De Raad, van oerdeel, dat het belang der
Gemeente meer wordt gediend door eigen
bouw, gaat over tot de orde van den dag.
Ik meen, dat het goed is, deze motie te
behandelen in de volgende vergadering.
Velen steunen de motie.
De Voorzitter: Wat is het doel de
zer motie
De heer Gerritsen: Het voorstel van
B. en W. thans niet te behandelen.
De Voorzitter: Is het dan niet beter,
dat er aan toe te voegen
De heer Gerritsen: Wilt u dit dan
naar daaraan toevoegen
De heer Van A c h t e r b e r g h De heer
Gerritsen diende een motie in maar wat
zullen we nu doen Er is een tweeledige
verbeteringhet grondig opknappen van
oude woningen, en het bouwen van nieuwe.
Ik acht het verbeteren der oude woningen
in de stad het naast voor de hand liggend
en geloof niet, dat ik me kan verklaren voor
een bouw buiten de stad, omdat in de stad
zelf nog zoo heel veel valt op te knappen.
Pas daarna mogen we m. i. beginnen in de
buitenwijken.
De heer Jorissen: Ik had heel graag,
dat de heer Gerritsen wat nader zijn denk
beelden had gepreciseerd en had gezegd
waarom de Gemeente'meer wordt gediend
door zelf te bouwen.
De heer Gerritsen: Ik heb het al met
een enkel woord gezegd. De rest moet men
er maar bijdenken. Ik meen, dat wij, als
leden van het Gemeentebestuur, niet mogen
bevorderen sectarische afscheiding, niet mo
gen helpen tot stand brengen een joden
buurt, een Roomsche buurt, of een buurt
van de Hervormde kerk in drie afdeelingen.
We kunnen daarvan niets dan verdriet be
leven.
De heer Jorissen: De heer Gerritsen
spreekt van ghetto's, doch is niet op de
hoogte. Deze vereeniging bouwt niet alleen
voor Katholieken ieder kan er komen wonen.
De heer Houbaer, Voorzitter van den
Raad van Commissarissen zal nadere inlich
tingen geven.
De heer Houbaer: In die qualiteit kan
ik de heeren geruststellen. De heer Gerrit
sen en velen met hem. denken, dat «Ronifa-
cins* uitsluitend bouwt voor Katholieken.
Dat is onjuist. Er zijn niet voldoende Room
sche gezinnen, geschikt en talrijk genoeg
om de 80 woningen te betrekken en anders
denkenden kunnen er óok wonen. Het beste
bewijs is wel de aanvraagkaart, waarop
absoluut niet wordt gevraagd welk geloof
men belijdt. Het is absoluut uitgesloten, dat
deze woningen uitsluitend zijn bestemd voor
Katholieken.
De heer Van Achterbergh: De heer
Jorissen heeft gezegd en de heer Houbaer
heeft versterkt, dat de woningen niet uit
sluitend zijn voor Katholieken. Doch wij
kregen door dc welwillendheid van het
Bestuur de Statuten der vereeniging thuis
en daarin staat, dat de leden Katholiek moe
ten zijn en dat dezen het Bestuur kiezen,
dus óok Katholieken.
Ik weet, dat verleden jaar een Bestuurslid
is rond geweest bij alle Katholieke arbeiders,
doch dat men niet verder is kunnen komen
dan 60. Daardoor zijn er nu 20 woningen
open voor andersdenkenden.
Laat men de Statuten wijzigen, zóo. dat
ook niet-Katholieken lid kunnen worden en
dat de heift van het Bestuur bestaat uit niet-
Katholieken.
De heer Kroes: De Statuten behoeven
niet gewijzigd. Volgens art. 2 is het uitslui
tend doel, ter verbetering der volkshuisvesting
werkzaam te zijn.
Wij hebben onze goedkeuring gehecht aan
gelijkluidende verzoeken van «Volkshuisves
ting II« en van »V. I. O. S.«. Iedere categorie
heeft het recht, dergelijke woningbouw^ver-
eenigingen op te richtenelders deden
onderwijzers dit, hier deden het militairen.
Ik begrijp niet, dat men in een zóo volkrijk
stadsdeel zoo bevreesd is voor een secta
rische buurt. Die te vormen, ligt volstrekt
niet in onze bedoeling.
De heer Veis H e y n Een enkel woord
om mijn meening in de vergadering te
leggen.
