Dinsdag 20
Juni 1916.
No 8736
66e Jaargang
kosteloos-
Uitgave van de Naamlooze Vennootschap „De Amersfoortsche Courant, voorheen Firma A. H. van CleelF".
HOQFD-REDACTEUR
F. J. F.ïl ICDEniiïf
AMERSFOORT.
Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en ZaterdagnTOiid. Abonnement per 3 maanden 1.
franco per post/1.15. Advertentiën 1—6 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bijregel-
abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenings-
advertentiön per regel 15 cent, Keolames 1-5 regels ƒ1.25 Bewijsnummers naar buiten
worden in rekening gebracht en kosten, evenals aizotiderlijke nummers, 10 cent. Postbus
Bij advertentiCn van buiten de stad worden de incasseerkosten in rekening gebracht. 9'
KORTECFÜOHT 9.
Wie zich mot ingang
van 1 Juli doet in
schrijven als abound,
ontvangt de tot, dien
datum verschijnen
de nummers
K K N NISÜKYI X GE N
RAADSVERGADERING.
De Burgemeester van Amersfoort,
Gezien artikel 41 der Gemeentewet,
Brengt ter kennisvandeingezetenen.dat
de Raad dezer Gemeente zal vergaderen op
Dinsdag den 30 Juni aanstaande, des namid
dags ten zeven ure.
Amersfoort, ",1° >916.
De Burgemeester voornoemd
Van RANDWIjCK.
Ambtenaar worden?
Er wa» een tijd, toen het bekieeden van
een ambtel'""" betrekking gold als een der
gewichtigst en meest geziene bezigheden.
Ér kwam een volgende tijd. waarin de toe
nemende clschen, voor deze betrekkingen
gesteld, den stroom der liefhebbers aller
minst konden stoppen, hen hoogstens in
andere banen leiden. Alleen knappe koppen
konden na jarenlange voorbereiding aan de
zware, vergelijkende examens voldoen en de
knappe koppen, ieder weet het, schuilen niet
uitsluitend onder de kringen, die in het
eerstbedoelde tijdvak het monopolie van de
Staatsruif schenen te bezitten. Er komt nu
een tijd, beter gezegd we beleven den tijd,
waarin de recruteering van de staatsambten
hoe langer zoo moeilijker gaat.
Tot goed verstand diene. dat hier niet
bedoeld worden betrekkingen in de lagere
rangen. I11 deze rangen kan voldoende per
soneel gevonden worden, althans bij de
meeste takken van dienst. Het verschijnsel,
dat onder de oogen gezien moet worden, is
een kwaal in de hoogere functies bij leger,
vloot en administratieve dienstvakken, als
posterijen, belastingen, registratie, waterstaat,
enz., kortom die functies, voor welker toe-
latings-examens vroeger do bekende Instituten
bestonden, wier opleiding door jarenlange
routine de meeste kans van slagen bood.
Men herinnert zich wel de groote adverten
ties van deze instituten in den zomer, wan
neer zij met rechtmatigen trots verkondigden
hoeveel hunner leerlingen slaagden voor
Breda, Willemsoord, enz. Ze komen nog
slechts sporadisch voor, omdat speciale voor
bereiding voor de meeste staatsambten zeld
zamer wordt. Het bezi» van einddiploma
H. B. S. of Gymnasium is ki de meeste
gevallen voldoende en het aantal lief
hebbers, dat nog tien a vijftien jaar geleden,
het aantal plaatsen gewoonlijk drie-, vier
en meermalen overtrof, is in de laatste jaren
bij veel takken van dienst beslist onvol
doende om het aantal vacante plaatsen te
bezetten.
Vanwaar toch deze enorme kentering in
zoo korten tijd? De oorzaken zijn vele. Ge
weldig was tot vóór den oorlog de econo
mische opbloei der laatste 35 jaren. De in
dustrie kon meer eu degelijk onderlegde
jongemannen gebruiken. De studie tc Delft
er. op buitenlandsche technica trok steeds
meer liefhebbers; de medische studie kwam
weer zeer in trekde opleiding voor tand
arts en de tallooze betrekkingen in den han
del en in de cultures werden zeer gezocht.
