De Strijd op den Balkan
Nederlandsch
Muziekgilde
in Oprichting
Bewaar Uw oude Materialen en
4
AMERSFOORTSCHE COURANT DINSDAG 8 APRIL 1941
Duitsch Witboek
(Vervolg van Frontpagina.)
GRIEKENLAND WELWILLEND
7. Een geheim, persoonlijk rapport
van den Franschen marine-attaché te
.■\yiene, luitenant ter zee le klasse,
cudste categorie, Pol Lahalle, aan den
admiraal van de vloot, opperbevelheb
ber der Fransche zeestrijdkrachten
van 5 October 1939: ,.nr. 22, betreft:
opvatting van de Grieksche regeering
over eventueele landing van Gealli
eerde troepen te Saloniki. In mijn
brief nr. eld van 22 September heb ik
er op gewezen, dat ondanks de welwil
lendheid van de Grieksche regeering.
tegenover ons het tegenwoordige sta
dium van de diplomatieke en militaire
situatie niet veroorlooft op haar toe
stemming tct openlijke voorbereiding
van een expeditie naar Saloniki te
rekenen. Deze opvatting wordt beves
tigd door het volstrekt toevallige on
derhoud. dat de onderstaatssecretaris
van Buitenlandsche Za\?n, de heer
Mavroudis, en onze gezant te Athene
over deze aangelegenheid hebben ge
had. In den loop van dit onderhoud,
dat stelselmatig noch officie/1 was.
verklaarde de heer Mavroudis den
heer Mougras. dat Griekenland, als
wij te zijner tijd een leger te Saloniki
wilden deen landen, zich hiertegen
niet alleen met zou verzetten, doch
zelfs zijn strijdkrachten bij de onze
zou voegen. ..ender voorwaarde, dat
door diplomatieke en militaire voor
bereiding het succes der operaties ge
waarborgd is". ..Tot deze voorwaarde",
zco presiceerde de heer Mavroudis,
..behoort de medewerking van Zui3-
Slavië, welks leger de voorhoede van
de expeditie zou moeten vormen". De
lieer Maugras heeft in een telegram
van 25 September aan zijn chef pver
de uitlatingen van den heer Mavroudis
verslag uitgebracht# Uit deze uitlatin
gen blijkt, welk standpunt de Griek
sche regeering zou innemen, indien
officieel bij haar geïnformeerd zou
worden".
Grieksche koopvaardijvloot
3. Rapport van den Franschen mari
ne-attaché te Athene (uittreksel) van
30 October 1939: „Een Grieksche ree
der deelt mede. dat de Grieksche pre
mier hem onlangs met al zijncollega's
tezamen bij zich heeft laten komen in
zijn werkkamer. De premier heeft hun
meegedeeld, dat de Engelschs regee
ring van hen heeft verlangd, dat zij de
helft van de Grieksche koopvaardij
vloot ter beschikking van Groot-Brit-
tannië stellen. Hij heeft hieraan toe
gevoegd, dat hij in r.aam van de
Grieksche regeering heeft geantwoord,
dat zij niet zonder in conflict met haar
neutraliteit te geraken en zich aan
gerechtvaardigde verwijten blcot te
stellen, een deel van de particuliere
Grieksche koopvaardijvloot ten bate
van het oorlogvoerend land ken re-
quïreeren maar hij heeft niettemin de
aanwezige reeders aanbevolen zich
voorzoover zij slechts eenigszins kon
den en cp streng persoonlijke wijze in
dienst van Engeland te stellen".
9. Brief van generaal Gamelin aan
den Franschen. premier: ..Geheim nr.
26 - ca. b.'d-n. Groot Hoofdkwartier,
27 November 1939. In telegram nr.
9.177 van 23 November 1939. waarvan
u een ecpy ontvangen heeft, rappor
teert cr.ze militaire attaché te Belgra
do over den wensch van den prins
regent en den Zuid-Slavischen gene-
raler. staf het contact met onzen mili
tairen vertegenwoordiger nauwer te
maken. Hij rapporteert tevens het
verzoek van den. minister van. Oorlog
een Zuid-Slavische militaire miss:e
naar Frankrijk te mogen zenden, Wat
het eerste punt betreft, ik heb in over
leg met den heer Brugere, die in deza
aangelegenheid uw prir.cipieele toe
stemming bezat, de eer u te verwitti
gen van het feit, dat ik in mijn eigm
naam een officier van mijn generalen
staf naar Belgrado zend om het noo
dig? contact vcor de vestiging van
nauwer betrekkingen met het Servi
sche opperbevel te zoeken. Wat de uit
zending' van een Zuid-Slavische missie
betreft, ben ik van opvatting, dat zij
slechts van voordeel kan zijn en onder
voorbehoud, dat u mijn opvatting
deelt, zal ik onzen militairen attaché
laten zeggen, dat wij de uitzending
van deze missie naar Frankrijk aan
vaarden".