Ik heb de mededeelingen van de heeren
Kroes en Houbaer persoonlijk onderzocht en
daarbij is me gebleken, dat zij volkomen
waar zijn en dat ook andersdenkenden hier
kunnen wonen.
Nu begrijp ik niet, dat een vereeniging,
die geheel voldoet aan de bepalingen der
wet, bezwaar kan ontmoeten, Ik meen, dat
geen Raadslid zich niet erover zal verblijden,
dat zij den bouw van arbeiderwoningen ter
hand neemt, zelfs als we aannemen, dat een
deel van dien bouw ten goede komt aan
onze Katholieke medeburgers.
Ik kan niet goedkeuren het verdagen of
het verschuiven van de beslissing op het
voorstel van B. en W.
De heer Van der Wal: De heer Van
Achterbergh heeft er op gewezen waarom
wij niet allen kunnen meegaan met het
voorstel van B. en W.
De vereeniging is een Katholieke vereeni
ging; de heer Kroes geeft dit toe. Haar
Statuten bepalen, dat de aandeelen in handen
moeten zijn van Katholieken en slechts mogen
worden vervreemd met toestemming van het
Bestuur. Men weet dan wel hoe het gaat.
Als de Katholieken werkelijk verbetering
der volkshuivesting willen, laat hen dan het
woord «Katholiek» er af laten.
Overal zijn zulke vereenigingen opgericht
met een sectarisch doel en werken ze ook
met een sectarisch doel, misschien niet in
den eersten tijd, maar later wel.
V.T.O.S.» is een vak vereeniging in wier
woningen plaats zal zijn voor alle leden.
Van «Bonifacius» kunnen slechtsRoomschen
lid zijn.
Ook ik kan niet meegaan met het voor
stel van B. en W. en ik zal gaarne zien, dat
het later wordt behandeld.
Ik hoop ook later de voordeelen van wo
ningbouw door de Gemeente zelve uiteen
te zetten.
De heer Van Esveld, Wethouder
van Openbare werken: Ik acht het
voorstel van den heer Gerritsen om de be
slissing te verdagen thans niet goed, omdat
ik een onzuivere stemming vrees.
Acht maanden geleden heeft de heer Van
Achterbergh een voorstel gedaan, dat de
Gemeente den arbeiderswoningbouw zelf ter
hand zou nemen. Dat voorstel is toen door
den Raad verworpen met op 2 na algemeene
stemmen.
De heeren zijn wat gederailleerd.
B. en W. hebben zich in hun voorstel ge
plaatst op het standpunt, dat zij volgens de
wet behooren in te nemen en dat m. i. ook
door den Raad dient te worden ingenomen.
Immers de adresseerende vereeniging vol
doet aan art. 30 der Woningwet; zij vol
doet in alle opzichten aan alle eischen dier
wet en is bij Kon. besluit van 19 Februari
1913 toegelaten als vereeniging. uitsluitend
werkzaam in het belang van verbetering der
volkshuisvesting.
Voor B. en W. gold alleen de vraag: is
het noodig, dat in de Gemeente wordt ge
bouwd tot verbetering der volkshuisvesting.
Het rapport in zake de in Maart 1913 ge
houden woningtelling beantwoordt die vraag
bevestigend. Aan dat soort woningen is een
groot tekort. De vereeniging zal dus nuttig
werk doen. De voorwaarden, waaronder het
vooschot zal worden gegeven, zijn de zelfde
als voor «Volkshuisvestingll» en «V. I. O. S.«.
Waar deze vereeniging uitsluitend verbe
tering van de volkshuisvesting beoogt, ge
loof ik niet, dat wij haar door kleinsteedsche
middelen mogen beletten, werkzaam te zijn
in het belang der volkshuisvesting, in den
geest van het recht, haar toegekend bij de
Woningwet.
Bovendien is voorzien tegen elk misbruik
door het zelfde Kon. besluit van 19 Februari
en wel door art, 12 van dat besluit, waarbij
de toelating kan ingetrokken en dat dus
werkt als rem.
Wat het voorstel-Gerritsen aangaat, om
de beslissing te verdagen, méén ik, dat dit
zeer indruischt tegen het woninggebrek. Die
verdaging zal niet zijn voor korten tijd. doch
leiden tot uitstel gedurende maanden.
Ik acht het aanhouden niet in het belang
der Gemeente.
