is overbodig, kapitein; ik schaam mij reeds z6o ijselijk, dat ik sedert van ochtend alle hoogachting voor mijzelven verloren hebmaar wat baat dat alles Zitten wij een maal in den spoortiein, komen wij maar bij den vijand, dan zal die er vnn lus'en, maar dat af scheid nemen, is een ellendige uitvinding. Indien ik mij niet verloofd had, hemel met hoeveel geestdrift zou ik dan niet naar het station ge marcheerd zijn Maar nu Ik had mij niet moe ten verloven". „Deze woorden zijn even vleiend voor Emmy als voor mij, wien bet groot e geluk te beurt zal vallen, later in jou mijn schoonzoon te zien; maar voor de rest heb ik je genoeg tegen het huwelijk gewaarschuwd. Waarom heb jij je tóch verloofd 1" „Waarom hebt u dan nok zulk een liefelijke, bekoorlijke, mooie, verstandige dochter, met wie men zich verloven moet, of men wil of niet Nu; wij zijn al thuis. Ik gaf or een lief ding om, wanneer het eerste kwartier al voorbij was." „Ik óok" wilde kapitein Görner zeggen. Maar tot hun verbazing kwamen beide dames hun wel zeer ernstig, maar toch zeer bedaard tegemoet, ja, zij hielden zelfs dapper hun tra nen in. „Het verstandigste, dat onze lieve lieer als Schepper heeft gedaan, is toch wel het schep pen van de vrouw geweest", zeide de kapitein, toen men gezeten was. „Het domste, dat Hij echter tot stand gebracht heeft, is in zekeren zin de man geweest, omdat bij ons niet de gave verleend heeft, ooit verstandig te worden. Jelui beDt altijd anders dan wij denken. Vermoeden wij jelui in tranen, dan ben je heel kalm; ge- looven wy, dat je het een of ander kalm zult opnemen, den vindt men je in huilkrampenen wanneer men denkt, dat je eigenlijk niet de minste reden hebt, boos over iets te zijn, maar dit^toch zult wezen, omdat je nu eenmaal vrou wen bent, dan kan men er zeker van zijn, dat je je alleen danrom niet boos hebt gemaakt, omdat wy dachten dat je je boos zoudt maken". De dames vatten vlam op deze woorden allen lachten en schertsten, en toen dan eindelijk het gesprek toch weer op den oorlog kwam, kon ook dit ernstige onderweip hen niet treurig stemmen. Wel hield men elkanders hand vast, maar men sprak heel kalm over het aanstaande afscheid. Het gelukkige bewustzijn, dat ieder hunner iemand bezat, die in het vaderland of ver weg bij den vijand met innige liefde aan den ander dacht, deed een scheiding niet meer zóo moeilyk lijken. En zij wisten immers ook allen, dat het geen ufscbeid voor al'ijd was, dat zij elkaar spoedig zouden terug zien, want zoo wreed kon de hemel toch niet zijn om juist hen niet weer te voreonigen. „In de eerste plaats verheugt het mij om jouwentwil, vrouw", nam de kapitein plotseling het woord, „dat het nu eindelijk ernst zal wor den, want nu kan ik het je wel zeggen, omdat je er niet bang voor behoeft te zijn, dat het gebeuren zalindien het vrede gebleven was, zou ik over korten of langen lijd inijn ontelag hebben ingediend. De dienst nekt mij nlleen om jouwentwil ben ik zoo lang gebleven". „Maar, Frits, is dat werkelijk waar?" „Ik heb je toch wetens nog nooit belogen en zou het nu zeker allerminst doenmaar ik be grijp, dat myn woorden je in beweging brengen, dat ze je onbegrijpelijk lijken. Hen je boos, dat ik jou bet verdriet heb gedaan (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1911 | | pagina 4