IZOMER-OPRUIMINGi
Lappen en Restanten.!
s
l
Bioscoop „De Arend".
Meursing machinale fabrieken van gebak, Amersfoort.
Ijswafels,
GROOTË
®Miapzp „I VLIJT". UliEiS J. LÜYCI,
o
Wereldstad-programma no.84
4. De Moeder.
5. De Moeder.
METHORST VAN LUTTERVELD.
MAANDAG 29 JUNI begint de§
§van LappenRestanten.!
Feuilleton.
De valsche erfgenaam.
AO Filialen
800 personen!
Oumisbaar voor wielrijders,
voetb <1- eu tennisspelers, rui
ters en beoefenaars van roei
en zeilsport, zijn onze alom
bekende
Geeft uw' kinderen eu eet
zelf op de boterham in plaats
van vet, vleeseh of kaas,
onze overheerlijke
want deze zijn voedzaam, geven
gezondheid, kracht, eu kosten
slecht 9 ct. per ous,
Zoo V het nog niet ge-
daan hebt, probeer dan eens
onze prima
verfrisschend, zuiver en lek-
a 10 ct. per ons.
Een pondsbus C. JAMIN's zuivere CACAO kost sleclits 00 ct.
Langestraat 54, hoek Krommestraat, AMERSFOORT.
ZATERDAG 27 JUNI ten 2, 7 en 9 uur.
ZONDAG 28 JUNI ten 3, 5, 7 en 9 nur.
1. MARKT TE SAIGON. Interessante Natuuropname.
2. DE HUWELIJKSANNONCE. Komische comédie.
3. BIOSCOOP-COURANT »DE AREND*. Laatste wereldgebeurtenissen.
lste Afdeeling.
2de Afdeeling.
6. De Moeder.
3de Afdeeling.
7. Se Moeder.
4de Afdeeling.
Boeiend drama in 4 afdeelingen, gespeeld door de beste artisten der Nordisk Film
Company. Lengte 1500 Meter.
Kassiers en Commissionairs in EfTeeten._
(Commanditaire Vennootea H. OYENS ZONEN te
HUURHUIZEN 15 (naast de Nederl. Bank). TELEFOON 49.
Verzilveren coupons tegen voordceligen koers en ver-
huren loketten in hunne Safe-inrichting. 8
Vooral in ZIJDEN STOFFEN, KANTSTOFFEN, ZOMERSTOFJES en NETEL-
DOEK hebben wij een groote voorraad coupons tegen ZEER
d gereduceerde prijzen. Een extra voordeelige aanbieding iu BORDUURSELS.
♦W Restanten DAMES- en KINDERKOUSEN. -
Restanten korte en lange HANDSCHOENEN.
Restanten MODE-ARTIKELEN in den uitgebreids ten zin.
4^ Afgepaste ROBES eu ROBES per el, splinternieuw, met 20 pCt. korting.
LANGESTRAAT 49. TELEFOON 190. Q
Verdere bijzonderheden vermelden de circulaires.
SV Opruimingsartikelen uitsluitend a contant.
De afdeeling „Broodfabriek" levert prima brood, beschuit en koek tegen zeer billijke prijzen, en geeft bovendien 10 pCt. dividend. Bedragen tot ongeveer f50 per gezin
werden als dividend uitgekeerd.
42.)
„Ik wil allea weten", herhaalde Helen met
nadruk.
Maurice voldeed zonder dralen aan haar ver-
«oek en zeide:
„Hij de werkelijke man«tierf, terwijl ik
bij hem was. Wij leken heel veel op elkaar.