De heer Van Achterbergh heeft gezegd,
dat er niet meer moet gebouwd in de bui
tenkwartieren maar hoe kunnen we bouwen
in de binnenstad als niet eerst is gespuid
naar de buitenstad
Men moet in deze geen partijdig stand
punt innemen, doch in het belang der volks
huisvesting en dus in dat van de Gemeente
het voorstel van B. en W. aannemen.
De heer Wolterbeek: Ik wenschtete
spreken over de plaats.
De Voorzitter: Beter is, dit thans
niet te doen. Aan de orde is de motie-Ger-
ritsen.
De heer Wolterbeek: De Wethouder
deed dit óok.
De heer Van Achterbergh: We
hebben eenige uitleggingen gehoord van den
Wethouder van Openbare werken. Als ooit
de uiteenzetting van een standpunt van een
vrijzinnig Raadslid mij is tegengevallen dan
is dit thans het geval.
Als wij dit voorschot van f 178 000 ver
strekken dan doet het Rijk er nog wat bij
en zoo valt er te beschikken over een paar
ton. Wat zouden we met die f 4000 a f 5000
zelf een nut kunnen stichten. We hebben in
de binrenstand tal van onbewoonbaar ver
klaarde woningen, waarvoor een plank is
aangebracht en waarin een geit staat. Laten
we die eerst opruimen. We behoeven daar
voor niet eens naar buiten. Als -ve een ont
eigeningsplan maken, kunnen we in de binnen
stad veel opknappen zonder dat het geld
van belang kost.
De heer Van Kalken: Ik zal ste n-
men tegen de motie-Gerritsen omdat zij het
doel der vereeniging, goede huisvesting te
verschaffen, tegenhoudt. Ik begrijp niet, dat
men van vrijzinnig standpunt dit kan tegen
houden. Er is zoo veel behoefte aan goede
woningen. Dit blijkt telkens in het Armbe
stuur, waar men de menschen moet opber
gen in reeds afgekeurde woningen of in loge
menten.
De vereeniging «Bonifacius» doet goed
werk en streeft een belang der Gemeente
na.
Wij, als Raadsleden, moeten niet vragen:
zullen daar meer Katholieken dan wel meer
Protestanten komen. Wij moeten verder
gaan, want alle menschen zijn onze naasten.
Onze kerk althans leert, dat we niet hebben
te vragenwie is dat.
Ik zal krachtig steunen het verzoek der
vereeniging en ik dank het Dagelijksch Be
stuur der Gemeente voor zijn ruime opvat
ting.
De heer Oosterveen: Ik Jcan niet
meegaan met de motie-Gerritsen.
Het staat bij mij nog lang niet vast, dat
de Gemeente meer zal zijn gediend door
eigen bouw. Ik denk aan het aanstellen
daarvóór van nieuwe ambtenaren, enz.
Waar ik ook heb hier vernomen, dat «Bonifa
cius» haar woningen óok openstelt voor
andersdenkenden, zal ik stemmen vóór het
voorstel van B. en W.
De heer Gerritsen: Het doet me ge
noegen, mijn motie aan de orde te hebben
gesteld, want daardoor zijn hier verklaringen
afgelegd, die me niet langer het recht geven,
tégen het voorstel van B. en W. te stem
men.
Ik trek mijn motie van orde in (instem
ming).
De V oorzitter: Dan is nu aan de
orde het voorstel van B, en W.
De heer Wolterbeek: Wat ik heb
tegen het voorstel om voorschot te geven, is,
dat m. i. te ver weg wordt gebouwd.
Wat is daarvan het gevolg? Het aanleg
gen van een weg met zijn onderhoud, ver
meerderde kosten voor straatverlichting,
grootere kosten voor politie-toezicht, enz.,
allemaal posten, die we op elke Gemeente-
begrooting zullen terugvinden.
Dit alles is echter nog weinig in verge
lijking met het rioleeringsvraagstuk, dat hoe
langer zoo ingewikkelder wordt juist door
dien bouw in de buitenwijken. Zien we nu
de binnenstad eens'aan. Het is een weinig
beschamend, dat die complexen onbewoon
baar verklaarde en reeds onbewoonde huizen
niet verdwijnen. Als we die opruimen, heb
ben we niet al de onkosten, welke ik zooeven
noemde, want daar zijn reeds straten, daar
is reeds straatverlichting, daar houdt de po
litie al toezicht. De arbeiders wonen dan
bovendien dichter hij hun werk. De oude
krotten staan op invallen en leveren ge
vaar voor de passage.
