COÜRill. No 8745 1916. 66e Jaargang Op reis. Stadsnieuws. iiitgavo van de Naamlooze Vennootschap „,i)e Auiersfoortsche Courant, voorheen Firma A. K var; CleefT". HOOFD-REDACTEUR Verschijnt Dinsdag-, Donderdag- en Zulerdagaroud. Abonnement per 3 maanden/i.— BUREAU: franco per post/i. 15. Advertentiën 16 regels 60 cent; elke regel meer 10 cent. Bij regel - P. J. 3R. E D HI P. I Bü S abonnement reductie, waarvan tarief op aanvraag kosteloos. Legale, officieele- en onteigenings- ZÖHTSGaACHT 9 advertentiën per regel 15 cent. Reclames 1—5 regels fi.15 Bewijsnummers naar buiten AMKRSRnnRT worden in rekening gebracht en kosten, evenals afzonderlijke nummers, 10 cent. f AMÜKÏFOORT. B„ b buit„ „h„rh, P"»'1»»» 9- Telefoon i,. Aan onze abonné's die tijdelijk elders vertoeven, wordt, op aanvrage en met duidelijke opgave van adres, de courant eiken verschijndag tegen ver goeding van porto toegezoudeu. Ook niet-geabouneerdcu kunnen op de zelfde wijze de geregelde toezeuding van de „Amersfoortsclie Courant" tijdens hun uitstedigheïd zich verzekeren. KENNlSliKVlNOK N. De Gedepteerde Staten van de Provincie Utrecht, Gelet op artikel 162 der Provinciale Wet, Brengen ter kennis van belanghebbenden, dat het uitvoerig en beredeneerd Verslag over den toestand der Provincie Utrecht in 1915. tegen betaling van fj ter Provin ciale griffie alhier, algemeen verkrijgbaar is gesteld. Utrecht, 10 Juli 1916. De Gedeputeerde Staten voornoemd, VAN LYNDEN VAN' SANDENBURG, Voorzitter. A. VAN DOORNINCK, Griffier. SCHOUW. De Burgemeester van Amersfoort, brengt ter kennis van belanghebbende, dat Watergraaf en Heemraden van het Heemraadschap »De rivier de Eern, beken en aankleve van dien», hebben besloten de voorjaarsschouw over bovengenoemde beek. welke blijkens zijne kennisgeving, dd. 28 Juni 1916 was bepaald op 12 Juli igiö.uit te stellen tot Woensdag 19 Juli 1916, des morgens te 9 ure, blijvende de overige bepalingen in opgemelde kennis geving van kracht. Amersfoort, 10 Juli 1916, De Burgemeester voornoemd, Van RANDWIJCK. Pro-Nederlandseh. Prof. mr. J. de Louter is een dier groote figuren op welke het een voorrecht is, te mogen staren in een tijd, waarin /oovelen ons teleurstellen door het cynisme hunner denkbeelden en hun vereering van het recht van den sterkste. Herhaaldelijk heeft hij, sedert de oorlog begon, zijn denkbeel den in zake de nationale verhouding der volkeren geuit en daarbij zijn groote ken nis in dienst gesteld van het recht, waarop hij, man van karakter en fijngevoel, een zóo juisten blik weet te slaan. Eenige dagen geleden schreef hij een hoofdartikel in het «Utrechtsch Dbld.», waarin hij onder het opschrift «Pro-Neder- landsch» bespreekt een thans actueel wor dende quaestie. I-lij vangt aan met een aanwijzing van de betreurenswaardige verwildering der zeden en de ontaarding van het rechtsbe wustzijn in onze dagen. Het meedoogen- loos en arglistig karakter van oorlogswape nen, als duikbooten en gaswolken, het bom bardeeren van open steden uit luchtschepen en vliegtuigen en de ongeëvenaarde ge ringschatting van het menschelijk leven, niet alleen van strijdenden, maar ook van de weerlooze bevolking en van neutrale onderdanen, zijn voor mr. De Louter even- zooveie droevige uitingen van verwildering. De ontaarding van het rechtsbewustzijn, ziet hij te voorschijn treden in de herhaalde verloochening van plechtig aangegane ver bintenissen en pas afgelegde verklaringen, in de uitwissching van alle grenzen tusschen geoorloofde