5';
De Arend.
MM-
DE PRINS
Aóverieert in flit
FROU-FROU
©♦©♦©♦©♦©♦♦©♦©♦©♦©♦O
Naar Neerlands onafhankelijkheid
De Hertogin van Malakoff.
Ruitenboerj
©♦©♦©♦©♦©♦♦©♦©♦©♦©♦0
Mocca Tric-Trac
Nationale Vereeniging
tot steun aan miliciens.
Bioscoop
Wereldstad-
programma
VETTER Co.,
Feuilleton.
Vriendschap.
PANDBRIEVEN met MINSTAANDEEL van de
alle Effectenkantoren.
zjjn verkrijgbaar
Agent voor AMERSFOORT
AMERSFOORTSUH MISSEL- en EFFECTENKANTOOR
LAMA1S0H BOUWER Co.
Kortegractit 22
naaat het Postkantoor.
Belasten zich met
aan- en verkoop van
Effecten, Wissels en
Coupons.
Sluiten prolongatien
Safe-inrichting.
met de „LINDEBOOM"
is de ECHTE.
Wacht u voor NAMAAK.
Firma Wed. B. van
VAN RIJN'S
ÖFRES"EMOSTERO
Sadart 1 Januari toekent men in op de 12e Jaargang: van
De mooiste illustratie ln Nederland.
Behalve een groot aantal zeer fraaie platen en portretten, die de voornaamste gebeur
tenissen in Nederland en in het buitenland in beeld brengen, tal van belangrijke geïllus
treerde artikelen op elk gebied en boeiende novellen van bekende auteurs, begon heden
in dit Weekblad een nieuwe serie romans
Een zeer boeiende oorspronkelijke roman van den bekenden schrijver
JOH. W. BROEDELET (fraai geïllustreerd).
Verder in de Bibliotheek van »De Prins* de boeiende roman van
HENRIETTE VON MEERHEIM
Daarna de nieuwe roman van E. H. DEI.L,
schrijfster van »Als een Adelaar*.
Deze roman maakt in Engeland enormen opgang, als zelden in de laatste
jaren een boek ie beurt viel.
Alle atoonné's zijn verzekerd.
Men abonneert zich door het geheele land bij eiken solieden Boekhandelaar of bij de
Agenten tegen f 3.— per jaar voor de gewone, en tegen f 5.per jaar voor de luxe-editie.
Abonnementen kunnen met elk nummer aanvangen, doch zijn steeds verbindend tot No.
32. Op plaatsen waar geen Boekhandelaar gevestigd is, kan men zich direct per post
abonneeren tegen toezending van postwissel van f3.75 voor de gewone en f5.75 voor de
luxe editie, aan den
llitgerer N. J. BOON, Amsteldyk 13, Amsterdam.
Men ontvangt daarvoor een prachtige illustratie van 20 groote bladzijden op mooi
papier met 40 a 45 platen per week.
Xal JuuleUJh'
yCoffce *6
joUuu*, denouxAt alaarty.
g/g Juüt
cJq JCorfhreiruu%'.
SJCLOLT- rui oLa duuyofi
A. J. TEN HOPE, Rotterdam.
met een overheerlijk
Moooa-aroma.
Biscuitfabriek „de Lindeboom".
Firma Wed. B. van DOESBURG.
Afdeeling Amersfoort en omstreken.
Werkgevers, die betrouwbare
werkkrachten noodig hebben, en Miliciens,
die naar werkzaamheden uitzien, worden
verzocht zich te wendon tot het Secreta
riaat der afdeeling, Schimmelpenninck-
straat 41, to Amersfoort.
N.B. Allfien die miliciens, waarvan de
dienstrapporten, opgevraagd hij
hunne laatst commandeerend
officieren gunstig luiden, komsn
in aanmerking voor steun door
do vereeniging.
No. ia.
Orediet - vorsenifiag
Correspondentschap te Amersfoort.
rnr. H. J. M. THii deu BERGH
WH.HELWNA8TRAAT 5.
te amsterdam.