Ik hoop niet, dat men hiertegen zal aan
voeren, dat het te vegl zal kosten. Waar een
wil is, is een weg.
Ik hoop, dat men de zaak ernstig zal on
derzoeken, dat door «Bonifacius» direct in
deze richting wat zal worden gewerkt en dat
men niet zal wachten tot de verbetering der
binnenstad tot rijpheid zal zijn gekomen.
De heer Jorissen: De heer Wqlterbeek
zeide, dat de wegen langer, de verlichting
duurder, het politie-toezicht grooter zullen
worden. Dat zijn waarheden als koeien. Maar
zijn dat nadeelige factoren voor deze aan
vraag
De heer Wolterbeek zeide, dat aan den
Soesterweg de arbeiders verder van hun
werk zullen wonen. Het hangt er maar van
af, waar zij werken, te Soest of te Eemnes.
Dat is een speculatieve redeneering.
Het laatste, dat de heer Wolterbeek aan
voerde, doet de deur dicht, namelijk, dat wij,
Raadsleden, eens moeten gaan kijken voor
de vereeniging. Haar Bestuur bestaat werke
lijk niet uit kleine jongens.
Men kan zeggen, dat men het jammer
vindt, dat de vereeniging juist daar een ter
rein koos, doch het ligt niet op den weg
van den Raad, haar een terrein aan te wij
zen.
De heer Van Achterbergh: De
heeren hebben veel geboomd, doch me nog
niet overtuigd, dat wij als vrijzinnige Raads
leden mogen stemmen vóór het voorstel van
B. en W.
Er is gezegd, dat de onzijdigheid strikt
zal worden in acht genomendoch dat staat
nergens. Men kan het er wel bij denken
doch het staat nergens.
Maar er is meer.
Dit college van Burgemeester en Wet
houders is te jong van samenstelling, anders
zou het zich herinneren, dat 11 April 1911
door een Vennootschap te Amsterdam werd
aangeboden, aan den anderen kant van den
Soesterweg, op oen terrein evenwijdig aan
het onderhavige, te bouwen 100 woningen
in huurprijzen van f 0.80 tot f 2.70, dus met
lagere huurwaarde dan «Bonifacius» zal vra
gen, namelijk f 2.20 tot f 2.80, een en ander
zonder kosten voor de Gemeente wegens
bestrating, enz.
Den 8 Februari 1912 werd afwijzend be
schikt op dat verzoek omdat de rioleering
der stad te nauw was. De heer Kam heeft
dit in bijzijn van de heeren Beltman en
Schulte Nordholt verklaard.
Ik acht dit een zeer gewichtige verklaring
en vrees, dat, als wij thans het verzoek toe
staan, de Gemeente voor zeer groote offers zal
komen.
De heer Gerritsen: Ik stel me voor,
dat de Gemeente moet overgaan tot eigen
bouw van desnoods heel kleine woningen.
Eerst dan zal opschuiving kunnen plaats heb
ben en anders hebben we over 25 jaar weer
den zelfden smeerboel.
Ik hoop, dat weldra een voorstel van B.
en W. zal inkomen voor het bouwen van
200 a 300 woningen, ook al zal dit groote
opoffering kosten.
Binnenkort krijgen we, nu deze drie ver
eenigingen gaan bouwen, een 300 a 400
woningen vrij.
De heer Jorissen: Zoo pas hebben we
van den heer Van Achterbergh gehoord het
aanbod der Amsterdamsche Maatschappij. De
Raad heeft dat toer. afgestemd en daardoor
het particulier initiatief tot stilstand ge
bracht.
Vindt de heer Van Achterbergh dit goed
De heer Van A. c h t e r b e r g h Die daad
van het toenmalige college van B. en W.
heb ik zeer afgekeurd.
Ik wil opmerken, dat de heer Leinweber
en ik vóór stemden.
Toen zou de bouw geen cent hebben ge
kort aan de Gemeente en zou men hebben
verkregen 100 woningen met een lageren
huurprijs.
De heer Jorissen: De heer Van Ach
terbergh erkent dus, dat hij afkeurt de te
genwerking van het particulier initiatief. En
toch keurt hij dit thans zelf óok af.
