5 II
Stadsnieuws.
verliep, verminderde en ophield, zonder na
speurbare redenen. En daar verschenen de
hoepels, of de tollen, en nu zag men in "t
gansche dorp de jongens hollende achter
hun hoepels of met luid klappende zweep
slagen hun tollen voortdrijven langs den
weg. Tot ook dit spel weer een einde nam
en een ander aanving.
Daar zijn geleerden geweest, die aan dit
verschijnsel van het geregeld komen en
gaan van bepaalde kinderspelen hun aan
dacht hebben gewijd, en zij hebben er aller
lei geleerde en gewichtige problemen over
opgezet, 'k Hoorde nog kort geleden, in een
pedologische vereeniging te Amsterdam,
een betoog over het spelen der kinderen,
waarbij, aan de hand der historie, een paral-
lel getrokken werd tusschen de ontwikkeling
van het kinderspel en de voortschrijdende
ontwikkeling van het menschelijk geslacht.
De geleerde spreker zag een overeenkomst
tusschen het kind, dat zich met pijl en boog
vermaakt en de oudste meiischengroepen,
lie zich hoofdzakelijk met de jacht bezig
hielden, evenals hij verband zocht tusschen
de neiging van kinderen om zich met zaaien
en planten bezig te houden en den tijd toen
de menschen, het zwerven moede, zich neder
zetten en den grond gingen bebouwen. Zoo
zag hif in het wisselend spel der jeugd een
afspiegeling oer cultuur-historische ontwik
keling van den mensch in de oudste tijden
evenals anderen in de voortschrijdende ont
wikkeling van een menschelijk individu
van het embryo tot den vollen wasdom
terugvinden de afstamming, volgens darwi
nistische leer, van den mensch uit de dieren,
't Was heel interessant en het klonk bijster
geleerdmaar het verschijnsel, ook in an
dere landen opgemerkt, hoe bepaalde spelen
telkens op vaste tijden in het jaar terug-
keeren, dat kon de spreker toch evenmin ver
klaren als ik het kon.
Maar vraagt ge misschien spelen
onze kinderen dan nog? En menig oudore
onder ons geeft wellicht het antwoord
Spelen Maar de kinderen van dezen lijd
spelen niet meer zij kunnen het niet.
Onze kinderen hebben het spelen ver
leerd.
Ten minste in de steden. Zie in de groote
plaatsen de scholen uitgaan. Zoo niet de
onderwijzer ze noodzaakt netjes in de rij op
de kleine steentjes te blijven loopen, zoover
zijn dwingend oog ze volgen kan, versprei
den de kinderen zich joelend en schreeuwend
over den weg. Ze stuiven uiteenin een
oogenblik zijn ze uit elkaar. Alleen of in
kleine groepen gaan ze de verschillende
kanten uit naar huis. Aan een gemeenschap
pelijk spel wordt niet gedachtof zoo al,
dan staat daar een politie-agent en ook de
meester houdt een oog in 't zeil, en beiden
zorgen, dat de kinderen zich zoo spoedig
mogelijk verspreiden. Vóór schooltijd gaat
het meestal niet anders. De schooldeuren
worden een kwartier te voren opengezet en
de kinderen kunnen dadelijk naar binnen.
Zoo willen de onderwijzers het, en de poli
tie, en de ouders. Op straat, daar loeren ze
niets goeds, zeggen de laatsten. En daarom
laten de «knappe* ouders hun kinderen ook
na schooltijd niet te veel buiten.
Wat is het gevolg Dat de kinderen in
de steden niet spelen kunne n. Ze hebben
het verleerd. Zie maar eens in de parken
en plantsoenen, waar op de vrije middagen
de jeugd wel samenkomt. Spelen ze er een
mooi gemeenschappelijk spel Och neen, ze
vliegen door elkaar, schreeuwen en joelen
wat; of ze spelen elk op zich zelf met het
speelgoed, dat ze van moeder hebben mee
gekregen.
