houders tot liet verleenen van afschrijving
van Inkomstenbelasting wegens vertrek of
overlijden.
20. Wijzigingen Gemeente-begrooting,
dienst 1913.
21Vaststelling rekening Burgerlijk Arm
bestuur 1912.
22. Vaststelling rekening Burgerwees
huis 1912.
23. Eervol ontslag Gemeente-secretaris
mr. J. D. Werkman, op verzoek, met ingang
van 1 November.
Alle aangenomen z. d. of h. st.
24. Benoeming Gemeente-secretaris.
Benoemd de heer A. R. Veenstra met
algemeene stemmen (Instemming;.
Hij legde onmiddellijk de gevorderde eeden
af en zal 1 November het ambt definitief
aanvaarden.
De Voorzitter; In de eerste plaats
wensch ik den Raad van harte geluk met
deze keuze, welke hij met algemeene stem
men heeft gedaan.
We weten allen, mijnheer Veenstra, dat U
zich met hart en ziel hebt gegeven aan uw
ambt. We weten, dat wij U voor onze Ge
meente mochten winnen door een onwettig
heid indien ik mij even deze ondeugend
heid mag veroorloven, mijnheer Leinweber.
Welnu ik hoop, dat ik andermaal met even
veel gerustheid en evenveel succes zoo'n
onwettigheid mag begaan.
U heeft niet het recht, het prmdicaat
>meester« te voeren, doch U is der Rechten
meester en een meester in de Gemeente
administratie (Instemming).
Ik hoop, dat met den zelfden ijver U nog
lange jaren voor de Gemeente zult werk
zaam mogen zijn (Instemming).
De heer Veenstra: Indien het mij ge
oorloofd is, een enkel woord te zeggen, dan
wil ik hartelijk danken den Raad, die zóo
groot vertrouwen in mij stelt, en Burge
meester en Wethouders, die mij waardig heb
ben gekeurd, mij no. 1 op de aanbeveling
te plaatsen.
Mijn ambt is er een van groote verant
woordelijkheid. Ik aanvaard het in de stel
lige overtuiging, dat ik er al mijn krachten
aan zal geven, naar ik hoop lange jaren.
Maar tegelijk doe ik een beroep in de eerste
plaats op den Burgemeester, met wien ik
dagelijks zal samenwerken, in de tweede
plaats op het college van Burgemeester en
Wethouders en den Raad, en in de derde maar
daarom niet de laatste plaats op de ambte
naren, met wie ik aangenaam hoop te blij
ven samenwerken (Instemming).
25. Regeling jaarwedden ambtenaren
ter Secretarie.
De heer Van Achterbergh; De re
geling staat me best aan en ik meen ook,
dat B. en W. wel het goede voorhebben
met de Secretarie-ambtenaren. Nochtans zijn
in beide afdeelings-vergaderingen opmerkin
gen gemaakt omtrent de salarissen der kler
ken en B. en W. hebben daarop geantwoord,
dat het niet in hun bedoeling ligt, hen te
schaden.
Waar dit niet zeer zeker is, zou ik willen
lezet. voor de thans in functie zijnde kler
ken is het salaris f 600 f 1000.
De Voorzitter: B. en W. hebben geen
bezwaar tegen het principe.
Ik zou willen lezen deze overgangsbepa
ling, dat het salaris van den thans in functie
zijnden ie klerk gehandhaafd blijft.
Het voorstel, aldus geamendeerd, wordt
hierop aangenomen z. h. st.
26. Regeling inzake het storten van pen
sioenbijdragen door Gemeente-ambtenaren.
De heer Van A c h t er b e rgh: Ik neem
genoegen met het voorstel voorzoover het
1914 betreft.
Ik zou echter willen voorstellen de 3 pCt.
voor de werklieden voor rekening van de
Gemeente te nemen. Het is een luttel baga
tel, f380.
De Voorzitter: Die 3 pCt. zijn inge
houden zoolang de Raad geen besluit had
genomen. Zij worden thans terug gegeven.
De heer Van Achterbergh: WiltU
dan even mijn voorstel stuk scheuren
De Voorzitter; Niets liever dan dat.
Het voorstel wordt hierop aangenomen z.
h. st.