De heer Kroes: De heer Wolterbeek
spak over den verren afstand. «Bonifacius»
zal niet zóo ver bouwen als particulieren.
Haar terrein ligt vlak naast den politiepost;
de wegen zijn er, evenals de lantaarns. De
vereeniging betaalt de verbetering van het
riool, dat volgens den Gemeente-architect
uitstekend in orde kan worden gemaakt.
De meeste bewoners zijn werkzaam in de
Wa'genwerkplaats der II. IJ. S. M. en wonen
dus vlak bij hun werk.
De Voorzitter: Ik acht de bezwaren
thans voldoende weerlegd.
Een klein woord, dat overigens meer be
hoort bij de Gemeente-begrooting. Daarop
is uitgetrokken een post voor het benoemen
van een adjunct-inspecteur van Bouw- en
woningtoezicht. Daaruit blijkt al, dat B. en
W. maatregelen willen nemen. Zelfs hebben
B. en W. reeds besprekingen gehad met
het Rijk en zij hopen medewerking van het
Rijk te verkrijgen.
Een andere vraag ismoet de Gemeente
zelf den woningbouw ter hand nemen
«Volkshuisvesting II» bouwt aanvankelijk
x88 woningen, «V. I. O. S.« bouwt er, en
«Bonifacius» zal er 80 bouwen.
De Gezondheids-commissie adviseerde,
voorloopig geen verdere aanvragen in te
willigen. B. en W. zijn nog niet besloten.
Het standpunt van II. en W. is: de krotten
en zoo noodig geheele wijken onbewoonbaar
te verklaren en niet meer te doen bewonen.
Mede daarvoor dient de nieuw voorgestelde
ambtenaar. Wie vraagt naar onze plannen
doet niet anders dan enfoncer une porte
ouverte, een open deur rammeien.
Ik hoop, dat de heer Van Achterbergh
opportunistisch zal zijn en zal meegaan met
het voorstel, het goede zal betrachten en zal
afhouden van het kwade.
De heer Van der Wal: Ik acht een
sectarische vereeniging niet goed.
De Voorzitter: De heer Gerritsen
heeft zijn motie ingetrokken. Dat bezwaar
heeft dus opgehouden te bestaan.
De heer Van der W a 1Ik wil mijn
stem motiveeren.
De V oorzitter: Dan een kort woord,
als 't u belieft.
De heer Van d e r W a 1Ik zal tegen
het voorstel stemmen omdat het hier geldt
een bepaald sectarische vereeniging. De
heeren Katholieken kunnen het anders zeg
gen m-
De heer Kroes: Dat is een beleediging.
De Voorzitter: Toch niet. Indien de
heer Van der Wal had willen doorgaan, had
hij de motie moeten handhaven.
Ik stel voor, het voorstel van B. en W. in
stemming te brengen.
De heer Van Achterbergh: Ik wil
even attent maken op art. 46 Gemeentewet
en merk op, dat de heer Houbaer, als
Voorzitter, en de heer Kroes, als architect,
niet mogen meestemmen.
De heer Kroes: Ik zal zeggen hoe ik
kom aan het hooge salaris van f 1500. Dit
is niets dan een voorschot, doch geen ver
dienste of architecten-loon, of hoe dan ook.
Ik ben geen belanghebbende.
De Voorzitter: Ik ben blij voor den
heer Kroes, dat de heer Van Achterbergh
dit ter sprake brengt. Ilij geeft den heer
Kroes ongezocht gelegenheid, dit te verkla
ren. Het salaris van den architect is ge
meenlijk 5 pCt. De heer Kroes had dus
f 5000 kunnen declareeren.
De heer Houbaer: Ik ben Voorzitter
van den Raad van Commissarissen en niet
van den Raad van Bestuur en dus evenmin
belanghebbende.
De heer Van Achterbergh vraagt
hoofdelijke stemming.
Het voorstel van B. en W. wordt aange
nomen met 13 tegen t> stemmer.. Tegen de
heerenVan der Wal, Van Achterbergh.
Briüt, Wolterbeek, Leinweber en Eysink.
Het ontwerp-besluit, regelende dc voor
waarden nopens de bijdragen der vereeniging
wordt hierop aangenomen z. h. st.
11Voorstel van Burgemeester en Wet
houders tot vaststelling van een nieuwe
Verordening op het Grondbedrijf. I Het