Dinsdag 12
November 1912.
No. 8184.
62e Jaargang.
OPROEP.
Stadsnieuws.
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersloortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff"
HOOFDREDACTEUR
F- J. rSEnisiZS.
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagmiddag. Abonnement per 3 maanden f 1.
franco per postƒ1.15. Advertentien 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenings-
advertentiën per regel 15 cent Reclames 15 regels f 1.25. Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht.
BUREAU:
SORTXGZUCHT 9.
Postbus 9.
Telefoon 19.
Het Hoofd-comité van het Nedevlaud-
sche Roode Kruis, door Hr. Ms. gezant
te Konstantinopel ingelicht omtrent de
groote behoefte aan geneeskundige hulp
aldaar, richt zich tot het Nederlandsche
volk met het dringend verzoek, steun te
willen verleenen.
Uit Ned. Indië is op eersten oproep
een belangrijk bedrag ontvangen. Het
Hoofd-comité heeft echter een veelgroo-
ter bedrag noodig om op eenigszins vol
doende schaal de hulp te kunnen bieden,
waaraan de behoefte zich eiken dag in
sterkere mate doet gevoelen. Veel leed
valt er te verzachten.
Het hoopt, dat het Nederlandsche volk
niet in gebreke moge blijven om het
Nederlandsche Roode Kruis in staat te
stellen, daartoe het zijne te doen.
Het heelt besloten, nog deze week een
ambulance uit te zenden.
Deze tweede ambulance, welke is be
stemd voor Konstantinopel, staat onder
leiding van dr. G. W. S. Lingbeek, lid
van het Hoofd-comité, die ook tijdens
den Transvaalschen oorlog aan het hoofd
van een ambulance gestaan heeft, en vau
dr. L. C. van der Steen van Ommeren,
chirurg en officier van gezondheid le
klasse.
Voor deze ambulance is 0. a. ook een
gedeelte van het geld besteed, uit Indië
voor het Roode Kruis gezonden.
In aansluiting aan dezen oproep ver
zoekt men ons mee te deelen, dat behalve
geld dat nog dringend noodig is, wil
de ambulance goed uitgerust worden en
met vrucht werkzaam kunnen ziju
met het oog op de toestanden in Turkije
vooral gewenscht zijn de volgende zaken
rijst, meel, suiker, jams, griesmeel, ver
micelli, macaroni, zout, maizena, sago,
havermout, koffie, thee, cacao, scheeps
beschuit, boter, margarine, bouillon,
bruine boonen, zeep, kaarsen, geconden
seerde melk gezuiverd en ongezui
verd en room, en voor het personeel
volkskost met en zonder vleesch en
vleesch-couserven. Voorts ziekenkleeding.
Het Hoofd-comité verzoekt vriendelijk
toezending van geld aan den Secretaris,
Lange Voorhout 6, en van goederen
aan de kliniek van het Ned. Roode
Kruis, Jan van Nassaustraat 112, beiden
te Den Haag.
Namens het comité voor
Amersfoort en omstreken,
J. W. JORISSEN,
Voorzitter.
P. J. FREDERIKS,
Secretaris.
Thans wordt bevestigd de mededeelitig in
den Gemeenteraad van Soest een poosje
geleden gedaan, dat bij de Regeering een
wetsontwerp in bewerking is, waarbij wordt
bepaald, dat ons land in verschillende dis
tricten wordt verdeeld en voor iedere Ge
meente wordt aangewezen, van welke elec-
trische centrale zij stroom zal betrekken.
We herhalen dit bericht in verband met
de nieuwe poging der Kamer van Koop
handel en Fabrieken om de klein-nijveren
in het genot te stellen van electrische drijf
kracht.
Burgemeester en Wethouders stellen den
Raad voor, kosteloos over te nemen van
den heer C. M. M. Vermolen, twee strook
jes grond groot 6.10 en 13.10 M2 vóór diens
woonhuis aan den Westsingel no. 2 onder
voorwaarde, dat de tegenwoordige bestrating
wordt vervangen door cement-tegels, het
hekwerk wordt ingekort tot den aanwezi
gen keldertrap en dat de kosten van over
dracht worden gedragen door de Gemeente.
De kosten van het in orde brengen van
het tegel-trottoir worden begroot op f 40.
Bij aanvaarding van het voorstel wordt
het trottoir niet langer onderbroken en de
welstand ter plaatse dus bevorderd.
Gedeputeerde Staten van Utrecht bericht
ten 23 September aan B. en W., dat de
Minister van Binnenlandsche Zaken bezwaar
heeft tegen de door den Raad vastgestelde
verordeningen tot heffing en tot invordering
van schoolgeld voor de openbare Lagere
scholen A, B, C en D.
B. en W. berichtten aan Gedeputeerde
Staten, dat zij zich konden vereenigen met
die bezwaren en verzochten hun, dit den
Minister mee te deelen.
