Dinsdag 4
Januari 1916.
8666.
66e Jaargang.
ièiai
Tl
Stadsnieuws.
[in de Nanmlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma J> H. van Cleeff".
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond. Abonnement per 3 maanden 1.—
franco per post/1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenings-
advertentiön per regel 15 cent. Reclames 1-5 regels ƒ1.25 Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent.
Bij advertentiën van buiten de stad worden de incasseerkosten in reket.ing gebracht.
BUREAU:
SOUTSGRACBT 9.
Postbus 9. Telefoon
Burgemeester en Wethouders van Amers-
oort.
Gelet op artikel 3fdet Drankwet,
Brengen ter openbe kennis
dat bij hen isi geciend een vcrzoek-
hrift u:n verlof totprkop van alcoholhou-
enden, anderen daiitarkedrank, voor ge-
ik ter plaatse ia verkoop, door Jo-
anxa Martina li aria smolders,
oudster van een holt en restaurant, woncn-
alhier, in de liikr- en de rechter be-
edenvoorkamer vanjkt perceel Kortcgracht
19, te Amersfoort
dat binnen twet weken na deze be-
endmaking een ïedette^en het verleenen
an het verlof schriftelke bezwaren bij hun
ollege Han inbrengen.
Amersfoort, 28 Deceibe: 1915.
Burgcmetfcr en Wethouders
vernoemd,
De Secretaris,
R. VEENSTRA.
De urgemeester,
Van .kXDWIJCK.
Moedig voowaartsl
Gelukkig Nieuwjaar! rrpen wij allen toe
tot wie ons woord zal doolringengelukkig
Nieuwjaar; veel heil eniegen! Moge de
pasgeboren telg der eeuvveel goede dingen
bun brengen, de kwade hi spaarzaam toe
meten en geduldig doen cagen, en zooveel
mogelijk hun wenschen in vrvulling brengen.
Het staat wel vast, dat sder, die den blik
naar voren richt, als kon ij daarmee door
dringen in de duistere ruiite van het onbe
kende, in de eerste plaalsiet innig verlan-
•en uitdrukt, dat 1916 tn spoedigste den
rede brengen zal. AI ziet niemand nog van
velken kant de duif koit aanvliegen met
jiet olijftakje, naar alle strekn van den horizon
ijken wij uit, of niet deitip zich zal ver
ionen, die. nader komendde lang begeerde
ode zal zijn, die het eind aankondigt van
'de reusachtigste verblindig waartoe de
menschheid ooit is ver vallei. Dag aan dag
a uur aan uur, van hel -ntwaken tot het
isluii it ren, scherpen wij hit gehoor om het
iade voord te hooren, dat den bloedstroom
il sl Iten en den moker eer vernieling tot
rust rongen. Kiinke het spoedig; koine
aastig ijk de opheffing ui dezen poel van
nmeren. opdat terstond en aanvang kan
•den gemaakt met hei verk der hnrs'.el-
naar hetwelk wij ver'angcnd de armen
rekken.
Je menschheid moet weer zichzelve wor-
n, moet weer kunnen voortschrijden op
n moeite vollen, maar heerlijk loonenden
:g naar haar idealen Terug gedrongen
ior den boozen geest, dit lot een aller-
'odloltigste machtsontwitkeling is gekomen.
I zij veel werkkracht ei ook veel tijd noo-
g hebben om den atiheruitgang weer in
e halen gezwegen „od ,an het ontzettend
.antal verliezen, die geo|, herstel gedoogen.
hoogstens door vervangih- ecnigszins zijn te
vergoeden. Op de grave, der gevallenen
zal eerlang een nieuw gfe,|acht rondwande
len, dat de harde lesseh van het verleden
benut, dat aan de strevWen van het be-
schav„,gs„erk ee> andere richting geef! dan
dio de, overheeriching „„"„tchttbc
"vfilltfn n U -i, .?02e ®>nden bloedende
volken zullen eikinder aakien met een an
der oog dan dat van hc-t óntrouwen, en de
ZT^r'T "Oh «odcr opo-
S, d" wereldsolida-
hosf. ,e heetcn, fe'. lSd"
die er reed.
hoepen de, pl»tg*hMe„ ,[e2£ niL»e
woningen worde
dak een rustig l staan,
door den angst -a
weg naar het g< k
Moge het pa.
