Donderdag 24 October 1912. RONA No. 8176. 62e Jaargang. Cacao Stadsnieuws. iKEBSFOOBTSCHE Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „l)e Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cloeff". HOOFDREDACTEUR v. J. FRSD&HIES. AMERSFOORT. Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden 1. franco per postƒ1.15. Advertentién 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel- abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieSle- en onteigenings- advertentiön per regel 15 cent Reclames 1—5 regels /1.25. Bewijsnummersnaar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advertentiün van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. BUREAU: SORTEGRACHT 9. Postbus 9. Telefoon 19. srplichtiug tut het bijwonen van het onder- >ek zijn vrijgesteld dat eindelijk niet aan het onderzoek deel- K K N N18GEV 1 N G. LANDWEER. Onderzoek van verlofgangers burgemeester en Wethouders der Gemeente Amersfoort maken hekend, 1. dat het onderzoek der verlofgangers van de landweer zal plaats hebben op Maandag Is November a.sT, des voormiddags negen uur te Ameratoort in een der wachtlokalen le Kazer nestraat voor de verlofgangers van alle lich tingen van de Genie en llospitaal-soldaten des voormiddag* te 10 ure voor de verlofgangers iler Infanterie, lichting 1906; des voormiddag* te 11 ure voor de verlofgangers der Infanterie lichting 11)09des namiddags te I ure voor de verlofgangers der Infanterie lichting 1912; dat aan het onderzoek in dit jaar niet wordt deelgenomen door verlofgangers, die in den loop dezes jaars overeenkomstig art. 11 der Landweerwet onder de wapenen zijn geweest dat dienstplichtigen, die krachten* art. 13 der wet van den werkelijken dienst zijn ont heven, gedurende den tijd, dat zij in het genot zijn van de onthefling, niet aan het onderzoek zijn onderworpen -I. dat dienstplichtigen, die een vrijwillige verbintenis krachtens artikel 9, 2de lid, dei- wet hebben aangegaan bij liet regiment Genie troepen, met bestemming voor de ezplotatie- cuiüpagnie der spoorwegafdeeling van dat regi ment, tijdens den duur dier verbintenis van de alichting tot hef c zijn vrijgesteld 0. dat eindelijk r nemenverlofgangers, die het onderzoek niet behoeven bij te wonen, als behoorende tot de categorieën, bedoeld bij artikel 15, tweede en derde lid, der wetverlofgangers, die bij de toestemming tot verblijf buitenslands vrijstelling hebben verkregen van de verplichting tot het bijwonen van het onderzoek (artikel 27 der wet); verlofgangers, die bij de toestemming tot bet aangaan van een verbintenis voor de bui- tenlandsche zeevaart vrijstelling hebben ver kregen van de verplichting tot het bijwonen vun het onderzoek (artikel 20 der wet). Voort* worden belanghebbenden uitdrukke lijk gewezen op de artikelen 21 en 31, l*te en 2de lid, der Landweerwet, luidende als volgt: Art. 21. Het Grimineel wetboek en het Re glement van krijgstucht voor het krijgsvolk le lande zijn op liet personeel van de landweer, dat zich onder de wapenen bevindt, van tue- tuepassing, en, met opzicht tot de verschillende gevallen van desertie, op het geheele landweer- personeel. Dat personeel wordt geacht onder de wape nen te zijn 1. zoolang het zich in werkelijken dienst bij een al'deeling van do landweer of bij een der korpsen van het leger bevindt 2. gedurende den t(jd dien het in artikel '29 bedoeld onderzoek duurt 3. iu het algemeen wanneer het in uniform is gekleed. Art. 31. De verlofganger van de landweer verschijnt bij het onderzoek gekleed in de uni form en voorzien van de wapenen, het ledergoed en de kleeding- en uitrustingstukken, hem bjj zijn voxtrek mei verlof medegegeven of hem later uitgereikt, van zijn zakboekje en van zijn verlofpas. Zijn hem roglementen of dienstvoor schriften uitgereikt, dan verschijnt hij ook daar van voorzien bij het onderzoek. liet «iet-ontvangen van eene persoonlijke op roeping ontheft niet van de verplichting tot deelneming aan het onderzoek. Indien ziekte de opkomst mocht verhinderen, moet men ter iemeente-secretarie een gelegali seerde geneeskundige verklaring overleggen. Deze verklaring kan ongezegeld zijn. Amersfoort, 21 