Onze jeugd, onze stadsjeugd, kan niet
spelen. Daarvoor is in de stad geen ruimte,
geen gelegenheid. De openbare weg is niet
voor de kinderendien hebben de groote
menschen noodig. En als ze een troep spe
lende kinderen zien. die hun de weg ver
sperren, dan mopperen ze en klagen over de
politie, die er niet gauw genoeg bij is om
deze uiting van kindervreugd te onderdruk
ken.
En het kind, dat aan den weg niet spelen
mag, en toch uiting geven wil aan den drang
tot beweging, tot spel het kind pleegt
baldadigheid, gooit do ruiten in van de
straatlantaarns, hindert voorbijgangers, kwelt
de neringdoenden en gaat zich te buiten aan
straatschenderij.
Is het niet alleszins begrijpelijk
Wij, volwassenen, moeten het kind helpen.
Wij moeten het de gelegenheid bieden om
te spelen.
Waar in de steden de openbare straat voor
de groote menschen is en dezen niet dulden
kunnen, dat de kinderen hen met hun spel
komen hinderen, daar dient men te zorgen
voor speelterreinen, waar de kinderen hun
hart kunnen ophalen aan hun spel.
Het is een plicht van den volwassene tegen
over het kind het de gelegenheid te bieden
om te spelen. Marktpleinen voor den handel,
maar speelplaatsen voor de jeugd het een
zoo goed als het ander.
En dan, als de gelegenheid de speel
plaats er is, dan moeten wij de kinderen
1 e e r e n spelen.
i Want zij kunnen hel niet, of niet meer.
De stadsjeugd is het spWeu verleerd. Tieren
en schreeuwen en wild door elkander loopen,
elkaar en anderen hinderen, dat kunnen ze
maar spelen niet.
Nog eens. wij moeten het ze 1 e e r e 11.
E11 ziedaar nu het doel benaderd van deze
bijeenkomst.
De bond van lichamelijke Opvoeding, die
reeds zooveel goeds deed en terecht den
steun der hooge Regeering geniet, deze nut
tige Rond heeft zich ook de zaak van het
spel aangetrokken. De Bond wil »spelleidersc
vormen, wil belangstellende mannen en
vrouwen lccren, hoe ze met kinderen kunnen
spelen, hoe zij op hun beurt de kinderen
kunnen leeren spelen.
Maar tot wie zich te wenden? Uit welken
kring die spelleiders te recruteeren
Is het niet natuurlijk, van zelf sprekend,
dat men zich tot de onderwijzers en de on
derwijzeressen wendt Wie beter dan zij zijn
hiervoor aangewezen en geschikt Wie ook
geven zich zóo gemakkelijk, zóo van ganscher
harte aan de belangen van het kind, omdat
zij het zijn, die de opvoeding van het kind
tot levenstaak zich hebbe*1 gekozen
En daarom, al weten v» c hoeveel er reeds
van U wordt gevraagd, wij hebben niet ge
aarzeld, U voor deze vergadering op te. roe
pen om voor dezen belangrijken tak der
opvoeding, want dat is ongetwijfeld de ver
heffing van het spel, uw hulp en medewer
king te vragen.
Ik dank dat gij gekomen zijt.
Vervolgens werd het woord verleend aan
den heer Graafland, den technischen leider
van den Bond van Lichamelijke Opvoeding.
De Amersfoortsclie Roodo Kruis-mnnneu.
Men zal zich wellicht herinneren, dat van
het comité Amersfoort en omstreken van
het Xederlandsche Roode Kruis een 1 o-tal
jonge mannen den 5 September deelnamen
aan de oefening van den militairen genees
kundigen dienst welke dien dag werd ge
houden bij Ede.
Hun werd reeds hulde gebracht voor hun
ijver om. hoewel het buitengewoon slecht
weer was, toch op tijd van hier te vertrek
ken en de geheele oefening mee te maken
en dubbel hard aan te pakken waar tal van
leden van transport-colonnes uit andere
plaatsen juist om dat ontzaglijk slechte weer
waren weggebleven.
