RONA Cacao Van Houtcn's nen en tracht zelf gebreken op te sporen o.a. door onderzoek van gehoors- en gezichts functie. Hij bespreekt met den klasse-onder wijzer de belangen der kinderen, schenkt bijzondere aandacht aan de achterlijken en houdt aanteekening op de persoonskaarten. Indien hij een afwijking waarneemt, die behandeling wenschelijk maakt, doet hij daarvan mededeeling aan de ouders en den huisarts of den behandelenden geneesheer, die hem per controle-brietje verder inlicht. In 1908 werden verzonden 2102, in 1909: 1795, in 1910: «054; in 1911: '374! het aantal over 1912 is nog niet bekend; doch uit deze cijfers valt een snelle daling te con- stateeren van het aantal afwijkingen. De stijging in 1911 is het gevolg van het bij komen der Diaconie-scholen, waar de oogst voor den schoolarts zeer ruim was. Zoo wer den uit éen dier Diaconie-scholen, met 550 leerlingen, het eerste jaar ruim 500 brieven verzonden, tegen 37 het volgende jaar. Vastgesteld is, dat in 75 pCt. der gevallen het advies tot inroepen van geneeskundige hulp werd opgevolgd. Spr. noemde nu de meest voorkomende afwijkingen. Oogziekten en stoornissen functie der oogen. Zoowel voor het kind als voor het onderwijs is het van zeer groot belang, dat onvoldoende gezichtsscherpte tijdig wordt herkend en doelmatig behandeld, waardoor verergering wordt verhinderd, Het dragen van een bril bij sommige werkzaamheden, een andere zitplaats, kunnen voldoende zijn. In 4 jaar zijn 1666 gevallen van onvoldoende gezichtsscherpte geconstateerd, 1025 geval len van uitwendige oogziekten, 370 keer kwam scheelzien voor. Zonderling, dat juist bij oog-gebreken zooveel tegewerking van de ouders voorkomtdeze beweert, dat een bril de oogen zwakker maaktgene, dat het kinderkopje zoo leelijk wordteen an der] heeft bezwaar tegen de kosten, vooral als de bril wordt gebroken bij het spel. De oogziekten worden alweer toegeschreven aan klieren, waarvoor toch geen kruid gewassen is als levertraan niet helpt en die »een ziekte voorkomen*. Toch is veelal een onderhoud van den schoolarts met de ouders voldoende om den huisarts te doen raadplegen. Oorziekten. In 4 jaar zijn te Utrecht 486 gevallen van onvoldoende gehoorscherpte waargenomen en 110 keer twijfelachtig, be nevens 297 oorontstekingen (loop-ooren) die de klasse-atmosfeer kunnen bederven. Het volksgeloof beschouwt ook deze »klieren* als heilzaam doch de schoolarts mag deze patiënten niet in de school laten, tenzij het zieke orgaan is afgesloten door een tampon. Adenoide-vegetaties, enz. Er werden 750 lijdertjes aan zeer groote amandelen gevon den, die stellig behandeling eischten, behalve de lichte gevallen, en 518 lijdend aan ade- noide-vegetaties. De gevolgen van deze af wijkingen kunnen slechts genezen door weg neming van die woekeringen, welke ooront stekingen, hardhoorigheid. intelligentie-defec ten, enz. veroorzaken. Vooral hier blijkt welk belangrijk nut het advies van den schoolarts kan hebben, indien men het gering aantal geval len vergelijkt bij die, voorkomende in niet- geïnspecteerde scholen. Huid- en haarziekten, De zeer besmette lijke favus (kletskop) blijkt bij goed geor ganiseerd schoolartsen-toezicht volkomen uit geroeid te kunnen worden. Zij is een zeer chronisch verloopende, besmettelijke haar ziekte, die zeer moeilijk en slechts na maan denlange nauwkeurig voortgezette deskun dige behandeling kan worden genezen. On derbreking der behandeling geeft onherroe pelijk opvlamming van het ziekte-proces, welke alle vorigen arbeid ongedaan maakt. Laat men de ziekte ongestoord voortwoe keren dan ontstaan de ongeneeslijke kale plekken, die de lijders geheel hun verder leven ontsieren. Lang vóór te Utrecht schoolartsen werden benoemd, zijn tal van pogingen gedaan om favus uit te roeien, echter alle zonder resul