Die vrouw was zijn huishoudsterhij zou haar
getrouwd hebben. Ik overreedde haar, mij te
helpen. Ik was arm ik ben den hongerdood
nabij geweest in mijn leven. Mijn vader verloor
een fortuin en stierf in gebrekde armoede
doodde mijn zuster; zij was een echte datne;
je xoudt niet geweigerd hebben, haar te ont
moeten lij stierf door hard werken en te weinig
voedsel. „Ik dacht, dat er maar eén God was
geld I En ik kreeg een kans; er viel niemand
op zij te schuivenik had enkel mijn naam te
veranderen in Jardine. O, je kunt je niet voor
stellen, wat die kans beteekende voor een man
als ik. Ik deed het en, laat ik eerlijk zijn
ik voelde niet veel echaamte, eer ik jou
ontmoette. Ik had nooit gesproken met zulk
een vrouw. Sinde wij getrouwd zijn, heeft gewe
tenswroeging mijn leven tot een vloek gemaakt,
't Is nu te laat te laat I Mijn liefde was mijn
zwaarste misdaad. Ik zondigde, omdat ik mijn
liefde voor jou niet kon bedwingen. Ik heb je
te gronde gericht, wyl ik je liefhad. In's hemels
naam, zie mij zóo niet aanje afschuw doodt
mij".
„Liefde?" herbaalde zij somber. „Spreek van
je armoede, niet van je liefde ik ken je...
Je hebt mij eerloos gemaakt; je hebt mij tot
een dief gemaakt je hebt mij alle onrecht ge
daan, dat een man een vrouw kan aandoen je
hebt mij niets gespaard. O, mijn moeder deed
goed! Ik had mijn neef willen trouwen zij gaf
mij jou in zijn plaats".
„Helen!" riep hij. „Helen, ik had je lief!"
„Zij gaf mij aan jou Aan een man zonder
geweten, zonder eergevoelLaat mij gaan".
„Ik had je lief I" f
Hij greep haar kleed vast.
„Ik haat je, ik haat je! Ik hoop, dat ik je
nooit weerzie! Ik dank God, dat mijn kindje is
gestorven".
„Geef wij éen goed woord. Je bent mij alles!
Je maakt mij '1 leven tot een hemel of een hel
door wal je zegtHelen, heb medelijden".
„Dat heb ik nietantwoordde zij.
Ze trok baar kleed uit ziju hand en hij
stond alleen in de kamer. Het werd duister om
hem heen.
Toen zij weder de deur opende, zat hij in den
stoel, waarheen hij was gestrompeld; toen ze
hem verliet. Hij wist niet hoe lang dat geleden
was; maar hij zag, dat ze gereed was, op reis
te gaan.
Hij stond op. en de zon bestraalde hun hoof
den, terwijl hij wachtte, wat zij zeggen wilde.
„Er is iets, dat ik je het eerst moet zeggen",
sprak ze met klanklooze stern. „Ik ga naar
VVhichcoteik zal je niet meer zien".
„Neen zeide hij, toen ze zweeg, „dat begrijp
ik".
„Ik ik heb nagedacht, voor zoover ik kan
denken. Zij zei, dat ze je kon kon straffen
Zal ze dat werkelijk doen
„Ik denk 't niet; ze zou tegelijk zichzelve
straffen".
„Dat dacht ik óok. Maar ze zei het toch".
„Ze was gek; ze zou het uitgeschreeuwd heb
ben voor de halve stad, alleen maar om jou pijn
te doen na je weigeriDg om haar te ontvangen.
Het zal Laar nu spijten".
„Als ze het deed als het bekend werd
wat zouden ze je dan kunnen doen
„Mij doen?" zeide hij somber. „Er staat tucht
huisstraf op, denk ik".
Zij sidderde en sloot de oogen.
„Wie?" vroeg zij. „Wie zou liet zijn?"
„Wie?"
„Ja, wie moet het doen! Je vader? Ik be
doel sir Noël".
„Ja, sir Noel zou een aanklacht moeten in
stellen; ik weet niet of hij het doen zal".
„Maar kan bij het aoen 7"
„Natuurlijk. Maar ik geloof niet, dat je hebt
te vreezen voor een publiek schandaalik hoop,
dat het je bespaard blijft".