Gedeputeerde Staten verzochten nochtans
bij schrijven van 28 October een uitspraak
van den Gemeenteraad uit te lokken.
B. en W. stelden bij schrijven van 2 No
vember den Raad yoor, te besluiten tot on
gewijzigde handhaving der bedoelde veror
deningen en hun op te dragen, dat besluit
te brengen ter kennis van Gedeputeerde
Staten.
Het schrijven van Gedeputeerden van 23
September luidt:
De Minister van Binnenlandsche Zaken
heeft ons de hiernevens gaande verordenin
gen teruggezonden onder opmerking
ie. dat in het besluit tot heffing van
schoolgeld aan de scholen A, B, C en D
ontbreekt de bij de wet vereischte vrijstel
ling voor onvermogenden.
Zijne Excellentie acht -daarbij noodig aan
wijzing van het inkomen, bij hetwelk on
vermogen wordt aangenomen en mitsdien
geen schoolgeld verschuldigd is. In verband
met genoemden wettelijken eisch is, volgens
's Ministers opvatting, art. 16 van het hef-
tingsbesluit niet toelaatbaar.
2e. dat in art. 3 van de invorderings
verordening moet worden verwezen naar de
artikelen 7 en 8 in plaats van naar de ar
tikelen 7 en 12 van het heffingsbesluit.
De eerstbedoelde opmerking komt ons
niet juist voor. De Raad uwer Gemeente
toch stelde twee verordeningen tot heffing
van schoolgeld vast, en wel een voor de
scholen A, B, C en D waarbij inderdaad
de onvermogenden niet perse van betaling
van schoolgeld zijn vrijgesteld en een
voor de scholen E, F en G, waarbij de on
vermogenden wel degelijk van bedoelde
betaling geheel zijn vrijgesteld (blijkens art.
8 der Verordening).
Nu schrijft art. 16 der Wet op het Lager
onderwijs de Gemeenten voor. Lager onder
wijs te geven op een voldoend getal scho
len, welke voor alle kinderen, zonder onder
scheid van godsdienstige gezindte, toegan
kelijk zijn.
Daarmede wordt allerminst aan de Ge
meente verboden, behalve dat voldoend,
door de wet geoischte, getal scholen nog
een paar scholen vrijwillig te hebben, die
zij geheel achterwege zou kunnen laten,
maar ten aanzien waarvan zij niet ver
plicht is, onvermogende kinderen toe te
laten.
Dit standpunt is niet nieuw. Reeds in
1884 is bij Koninklijk Besluit uitgemaakt,
dat wanneer een Gemeenteraad het noodig
vindt, voor de on- of minvermogenden een
kostelooze of armenschool, zelfs met dé
vakken a—1, te openen, en een and., "e ook
nog goedkoope school, voor betalende leer
lingen met eenige vakken meer, de wet
niet beveelt, dat in zoodanig geval ook de
onvermogenden in onbeperkten getale op
deze school mogen plaats nemen.
detacheerd bij het ie regiment huzaren te
Ede.
jz&ïri- -c.c'
Den 3en Augustus 1882 werd uitgemaakt,
dat voor on- en minvermogenden een school
kan worden aangewezen en dat dan aan
zoodanige school onderwijs moet verkrijg
baar zijn in alle vakken, die in de Gemeente
worden onderwezen.
In uw Gemeente nu zijn de scholen E, F
en G voor on- en minvermogenden aange
wezen, de scholen A, B, C en D niet. Hier
is o.i. niets tegen.
Naar aanleiding van de 2e hierboven be
doelde opmerking van den Minister brengen
wij U in herinnering, dat in art. 3 der
invorderings-verordening aanvankelijk art. 8
der heffings-verordening was aangehaald. Dit
werd door ons College niet juist geacht.
Immers kunnen op de aanvullingskohieren
worden gebracht
1. de leerlingen, die tusschentijds school-
geldplichtig worden
2. de leerlingen, wier aanslag moet worden
verhoogd en alsdan voor hetgeen door hen
moet worden betaald boven het bedrag
waarvoor zij reeds op het primitief kohier
zijn aangeslagen.
Doch het aanvullingskohier kan o. i. niet
worden gebruikt om een reeds vastgestelden
aanslag te verminderen. Dit toch zou afwijken
van de toepasselijk verklaarde regelen voor
de plaatselijke Inkomstenbelasting en boven
dien tot practische ijioeilijkheden leiden,
indien bijv. de aanslag op het primitief ko
hier voor het volle bedrag reeds betaald is.
Moet vermindering van een aanslag geschie
den, dan zijn o.i. ontheffing of restitutie de
eenige wegen, zooals bijv. in art. 10 der
heffingsverordening voor een ander geval
juist is geregeld.
In verband met deze opmerking werd toen
in art. 3, al. 3 der invorderings-verordening
door den Raad uwer Gemeente o.i. terecht
de aanhaling van art. 8 der heffings-veror
dening geschrapt.
Uit, enz.