Vooral niet te vergeten is verder de vlucht,
die de wetenschappelijke landbouw nam, een
vlucht, die tevens weer oorzaak was van
nieuwe staatsbetrekkingen, als aan proefsta
tions, bij bat staatsboschheheer, enz, Dot»
nieuwere functies vormen een vrij gunstige
uitzondering op het chronische manco aan
personeel. Een zeer voor de hand liggende
reden kan als oorzaak daarvan genoemd
wordende ambten van jongeren datum,
schaal van salarieering in een tijd van
kostbaarder leven werd vastgesteld dan
de dienstvakken, die een eeuw en ouder
zijn, hebben betere tractementsregeling dan
deze.
iiermede is een onderwerp aangeroerd,
dat um zijn belangrijkheid wel als eerste
oorzaak genoemd had mogen worden. De
tijd, toen een ambtenaar gedeeltelijk betaald
werd in den vorm van eer. is voorbij. Of
hij ooit weer komt. is de vraag; noodig of
wenschelijk is zulks niet. Onze lijd, met zijn
strengen werkelijkheidszin, nuchterder en
eerlijker dan 't tijdvak omstreeks de helft
der vorige eeuw. hecht niet sterk aan deco
rum. Over officieele plechtigheden, recepties,
gala-pakjes e.d. wordt, ook onder de ambte
naren, gesproken op een wijze, die ten tijde
van »het laagtepunt der vaderlandsche his
torie» voor uitermate laakbaar gegolden zou
hebben. Meu is practischer geworden, let
meer op redelijke salarieering en goede dienst-
voorwaarden. Maar is die salarieering in de
oudere dienstvakken dan zoo bijzonder slecht
Niet steeds, althans gewoonlijk de schaal
niet, maar wel sterk verouderd. Thcorcti-
scuren ten bewijze is niet noodig; de feiten,
in casu de animo onder de jongelui, zijn dc
beste barometer. Deze is gedaald in nog
sterkere mate dan de levenswijze in prijs
steeg, hetgeen wijst op meer oorzaken. On
billijk zou het zijn om niet te gewagen van
de traktementsverbeteringen, die In de laatste
40 u 30 jaren soms 100 pCt. en meer be
dragen hebben, Hiermede is echter niet be
wezen, dat de traktementen thans op peil
zijn, hoogstens dat zoo veel jaren geleden
het leven exorblnant goedkoop was. Ieder
zal toegeven, dat traktementen van minder
dan f 3000 bruto tegenwoordig niet voldoen
de zijn voor menschcn van meer dan 30-jari-
gen leeftijd, aan wie hooge eisohen bij dienst
neming gesteld zijn.
Vormt dus de salarieering niet meer dc
trekpleister, hoeveel audere oorzaken konden
dienstneming bevorderenInderdaad heeft
het ambtenaarschap nog veel aantrekkelijks.
Nog steeds blijft waar wat Schiller zegt in
het „Lied von der Glocke», n.l. *winnt der
Sterne I.icht, ledig aller Ff lichte, Wel is
waar wordt op het bureau menig uurtje mat
lamplicht gewerkt en bestaat b.v. bij tie pos
terijen een geregelde nachtdienst, doch men
bcschouwa bet citaat in tegenstelling met het
daarop volgende «Meister tnusz sich immer
plagen Bedoeld wordt de stabiliteit in hel
bestaan, in salaris, in werk- en rusttijden en,
bij behoorlijke plichtsbetrachting, de afwe
zigheid van zorgen voor den volgenden dag,
uit het vrije bedrijf die deu «Meister» zouden
kunnen kwellen. Is de materieele kant van
het leven bezorgd, dan kan ook aan de
ideëele zaken aandacht gewijd worden. Door
zijn volkomen onafhankelijkheid kan de amb
tenaar zich nuttig bewegen op maatschappe
lijk gebied en, zalfs in zijn functie, kan hij
zijn omgeving ten nutte zijn, b.v, door
verstandige leiding van inferieuren,
Echter, er dreigt den ambtenaarsstand een
zeer groot gevaar het gevaar der zelfge
noegzaamheid en der versteening. Dringen
de groote maatschappelijke verschijnselen
zich in het vrije bedrijf dagelijks aan den
werkgever op, aan den ambtenaar dreigen
ze voorbij te glijden. Voor hern is noodig
liefhebberij in studie van de groote massa,
vooral medeleven met ondergeschikten. Zoo
danige werkzaamheid brengt in zichzelf de
belooning mee. Een groot bezwaar van het
hoogere ambtenaarsvak. het werken met on
tevreden inferieuren, kon er voor een deel
doer getemperd worden. Zou, om een voor
beeld te noemen, de geest op de vloot niet
aanmerkeljjk beter kunnen zijn. als alle su
perieuren zonder, uitzondering, het zich tot
taak rekenden, den aard der ontevredenheid
te doorvoelen, zoowel als verschijnsel >an
sich» als in verband tot de groote maat
schappelijke stroomingen
De kwaal gekend, is haar half genezen.