taat, deels omdat de lijdertjes zich onttrok ken aan behandeling, deels omdat zij de andere kinderen besmettende praktisee- rende artsen misten tijd en gelegenheid om de behandeling energiek vol te houden en de polyklinieken waren niet in staat, alle patientjes jte helpen. Toen heeft het Ge meentebestuur op zeer royale wijze inge grepen en aan de chirurgische (Klykliniek verbonden een inrichting tot behandeling van aan besmettelijke haarziekten lijdende schoolkinderen, waar ze ook in observatie worden genomen om recidive te voorko men, terwijl favus-lijdertjes alleen worden toegelaten in de scholen indien zij een zin delijk, afsluitend hoofdverband dragen. Aanvankelijk was ook hier tegenwerking moeder was er niet van af te brengen, dat deze »klieren< de uiting waren van een zelfverdediging van het lichaam en vond haar kind meer toonbaar met een zeer hoofd dan met een kapverband. Doch ten slotte kwamen ook de meest weerbarstigen tot inkeer en thans nemen de kinderen en de reeds ouder gewordenen met zekere ostentatie hun petje of hoed af, alsof ze den dokter willen doen zien »U hebt eer van uw werk; kijk eens hoe gaaf mijn bol is*. Juist bij favus-bestrijding blijkt hoe nut overtreft alle andere goedkoope soorten in smaak, geur, kracht en kleur. Vandaar het verbazende succes van dit uitstekende fabrikaat. tig het is, dat niet een deel, doch dat alle Scholen gebruik maken van geregeld genees kundig toezicht. Toen te Utrecht een groote groep scholen niet was aangesloten bij het instituut der schoolartsen verhuisden veel lijdertjes aan favus en andere huid- en haar ziekten naar die scholen om zich te ont trekken aan de behandeling. Dit blijkt over tuigend uit de cijfers: 80 in 1908, 47 in 1909, 11 nieuwe en 17 oude in 1910; in 1911, toen de andere scholen toetraden, ech ter 62 nieuwe gevallen. Thans komen er bijna geen nieuwe gevallen voor en zijn de oude grootendeels genezen. In 4 jaar werden 1427 gevallen waargenomen van ziekten der behaarde hoofdhuid, grootendeels ver oorzaakt door de hoofdluis, volgens moeder het teeken van gezondheid van haar kind en het voorbehoedmiddel tegen alle moge lijke kwalen. Toch lijden de kinderen ge weldig door den voortdurenden jeuk, welke door het krabben aanleiding geeft tot huid infecties; en zij besmetten bovendien kin deren zelfs uit zeer reine gezinnen. Door invoering van het instituut der schoolart sen is deze ernstige schoolplaag terugge bracht binnen behoorlijke grenzen. Onder de 763 geconstateerde andere huid ziekten kwamen ook besmettelijke voor, welke zelfs aanleiding hadden kunnen geven tot ware klasse-epidemieën. De voren genoemde cijfers hebben feitelijk slechts statistische waarde; minder geldt dit voor die omtrent ziekten die slechts kunnen vastgesteld na ontkleeding, hetgeen, als gezegd niet bij alle kinderen en slechts met toestemming der ouders gebeurt. Long-tuberculose werd 127 keer vastge steld on 150 maal vermoed, terwijl 119 long afwijkingen van tuberculeusen aard en 116 hartsgebreken werden geconstateerd. Daar door kon herhaaldelijk raad gegeven en be smetting van andere kinderen voorkomen worden. Men weet, dat volgens de huidige opvatting tuberculose een ziekte is, welke in de kinderjaren ontstaat en in den regel eerst op hoogeren leeftijd ontaardt in zooge naamde tering; een echte kinderziekte dus. Daarom reikt het instituut der schoolartsen de hand aan de T. B. C.