Indien thans nog wordt herinnerd, dat de
hier bedoelden nog slechts éen opleidings
cursus konden volgen, dan zal het wel niet
verwonderen, dat het Bestuur van het comité
het een zeer aangename taak acht, het vol
gende afschrift te kunnen publiceeren uit het
rapport van den leider der oefening aan het
1 loofd-comité en dat het gaarne thans in het
openbaar dank betuigt aan de jonge mannen
voor hun geheel zelfstandig en hoogst cor
rect optreden.
»Wat de werkzaamheden van het Roode
Kruis-personeel op de verschillende afdee-
lingen betreft, het heeft overal met de uiter
ste krachtsinspanning medegewerkt om de
oefening te laten slagen.
De graad van geoefendheid, weike zij
hadden in het behandelen van gewonden,in
het verbinden, het op- en afladen van ge
wonden, het dragen, enz., was zeker vol
doende.
Ook het inladen van de gewonden in de
gesloten goederenwagens, ging, trots het
geheel ontbreken van liet gewoonlijk daar
voor gebruikte materieel, over het algemeen
zeer goed.
Wat hunne medewerking bij de geheele
oefening betreft, een woord van lof mag hen
daarbij zeker niet onthouden worden. Waar
bij deze gelegenheid zoo ongeveer alles
moest geïmproviseerd worden, daar is het
na in de eerste plaats de drie sergeanten
der Hospitaal-compagnieën herdacht te heb
ben, die mij allen prachtig voor hun oorlogs-
taak berekend toeschenen en 11a nog even
den goeden steun en de medewerking van
de 4 hospitaalsoldaten genoemd te hebben
daar is het zeker voor een groot deel
aan den ijver en de plichtsbetrachting van
de Roode Kruis-ziekendragers toe te schrij
ven, dat van deze oefening, hoe slecht wij
er ook aanvankelijk voorstonden, toch nog
iets is geworden, dat aan niet te hoog ge
spannen verwachtingen kon voldoen.
Up dergelijke mannen zou, mocht ooit het
noodig zijn, het Roode Kruis met vol ver
trouwen kunnen rekenen*.
dc lichting 1913 der Nationale militie te
dragen, is bepaald op 1123.
Van de 28 849 ingeschrevenen in het ge
heele Rijk worden ingedeeld 23 000 man.
Ook over October wijst de tfam terug
gang aan.
Zij vervoerde thans 10 565 betalende
passagiers, of 745 minder dan in October
iyii; de passage-opbrengst was f52605
of 41.25 minder; de totale ontvangsten waren
f 595.17 of f44,68 minder de dag-kilometer
bracht op f 10.66 of f 0.80 minder.
Uit de opgaven, welke we geregeld in
het begin van elke maand ontvangen blijkt,
dat van i Januari tot einde October van
dit jaar het vervoer en de totale ontvangsten
der Amersfoortsclie tram hebben bedragen
"3 S £i gf
2 H 3
I I
i 0 oc 0
0 X-C O CO -J
1
B i
«S-S sr
2> 0.
■I I+++I
1 - J?-i CC O
1 - 'v CC C/i M
Meer of minder
dan in de zelfde
maand van ion.
JiOi Ü1ÜIIC4.4-
-O O 0 O
0
a
0
Sr- "o 0 oï 2 2i if!
c|£
11I++I1
c/i ca 00/ en
Meer of
minder dan
in 1911.
In «Staatscourant* no. 258 is opgenomen
de Wet van 31 October 1912 tot wijziging
en aanvulling der Muntwet.
Daarbij is o. a. vastgesteld de beeldenaar
der gouden vijfgulden-stukken en die der
nikkelen stuiverstukken, welke laatste den
den vorm bullen hebben van een vierkant
met afgeronde hoekpunten.
Het aandeel door de Provincie Utrecht in
De jongedames C. Kuyters en J. M. Sclioff
behaalden de akte vrije en ordeoefeningen
der Gymnastiek.