Eerste recept zou dus behooren te zijn zeer
grondige herziening van de betalingsschaal,
zoodanig, dat eenerzijds eenige overeenkomst
zichtbaar werdt met hetgeen anno 1916
een zuinig eu niet te groot huishouden kost
en anderzijds de betrekkingen, die ongeveer
gelijken duur en kosten van opleiding eischen,
ongeveer gelijke promotie-kansen verwerven,
ook al ressorteeren zij onder verschillende
Departementen. Echter, het werken in grooten
•tiji en met onderlinge voeling, is geen
kenmerk der departementenmen herinnere
zich het speculeeren op de goede gezindheid
van een 20 jongelui om als «pestdokten
naar ludiil- te gaan, speculatie op een wijze
als het gold de recruteering van een 2c
meisjes voor een fancy-fair. De voorkeu 1
word gegeven aan middelen, die de opleiding
minder kostbaar maken en, wat de administra
tieve vakken betreft, door openstelling van
de hoogere functies voor inferieuren. Zoo
stichtte Marine haar internaat te Dordrecht,
nam Belastingen een maatregel, die onge
veer neerkomt op gratis-opleiding en stelde
zij de ontvangers-betrekking bereikbaar voor
klerken, evenals reeds lang bij Posterijen
de commiezen-rang is. De laatste maatregel,
ofschoon toe te juichen uit ecu democratisch
oogpunt, heeft een wrang bijsmaakje, n.l.
dat voor de zelfde functie aan de lagere be
ambten niet de zelfde eischen van bekwaam-
héid worden gesteld, In veler oog onder
gaan de ambten zoodoende een wijziging,
waardoor de kwaal, ook bij betere salarieering,
nog maar half genezen wordt. Steeds zullen
er wel gefortuneerde personen blijven, die
aan een geregeld leven zonder groote
schokken de voorkeur geven, doch minder
en minder zullen zij zich beschikbaar «teilen,
wanneer zij, ook niet in waardeering, de
compensatie vinden voor de steeds grooter
wordende sommen, waarmee zij uit eigen
middelen hun traktement moeten aauvullen.
Doch afgezien van deze soort waardee-
ringsgebrekeu, die het systeem als zoodanig
aankleven, zijn er zoo vele te signaleeren, die
helaas onder de versteenings-verschijnselen
gerangschikt moeten worden. Een zeer tref-
tend voorbeeld daarvan is de royeeriug
van alle rangs- en tractementsverhoogingeu,
toen in Augustus 1914 de eerste geweldige
wereld-schokken gevoeld werden. In éen slag
waren duizenden ontgoocheld, die zoo over
tuigd waren van de rotsvastheid hunner po
sitie. dat zij deze vastheid een levenslasg
matig inkomen waardig keurden. Wel is
waar trof de maatregel hoofdzakelijk lagere
beambten, terwijl wij hier de hoogere be
handelen. doch als waarderlngs-verschijnsel
verandert dit niets aan zijn karakter. Waar
niet is, erliest de Keizer zijn recht, maar
waar geleend moet worden eerst 2 75,
daarna 135 millioen, ach zou een paar ton
daar nog voelbaar geweest zijn? En zouden
candidaat-ooriogswinstbelastingbetalers heel
veel zuurder kijken, indien ze. in plaats van
35 percent. 25 en een fractie moesten betalen
Een ander waardeering s-verschijnsel is het
z.g, Reisbesluit 1916, dat voor zeer vele
ambtenaren, behalve voor officieren (en juist
door dc uitzondering zooveel te hatelijker!
een maatschappelijke degradatie bracht. Wie
zijn innerlijk niet heeft welen op te voeren
tot philosofische berusting in dit „alles ver-
gangliehe», hij kieze de ambtenaarsloopbaan
niet.