-vereeniging door den ouders de geleg- nheid te geven, in toe passing te brengen hetgeen op de bekende plaat dier vereeniging zoo juist in beeld is gebracht; het »goed zoo moeder, laat uw kinderen onderzoeken eer het telaat is». Spraakgebreken werden 378 maal gecon stateerd. Tot heden ontbreekt echter tc Utrecht gelegenheid tot kostelooze behande ling, zoodat weinig practisch resultaat is be reikt. Ruggegraatsverkromming werd 480 keer waargenomen. Een vereeniging, die uit de Gemeentekas wordt gesteund, heeft de be handeling, kosteloos of tegen geringe beta ling, der patiëntjes op zich genomen en her haaldelijk zijn de schoolartsen in staat om door eenvoudigen raad de goede houding der kinderen tc bevorderen, zoowel in de klasse als bij het Gymnastiek-onderwijs. Verder houden de schoolartsen voortdurend hun aandacht gevestigd op de achterlijke kinderen. Sinds voor dezen te Utrecht een Buitengewone school bestaat, worden de kinderen, die daarvoor naar het oordeel van den klasse-onderwijzer in aanmerking komen, nadat zij minstens éen jaar degewone school bezoeken, nauwgezet lichamelijk en geeste lijk onderzocht door een commissie, bestaande uit het Hoofd der buitengewone school, als pmdagoog, een psychiater en een schoolarts. Deze commissie bepaalt of die kinderen naar de buitengewone school worden overgeplaatst, dan wel nog een proeftijd in de gewone school doormaken en raadt den ouders de afwijking te doen behandelen, welke de oor zaak is van de vermeende geestelijke min derwaardigheid. Hierdoor genieten van dit kostbare onderwijs alleen zij, die dit het meest noodig hebben en worden tevens ver kregen de schitterende resultaten van het buitengewoon onderwijs. Tandbederf is een euvel waartegen nog steeds vrijwel vruchteloos wordt gekampt. Een derde der schoolbevolking lijdt in zoo- danigen graad aan tandbederf, dat behande ling noodig is; doch de gelegenheid ont breekt en de schoolartsen te Utrecht achten om de enorme kosten niet gewettigd, daar voor gelegenheid te doen scheppen. Andere afwijkingen werden geconstateerd in 1018 gevallen. De taak van den schoolarts is dus wel een zeer uitgebreide. Doch er is meer. Hij moet óok zijn aan dacht wijden aan de besmettelijke algemeene ziekten mazelen, roodvonk, kinkhoest, diph- therie, waterpokken, bof, enz., bij wier ver spreiding de school een zeer groote rol speelt. Klasse- en zelfs school-epidemieön van enkele dezer ziekten komen herhaaldelijk voor, doch kunnen niet worden voorkomen zonder dat het onderwijs te zeer er onder lijdt. Als regel wordt het patiëntje naar huis gezonden en mag het pas terugkomen na genezing en nadat de besmettelijkheid is geëindigd. De bewaarscholen en de voorbereidende klassen worden, zoo noodig, gedurende eenige weken gesloten. Van meer beteekenis is het voorkomen der verspreiding van roodvonken diphtherie in de school. Indien een geval is aangege ven, zendt de Burgemeester onmiddellijk bericht aan den schoolarts; de klasse en zoo noodig ook de andere lokalen, waar het kmd vertoefde, worden ontsmet en de school arts overtuigt er zich van, dat die ontsmet- tinc goed geschiedt en niet, als vroeger, toen liet leerboek van zulk een patiëntje iniddenuit een stapel andere boeken getrok ken plechtig werd gedesinfecteerd. Komen desóndanks meer gevallen voor m de relfde school dan verdubbelt de schoolarts rijn waakzaamheid, inspecteert hij de school her haaldelijk, onderzoekt hij de kinderen des noods bactereologisch, en let er op of de reconvalescent niet te vroeg weer ter school Twee instellingen die de medewerking van den schoolarts vragen, zijn Kindervoe- Vacantie-kolonies. In het najaar overlegt hij met het schoolhoofd welke kin deren, door ondervoeding, het meest in aan merking komen voor Kindervoeding in het voorjaar zoekt hij hen uit, die moeten uit gezonden met een vacantie-kolonie met uit zicht op gunstig resultaat, Te Utrecht wijzen de schoolartsen op die wijze een 400 kin deren aan, waaruit de medische commissie der Vereeniging voor gezondheids-kolonies een 250-tal kiest. De overigen worden, zoo mogelijk, door andere vcreenigingen uitgezon den. Op die wijze worden zij geholpen, die 't het meest noodig hebben en niet