Dr. J. Campert, van 1882 tot 1887 Direc
teur der Hoogere Burgerschool te Amers
foort, van laatstgenoemd jaar tot 1899 Di
recteur der Hoogere Burgerschool met 5-
jarigen cursus te Amsterdam en sedert 1899
Inspecteur van het Middelbaar en het Zee
vaartkundig onderwijs, is Zaterdag te Am
sterdam gehuldigd bij zijn aftreden uit
laatstgenoemd ambt.
Het stoffelijk huldeblijk zal bestaan uit
zijn door dr. Jan Veth te schilderen portret.
De heer W. André Wilkens legde aan
de Rijks-universiteit te Utrecht met gunstig
gevolg af het doctoraal examen Rechtswe
tenschap.
De reserve-sergeanten W. van Ilaselen
H. P.zn en T. J. Reerninck, van het 5e re-
giment infanterie, zijn benoemd tot vaandrig
bij het korps.
Luitenant-ingenieur W. II. Schukking
wordt 2 December overgeplaatst van het
regiment genie-troepen naar den staf der
genie te Amersfoort,
De gepensionneerde kapiteins W. M. II.
Anten en J. J. I'. Schmitz, thans te 's-Gra-
venhage, zullen, naar aanleiding der aanne
ming van het wetsontwerp op de militaire
pensioenen door de Eerste Kamer, een ver
zoekschrift aanbieden aan li, M. de Konin
gin, waarin zij H. M. eerbiedig verzoeken,
aan het wetsontwerp de Koninklijke be
krachtiging te onthouden en die maatregelen
te willen doen treffen, welke II. M. nuttig
zal oordeelen om het aan ongeveer duizend
gep. officieren aangedaan onrecht op billijke
wijze te doen herstellen.
Men verzoekt ons, nogmaals te herinneren
aan 'de uitvoering van Averkamps a cappella-
koor, dat door toedoen der plaatselijke Toon-
kunst-afdeeling morgenavond zich in 'Ami-
citia* zal doen hooren.
En men zendt ons uitknipsels uit«Nieuwe
Rotterd. Crt.«, »De Nederlander*, «Nieuwe
Prov. Groninger Crt.* en «Leeuwarder Crt.«
die natuurlijk om strijd roemen den heerlij
ken zang van Averkamp's koor, dat door
zijn geacheveerde kunst te goed bekend is
dan dat we uit die lange reeks loftuitingen
ook maar iets behoeven aan te halen om aan
te sporen, het te gaan hooren.
Nu het hier komt, zouden we alleen wil
len schrijven verzuim toch deze kostelijke
gelegenheid niet; ga er heen of ga er op
nieuw heengeniet er van of geniet er op
nieuw van.
De Titanic-voorstellingen in «de Arend*
trekken zeer veel publiek. Zondagavond
waren bij de eerste voorstelling ruim 300,
bij de tweede voorstelling meer dan 200
personen aanwezig, terwijl Maandagavond
vooral de loges en de eerste rang flink bezet
waren.
Scherp belicht, levensgroot verschijnen de
beelden op het scherm, waarop schier geen
trilling is waar te nomen en, al weten we
allen, wat er gaat gebeuren, toch op mo
ment, dat het stooten van liet schip op dc
ijsbergen de eerste angst en ontzetting werpt
te midden der mondaine menigte in t Cafe
parisien, is er zeker niet éen oiulcr de toe
schouwers die niet als 't ware eveneens op
geschrikt wordt.
E11 als we daar al die menschen zien,
machteloos tegenover de natuurkrachten,
die zelfde menschen, die met hun geld en
hun invloed nog zoo kort te voren alles
meenden te kunnen bereiken, als we daar
aanschouwen, hoe milliardair en doodarme
landverhuizer aan zich moéten laten vol
trekken het zelfde vreesclijkc lot, dan besef
fen we, sterker dan ooit, velen misschien
voor 't eerst in hun leven, de volle belecke-
nis van de macht eens Hoogeren wils.