October 1912. Burgemeester en elhoudtWB voornoemd, De Burgemeester. Van RANBWIJCK. De .Secretaris, J. 1). WERKMAN. IN 1828 werd de cacao poeder uitgevonden door Van Houten, die daarvoor van Koning Willem een octrooi verkreeg. De Van llouten's Cacao vindt sedert zijn weg over de geheele wereld, en dit product van den uitvinder werd nog nimmer geëvenaard. Sedert eenigen tijd werd door de Koninklijke Cacaofabriek van C. J. van Houten Zoon ook een tweede soort onder den naam RONA cacao in den handel gebracht, om te voldoen aan de vraag van het publiek naar goede en goed- koope cacao. Van aiie cacao- soorten nadert dii fabrikaat RONA het meest het oor spronkelijk product van den uitvinder. Het heeft weer den echten krachtigen cacao- smaak, zooals door bevoegde beoordeelaars wordt erkend. Bij de bereiding moet er vooral op gelet worden dat slechts weinig cacaopoeder noodigis voor een smakelijkcn kop. Daartegen wordt nog al dikwijls gezondigd, misschien omdat men van andere soorten gewoon is nog al veel te gebruiken. Op een kop moet men niet meer nemen dun een theelepel RONA cacao (ongeveer i 7 gram), en bij bereiding van grootere hoe veelheid tegelijk kan men volstaan metongeveer35grani (I1 i 2 eetlepels) op 1 Liter melk. Uit een Liter (kan) melk schenkt men gewoonlijk 7 koppen, zoodoende maakt men dus wel 200 koppen smakelijke melkchocolade uit 1 kilo RONA cacao van f 1.50. Men ziet, het is een uiterst goedkoope drank, veel ge zonder dan koffie en thee, die de zenuwen prikkelen, en veel aangenamer van smaak. Op de goede bereiding moet echter wel worden geleigoed kokend water of goed kokende melk brengen den heerlijken smaak veel beter tot zijn recht, dan wanneer men alleen maar wurm water of warme melk neemt. heeft aanleiding gegeven tot verijdeling der hoop, welke gedurende korten tijd werd ge koesterd. De toestand van Hare Majesteit geeft reden tot tevredenheid. Prof. KOUWER. DR. ROKSSINGH. We houden er ons van overtuigd, dat met innige deelneming kennis werd geno men van dit teleurstellend bericht. Slechts zelden hebben we niet zóo groot leedwezen een bulletin uitgegeven als gis teravond even 11a 6 uur. Het luidde De Staatscourant» van hedenavond zal de volgende mededeeling bevatten Een lichte ongesteldheid van Hare Maje steit de Koningin, gedurende eenige dagen, Oorlog in den Italkau. Terwijl te 's-Gravenhage, het middelpunt der internationale vredesbeweging, de hoofd stad als het ware van het Rijk van den wereldvrede, alle krachten worden ingespan nen ten einde tijdig gereed te komen met de voltooiing van het Vredespaleis, dat hoog- oprijzend symbool van internationale ver broedering, het trotsche bouwwerk, bestemd als hoogeschool voor de studie van het vol kenrecht, als tempel voor de prediking van volkenliefde en -eendracht, als rechtzaal, waar wijze mannen zullen zetelen om op onbloe dige wijze in volkengeschillcn te beslissen. Terwijl in Den Jfaag nijvere handen zich reppen 0111 het Gebouw der volken te sieren met de geschenken, door alle natiën met bereidvaardigheid en in broederlijke harmonie daartoe bestemd, opdat nog in 1913 degan- sche wereld /al kunnen worden uitgenoodigd om het algemeene verbroederingsfeest te vieren van dc inwijding van het paleis, waar de vredevorst hof zal houden. Terwijl de menschheid zich verblijdt over zulke verheugende teekenen van vooruitgang der vredesidée, is in Europa's Zuidoosthoek de oorlogsfakkel ontstoken, hebben op het Dalkanschiereiland reeds bloedige botsingen plaats gehad tusschen de vijandelijke legers, is nu juist dezer dagen de Balkanoorlog er gekomen, officieel en practisch over dc ge heele linie. De krijg is aan alle kanten be gonnen en het geheele Balkangebied staat in vuur en vlam. Weer vangt een schriklijk pleit voor dwang en vrijheid aan tusschen Turkije cenerzijds en Bulgarije, Servië, Mon tenegro en Griekenland aan den anderen kant. Het is geen oorlog, het is geen strijden tusschen geregelde troepen naar de regelen van liet oorlogsrecht, het is een algemeen moorden, seinde reeds een der correspondenten. De oorzaken Ze zijn vele. Misschien had Turkije, door liet tijdig aanbrengen in Macedonië