de kin deren der meer brutale ouders, die van alles weten te profiteeren en overal met den butt gaan strijken. Ook de onderwijzers dienen geneeskundig onderzochtin sommige Gemeenten geschiedt dit door een Gemeente-arts of een contro leerend geneesheer, doch in ieder geval moet voorkomen, dat een onderwijzer zijn leerlingen besmet. Is het nu wenschelijk, schoolartsen te be noemen, die uitsluitend als zoodanig werkzaam zijn, dan wel moet men dc voor keur geven aan schoolartsen, die dit ambt waarnemen naast hun gewone praktijk Spr. persoonlijk is voorstander van het laatste stelsel. De arbeid van den schoolarts is te eentonig om jaar in jaar uit icderen dag met ijver en toewijding te worden ver richt. Het instituut is z. i. meer gebaat met de aanstelling van schoolartsen, die door hun gewone praktijk gelegenheid hebben, op de hoogte blijven van de medische wetenschap en van hun tijd een beroeps-schoolarts loopt gevaar, onwillens langzamerhand meer en meer een administratief ambtenaar te wor den. De arbeid van den schoolarts is niet zulk een bijzondere specialiteit, die hierop gerichte voorstudie vereischt, dan dat men behoeft te vreezen, onder de praktiseerende artsen niet een voor het ambt te zullen vinden. Daar de schoolarts niet praktiscerend mag optreden, heeft men geen specialisten (oor-, oog-, huid-artsen, enz.) noodig, hetgeen niet wegneemt, dat een dergelijke arts heel goed geschikt kan zijn voor het ambt, indien hij slechts niet is vastgeroest in zijn speciaal onderdeel, doch de algemeene vakkennis heeft onderhouden. Voor een Gemeente als Amersfoort is na tuurlijk het stelsel der schoolartsen in neven ambt belangrijk goedkooper dan dat van den beroeps-schoolarts. Amersfoort heeft 6 openbare Lagere scholen met rond 2000 leerlingen, 7 bijzondere Lagere scholen met 1600 leerlingen en 4 Fröbel- en bewaar scholen met 700 leerlingen; samen 17 scho len met 3600 leerlingen, die door twee schoolartsen-in bijambt kunnen worden ge controleerd. Eén schoolarts-in hoofdambt moet minstens het salaris hebben van 4 schoolartsen-in bijambt. Indien het instituut der schoolartsen zóo wordt ingericht, dus zeer eenvoudig en zon der schoolartsen-bureau en dergelijke franje, dan is het niet kostbaar en kunnen de be zuinigde gelden worden gebruikt voor sub sidie aan bestaande of op te richten vereeni- gingen, of polykinieker,, enz. waar 011- en minvermogende kinderen, die extra-zorgen vereischen, kunnen behandeld, Moge aldus besloot spr. zijn inleiding ook Amersfoort binnenkort het instituut der schoolartsen bezitten en mogen alle scholen, zonder uitzondering, daarvan gebruik maken. Dan zal het een instelling bezitten, welke zal strekken tot heil van het onderwijs en van de gezondheid der Amersfoortsche jeugd, de toekomstige burgerij. Alsnu werd gelegenheid gegeven, vragen te stellen. De heer D. Ruys verklaarde de belang wekkende voordracht met zeer veel aandacht tc hebben gevolgd. Van een beslist tegen stander zoo maar ineens een vurig voorstan der te worden, gaat niet zóo lichtmaar toch ben ik wel eenigszins vuil zienswijze ver anderd. Voor Amersfoort acht ik een speciaal schoolarts beter. Hoe is het te Utrecht in gericht zijn daar speciale schoolartsen, dan wel oefenen zij óok praktijk uit. Dr. Carstens antwoordde, dat te Utrecht 6 schoolartsen zijn, die f 800 salaris hebben on dus het ambt als bij-ambt uit oefenen en dus fonds- en zelfs armenpraktijk hebben. Wat dit laatste betreft, acht ik het niet gewenscht. dat de zelfde arts in twee functiön kan optreden. Immers de eene taak kan daarbij lijden onder de andere. Armen praktijk en fondspraktijk eischen zeer veel arbeid, vooral in tijden van veel ziektedan moet het schoolarts-ambt wel er onder lijden.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1913 | | pagina 2