GrickscliNieuw-Zcelandsch
Incident
Volgens berichten uit Griekenland
reuden in den Macedonischen ge
vecht ssector ais gevolg van misver
standen betreurenswaardige inciden
ten tusschen Nieuw-Zeelandsche en
Grieksche troepenformaties voorgeval
len zijn. Op Grieksche eenheden, die
in het Strcemadal een omtrekkende
beweging uitvoerden, zou door Nieuw-
Zeelandsche troepen het vuur ge-
opend zijn .daar men meende, dat de
Grieken, zonder strijd wilden wijken.
Daarbij zouden dc Grieken meer dan
40 dooden en tal van gekwetsten heb
ben gehad. Door den Griekschen sec-
tercommandant is toen geëïscht, dat de
Nieuw-Zeelandsche contingenten ter
stond uit den strijd genomen werden,
daar anders voor nieuwe botsingen mét
de verbitterde Grieksche soldaten ge
vreesd zou moeten worden.
Briltcn boven N.-Duitschland
EEXIGE BRANDEN'
In den afgeroepen nacht zijn Brit
sche vliegtuigen, naar het. D.N.B. ver
neemt, liet Ncord-Duitsche kustge
bied binnengevlogen. De in een vrij
greote stad door neergeworpen bom-
_men cntstar.e branden konden snel
gebluscht worden. Militaire of mili
tair-economische schade werd niet
veroorzaakt.
LEIDER DER SLOVENES
OMGEKOMEN
De Kroatische vrijheidszender der
Oetasja meldt, dat de leider der Slo-
venen, dr. Kulowetsj, door Serven ver
moord is. Tegenover de Servische en
de Sloveensche bevolking wordt even
wel beweerd, dat Kulowetsj gesneu
veld is.
ENGELSCHE GEZANT VERTREKT
Uit Hongarije
De Londensche nieuwsdienst meldt,
dat de Britsche regeering besloten
heeft, haar diplomatieke vertegen
woordiger uit Hongarije terug te trek
ken.
Stelselmatige Aanval
in Zuid-Oosten
Vliegvelden succesvol
gebombardeerd
Duitsch \Feermachtbericht
7 April
Het opperbevel van de Dultsche
weermacht maakt bekend:
Aan het Zuid-Oostelijk front gasit
de aanval onder hardnekkige gevech
ten stelselmatig voort. Sterke afdee-
lingen van he~t luchtwapen onder
steunden het oprukken van het leger
door verkenningen, aanvallen op co
lonnes, stellingen en verkeersmidde
len van den vijand. Zooals reeds ge
meld, werden de vestingwerken en
andere voor den oorlog belangrijke
doelen in Belgrado overdag herhaal
delijk door sterke formaties Duitsche
gevechtsvliegers met vernietigende
uitwerking aangevallen. Vooral het
Centraal-station van Belgrado en een
pontonbrug over den Donau, ten Oos
ten van Belgrado, alsmede eenige
transporttreinen kregen zware tref
fers. Talrijke groote branden wezen
nog tijdens den nacht aan de Duit
sche gevechtsvliegtuigen den weg
voor een vierden aanval op de ves
ting Belgrado. Bovendien werden
vliegvelden in Midden- en Zuid-Zuid-
Slavië met groot succes gebombar
deerd en met boordwapens bescho
ten. Hierbij gelukte het talrijke vlieg
tuigen op den grond te vernielen. Een
gioot aantal vijandelijke vliegtuigen
werd tijdens luchtgevechten neerge
schoten.
In Lybië
In Lybië wierpen snelle Duitsche en
Italïaansche af deelingen öe vijande
lijke achterhoede ten Noord-Oosten
en Zuid-Oosten van Benghasl terug
en sloegen met succes een tegenactie
van vijandelijke pantserwagens af.
Een groote buit aan gevangenen, wa
pens en auto's viel in Duitsche han
den.
In het zeegebied rondom Engeland
bracht het luchtwapen gisteren 4
koopvaardijschepen mst een totalen
inhoud van 16000 ton tot zinken. Twee
andere groote koopvaardijschepen,
waaronder een tankschip werden
zwaar beschadigd.