van de hervor mingen, die het gedurende tachtig jaren beloofde te zullen invoeren, den oorlog kun nen voorkomen. Misschien ook niet. De begeerte naar machtsuitbreiding zou wellicht den Balkanstaten dan een ander voorwendsel hebben doen vinden. Misschien zouden zij zelfs zonder reden den oorlogsbrand in het land van den Zieken Man hebben ontstoken. Wellicht is ook rassenhaat en godsdienst verschil de hoofdoorzaak van deze botsing. Zooveel staat echter wel vast, dat bij de oorlogsbegeerte der Bulgaren, Montenegrij- nen, Serviërs en Grieken, niet weinig geprik keld door het hulpgeroep der geplaagde Christenen op Turksch gebied, het ook voor de handigste en werkzaamste diplomatie een vrijwel hopelooze taak zou zijn geweest, het oorlogsgedrocht in zijn krocht terug te drijven. En ditmaal was de Europecsclie diplomatie niet op haar handigst en niet zoo werkzaam als zij wel had kunnen zijnwant er klon ken valschc noten van ouderlingen naijver en wantrouwen in het concert der Euro pecsclie grootmachten. Wie zal het winnen Wie zal 111 't ciud zegevierend uit den verbitterden kamp te voorschijn treden We weten het niet en wagen ons dien aangaande ook aan geen voorspellingen met uitzondering helaas van deze eenewe verwachten, dat de strijd bloedig en lang durig zal zijn, wanneer de mogendheden mits oen van zin en alleen bezield met het verlangen om aan de onzalige menschen- slachting een einde te maken - - niet spoedig de strijdende partijen van elkander scheiden en zoodoende voorkomen, dat handel en ver keer nóg langer lijden ten gevolge van den oorlogstoestand, dat de honderden menschen- levens, die reeds verloren gingen, aanwassen tot duizenden, dat nóg meer wreedheden zullen worden gepleegd, nóg meer tranen, geschreid. Mits éen van zin. Doch helaas moeten de grootmachten zich als ze eerlijk, zijn wel ietwat linksch en onbeholpen en wellicht beschaamd gevoelen in hun rol van zede- en tucht meesters over de kleinen. Met de overige groote mogendheden zal mogen toezien en zorgen, dat in de kaart van den Balkan I geen wij/iging worde gebracht, Italië dat den buit binnen heeft in den vorm van het aan Turkije ontrukte Tripolis. Mede toegezien wordt door Oostenrijk, dat. alleen steunend op dc scherpte van zijn zwaard en de toestemming van zijn Duit schen buurman, nog twee geheele Turksche provinciën, Bosnië en Herzegowina, bij zijn gebied inlijfde door Engeland, dat in Egypte thans móer te zeggen heeft dan de 'l urk, die er souverein was; door Frankrijk, Duitschland en vooral door Rusland, die met wantrouwig loerende oogen speuren of door een der »vrienden< ook een beweging wordt gemaakt, welke getuigt van lust naar machtsuitbreiding. Inderdaad, als het »óen van zin< ontbre ken mocht bij een eventueel ingrijpen der grooten, dat zij dan maar liever niet itigrij pen en de strijdenden rustig laten plukharen. Dan toch blijft de oorlogsbrand beperkt tot den haard van oorsprongterwijl in hot an dere geval de kleinste overwaaiende vonk het vuur kan doen oplaaien over half Europa. Daarvoor behoede ons God II. Nu ook het laatste werk voor den bouw der Gemeente-waterleiding is aanbesteed, kan het zijn nut hebben, eens 11a te gaan, -welken omvang dit nieuwe Gemeente-bedrijf zal krijgen. Het buizennetter lengte van ruim 33 K.M., waarvan 7 K.M. wijd 250 m.M., C/a K.M. wijd 130 m.M., 9 K.M. wijd 100 m.M, en 12 >/a K.M. wijd 80 m.M., nadert zijn vol tooiing. Zoodra het pompstation gereed is, kunnen de 344 b'randkranen, die in het buizennet geplaatst zijn, dienst doen vooi het schoonspuiten van het geheele net, om later gereed te staan voor het blusschen van branden, die (moge het aantal slechts klein zijn) in de stad mochten uitbreken. Dat daarbij een groote toevoer en hoogo druk van het bluschwater verzekerd is. waar borgt ons het hoog-reservoir, dat boven op den Amersfoortschen berg wordt gebouwd, en het ruime buizennet. De omhulling van het hoog-reservoir, uit metselwerk én zandsteen opgetrokken, is bijna gereed; spoedig kan het ijzeren reser voir, met een inhoud van 750 M8 water daarin worden opgesteld.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1912 | | pagina 1