en ongeoorloofde maatregelen en krijgsmiddelen, in het deels opzettelijk, deels onwillekeurig doodzwijgen alle beginselen van recht en gerechtigheid ouder de alleenheerschappij van eigen belang, heb- en heerschzuoht, welke men intusschen niet aarzelt, met de schoonste leuzen te tooien. Prof. De l.outsr oordeelt, dat dit alles met verpletterende overredingskracht pleit tegen degenen, die den oorlog beschouwen hetzij zij hem verdedigen of verontschul digen als een kweekschool van manlijke deugden, of een middel in den strijd om het recht. «Deugd en recht, zoo zegt hij, worden verloochend en vertreden en de verblinde leidslieden der volkeren offeren hun hekatomben van slachtoffers en mil- liarden van schatten aan den waan, die met deugd en recht zijn goddeloos spel drijft*. Een enkel verschijnsel trekt, volgens hem, onze bijzondere aandacht, daar het ons rechtstreeks raakt en een groot gevaar behelst. De hoogleeraar bedoelt «de ont wakende en veldwinnende zucht in Bel gische kringen, om na de verwachte zege- praal dergeallieerde wapenen, België schade loos te stellen ten koste van Neerlands grondgebied, eer en aanzien Da schrijver zou het haast ongelooflijk achten, niet alleen in het oor van eiken Nederlander, maar naar men zou zeggen van ieder rechtgeaard mensch, die eenig zedelijk besef heet:, dat men een Staat, die zich de grootste opofferingen gestroostte om zijn onafwijsbaren plicht van strenge neutraliteit nauwgezet te vervullen ten koste van millioenen schats en ontelbare indirecte j benadeelingen van zijn stoffelijke en on stoffelijke belangen, die zich bovendien onderscheidde door een grenzenlooze gast vrijheid en voorbeeldige milddadigheid jegens zijn zwaar getroffen naburen, bij den I vrede zou durven aanranden in zijn terri- toriale en souvercine rechten, j Maar deze oorlog heeft al zóo vele onge hoorde dingen tc zien gegeven, dat men ailes kan verwachten Prof. De Louter meent, dat men in ons vaderland van het dreigend gevaar niet al- 1 gemeen overtuigd is. Men meent, dat België niets zal vermogen dat Engeland de rechten der kleine Staten niet zal aanranden'. Maar de lessen der Geschiedenis zijn er tocb. Wat deden de groote mogendheden in i 1831, toen onze Koning Willem I zich be- i riep op verdragen en de vriendschap der machten? Men onderschat de blakende gunst, waarin België zich van de zijde der l Westersche mogendheden verheugdemen veror.zachtzaamt de tweeslachtige samen- stelling van dezen jongen Staat; men mis- 't kent den aard der gebeurtenissen in Grieken- 1 land. Wij, Nederlanders, zijn volgens prof. De Louter, traag in het opmerken en verstaan van de teekenen der tijden. We zijn goed- 1 geloovig in het aannemen van geruslsiel- lende verklaringen, ongeneigd tot voor- I barige en geruchtmakende maatregelen, i Maar die goede eigenschappen hebben j donkere schaduwen eu bereidden ons reeds menige bittere teleurstelling, j Overdrijft bij De hooggeleerde en zeer bezadigde schrijver wijst erop, dat de veld tocht verleden jaar werd geopend dooreen I pamflet van J. Nothomb, kleinzoon van een scherpzinnig Staatsman, waarin op ver meende historische gronden het Groot hertogdom Luxemburg voor België werd opgeëischt. «Hierover heeft luitenant-gene raal De Bas reeds lang geleden den staf gebroken en afdoende recht gedaan, pc angel is evenwel niet uitgerukt. I.'appéiit vient en mangeant. De Belgische chauvi nisten hebben eigen propagandabladen - waaronder «I.e XXme siècle» welhaast een eigen «Petit