fctP£®,tokken, onder welker
"iet langer geschokt
'"derend onheil, den
doen vinden-
teilen jaar dit a'les
an *ide
k zaïj,,,
vooraan en bovenop in zijn bagage mede
brengen
Ons vaderland, door zijn geografische lig
ging tot een soort bufferstaat, tot neutrale
zóne aangewezen, neemt in onzen collec
tieven heilwensch natuurlijk de voornaamste
plaats in. Nederland en zijn geëerbiedigde
Koningin, zijn Regeering en zijn volk, zijn
ingezetenen binnen de enge grenzen van
het Europeesch rechtsgebied zoowel als in
de wijde verte, waar zijn vlag wappert over
de landen en zeeën der tropische gewesten
hebben recht op onze liefde en aanspraak
op al onze zorgen. Met elkander vormen wij
een gezin, waarin nu en dan weieens ge
schillen ontstaan, die tot eenig getwist aan
leiding geven, doch zonder dat toch het
gevoel der gemeenschappelijkheid ooit zoo
veel aan warmte verliest, dat aan afkoeling
te denken valt. Dat land en dat volk, ofschoon
tot dusver niet het podium van het wereld
drama geworden, is er toch zwaar door
getroffen in zijn materieele kracht, en ai
mocht reeds morgen de normale toestand
wederkeeren, niemand kan zeggen langs
welken weg de geleden verliezen vereffend
zullen worden en hoelang dat zal duren.
Maar met peinzen over dat alles geraken
wij niet verder, Alle wereldsche zaken komen
terecht, zeiden reeds onze vaderen, ofschoon
zij er dan weieens binnensmonds aan toe
voegden: »maar je moet niet vragen hoe».
Zooveel is zeker, vanzelf gaat dat niet; er
zal veel beleid en overleg bij het zoeken
naar, veel toewijding en volharding bij het
bewandelen van den juisten weg noodig zijn.
Wij kunnen niet nalaten te bedenken, dat,
indien men dc millioenen, die in korten tijd
moesten worden besteed om aan de dreigingen
van den oorlog het hoofd te bieden en de schade
te bestrijden die hij het economisch leven
toebracht, al ware het over veel langere
termijnen, had kunnen aanwenden tot
bestrijding van sociale misstanden en ver
meerdering van welvaartsbronnen, ons vader
land een periode van ongekenden bloei zou
zijn binnengetredentoch moeten wij bij
deze gedachte niet stilstaan.
Wij zijn als de spin, in wier weefsel de
storm een groot gat heeft geslagen. Zij zou
kunnen wegloopcn en - n meer beveiligd
plekje zoeken om daar jen nieuw web te
spannen; zij doet dat evenwel niet, maar
gaat zorgvuldig de afgescheurde draden
weer hechten. Eerst als dat klaar is, kan
aan nieuwbouw worden begonnen. Ook wij
voelen 011s vastgelegd aan de plek. waar dc
schade neerkwam, en in den eersten tijd,
als de orkaan zal zijn gestild, zullen wij
wel ecu maximum van offervaardigheid
aan een minimum van eischen moeten paren.
Aan het onvermijdelijke manmoedig zich
onderwerpen, dat is de houding, die de
vaderlandsliefde voorschrijft.
Bij onze heilwenschen voor onze natie
mogeen wij niet nalaten, een afzonderlijk
woord te richten tot de mannen, die reeds
zeventien maanden aan gezin en werkkring
onttrokken zijn geweest om voor ons allen
den dienst der waakzaamheid tc verrichten.
Zij het oogenblik nabij, waarop onze
dappere landsverdedigers weer vreedzame
burgers worden!
Als een zonnestraal over een lenteland
schap spreidt zich over het gedoe van het
allcdaagslcven op den Nieuwjaarsdag een
bijzondere glans; die der welwillendheid. De
toon, waarin wij huisgenooten, familieleden
en vrienden begroeten, is nog iets warmer
dan gewoonlijk, Jegens vreemden zijn wij,
althans wat het uiterlijk aangaat, een weinig
minder onverschillig dan anders.