Het is noodig, dit te zeggen in een tijd,
waarin de eind-examens weer druk bezig zijn,
waarin advertenties in de groote pers den
termijn voor opgave tot deelneralngjaaa allerlei
ambtenaars-examens bekend zullen maken,
waarin mogelijk weer volgende advertenties
de verlenging van dien termijn zullen ver
kondigen. Weet men. dat die verlenging ver
oorzaakt wordt door onvoldoende deelneming,
dan ontstelt men bij de wetenschap, dat
vroeger éen simpele mededeeling in de
«Staatscourant» voldoende was om stroomen
sollicitatie-stukken te ontketenen, Het is
noodig, nevens de voorzijde de keerzijde van
de medaille te belichten in een tijd, waarin
ten gevolge van den oorlog mogelijk de toe
loop naar de vrije bedrijven, het meest na
tuurlijk correctief, tijdelijk minder wordt.
De volkskracht groeide gelukkig in de
laatste decennia, energie ontwikkelde zich
sterker, mannen van Initiatief, durf en andere
eigenschappen, die den mensch dienen, maar
den ambtenaar gewoonlijk in den weg zit
ten, zij kozen reeds jarenlang de heilzame
emoties van den «struggle for life» boven
het ambtelijke leven, doch de oorlog kon een
«veilig heenkomen» tijdelijk begeerlijk ma
ken. Laat men bedenken hoeveel handen en
menschenenergie er na den oorlog noodig
zullen zijn. Wie een verbintenis met de Ne-
derlandsche Maagd wenscht te sluiten, hij
onderzoeke nauwkeurig >ob sich das Herz
zum Herzen findet». Degene dan, wiens
temperament en geldmiddelen het toelaten,
kieze de ambtelijke loopbaan, vooral zoo
er redenen bestaan, die levenslang «gebor
gen» zijn wenschelijk maken. Maar de arme
Vader Staat! Hij krijgt op die manier niet
meer de keus uit de bloem der vaderlandsche
jeugd. En is het geen landsbelang, dat ener
gieke mannen met toewijding bezield, de
hoogere rangen bekieeden Antwoord met
Vader Staat hebben wij niet te veel mede
lijden hij heeft deu leeftijd des onderschcids
hij drage de gevolgen van de oude «fault
of the Dutch», n.l. van «giving too little
and asking too much», de fout der Neder
landers (om te weinig te geven en te veel
te eischen). Uit «De Haagsche Post».
Do oproep tot «le neutralen
Evenals onlangs het optreden van Wil
son. noemt dr. II. C. Muller, uit Utrecht,
in de Telegraaf den oproep tot de neutralen
flink en waardig van inhoud, maar tevens
gematigd van vorm reeds het ideaal der
klassieken. Daarin ziet hij de kiem van een
toekomstig volkenrecht, en als zoodanig,
overal verspreid en ln alle talen vertaald,
kan het worden van blijvende beteekenis.
De intellectueelen van Nederland komen
op voor de onafhankelijkheid allereerst van
België, maar in beginsel ook van andere
kleine Staten. Dit moet een der hoofdstel
lingen worden van een volkenrecht der toe
komst het recht vau eiken Staat, van iedere
natie, om vrij en zelfstandig over zijn eigen
bestaan te beschikken. In zooverre als dit
beginsel duidelijk en krachtig in dezen op
roep tot de neutralen is uitgesproken, kan
het dus de kiem worden van een volken
recht. «lat mede in de eerste plaats van Ne
derland moet uitgaan.
Hier leefde Grolius. Hier is het Hof van
.Arbitrage gesticht, en hier t errees het Vre
despaleis. Hier bloeit een krachtige vredes
beweging die echter samen moet gaan
gaan met een krachtige handhaving vau
onzijdigheid en zelfstandigheid. Onze natio
nale traditie wijst opvrijheid van gedachte,
vrijheid van godsdienst, vrijheid van het
individuwij hebben onze gewetensvrijheid
indertijd bloedig gekocht in den strijd tegen
eeu overroachtigen vijand. Al die overleve
ringen leggen ons, nakomelingen, de dure
verplichting op, voor de vrijheid in Europa
te blijven opkomen.
Wij komen er tegen op, dat het recht
van den sterkste opnieuw zou zegevieren
in de wereld.
Wij verklaren de berooving der onafhan
kelijkheid van welken Staat ook voor een
misdaad, en ook voor een bron van nieuwe
oorlogen.
Deze beginseleu stellen wij als den uit
drukkelijke!! cisoh van alle neutrale volken.