Zaterdag 16 ||S| October 1915. IIEBSFIUIE COURANT. 5Pcts Gelflleening MrLMiscie Spoorweg Ij. No 8634. cc0 ,Mr(WBn ml **!££- m 66e Jaargang. wve van dc Naamlooze Vennootschap „De Ainersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van Cleeff". Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden f 1. franco per post ƒ1.15. Advertentien 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieële- en onteigenlngs- advertentiën per regel 15 cent Reclames 1—5 regels ƒ1.25. Bewijsnummers naar buiten worden in rekening gebracht en kosten evenals afzonderlijke nummers 10 cent. Bij advërtentien van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. Bank ver eenig ing H. L. A. DULLAERT Co. AMERSFOORT Seherpenzeel Soest. LangegraoUt 30 - Tel. Intero. 868 Nemen insohry vingen aan, op de nieuwe groot f 8 000 000.— 100'|2 pet. Datum van inschrijving 20 October a.s. Prospectus gratis verKrlJ gtoaar. HOOFDREDACTEUR p- j. rRSDSRiKs, AMERSFOORT. Bij dit nummer behoort ecu bijblad kennisgevingen. RAADSVERGADERING. De Burgemeester van Amersfoort, Gezien artikel 41 der Gemeentewet, Irengt ter kennis van deingezetenen.dat de Raad dezer Gemeente zal vergaderen op I Dinsdag den 19 October aanstaande, des I namiddags te acht ure. Amersfoort, 16 October 1915. De Burgemeester voornoemd Van RANDWIJCK. LANDSTORM-KEURING Jaarklasse 1912. De Burgemeester van Amersfoort Brengt ter algemeene kennis, dat de dienst plichtigen bij den Landstorm der jaarklasse 1912 gelegenheid hebben, zich aan aan keu ring te onderwerpen bij den Keuringsraad, die zitting houdt op Dinsdag 19 October 1915, voormiddags half tien uur in het ge bouw »Ons Huis» Kortegracht no. 3, de ingeschrevenen voorkomende op het keu- ringsregister onder volgnummer 1 tot 50 en op Woensdag 20 October 1915, des voor- middags half tien uur, in het gebouw >Ons Huis», Kortegracht no. 3, de overige inge schrevenen op gemeld keuringsregister, voor komende onder volgnummer 51 tot 95. Het welbegrepen eigenbelang van de Land- stormplichtigen maakt het zeer gewenscht, dat zij zich voor deze keuring aanmelden, o.a. omdat zij, in geval zij ongeschikt moch ten blijken nadat zij in werkelijken dienst zijn gekomen en alsdan weder huiswaarts worden gezonden hiervan moeilijkheden kun nen ondervinden ten aanzien van hun maat schappelijke of studie-belangen. Onderwerpen zij zich aan een onderzoek bij den Keurings raad en blijkt daarbij voldoende van onge schiktheid, dan worden zij van den dienst plicht bij den Landstorm terstond ontslagen en staan zij niet meer bloot aan de kans om als Landstormplichtige in werkelijken dienst te worden geroepen. Wenscht een Landstormplichtige bij een anderen Keuringsraad het onderzoek te on dergaan, dan kan de Voorzitter van eerst- bedoelden Keuringsraad hem daartoe op zijn verzoek toestemming verleenen. Nader zal worden bepaald, wanneer de Landstormplichtigen van de jaarklasse 1912 zullen worden opgeroepen, in werkelijken dienst te komen. Het ligt niet in het voor nemen, hen dit jaar onder de wapenen te doen komen. Amersfoort, 15 October 1915. De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. SCHIETOEFENINGEN. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter algemeene kennis, dat op Zon dag 17 October a.s. zal worden geschoten op twee banen op het schietterrein Leusder- heide. van 's morgensnegen uur tot 's namid dags twee uur. Amersfoort, 16 October 1915- De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. Ontwikkeling en ontspanning aan de demobiliseerden. (INGEZONDEN.) ])aa iat dat graolichate dar Naclitnnholl», l)ie aus den Wnsaern deB üocytus Inuken Die Flügel hiingen bleiflchwer ilim herab, Au ödem Ort geknuert liegt dus Schemal, llnd mit dem Kopfe wackelt es im Schlaf. 