27. Verordening op de heffing eener
plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
De heer Wolterbeek: Eerst Vrijdag
is dit stuk verzonden, dus te laat, even laat
als de Begrooting, die 25 dagen te laat werd
ingediend. Ik had geen tijd, alles behoorlijk
na te rekenen.
Het voorstel ziet er erg onschuldig uit,
doch is. niet zoo onschuldig.
In progressie zit veel goeds, doch voor
deze Gemeente acht ik haar gevaarlijk.
Wordt thans het maximum der belasting
gefixeerd op f 150 000 dan zou, als er meer
noodig is (de Voorzitter schudt ontken
nend) het vermenigvuldigingscijfer best kun
nen verhoogd van 1 op 1.2 enzoovoort en
zal de verlichting voor de kleine inkomens
van geen waarde meer zijn en de druk op de
groote zeer zwaar.
Ik stel dan ook voor, het maximum te
bepalen op f 125 000 en ik hoop, dat de
Raad met mij zal meegaan. I.ater kan dr.n,
zoo noodig, het maximum worden verhoogd.
De Voorzitter: B. en W. hebben
reeds meegedeeld waarom de Begrooting dit
jaar zoo laat werd ingediend.
In art. 2 staat, dat de Raad telken jare,
bij het vaststellen der Begrooting, het be
drag van de opbrengst dezer belasting raamt.
De Raad heeft het dus in handen en niet
B. en W.
De heer Wolterbeek: Juist en daar
om wenschte ik een niet te groot bedrag en
f125 000 in plaats van 150 000 als maxi
mum.
De Voorzitter: Het is een quaestie
van formaliteit. Zetten we nu f 125 000 en
moet er een volgend jaar iets meer wezen
dan moet daarvoor een nieuw Kon. besluit
gevraagd.
Het amendement-Wolterbeek wordt ver
worpen met 15 tegen 3 stemmen; vóór de
heeren Van Achterbergh, Leinweber en de
voorsteller.
28. Verordening op de invordering der
plaatselijke directe belasting naar het inkomen.
De heer Van Achterbergh: Eén
ding verwondert me, namelijk, dut door
B. en W. in art. 3 is vastgehouden het zelfde
minimum bedrag voor gehuwden en onge-
huwden. Een ongehuwde leeft toch veel
goedkooper.
De heer Gerritsen: Nu, nu.
De heer Van Achterbergh: Ik
wilde de ongehuwden iets hooger zetten.
Ik zal er echter geen voorstel van maken.
De heer Van Achterbergh: In art.
7 is, evenals bij het Rijk, alles en nog wat
beschreven, doch ook weer iets vergeten.
Na g wilde ik nog een bepaling zien op
genomen.
Stel, dat iemand f 10 000 heeft uit huizen,
doch f Sooo aan aflossing, dan wordt hij
aangeslagen naar t 10 000 in plaats van naar
f 2000, dat toch zijn inkomen is.
De Voorzitter: In art. 7 wordt bij g
wel gekort voor inhoudingen voor pensioen,
doch niet voor premiën voor levensverzeke
ring of lijfrente. Ik meen, dat wij deze
neiging niet moeten tegengaan en, evenals
het Rijk, f 100 moeten geven als maximum-
aftrek.
De heer Oosterveen: Dan staat
iemand, die geen levensverzekering sluit
achter bij iemand, die er wel een sluit.
De heer J o r i s s e n Maar hij behoudt i
dan ook zijn geld.
De Voorzitter: De ambtenaren wor
den nu door de wet gedwongen, te zorgen
voor hun pensioen. Ik zou er voor zijn,
particulieren óok daartoe in de gelegenheid
te stellen. Het eene is een wettelijke, het
andere een moreele verplichting.
De heer Van Achterbergh: Hoe
zal in art. S de afschrijving van een gebouw-
geregeld Ik vrees, dat men steeds daarover
zal vallen en er dus bijna altijd ambtshalve
aanslag zal volgen. De leden der commissie
hebben weinig verstand van bouwzaken.
De Voorzitter: Uw opmerking zal
worden overwogen bij de eerstvolgende be
noeming der reclame-commissie.
Het voorstel wordt hierop aangenomen
z. h. st.
29. Voorstel van B. en W. tot vaststelling
van het model van het beschrijvingsbiljet
voor de plaatselijke directe belasting en tot
wijziging van de ontwerp-verordening op de
heffing eener plaatselijke directe belasting
naar het inkomen.
