6o
4 Mei IV17.
Hofland, Wed. Waardenburg.
De Voorzitter: Een van de heeren het woord
Of hoofdelijke stemming? Niet? Dan is het ontslag
eervol verleend met ingang van 5 Mei.
Aan de orde is nu punt 4 (zzt)).
229. Afwijzend advies van Burgemeester en Wet
houders op het adres van het Bestuur dor afdoe-
ling Amersfoort van den Nederlandsehen Ambte
naars Bond in zake uitbetaling van 3 maanden
salaris aan de weduwe van li. Waardenburg
\Gedr. Verz. No. 73).
De heer Hofland: M. de V, aan het eind van
hun pr.r-advics zeggen B. it W., dat «bij de voorge
nomen herziening van de regeling tier salarissen en
arbeidsvoorwaarden met gevallen als deze rekening zal
worden gehouden*. Moet ik daaruit begrijpen, dat
B. W. eigenlijk van de veronderstelling uitgaan, dat
hetgeen de afdeeling Amersfoort van den Ambtenaars-
bond vraagt, geheel juist is? Dan zou ik willen vragen
waarom zijn B W. niet een stapje verder gegaan
cn hebben zij. als overgangsmaatregel, niet voorgesteld,
aan deze weduwe te geven betgeen voor haar werd
gevraagd Tot dusverre staan die bepalingen niet in
de arbeidsvoorwaarden men erkent nu echter de bil
lijkheid en rechtvaardigheid, maar cn passant heeft deze
weduwe niemendal. Ik weet wel, een beroep doen op
het hart van de leden van den Raad mag ik eigenlijk
niet, want wij hebben in de allereerste plaats voor te
staan het Gemeentebelang. Dat weten wij allen wel
in alle toonaarden is dat gezongen. Maar dat neemt
niet weg, dat al die goede voornemens de weduwe
niets helpen. Maar voor mij is de vraagals die
weduwe in de tegenwoordige benarde omstandigheden
er voor zit. als in het adres wordt voorgesteld en
dat is niet tegengesproken is er dan geen reden
voor B. W. en voor den Raad om, zonder dat hier
voor bepaalde voorschriften bestaan, te geven hetgeen
gevraagd wordt
Ik zou dus den Raad in overweging willen geven,
alsnog aan die weduwe 3 maanden salaris te doen
uitkeeren.
De heer Van Nijnatten: M. de V., ik wil
beginnen, mij volk .men aan te sluiten bij hetgeen door
mijn medelid Hofland is gezegd en zijn voorstel »m
aan de betrokken weduwe alsnog 3 maanden salaris
uit te betalen, steun ik ten volle. En dat te meer, M.
de V., omdat volgens de laatste clausule van hot
prto-ndvies van B. \V. dezen overtuigd zijn tiat
ligt ten minste in tie woorden opgesloten van de
billijkheid. En wanneer nu die herziening tier rege
ling var. liet salaris en tie arbeidsvoorwaarden was
ingegaan op 1 Januari int;, dan zou het, bij wijze
van spreken, vanzelf gesproken Lobben, dat zij het ge
kregen ban. Ik geloof ...ik, (lat de Ra.nl in deze
moot meegaan met het verzoek van het Bestuur der
afdeeling Amersfoort van den Ned. Ambtenaren Bond.
Du heer l.ein webe rM. de V., ik zou willen vragen
bestaat omtrent deze materie ook een bepaling voor de
ambtenaren? Ais een ambtenaar sterft, krijgt zijn vrouw
dan ook drie maanden salaris?
De Voorzitter: U bedoelt de werklieden
De heer l.ein we her: Neen, omtrent de amhte-
naren, want bier geidt In-: geval juist een arbeider.
Als een ambtenaar het wi I />.u krijgen en een werkman
niet, dan vino ik. dat et een groot verschil istusschen
een ambtenaar en een werkman.
Nu schrijft l'»Bii de voorgenomen herziening van
de regeling der salarissen en arbeidsvoorwaarden voor
de diverse werklieden, tiie mogelijk 1 Januari 10:8 lu
werkingzoukiü r.i i, treden, zal echter met gevallen als
in het adres bedoeld, rekening worden gehouden*.
Ja. M. deV., o.i.ir is die weduwe niet mee geholpen.