1 Kin grauer Nebelregen, endlos triefend, 1st aeiDe Atmosphere. Wenn es giihnt, So ist's, ala ob daB alte Chaos wieder AufsehlÖBBe 9einen Rachen, zu verschlingen Die Welt, die es gebar Kennt ihr den Namen dieses Ungeheuera Der Menschen Mand benennt's die L a n- g e w e i 1 e. (Hamerling Ahasver in Ro m). De winter staat weer voor de deur, en veel meer dan andere jaren wordt hij, ook in ons land, door het grootste deel van het volk met angst en beklemming te gemoet gezien. Nog steeds brandt de oorlogsfakkel over de halve wereld; het ziet er niet naar uit, dat zij spoedig zal worden gedoofd, en al moge er eenige hoop bestaan, dat Neder land verschoond zal blijven van haar, recht- streeksche verschrikkingen, zekerheid daar omtrent kan niemand geven, terwijl, zoo lang deze niet bestaat, waarschijnlijk op 300 000 mannen de zware taak zal blijven rusten, die zij nu reeds meer dan 14 maanden met be wonderenswaardig geduld vervullen. Wel zien zij met verlangen uit naar het einde en bestaat voor een gedeelte hunner (de Landweer) de kans, dat zij mettertijd hun gewone werkzaamheden kunnen hervat ten, maar dan moet hun plaats worden inge nomen door anderen, die de zware taak, hun door den Staat opgelegd, met het zelfde plichtsgevoel zullen overnemendoch het aan tal van hen, die uit hun gezinnen en hun werkkring worden gerukt, en de kans loopen hun broodwinning te zien verkwijnen om van andere even ernstige gevolgen maar niet te gewagen blijft even groot. 't Is zeker, dat ook zij, die geen militairen dienst hebben te verrichten, mannen zoowel als vrouwen en kinderen, groot nadeel van den mobilisatietoestand kunnen ondervinden, maar éen groot kwaad kan den meesten toch bespaard blijvenéen groot kwaad, dat zoo vele andere na zich sleept, en dat door hen, die onder gelukkiger omstandigheden verkeeren, met alle macht moet bestreden worden. »Kenntihr den Namen dieses Ungeheuers?» Het heet: verveling; en er is waarlijk niet veel nadenken voor noodig om de gevaren te beseffen, die zij in haar gevolg met zich voert. »Houdt men zich ter beoordeeling van den huidigen toestand (bijv.) wel in voldoende mate voor oogen, dat het materieel goed verzorgde jonggezellenleven in het leger, niet al te krachtige naturen, zelfs gehuwden, tot daden brengen kan en gebracht heeft die op moreel gebied geen toets kunnen weerstaan en waarvan in hygiënisch opzicht de gevolgen zich kunnen uitstrekken tot de vrouw thuis en tot de later ter wereld te brengen kinderen? »Deze gevaren dreigen meer naarmate onder de af- en uitgeoefende gemobiliseer- den de verveling, en wat daaruit voortspruit, grooter omvang aanneemt en die verveling wordt ondraaglijker en dringt meer naar afleiding naar mate deze toestand voor den zelfden langer duurt en men het slechte jaargetijde met de korte dagen nadert» 't' Is waar, zij zal niet altijd te voorkomen zijn met den wachtdienst bijv. gaat zij onver mijdelijk gepaard, ook al zouden vele uren in dien zoo voornamen dienst toch wel nut tig en aangenaam kunnen worden doorge bracht (bijv. door beoefenen van huisvlijt), maar de wachtdoende kan ten minste nog beseffen, dat hij noodzakelijk werk verricht en zoodoende een zeker gevoel van zelfvol doening verkrijgen. Maar wat kunnen onze gemobiliseerden en vooral zij, die »ver van huis en haard» zijn in hun waarlijk vrijen tijd doen, om aan het U n g e h e u e r te ontkomen Het hangen in de meestal niet zeer ge zellige cantines (als zij er zijn)het slente ren langs de straten (als zij er zijn) en het bezoeken van cafés of kroegen (die er altijd G. Pol vliet in »De Telegraaf» van 27 September. zijnkan hun toch de gewenschte en nood zakelijke afleiding niet verschaffen. Daar voor is iets anders noodig, en nu moge prof. J. A. van Hamel -) gelijk hebben met de bewering, dat geen bezigheid den eisch van werkzaamheid kan vervangen; be halve den toch meestal reeds vermoeienden of óok vervelenden dienst kunnen de militaire autoriteiten de laatste na afloop van dien dienst toch moeilijk meer verschaffen, en dient hun streven er op gericht te zijn. de eerste zoo aangenaam en nuttig mogelijk te maken. Gelukkig wordt dit thans, ten minste door de allerhoogste»den Opperbevelhebber en de Ministers van Oorlog en van Marine, ingezien. Niemand zal ontkennen, dat er in den af- geloopen winter, zelfs onmiddellijk na de mobilisatie, door uit de burgerij voortgeko men commissies verbazend veel gedaan is tot het op peil houden van den goeden geest onder de gemobiliseerden, maar hun werk kon niet tot het gewenschte succes voeren, omdat de zoo noodige samenwerking met de officieren op verschillende plaatsen ontbrak en deze laatsten, de zuiver militaire eischen te veel op den voorgrond stellende, het nut en de noodzakelijkheid dier commission niet konden