Aangenomen z. d. of h. st.
30. Verordening op de heffing van bij
dragen voor het genot van onderwijs aan
het Gymnasium te Amersfoort.
De heer Wolterbeek: Ik meen, dat
de schaalverdeeling niet goed is en dat de
grenzen te wijd zijn. Hier, en in het voor
stel voor de schoolgelden Hoogere Burger
school en Burger Avondschool, is de op
klimming f 500, f 1000 en f 2000.
Ik meen, dat deze -bijdrage* het karakter
heeft eener belasting B. en W. zetten
trouwens ook op het stuk met vette letters
Belasting.
Tot nu toe ontving ieder het zelfde on
derwijs voor den zelfden prijs.
De ingezetenen zullen thans het schoolgeld
voegen bij de belasting en het niet rekenen
als een uitgave voor gas, water, enz.
Ik heb staten gemaakt, waaruit blijkt, dat
het kan voorkomen, dat iemand die slechts
f 100 meer inkomen heeft dan een ander,
veel meer betaalt. B. en W. erkennen de
juistheid, doch verschuilen zich achter de
realiteit der door mij gekozen voorbeelden.
De verordening biedt groote verleiding
tot ontduiking door hen wier inkomen de
grenzen nadert.
We mogen geen slechte verordening aan
vaarden cmdat het ontwerpen eener nieuwe
eenigen tijd kost.
Ik stel voor terugzending en ontwerpen
eener nieuwe verordening.
De Voorzitter: Het woord >belasting«
is gekozen omdat art, 230 Gemeentewet deze
bijdrage slechts als zoodanig kent.
Ik heb met belngstelling kennis genomen
van uw staten, doch meen, dat U te zeer j
grensgevallen hebt bekeken en ik verwijs naar
het antwoord van B. en W.
Het gebrek is nauw verbonden aan het j
stelsel.
B. en W. handhaven hun voorstel.
De heer Van Achterbergh: Ook ik I
vind de sprongen te groot. Welk bezwaar
is er, ze te verkleinen. I.aat een zaakkundige
dit eens nader onderzoeken en berekenen,
bijvoorbeeld met 4 sprongen van f 500.
De heer Wolterbeek zal niet bereiken het
geen hij wil, maar toch veel verbeteren.
De heer Wolterbeek: Als men klei
nere sprongen neemt, komt men tot een
beter resultaat. Er zal veel werk aan ver
bonden zijn, maar men krijgt daardoor een
billijker verordening.
De Voorzitter: Er is nog een ander
bezwaar. Hoe meer klassen men neemt, des
te scherper is de verleiding voor de ouders
om te trichceren.
De kostprijs voor een leerling van het
Gymnasium is f 290het schoolgeld van
f 150 is dus werkelijk slechts een bijdrage.
De heer Wolterbeek: De verleiding
is uitgesloten als het om 1 of 2 gulden gaat.
De Voorzitter: Hadt U dan getracht,
een andere schaal te ontwerpen.
De heer Wolterbeek: Dat gaat niet
in een paar dagen. Laat ons tijd nemen en
iets goeds afleveren. Dat is beter dan iets,
dat absoluut verkeerd is.
De Voorzitter: Ik kom er tegen op,
dat de voorgestelde regeling »absoluut ver
keerd* is en herinner aan hetgeen B. en W.
schreven in hun Memorie van antwoord
»Wij hebben de uitkomsten nagegaan van
een regeling voor de Hoogere Burgerschool,
aanvangende met f 4 stijgende voor elke
toeneming van f 200voor het Gymnasium
met f 50 en eveneens met f 4 opklimmende
eerst voor een toeneming van f 200 en bij
de hoogere inkomsten van f 500. De uit
komsten toonden aan, dat deze oogenschijn-
lijk veel billijker regeling een niet onbe
langrijk hoogere opbrengst zal geven, waar
door zij practisch niet bruikbaar is, maar
bovendien de inkomens van f 3000 tot f 5000
veel te zwaar zal belasten*.
De sprongen lijken heel hoog, doch zijn
het in de werkelijkheid niet.
De heer Wolterbeek: We komen tot
geen resultaat. Ik blijf er bij, dat de sprongen
te hoog zijn.
De Voorzitter: U kunt altijd een
voorstel tot wijziging indienen.