Zij stelt zich ten doel
liet verleenen van Oredieten onder per
soonlijke of zakelijke zekerheid of in-blanco
het incasseeren van handelspapier
het ontvangen van gelden il dóposito
rekening-courant.
Cbccolade Mocca Stangen
Chocolade Walnoten
Chocolade Vlinders
ware DELICATESSEN.
Biscuitfabriek „de Lindeboom".
Firma Wed. B. aan DOESBURG.
Distill. Wijnen. Likeuren.
Lieve Vrouwe-kerkhof, AMERSFOORT.
ffi Bij den ondergeteekende verschijnt sS
iederen Woensdag 05
j| De lloUandsclic Lelie j|
A; Weekblad voor jongedames
onder Hoofdredactie ffj
VAN
Joiikrr. ANNA de SAVGRNIN LOBMAN. M
Weekblad in Nederland voor dames
uit de hoogste en beschaafdste krin- 5
gen. Let hierop voor uwe advertentie.
Prijs per jaarg. f4, fr. p. p. f 4.20 3
proefnummer gratis. r
Amsterdam. L. J. VEEN. 3
i.)
Op zekeren ochtend atak de oude waterrat zijn
kop uit zijn hol. Hij bad heldere kraaloogje* on
zijn ztaarl geleek op een lang atuk gomelastiek.
De joDge eendjes zwommen rond in den vij
ver en zagen er uit als een troepje gele kanarie
vogeltje», terwijl hun moeder, die zuiver wit
waa, met echter roode pootjes, bezig waz te
trachten, hun te leeren op hun kop te staau in
't water.
„Jelui zult nooit in deftig gezelschap kunnen
varkeeren, als je niet op je kop kunt ataan",
herhaalde zy sleede, en af en toe deed zij hun
voor, hoe 't gedaan raoeet wordeu. Maar de
kleine eendjes sloegen geen acht op haar. Zij
waren nog z6o jong, dat zij niet wisten, welk
een voorrecht het is, af en toe in goed gezelschap
te mogen varkeeren.
„Wat rijn die kinderen toch ongehoorzaam",
mopperde de oude waterrat; „zij verdienen
heuecb, dat zij verdrinken".
„In 't geheel niet", antwoordde de eend„alle
begin ia moeilijk en oudera kunnen niet te ge
duldig zyn".
„OchIk kan de ouderlijke gevoelens niet
beoordeelen", zei de waterrat, „ik heb geen ge-
ain eu ik ben nooit getrouwd geweeet en heb
er ook nooit plan op gebad. Liefde ie heel goed
in zekeren zin, maar vriendschap staat veel
hooger. Wat méér zegt, ik ken niets edelers
dan warme vriendschap".
„En wat, als ik vragen mag, is wel uw mee
ning omtrent de plichten van een groot vriend
vroeg een vlasvink, die dichtbij zat in een wil
geboom en 't gesprek had afgeluisterd.
„Ja, dat zou ik óok wel eens willen weien",
zei de eend en zij zwom naar 't einde van den
vijver en ging op haar kop staan om haar kin
deren een goed voorbeeld te geveD.
„Wat een dwaze vraag!" riep de rat uit. „!fe
zou natuurlijk verwachten, dat mijn beste
vriend mij zeer genegen zou zijn".
„En wat zoudt u hem in ruil geven 7" vreeg
de vlasvink, die op een zilverachtig takie schom
melde, terwijl hij met de fijne vleugeltjes flad
derde.
„Ik begrijp je niet", antwoordde de waterrat.
„Laat mij je eens een verbaal hierover ver
tellen", zei de vink.
„Handelt het verbaal over mij", vroeg de water
rat. „Zoo ja, dan zal ik er naar luisterenwant
ik houd erg veel van vertelseltjes".
„Het is althans toepasselijk op je", antwoordde
de vink en hij vertelde zijn verhaal.
„Er was eens", begon hij, „een braaf man
netje, dat Hans heette".