Indrukwekkend klinkt, vol innigheid het
«Nader tot U, mijn God*, gezongen door
het quartet kerkzangers, leerlingen van pas
toor Brouwer, waarbij zich vol wijding het
rustige orgelspel aansluit.
De boekjes, bevattende een uitvoerige be
schrijving van de ramp en van de geprojec
teerde tafereelen, worden bij dozijnen gehaald
en meer dan een bezoeker vraagt ecnige
exemplaren om te verspreiden.
Van de beide natuuropnamen is vooral
de film «Kijkjes in de dierenwereld* (vogels
en viervoeters) een juweeltje.
Bijzonder goed getroffen zijn de leeuwen
en tijgers de laatste lijken op geweldig
groote katten, zooals ze daar staan te blazen
tegen het toestel, waarmede ze worden opge
nomen.
Bij gelegenheid van het huwelijk van
freule van Nagell, geeft de N. V. de Bios
coop-maatschappij «de Arend* op 12 Novem
ber een groote voorstelling te Barneveld.
Een vriendelijke hand schrijft ons
Voor de afd. Amersfoort van den Bond
voor Vrouwenkiesrecht hield dr. Frcderik
van Eeden, uit Bussum, j.l. Zaterdagavond
een lezing in «Amicitia*.
De heer Van Weezei Errens heette de
talrijke dames en hecren welkom en hoopte
en verwachtte dat het woord en de kunst
van dr. Fr. van Eeden de zaak der vrouw
in de goede richting zou brengen, dat nu de
lauwen en lakschen zouden besluiten mede
te helpen. Hierna gaf hij het woord aan den
spreker, die ongeveer zeidc
Geachte hoorders, 't wordt binnen een
paar maanden 10 jaar, dat ik 't laatst voor
u optrad als spreker, Als er onder u zijn,
die toen te Amersfoort woonden, dan her
inneren zij zich misschien, dat er toen door
de straten menschen liepen zonderling ge
kleed het waren stakers, door sommigen
stakkers genoemd. Ik denk er aan nu ik
hier sta. Ik begin met u te zeggen, dat die
10 jaren vol van harde leering zijn geweest
voor mij.
Nu ben ik evenwel sterker gekleurd dan
toen. Ik ben niet los geworden van 't socia
lisme, doch zit er nog vaster aan. Doch, zult
gij vragen, wat heeft dit met vrouwenbe
weging te maken V Ik zal trachten duidelijk
te maken hoe voor mij die vrouwenbeweging
samenhangt met maatschappelijke beweging.
Op de vrouwenbeweging, op dat opkomen
van de helft der menschheid, is 't eerst mijn
aandacht gevallen in Amerika. Ik werd daar
binnengelokt in een vergadering van suffra
gettes, waar mij gevraagd werd te spreken.
Daar ik hierop niet berekend was, heb ik
min of meer een flater begaan. Ik maakte er
me met een aardigheid af en zeimannen
hebben de macht in naam en vrouwen heb
ben de macht in wezen. Dit zou dooi de
vrouwenbeweging omgekeerd kunnen wor
den. Dat vond men natuurlijk niet heel aar
dig.
Wat mij 't meeste trof is, dat de strijd
tegen de vrouwenbeweging niet uitging van
mannen, maar van vrouwen zelf.
In Amerika staat de vrouw hoog, wordt
ze geëerd, ja, zelfs bedorven. Maar de vrouw
is er tegen, dat ze meedoet aan politiek.
Dit heb ik bestudeerd en ik wensch u duidelijk
te maken of dit gegrond is. Een van de
geestigste, verstandigste Amerikaansche
vrouwen strijdt heftig tegen dit denkbeeld.
De man heeft den Staat gemaakt en de
vrouw het gezin, zegt ze. Dit eerste was
nuttig. De man is door zijn politiek leven
min of meer oppervlakkig geworden. Inden
partijstrijd vindt men geen oorspronkelijkheid
van gedachte. Partijvergaderingen, kliek-
vergaderingen zijn voor verstandige men
schen onverdraaglijk. De vrouw daarentegen
heeft haar eigen gevoel vevolgd. /.e heeft,
bewaard die fijne intuïtieve macht, die de
man heeft verloren.