Doch dan .1 ik wilien hebben, dat, als dit voorstel
werd aangenomen, er terugwerkende kracht aan zou
wol 11 w sul. zoodv.t dïte '•luwe 3 maanden salaris
Stadig. Wed. Waardenburg.
zou krijgen. Natuurlijk is het beter, dat zij het dadelijk
kreeg na het overlijden van haar mandan zou zij er
iets mede kunnen beginnen. Als zij er een tijd op moet
wachten, heeft zij er niet zooveel meer aan. Maar ik
vind. dat er geen verschil gemaakt moet worden tus-
schen de ambtenaren en arbeiders. Dank U.
De Voorzitter: Ik krijg van den heer Hofland
het volgende voorstel
>De Raad besluite, aan de weduwe Waardenburg
alsnog een bedrag uit te keeren, gelijk aan drie maan
den salaris*.
Wordt het voorstel voldoende ondersteund?
De heeren Kroes, Houbaer, Van Nijnatten
en Lei n web er: Ja, M. de V.
De heer S t ad i gM. de V, ik voel in principe ook
alles vooreen regeling, waarbij aan de weduwe 3 maan
den salaris wordt uitgekeerd, in geval van overlijden
van den betrokken ambtenaar of werkman maar een
bezwaar lijkt het mij en daar mogen wij óok wel een
oopenblik mee rekenen om van de nu eenmaal bestaande
verordening af te wijken voor een enkel geval ten
bate van een bepaald persoon.
Doen wij dat nu voor dit geval, dan zal dat voort
aan wel steeds moeten gebeuren. Vroeger zijn er
echter ook wel gevallen van overlijden geweest, maar
dan hebben de betrokkenen niet gerequestreerd, doch
zich eenvoudig gehouden aan de bestaande bepalingen.
En nu lijkt het mij, dat wij tegenover die gevallen in
een eenigszins scheeve positie komen.
Gaarne zou ik daarom ook vernemen, of er veel van
die gevallen zijn, om te kunnen beoordeelen of inder
daad de onbillijkheid zoo groot is als ik mij voorstel.
Zonder meer, zal ik echter met 't voorstel Holland
niet meegaan en zal dus stemmen vóór 't voorstel van
B. W.
Do beer Hofland: M. de V.. ons medelid Stadig
is begonnen met te zeggen, dat er wordt afgeweken
van de bestaande verordening. Maar er bestaat juist
geen verordening op dat stuk en wij maken dus vol
strekt geen inbreuk op een bestaande verordeningdat
doen wij absoluut 11 i t. Wij zijn voornemens om de
arbeidsvoorwaarden voor de toekomst zóo te regelen,
dat een geval, als nu wordt besproken, geregeld z.al
zijnmaar op dit oogenblik bestaat er voor deze ma
terie nog geen regeling. Wij doen iets nieuws en nu
zou ik den beer Stadig dit willen vragenals wij nu
vroeger ten opzichte van de overleden ambtenaren en
werklieden een onbillijkheid, een onredelijkheid hebben
begaan, moeten wij daarom nu ook i:i dit geval het
salaris weigeren, niettegenstaande wij de billijkheid
van het verzoek inzien Neen, mijnheer Stadig
je valt me niet mee. (Gelach.) He. spijt mij. dat je nu
deze richting, waarvan je zelf erkent, dat zij billijk
is, niet invoert omdat gij wilt zijn een letterknecht van
de verordening en omdat gij vreest, dat meer derge
lijke gevallen in het niet al te verre verleden zijn
voorgekomen en waarvoor nu ook de zelfde vergoeding
zou worden verzocht. Maar ai was dat zoo, dan zou
ik nóg oogenblikkeiijk zeggenwij moeten daaraan
tegemoet komen; maar het spreekt vanzelf, dat we
ieder geval op zich zelf moeten beoordeelen, omdat de
omstandigheden, waarin die vrouwen kunnen verkeeren,
het niet zouden wettigen ten opzichte van haar de
zelfde maatregelen te nemen als ten opzichte van de
weduwe Waarbennurg.
Maar dit Staat vastde billijkheid van dezen maat
regel erkennende, mogen wij niet nalaten. b.-m uit te
voeren omdat hij niet in de verordening is vastgesteld.
Da Voorzitter: Mijnheer Hofland, op gevaar
af, dat ook liet College van B. W. u niei me. valt
moet ik toch zeggen, dat het ons verheugt, dat ook
ui: den Raad een stem is opgegaan om di: verzoek
niet in te willigen, omdat men zich dient te houden aan