„Was hij iets bijzonders?" vroeg de waterrat.
„Neen", antwoordde de vlasvink, „ik geloof,
dat hij in 't geheel niet bijzonder was, behalve
door zijn goed hart en ziin grappig rond, opge
wekt gezicht. Hij woonde alleen in een kleine
hut en werkte iederen dag in zijn tuinin de
heele streek was geen enkele tuin zóo mooi ale
de zijDt. Er groeiden duizendschoon, nagelbloe
men, herdersta8chjes en boterbloemen. Roode en
gele rozen waren erpaarse crocuseen en gele
en purperen en witte viooltjes. Akoleien en
pinksterbloemen, marjolein en tym, sleutelbloe
men en gele lischbloemen, narcissen en anjelie
ren bloeiden en groeiden er, elkaar opvolgende
zooals de mannden verliepen de eene bloem de
plaats van de andere innemend, zóo, dat er
altijd iets moois was om op te kijken en heerlijke
geuren om van te genieten.
Hans had vele vriendenmaar de beste van
allen was dikke Huig, de molenaar. De rijke
molenaar was zóo gesteld op Hans, dat bij nooit
diens tuin zou voorbijgaan, zonder zich over de
heg te buigen en een groot bouquet of een
handvol kruiden te plukken of, in 't vruchten-
seizoen, zijn zakken te vullen met pruimen en
kersen.
„Ware vrienden behooren alles te deelen", zei
de molenaar steeds en Hans knikte en glimlachte
en was erg trotsch, een vriend te hebben met
zulke edele denkbeelden.
Soms vonden de buren 't wel eens vreemd,
dat de rijke molenaar aan Hans nooit eens
iete teruggaf, hoewel bij honderd zakken meel
in zijn molen in voorraad had, zes melkkoeien
er een groote kudde welvarende schapen; maar
hierover brak H'anB zich nooit het hoofd en
niets deed hem meer genoegen dan te luisteren
naar de heerlijke dingen, die de molenaar dik
wijls zei over de onbaatzuchtigheid van ware
vriendschap.
En zoo werkte flans dan maar voort in zijn
(,en 20mer en lleu herfst
was hij heel gelukkig; maar als de winter be
gon en hij geen vruchten of bloemen had om
naar de markt te brengen, had hij veel te lij
den van kou en honger en moest hij dikwijls
naar bed gaan met niets dan een paar gedroogde
peren en harde noten voor avondeten.'s Winters
had bij het ook erg eenzaam, want dan kwam
de molenaar hem nooit bezoeken, omdat hij
maar al te good wist, dat er toch geen bloemen
of vruchten te halen vielen.
,,'t Is beter, dat ik Hans maar niet ga op
zoeken, zoolang er sneeuw ligt", placht de mo
lenaar tegen zijn vrouw te zeggen, „want als
menschen in moeilijkheid zitten, is 't beter hen
met rust te laten en niet met bezoeken lastig
te vallen. Dat is ten minste mijn begrip om
trent vriendschap en ik ben oveituigd, dat ik
gelijk heb. Ik zal dus wachten lot het voorjaar
begint en hem dan opzoekenhij zal mij dan
een grooten mand sleutelbloemen kunnen geven
en dat zal hij heerlijk vindeni'.
„Je bent altijd even zorgzaam voor anderen",
antwoordde zijn vrouw, die in een gemakkelij-
ken leunstoel bij een groot houtvuur zat, „be
paald erg zorgzaam. Het is waarlijk een ge
noegen, je over vriendschap te hooren spreken.
Ik weet zeker, dat zelfs de dotnim' niet zoo iets
moois zou kunnen zeggen, al woont hij ook in
een huis van twee verdiepingen en al draagt
hij een gouden ring aan zijn pink".
„Maar zouden wij Hans niet kunnen vragen
om hier te komen", zei de jongste zoon van
den molenaar „als de arme Hans ongelukkig
js, zal ik hem de helft van mijn pap geven en
hem mijn witte konijnen laten zien".
(Wordt vervolgd.)