catecbisme national», dat bij voorkeur in het Belgische leger wordt verspreid derhalve mat oogluikende, zoo al niet nadrukkelijke, goedkeuring der Belgische leger-autoriteiten, ergo der Bel gische Regeering waarin niet^ alleen Luxemburg, maar ook Zeeuwsch-Vlaande ren en nog meer worden teruggevoerd als landstreken, die in 1831 aan België zouden zijn ontroofd Met een klinkend, doch historisch onjuist en feitelijk ongegrond beroep op het zelfde nationaliteitsbeginsel, dat onder den aan drang der opgezweepte volkshartstochten in 1915 Italië tot den oorlog tegen zijn vroegere bondgenooten .bewoog, wordt in 1916 in België een volksbeweging aange stookt om aan dit land een gebiedsuitbrei ding te verschaften, die het moet beloonen voor zijn heldenmoed, en waarborgen tegen latere aanslagen. Of deze zouden plaats hebben ten koste van een overwonnen vijand dan wel van een bevriend en edel moedig buurman, dat doet niet ter zake. Voorzichtiger en gematigder geesten, die geweld verfoeien en misbaar schuwen, zingen het lied van den vogelaar en ver kondigen in het zelfde land. waar zij een toevlucht zochten en een gastvrij dak von den, met inderdaad verbluffende onbe schaamdheid, dat Nederland bij den vrede wel zoo goed zal willen desnoods moe ten zijn om zijn buurman te beloonen en te versterken door ëcn amputatie van zijn eigen lichaam Mr, De Louter ziet hel streven naar Xeder- land's verminking nu eens sneller dan weder langzamer als verborgen gif door een oogen- schijnlijk bevriende buitenlundsche pers kruipen, die, op onzen eigen bodem, in de «Echo beige" haar vertakkingen uitstrekt. «De ongelukkige tweedacht in eigen boe zem tusschen pro en contra n.l. een der vreemde oorlogvoerende partijen doet (aldus schrijft prof. De Louter aan het eind van zijn waarschuwing) velen voorbijzien, dat er nationale belangen zijn, verheven boven eu onafhankelijk van buiten- landsche sympathieën en antipathieën, die desniettemin dreigen daarin schuil, ja eer lang onder, te gaan. leder, die zijr. vader land lief heeft, is verplicht, daartegen te waarschuwen en bij onze Regeering aan te dringen op actieve waakzaamheid. Tijdige voorzorg kan veel tijdverlies uitwinnen, groot onheil voorkomen. Onze Regeering zij even krachtig als voorzichtig, ons leger even bereidvaardig als geduldig, onze pers even waakzaam als onpartijdig, ons volk even vastberaden als lankmoedig. Dim alleen kan Nederland rustig afwachten het gewichtig tijdperk, dat bij het onderhan delen over den vrede aanvangt. Niemand wane echter, dat het openen der vredes onderhandelingen aan de reeks onzer be proevingen een einde maakt. Veeleer zij men dim dubbel op zijn hoede, gedachtig aan onsterflijk Wilhelmus Het Vaderland getrouwe, «Blijf ik lot in den dood". Ónder den (luim. Omtrent zijn handelsvrijheid heeft de Ne derlander in dezen oorlog a! wel geleerd, zich geen illusies meer te maken. Toch krijgt men nog even een stoot, ais men in liet »Hbld.< een bericht léést, met den volgenden aanhef: De Kaasvereeniging heeft aan haar leden een circulaire gezonden, waarin zij zegt, dat «ten einde de voeding van mensch en dier in Nederland niet in gevaar te brengen, ons land een gedeelte van zijn landbouw producten aan Engeland moet alsiaan. MOET afstaan. De Hollandsche veeboer kan misschien voordeeligcr leveren aan de Vereenigde Staten van Noord-Amerika, aan Zuicl- Amerika, aan China het doet er niet toe: hij moet leveren aan Engeland. En wel »ien einde de voeding van mensch en dier