„Ik dacht niet aan mij", zeide ze. „Hij heeft
altijd veel van je gehoudenik kan mij niet
voorstellen, dat hij je zou behandelen als een
gewone als
„Misschien niet. Hij zou aarzelen om jou
ik zou 't kunnen ontsnappen om jouwenlwil.
Dat zou de kroon van mijn loopbaan zijn".
„Maar van den anderen kant, hij houdt
van je omdat hij gelooft, dat je zijn zoon bent",
vervolgde zij met tranen in haar stem. „Als hij
vernam, dat je een vreemde bent, die als hij
wist, wat je hebt gedaan, hoe kan je dan zeker
zijn, wat hij zal doen
„Zeker? Ik heb er nog niet aan gedacht, wat
zijn gevoelen zal zijn; ik heb enkel aan jou ge
dacht".
„Ik heb gedacht, dat sir Noel misschien zou
aarzelen om onzentwille, om mama en mij. Ik
dacht er orer, wat ik hem zou zeggen. Maar hij
mocht eens weigeren, en dan zou 't te laat zijn.
Als ik het hem had verteld, zal het te laat zijn".
Het brok in haar keel maakte het haar moeilijk,
te spreken. Zij slikte zenuwachtig. „Ik wou
zeggen, dat ik je niet zal verraden. Je moet doen
wat je goedvindt; ik zal nooit meer éen pen
ning van zijn geld aanraken. Ik laat je alles
alles, wat je hebt betaald; maar ik -- ik wil
de oorzaak niet zijn, dat je naar de gevangeni8
gaat; ik zal misschien even schuldig zijn als
jij, maar d:\t wil ik niet op mijn geweten hebben".
Ze zag aan 't bewegen zijner lippen, dat hij
wilde spreken. Opeens bedekte hij zijn oogen.
„Ik dank je" (luisterde hij, je bent de edelste
vrouw, die God herft geschapen. Mijn zonde ie
de mijne ik wil niet, dat je geweten bezwaard
wordt om mij te redden. En nu ik je heb ver
loren, wat kan mij nu de rest schelen Ik zou
alles gedaan hebben om je te sparen 1 Als je niet
binnengekomen was, zou ik die vrouw tot rede
gebracht hebben, en je zoudt vei lig zijn. Maar
daaraun valt niet te veranderen ik denk, dat het
zóo heeft moeten zijn. Waarom weigerde je,
tegen haar te spreken? Je wist mets, en daar
door kwam het los".
„Ik had iets gehoord", antwoordde zij, „een
poos geleden. Moeder zal denken, dat ik je ver
laten heb om haar".
„Je hadt iets gehoord? Ileb je mij dun
gevraagd Wat hoorde je
„'t Is niet noodig, het te ontkennenons sa-
raeuleven is nu tóch uit. Tk bedoel, dat ik ge
hoord had, wat zy voor je wus, en toen ik in
de kamer kwam, zag ik dien wissel".
Ilij zag haar verbijsterd aan.
„Hoe? Je dacht, dat ik je bedrogen had?
Goede hemelhoe weinig ken je mij".
„Wil je zeggen, dat ik mij vergist heb
fluisterde zij.
„Ik zweer je, ik zweer je bij jezelve, dat Binds
ik je zag, sinds den eersten dag, er geen andere
vrouw voor mij heeft bestaan. Ik was al trouw
aan je, toen ik dacht, dat je mij nooit zoudt
toebehooren. En zij zij is nooit iets voor mij
geweest. Ik heb nooit ann haar gedacht indien
zin. Die wissel was haar aandeel; er zyn er
vele zoo geweest".
„Ze is gezien in je woning, laat in den avond.
Dat wus vóór je mij trouwdemaar ééns eers
moet het toch zoo zijn geweest. O, 't hindert
niet, toon of nu liet beteekent nu niets meer
voor mij". (Wordt vervolgd.)