erkennen. Aan dit euvel kan nu een einde komen, doch tot goed begrip van hetgeen thans wordt beoogd, is een stukje geschiedenis noodig, dat geput is uit het Jaar verslag, September 19141915 der Centrale com missie voor ontwikkeling en ontspanning der gemobiliseerde troepen 3): »Ingezien werd, dat, zoude niet verveling haar neerdrukkenden invloed op den goeden geest en de stemming onder de troepen uit oefenen, voor ontspanning van de gemobili seerden moest worden gezorgd. Verschillende vereenigingen hadden daar voor haar lokalen voor de militairen open gesteld. Andere vereenigingen en verschei dene personen waren begonnen, boeken en tijdschriften te verzamelen om die in ge schikte lokalen voor de militairen ter lezing te leggen, waar zij bovendien hun brieven zouden kunnen schrijven en gelegenheid was voor gezelschapsspelen. Weldra werden ook hier en daar commissiiin gevormd met het doel om de gemobiliseerden nuttig en aangenaam bezig te houden. Toen voorts op verschillende plaatsen er van de militairen zeiven aandrang kwam om lessen te verkrijgen over de onderwer pen. welke later in de burgerlijke maat schappij voor hen van groot nut zouden kunnen zijn, alsmede langzamerhand de vraag toenam naar voordrachten en cursussen van algemeen belang, ontwaakte het besef, dat, zouden de pogingen slagen om in de behoef- 2) In »De (oude) Amsterdammer» van 19 September. 3) 's-Gravenhage, Gebr. J. en II. van Lan- genhuijsen. BUREAU: KORTEGRACHT 9. Postbu» 9. Telefoon 19. ten der gemobiliseerden naar ontwikkeling en ontspanning te voorzien, daarin orde en regelmaat moest worden gebracht, derhalve eenige organisatie behoorde tot stand te komen, waardoor (jen doeltreffend en prac- tisch samenwerken van alle krachten zoude worden bereikt». Terwijl inmiddels vanwege den Opperbe velhebber van land- en zeemacht een on derzoek was ingesteld naar hetgeen in de garnizoenen en kantonnementen door de militaire autoriteiten tot veraangenaming of tot nuttige ontspanning der manschappen reeds was gedaan of noodig werd geacht, werd daarop in overleg en met volkomen instemming van de Regeering, in het bijzon der de Departementen van Oorlog en van Marine, van Landbouw, Nijverheid en Han del en van Binnenlandsche Zaken overge gaan tot de instelling van de C e n t r a le commissie van ontwikkeling ei ontspanning der gemobiliseerde troepen, waarin, onder voorzitterschap van den heer dr. D. Bos, lid van de Tweede Kamer der Staten-Gene- raal, zitting werd genomen door de heeren (volgen 14 namen van Kamerleden, hoogleer- aren, hoofdofficieren en andere autoriteiten van alle politieke partijen,... en werd besloten in elke Provincie een afzonderlijke commissie aan te stellen, die weldra totstandkwamen. De Provinciate commissies hadden zich tot taak te stellen 1. zooveel mogelijk op alle plaatsen, waar troepen gelegerd zijn, Plaatselijke commis- siën op te richten of zich met te voren reeds gevormde commissiën in verbinding te stel len; enz. 4. overleg te plegen met Besturen van Gemeenten, scholen en andere lichamen, die over geschikte lokaliteiten beschikken, waar boeken geraadpleegd, cursussen en voor drachten gehouden kunnen worden 5. leeraren en onderwijzers, predikanten en geestelijken tot deelneming aan het werk op te wekken; 6. de behoeften aan ontwikkeling en ont spanning, welke zich bij de militairen doen kennen, in overleg met het militair gezag te bevredigen, en derhalve het werkplan in overeenstemming met zijn beschikkingen op te maken. Uit den aard der zaak werden bij de uit voering van dit breed opgevat en met geest drift ondernomen plan vele teleurstellingen ondervonden. Wij wezen er reeds op, dat de samenwerking met de militaire autoriteiten dikwijls veel te wenschen overliet, doch daar over is reeds zóóveel gezegd, dat het mis schien beter is, daarover niet meer uit te weidenmaar ook andere omstandigheden werkten tegen. Het verslag zegt daaromtrent: »In de meeste rapporten werden echter (ook) als redenen van de verminderde deel neming aan de cursusssen de volgende oor zaken opgegeven iDe eischen van den dagelijkschen mili tairen dienst, die slechts toelaten, dat cur sussen in den avond werden gehouden. De

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1915 | | pagina 1