De heer G. Huier, sedert 30 Maart 1910
tijdelijk keurmeester van de visch, is hier
Zondag op 05-jarigen leeftijd overleden.
Overwegwachter A. Bliekendaal zal 18
dezer den dag kunnen herdenken waarop hij
25-jaar geleden in dienst trad bij de H. IJ,
S. M.
Het stoffelijk hulsel van majoor J. M. H.
van Lelyveld, van het «e regiment huzaren,
zal morgenmiddag zonder militaire eerbe
wijzen worden ter aarde besteld op de
Nieuwe algemeene begraafplaats.
Behalve vertegenwoordigers der officiers
korpsen en detachementen van het regiment
zal de regiments-muziek op den doodenakker
zijn.
Het brood voor het garnizoen zal met
ingang van 1 Januari worden geleverd door
de garnizoens-bakkerij te Amsterdam.
Paardenarts dr. F. J. van Capelle is ge-
De Amersfoortsche Tooneelvereeniging
Door Inspanning Uitspanning' heeft Zon
dagavond het koperen feest van den heer
C. J. J. van Luijn als dilettant-tooneel-
speler op waardige wijze herdacht door de
over 't algemeen zeer goede opvoering van
het niet al te bloedige drama »Balt, de
marskramer'
De jubilaris had alle gelegenheid, zich te
kwijten van zijn goeden roep als marqué er,
hij deed dit zonder overdrijving, met inge
togenheid en dikwijls treffend gebaar.
De medespelenden stonden hem goed bij
1 toonden te willen en te kunnen.
Een geanimeerd bal was 't slotnummer
van den feestavond.
Zondagmiddag werd in hotel Reichmann
gehouden de 21ste Algemeene vergadering
van den Bond van Orde van H. IJ. S. M.-
personeel, welke werd bijgewoond door 69
leden en op welke vertegenwoordigd waren
15 afdeelingenslechts Hoorn en Winters
wijk ontbraken. De Bond werd opgericht
3 Februari 1903.
Nadat een photo was gemaakt en twee
dochters van een lid uit Hilversum een wel
komstlied hadden gezongen, opende de
Voorzitter, de heer G. A. Spit, even na half
twee de vergadering. Spr. herinnerde er aan,
dat de Bond thans voor den tweeden keer
'ergaderde te Amersfoort; vergelijking met
de samenkomst in 1903, vlak vóór de spoor
wegstaking, geeft reden tot tevredenheid.
In 't bijzonder heette spr. welkom de vete
ranen van den bijkans 10 jaren bestaanden
Bond, die trouw elke Algemeene vergade
ring bijwoonden. Bijzonder aangenaam was
het spr. te Amersfoort te vergaderen, waar
de jongste maar tevens de krachtigste af-
deeling is, wier ledental van amper 20 klom
tot ruim 80 en die terecht wordt genoemd
het hart van den Bond.
De notulen der vergadering van 16 Mei,
opgenomen in het Bondsorgaan »Het vliegend
wiel», werden als vastgesteld beschouwd.
De Secretaris bracht vervolgens het half-
jaarlijksch verslag uit. Daaruit bleek o. a.,
dat verleden jaar het Hoofdbestuur genood
zaakt was, de groepsvertegenwoordiging bij
een te roepen om te spreken over het al
dan niet voortbestaan van den Bond. Het
resultaat dier bespreking was, den Bond
voorloopig voor een jaar voort te zetten.
Eerstdaags zal hieromtrent definitief mc;ten
beslist.
Het aantal afdeelingen is terug gegaan
van 19 tot 16, doch het ledental is geklom
men tot ruim 700 en veel wijst er op, dat
de Bond kan werken tot nut van de Maat
schappij en van de leden, mits de arbeid
niet geheel wordt overgelaten aan het Hoofd
bestuur, doch de afdeelings-besturen en ook
de leden individueel zich beijveren voor de
Bondsbelangen.
Ook de geldelijke toestand van den Bond
is gunstiger dan een jaar geleden, doch veel
dient nog geregeld.
Het verslag werd zonder discussie bij
acclamatie vastgesteld.
Hierna werd goedgekeurd de Begrooting
voor 1913 op f3706 in ontvangst en uitgaaf,
Ingevolge het rapport der commissie van
onderzoek zal worden overwogen of op de
posten zaalhuur ad f 100 en verblijfkosten ad
f350 niet kan bezuinigd ten behoeve van
den post propaganda ad f 225.
Als plaats voor de volgende Bondsverga
dering, in het voorjaar van 1913 te houden
en waarop het 10-jarig bestaan zal worden
herdacht, werd aangewezen Amsterdam.
Vervolgens was aan de orde het behan
delen der voorstellen.
Het Hoofdbestuur had er ditmaal geen te
doen.
De afdeeling Utrecht had voorgesteld
opheffing der Bondsinstellingen Uitkeering bij
25-jarig ambts-jvbilee en Uitkeering bij over
lijden, beide opgericht 1 Augustus 1906.