Het voorstel-Wolterbeek wordt nu verwor
pen met 10 tegen S stemmen; vóór de heeren:
Koning, Kroes, Oosterveen, Hagedoorn, Van
der Wal, Van Achterbergh, Leinweber en de
voorsteller.
Het voorstel van B. en W. wordt hierop
aangenomen z. h. st.
31. Verordening op de invordering van
het schoolgeld, verschuldigd voor het be
zoeken van het Gymnasium.
De heer Rijkens, Wethouder van
O n d e r w ij s, merkt op, dat leerlingen van
stichtingen, als het Seminarie der Oud-bis
schoppelijke klerezie, als voorheen zullen
betalen f 100.
32. Verordening op de heffing van bij
dragen voor het genot van onderwijs aan
de Hoogere Burgerschool met vijfjarigen
cursus en de Burgeravondschool te Amers
foort.
De heer Koning: Wat wordt bedoeld
met »aanslag< Wordt het schoolgeld, als
voorheen, per quitantie geïnd? Zoc niet, dan
zou ik wenschen, dat voor den man, die het
steeds inde en die nu op zij wordt geschoven,
ander werk wordt gezocht.
De Voorzitter: B. en W. zullen reke
ning houden met dat verzoek.
33. Verordening op de invordering van
het schoolgeld, verschuldigd voor het be
zoeken van de Hoogere Burgerschool en de
Burgeravondschool.
34. Verordening op de heffing van op
centen op de hoofdsom der Personecle be
lasting '111 de Gemeente Amersfoort.
35. Verordening op de invordering.
36. Wijziging der Verordening, regelende
de heffing van rechten wegens diensten,
door de Gemeente-reiniging bewezen.
Alle aangenomen z. d. of h. st.
De heer Van Achterbergh: De
laatste alinea van het ontwerp-besluit is een
beetje onduidelijk. Er staat: sub a en b.
De Voorzitter: Ik dank voor de
juiste opmerking en stel voor, te lezen voor
de eerste a een A.
Het voorstel wordt aangenomen z. h. st.
39. Begrooting voor het Burgerlijk Arm
bestuur voor 1914.
40. Begrooting voor het Burgerweeshuis
voor 1914.
Beide aangenomen z. d. of h. st.
De heer Gerritsen verzoekt, even te
pauzeeren.
Na een rust van 12 minuten wordt om
3.20 aan de orde gesteld
37. Gemeente-begrooting voor 1914.
Algemeene beschouwingen.
De heer Gerritsen: De Begrooting
zit uitstekend in elkaar en is een uitstekend
stuk werk.
Dat eindelijk worden ingevoerd progres
sieve belasting en progressief schoolgeld zal
vooral de oudere leden, die er jarenlang
voor hebben geijverd, genoegen doen.
Ik heb gezien he: antwoord van B. en W.
nopens de onderwijzers-salarissen.
Van de keuring van vee en vleesch heb
ben zij zich wel wat gemakkelijk afgemaakt.
In de afdeelingen is gebleken, dat er veel
ongerechtigheden gebeuren zonder dat de
politie iets opmerkte. Er moet dus wat
haperen. De laatste jaren is al gevoeld, dat
er iets moet gedaan. Ik zou B. en W. willen
wijzen op een abattoir. Ik hoop, dat het
vraagstuk der vleeschkeuring niet lang meer
op zich zal laten wachten.
Om gevrijwaard te zijn van verdere uit
gaven zal ik straks voorstellen, de torentjes
der Kamperbinnenpoort af te breken.
Den financieelen toestand der Gemeente
acht ik niet ongunstig. Ik hoop, dat zij wel
dra ook vruchten zal plukken van haar
grondbezit.
Eén zaak zien B. en W. mijns inziens ver
keerd in, namelijk de loonen der Gemeente
werklieden. Of dezen al pensioen krijgen,
daaraan hebben zij voor 't oogenblik weinig.
Er zijn loontjes van zelfs f 9.30- Ik z°u vree*
zen, dat zij, evenals de Gemeente-werklieden
van Rotterdam, weigeren te zorgen voor
weduwen- weezenpensioen en dat zou ik
diep betreuren. Hun loonen moeten verbe
terd, als dit maar eenigszins mogelijk is.
Ook de tractementen der Wethouders zijn
veel te laag. Zij geven zich geheel en dan
is f 900 geen bezoldiging.