Nu staan goede wenschen op dc maat
schappelijke prijslijst minder hoog genoteerd
dan goede raad. Zelfs zijn ze, door het al te
ruim gebruik bij geringe productiekosten,
wel wat in discrediet geraakt. Loch zou het
meer dan onrechtvaardig zijn, ze als zin
ledige formules te taxceren. De warme hand
druk of de groet uit de verte op deze eerste
dagen, van welker reeks geen onzer weet.
oi hij den laatsten zalmogen beleven,geven
te kennen, dat de vervulling der uitgespro
ken wenschen een samenhangend deel uit
maakt van eigen geluk.
Maar dan leggen zij ook de verplichting
op, daartoe naar vermogen mede te werken.
Dat wordt een enkele maal vergeten. Dc
stemming van het oogenblik moet zijn de
neiging van de toekomst en do wensch be
hoort het vaderschap te aanvaarden van de
daad. Als in die lijn wordt voortgegaan,
wordt de zelfzucht in bedwang gehouden; zij
die nu eens duidelijk heeft doen zien, tot
welke uitersten zij voert, wanneer haar niet
de teugel is aangelegd.
De verwachting is niet onredelijk, dat de
worsteling van dezen grooten tijd het zede
lijkheidspeil omhoog zal voeren. Al ware
het alleen de drang tot zelfbehoud en het
besef, dat uit voortduring en misschien wel
verscherping van dc individueeie en de col
lectieve verhoudingen slechts de ondergang
van ons geslacht is te voorzien, er moet wel
de leering uit volgen, dat vele dingen anders
behooren te zijn.
Vooral dit is de groote opbouw, waarmede
wij niet behoeven te wachten tot de vrede
zal zijn geteekend. Vandaag nog kunnen wij
gereedschap cn materialen bij elkaar zoeken.
Het nieuwe jaar moge ons plichtbesef vei
diepen, ons geloof versterken, onze hoop
verlevendigen, onze liefde verhoogen.
Met die gedachte, moedig voorwaarts!
Uitgestotenen.
Eenige jaren geleden is door den, ook
onzen lezers door zijn latere geschriften wel
bekenden gepensionneerden kapitein der
infanterie J. J. 1". Schmitz een Open brief
gericht tot de Tweede Kamer der Staten-
Generaal om te protesteeren tegen hetgeen
hij een onrecht noemde, n.l. het feit, dat de
Pensioenwet 1912 (Wet van 30 October 1912,
regelende de pensioenen van de officieren
der landmacht) niet ten voordeele kwam van
alle officieren, die vóór 1 April 1911 waren
gepensionneerd. Aan dit ontwerp kleeft een
vlekje, had hij reeds vroeger gezegd; een
ander noemde het »een leelijke vlek». Het
ontwerp werd wet en het vlekje, de leelijke
vlek, bleef er op zitten. De vóór 1 April
1911 gepensionneerden hieven uitgesloten
van de voordeelen, die dc Pensioenwet van
Minister Colijn bevatte. Zij bleven onder de
toepassing van de Pensioenwet van 9 Juni
1902.
Deze laatste stelde voor generaal-majoors
een pensioen vast van f 2700, voor kolonels
van f 2100, voor luitenants-kolonels van
f ïüoo, voor majoors van f 1600, voor kapi
teins van f1300, voor ie luitenants van f 900
en voor 2e luitenants van f 800.
Dc Pensioenwet-Colijn bracht die bedragen
respectievelijk op f 2S00, f 2500, f 2300, f 2100,
f 1500, f 1000 en f900.
Maarniet voor hen, die vóór t
April 1911 waren gepensionneerd.
Dat waren cr destijds in 1911 onge
veer 1000 (n.l. 82 generaals, 124 kolonels,
162 luitenants-kolonels, 162 majoors, 365
kapiteins, 83 eerste-luitenants en 11 tweede-
luitenants). Waren zij opgenomen in de
nieuwe Pensioenwet, dan zou dit pl.m. f 350 000
aan de schatkist hebben gekost, met geleide
lijke jaarlijksche vermindering; nu bijv. zijn
cr reeds van die 989 vóór 1 April 1911
gepensionneerden pl.m. 380 overleden. Élk
jaar zou er dus minder uit te betalen zijn
geweest.