in Nederland niet in gevaar te brengen» met andere woordenom te voorkomen, dat anders de Engelsche vloot vasthoudt onze eigen schepen, die Re- gecringsgraan, rijst, koffie, mala, enz. uit neutrale landen of onze eigen koloniën aanvoeren. Van de totale productie moet eerst 20 pet. voor het binnenland beschikbaar blijven, terwijl dan van de rest 15 pet. naar Enge land, Frankrijk of het niet-bezette gedeelte van België moet worden verzonden. De markt wordt onzen Handel aldus voor geschreven. De prijs misschien óok? Om u te dienen. Luister maar. De betaling geschiedt in Engelsche schat kistbiljelten, die echter, na aftrek van 1 pCt. provisie, door een Bankconsorlium worden overgenomen en in Hollandsch geld uit betaald. Het verschil van marktwaarde zal den exporteurs op nader te regelen wijze wor den vergoed. Engeland zal een toeslag geven van hoogstens 1 pond sterling op 50 K.G. Leveren alzoo, en desnoods beneden de markt, of anders hongerlijden. De wijze, waarop Engeland van zijn overmacht ter zee tegenover een kleinen Staat gebruik maakt, is buiten kijf niet onvoordeelig voorEngeland. Aldus een pijl-artikeltje in de «Utr. Crt.» De New-York Times» Berlijn uit Amerika seinde men het naar Londen, en vandaar seinde de corre spondent der «Nieuwe Rotterd. Crt.» het naar ons land een bericht, dal, als het juist is, van groote beteekenis zai blijken te wezen. Iegelijk met het militair offensief der Geallieerden, zoo luidt het. is een groot algemeen offensief op economisch gebied begonnen. Dit economisch offensief bestaat uit een verscherping van de blokkade door Engeland, gepaard met het oefenen van een ecouornisehen en politiekcn druk op de aan de centrale Rijken grenzende neu trale Staten. Dat zouden dan zijn Nederland, Dene marken, Zwitserland en Roemenië. Betrouwbare vertrouwelijke rapporten, zoo gaal het bericht voort, behelzen, dat de Britsche Regeering onderhandelingen is be gonnen met de vertegenwoordigers van de aan de Centrale mogendheden grenzend.: Staten, met het oogmerk, teweeg tc brengen, dat alle uitvoeren uit die landen naar Duitschland zullen ophouden. Ter vergoe ding heeft Engeland aangeboden om het overschot voor uitvoer van de oogsten in die neutrale Staten, en voorts in het alge meen al die goederen, die in normalen tijd naar Duitschland worden uitgevoerd, op te koopen voor rekening van Engeland en de andere geallieerden. Dit laatste klopt reeds met het bekend verlangen van Engeland tén aanzien van onzen aardappeloogst. De «New-York Times» meldtverder.dat Duitschland niet voornemens is, dit werk loos aan te zien. Welke tegenmaatregelen Duitschland denkt te nemen, is nog niet bekend. Wellicht zal het een tegenpressie op de neutralen uitoefenen, door te drei gen met een uitvoerverbod op steenkool, ijzer en andere grondstoffen en goederen, waaraan de betrokken neutralen behoefte hebben. Ten opzichte van Zwitserland heeft het reeds in dien geest gehandeld. Nu zoetjesaan de plannen voor den ver bouw van het spoorweg-station tot uitvoering zullen komen, is het wellicht tijd voor de Kamer van Koophandel en Fabrieken, de Middenstands-vereenigingen en Vreemde lingenverkeer dan wel Reclame-commissie om te bevoegder plaatse er op te wijzen, dat een ingang van dit zeer drukke ge bouw niet moer voldoende is en stellig over enkele jaren niet meer zal voldoen. Het is soms geweldig welk een opstop ping plaats heeft in de hal als, vooral op

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1916 | | pagina 1