Ik mis ook mededeelingen omtrent bet
nRuwe gebouw voor de Hoogere Burger
school. Ten slotte hoop ik, dat voor rekening
van de Gemeente een groot aantal wonin
gen voor minderbedeelden zal worden ge
bouwd.
De heer Van A c h t e r b e r g h De Ge
meente-begrooting geeft mij niet zoo groote
bevrediging.
De lasten zijn verhoogd en toch komen er
niet op voor zaken, die van de eerste urgen
tie zijn. Ik had liever gezien, dat daarvoor
de Inkomstenbelasting was verhoogd met
een paar duizend gulden.
Ik mis de inrichting van het Grondbedrijf
en zal daarvoor hetzij een memorie-post,
hetzij een paar honderd gulden voorstellen.
Dit bedrijf moet aanstonds goed gefundamen-
teerd worden en er dient iemand aan ver
bonden, die met deze dingen bekend is en
kantoor houdt en dus geen ambtenaar.
Voor overneming van wegen tot verbete
ring van de volkshuisvesting vind ik niets
uitgetrokken.
Ook voor het afgetreden brandweer-per
soneel vind ik geen post.
Wat het loon der Gemeente-arbeiders be
treft, kan ik meedeelen, dat deze menschen
zeer zijn teleurgesteld door het antwoord van
B. en W. op de afdeelingsverslagen. Het
blijkt uit hun adressen.
Bij de onderwijzers hebben B. en W. ver
wachtingen opgewekt bij monde van den
Wethouder van Onderwijs. B. en W. zeggen,
dat hun geld ontbreekt om de onderwijzers
salarissen te verbeteren en in éen adem
dienen zij hun voorstel omtrent de Ambachts
school in, waarmee toch óok weer f130000
is gemoeid.
Ik zou het geld, dat voor de drie nieuw
aan te stellen ambtenaren is uitgetrokken,
liever willen bestemmen voor verbetering
van deze traktementen.
Het heeft me getroffen, dat de verklaringen
omtrent de knoeierijen met vleesch, in de
afdeelingen afgelegd, in twijfel zijn getrokken.
Zij die dat zeiden, hebben bewijzen.
Nopens de nieuwe Verordening op de
Gemeente-bedrijven lees ik nergens, dat be
grootingen zullen worden overgelegd aan den
Raad, die dus alleen opmerkingen zal kunnen
maken bij de rekening en verantwoording,
item zooveel maanden na dato. We zien nu
weer bij de zaak-Van Schuppen, dat de
bedrijfs-commissie er onkundig van was.
Hoe kunnen we post 31 (Waterleiding)
thans goedkeuren, terwijl we er niets van
weten.
Ik zou wenschen, dat zij meer inkomsten
gaf, hetgeen kan door meer »kaufm;innisch«
handelen. In 1913 heeft de Waterleiding min
stens f 4000 schade geledendoor Bisschops-
weg, Kroontjesmolen enz. alleen f1900.
Ware een bedrijfs-begrooting aangeboden
dan zou ik zeker hebben voorgesteld ver
laging van den cokes-prijs voor de minder
bedeelden. Dat dit goed is, bewijzen wel de
10 450 kaarten voor halve Hectoliters, die
door hen zijn gekocht.
De Voorzitter: Ik dank den heer
Gerritsen voor de hulde, welke hij aan B.
en W. bracht voor de ontwerp-begrooting
en dank de ambtenaren die haar samenstel
den.
Zijn er wellicht verwachtingen gewekt, de
financieele toestand der Gemeente is niet
van dien aard, ze te kunnen volvoeren.
De vee- en vleeschkeuring was ook ver
leden jaar aan de orde. Toen ik hier kwam,
heb ik daarover verschillende stukken gele
zen in de »Amersfoortsche Courant* en ik
heb onmiddellijk met den Gemeente-veearts
gesproken. We kunnen nu wel een verorde
ning maken doch kunnen we haar ook hand
haven, nu daartoe geen gelegenheid is. Ik
heb gedacht over het gebouw der Ambachts
school.
Wat een abbatoir aangaat, wil ik herin
neren, dat dit bijna nergens rendeert en zeker
niet in een Gemeente waar geen export-sla
gerijen zijn of zullen komen.
Er zijn processen-verbaal van overtredingen.
Noch de Burgemeester, noch Burgemeester