Hoe in 't politieke leven de 0011 tegenover
den ander staat, is afschuwelijk. Ik kan me
begrijpen, dat hoogstaande vrouwen zich
daarmee niet bemoeien. E11 zoolang de
goeden de zaak te min of te slecht vinden
om er aan deel te nemen, wordt de zaak
niet beter, blijft ze corrupt. Doch is het
politieke leven zóo slecht, dat de vrouw er
niet aan zal deelnemen, dan wordt het hoog
tijd, dat ze dit wel doet.
Partijschap dw|
verloren gaan. jJ
een hamerende n
Dit bewijst, dat L
IS. Doch de eeJ
opofferen. I)it
omkceringen.
In sommige,
111 hngeland, Wa®'
tieve vrouwen ,u
temmeren. Doch if8?!
vrouw direct op
Californië en and*
zeggenschap heefuj
is niets aan den A
De man heeft
Wat is de Stijl
Een creatie Vat J
geweld, uitbuiting
vijandig tegenover 8
ja, tegenover de
Een Staat te 0
maar mooi, eervo'r,rT»
was gebaseerd 0pö<x,
andere volken tc -
nog van de R0mtJg
min of meer verwlftt
Staat. Iedere Sta;;ew.
af te weren of t?irw(
mannelijke creatie,
zou moeten begey/Q 2
schelijk zijn, dat
De Staten verat, 01
kens krijgen wc »e s
wordt 'n huishoud^^
gemeenschappelijk^, 2
voedsel, huisvestin»
De uitbreiding 1'pi,
inische, niet naa;.tSor
nieuwe groepeert
toekomst, en ben*
hecrschers en beheren
Wie er meer ivn
Staat*, van mr. Ftpen
De oude Staat de
petigeweld. 't G,nefc
komst zal dit doqor
De vrouw zal dek hie
Thans zijn er noggchi
ten. Ieder, die trycri
gen, wordt vijand, bi
bcheerschte men mat
thans met de mayan
dom.
't Is een geliefdgct
dat het socialisme laffi
dom zou verlangMei
voelen, hoe er mis ge
eigendomsrecht. .\en
begin ik te vreezet b
en bloed zal kosttfÊf
bescherming van£t«
drukken, uitzuiger on;
men op het zelfdeD
is schadelijk voor aat!
de vrouw in dez-esta
zamerhand voelen,rijpt
orde is.
De menschheid andi
verbazend snel. ürme
terug is de cultensc
verandering gaat
aan te zeggen, dnuw
schikt geweest 5211 r
het zoo blijven.
Het is niet wadat
een wezen is, daal 1
moet gelijken; nwoe 1
kclitig, hoe meer vhil i
kan zelfstandig, idig
leelijk te zijn, in at z
eu toch fijngevoclidan
is goed en wel, zenen,
zijn neemt veel kit w
ondergaat allengs wi
trouwt de nieuwe >uw
rige eeuwen en na X n
ze een tweede jeuga, w
tel ij k mo ederschap rkri
allen ten goede te. M
nieuw en vindt mee de
Bij de vrouw s h«
voorgrondbij deian
De man redeneer ve
te kunnen bewijzen' vr
godsdienstig gevoelït,
misverstand.
Daar is gevaar d<
gevoel. De wreedsteidrij
wen aangestooktdtertl
Fransche revolutie, f S
dering is bij de vtc®0 1
nooit geniaal zegGb en
Hoe dit te verklare Ze
en haar invloed te 21
doen kennen. Ze kt fc
In het huisgezin 13
bazend. Ze kan deflan
of meehelpen. In ^®rs
verlammend, in 't W®
dadig optreden. I" J-fr
voor de maatschapfUp
de vrouw zich nopnu
niet waar 't geld vaar
ketid met armoede.
In Amerika zijn t~>
arm, 11 pCt. midde^d
Londen hebben SI
zoo'n maatschappij eve
De man is hieraan