In de Kamer werd destijds door eenige
leden beproefd, de nieuwe Pensioenwet óok
uittestrekken tot genoemde gepensionneerden
doch de Minister verzette zich er tegen;
>dit zou feitelijk neerkomen zeide hij
op het verleenen van terugwerkende kracht
aan de Pensioenwet van 1902». Toen, in
1902, was namelijk besloten de pensioenen,
uitgekeerd krachtens dc Wet van 1851, te
laten zooals zij waren. Waarom zou er nu,
omstreeks tien jaar later, aanleiding voor
de Regeering bestaan om anders te hande
len en feitelijk terug te komen op de be
paling van 1902.
Wel werd daarop geantwoord, dat, wan
neer er in 1902 een fout werd begaan, het
een mooie gelegenheid in 1912 zou zijn,
haar te herstellendoch het baatte niet. De wet
werd aangenomen cn de voor 1 April 1911
gepensionneerden bleven buiten de voor
deelen der nieuwe wet.
Toen op het Ministerie, waarin de heer
Colijn zitting had, een ander volgde, heeft
de heer Schmitz opnieuw de aandacht op
deze zaak gevestigd. Hij beriep zich bij die
gelegenheid op het eensluidend oordeel van
den gepensionneerden luitenant-kolonel Hoo-
geveen, opgenomen in no. 9 van het «Maand
schrift van de Vereeniging van officieren
van de zee- cn landmacht», 1913, en maakte
in verschillende bladen propaganda voor het
goed recht der uitgesloten gepensionneerden.
Veel sympathiebewijzen kwamen in.
Maar daarmede is de zaak niet in orde.
De kleine pensioenen der uitgeslotenen blij
ven bestaan, naast de andere, toch al niet
enorme maar dan toch eenigszins grootere
van hen, die vallen onder de Wet van 1912,
en ze zullen blijven bestaan zoolang er niet
in de Kamer voldoende pleitb orgers worden
gevonden, die het voor de u.-.ges! n
nemen cn lotsverbetering 0111 d-t
actueele woord te gebruiken voor hen
bewerken.
Hier is een ernstig vraagstuk 1 t een
goed einde te brengen. De tijdsomstandig
heden zijn eensdeels gunstig voor militaire
rechthebbenden; anderdeels is, bij de groote
uitgaven die 's lands defensie vergt, elke
aanvraag om meer middelen cr een, die aar
zelend zal worden gedaan. Maar wanneer
de Volksvertegenwoordiging bedenkt, dat
door de thans geldende verschillende bepa
lingen er een ongelijkheid is geschapen dat
die ongelijkheid aan de zijde der slechtst
bedeelden een toestand schept, die liever niet
in al te duidelijk beeld moet worden geschetst
en dat de voortschrijdende tijd dag in dag
uit bezig is om de geldelijke verplichtingen,
die uit het inwilligen van der uitgeslotenen
1 verzoek zouden voortvloeien, te verminderen,
is er voor haar wellicht reden te óver om
j het ongelijk op te heffen en, erkennende dc
j oude verdiensten en de gelijkheid der be-
hoeft en, voor allen op gelijke wijze de
middelen uit te trekken, die de verdiensten
beloonen en in de behoeften i
Het ontwerp betreffende de drooglegging
der Zuiderzee is thans in behandeling bij den
Raad van State.
Aan het Postkantoor te Amersfoort en de
daaronder ressorteerende hulpkantoren werd
in December ingelegd bij de Rijkspostspaar
bank f 43 189.89 en daaruit teruggevraagd
f44422.44.
Het laatste door dat kantoor afgegeven
boekje draagt het nummer 19934.
i In het geheele jaar werd ingelegd
f520 307.80, doch teruggevraagd f545501.92.
j Dat is heel anders dan in de beide voor
gaande jaren.
Immersin 1914 werd ingelegd f 535 306.61
en terugbetaald 5 iS 093.03, zoodat toen werd
overgespaard ruim f:7000, terwijl in 1913
werd ingelegd f582781.52 en teruggevraagd
f 53° 579-53zoodat toen werd gespaard ruim
f52000; en er thans f25000 meer is terug
genomen dan werd ingelegd.
In 1913 werden er 912 nieuwe boekjes
uitgegeven, in 1914 slechts 760 en in 1915
echter 821.
I In December is uit den regenmeter na
23 regen- of sneeuwdagen afgetapt 112.1
m.M. neerslag.