In den nacht van 6 op 7 April
plaatsten gevechtsvliegtuigen treffers
op 3 koopvaardijschepen van middel
bare grootte. Verder werden doeltref
fende aanvallen ondernomen op ha
veninstallaties aan de Oostkust van
het Britsche eiland.
Aanval op convooi
Op 4 April gelukte het in het Bris-
tcl-kanaai, ten Zuid-Oosten van
Pembroke een bijzonder succesvollen
aanval van zeer geringe hoogte te
doen op een convooi. Drie koopvaar
dijschepen met een gezamenlijken in
houd van 22000 ton werden zoo zwaar
beschadigd, dat aangenomen kan
worden, dat zij verloren zijn gegaan.
Een ander koopvaardijschip werd
zwaar beschadigd. Het luchtwapen
heeft zoodoende in de periode van
4 tot 7 April des ochtends vroeg in
totaal 13 schepen met rond 52000
ton vernield en bracht nog aan 14
andere koopvaardijschepen zware be
schadigingen toe.
De actie der vijandelijke vliegers
was zeer gering. In het Zuid-Oosten
drongen eenige vijandelijke vliegtui
gen boven Zuid-Stiermarken door en
wierpen hier en daar bommen neer.
Noemenswaardige schade werd niet
aangericht.
In het Westen
In het Westen bleef ce actie van
het Britsche luchtwapen overdag en
des nachts beperkt tot vluchten naar
de kusten van Noord-West-Duitsch-
land en Frankrijk. Drie vijandelijke
vliegtuigen werden hier door jagers, 2
door de luchtdoelartillerie, en een
door patrouillevaartuigen neerge
schoten.
In het Zuid-Oosten werden, volgens
de tot dusver ontvangen berichten
35 vliegtuigen in luchtgevechten neer
geschoten, 54 vliegtuigen op den
grond vernield en 9 andere op den
grond zwaar beschadigd.
Zeven eigen vliegtuigen gingen
verloren.
Vier nieuwe luclitdistricten
IN DE VER. STATEN
Het Amerikaansche ministerie van
Oorlog heeft bekend gemaakt, dat
het op grond van de in Engeland
\ergaarde militaire ervaring, in de
Ver. Staten 4 nieuwe luclitdistricten
heeft ingesteld. De hoofdkwartieren
aer districten bevinden zich in Mit-
chelficld in den staat New York, in
Tampa in Florida, in Riverside in Ca-
lifornië en in fert George Wright in
den staat Washington.
HET DUITSCHE
LUCHTWAPEN
Beschouwing van
generaal-veldmaarschalk
Milch
STERKER DAN OOIT
In een beschouwing over de
kracht van het Duitsche luchtwa
pen, schrijft generaal-veldmaar-
Milch, dat het Duitsche luchtwa
pen grooter en sterker dan ooit
voor den eindstrijd tegen Enge
land gereed staat.
Deze belangrijke verklaring van een
der meest bevoegde personen van het
Duitsche luchtwapen is aldus het
A.N.P. gebaseerd op de concrete
resultaten van een verstandig over
leg, dat alle voor de Duitsche superio
riteit in de lucht beslissende factoren
voortdurend wist te beschermen en te
verbeteren, t.w.:
1. Gestegen productiecapaciteit:
De schrijver begint met er op te wij
zen, dat de afvoer aan vliegtuigen
door verlies, beschadigd of slijtage in
alle gevechtshandelingen tot dusver
steeds aanzienlijk geringer is geweest
aan de aanvoer van nieuwe machines.
Aan de uitbreiding van de Duitsche
luchtvaartindustrie is sinds het uit
breken van den oorlog met de grootste
energie gewerkt. Niet alleen zijn nieu
we fabrieken opgericht, ook de produc
tiecijfers der bestaande bedrijven zijn
door verbetering der productiemetho
den aanzienlijk gestegen. De vervaar
diging van nieuwe vliegtuigen is
dientengevolge aanzienlijk hooger
dan een jaar geleden, en kan boven
dien nog verder worden opgeveerd.
Z. Uitgebreide personccl-
reserves.
Zeer gunstig beoordeelt generaal-
veldmaarschalk Milch ook de kwestie
der vervanging van het personeel. Al
wegen de verliezen aan leden der be
manning zwaarder en smartelijker dan
die aan machines, tcch hebben de ver
liezen niet dien omvang aangenomen,
welken men wellicht gevreesd heeft.
Ook hier is de aanvoer steeds aanzien
lijk grooter geweest dan de afvoer.
Reeds in vredestijd heeft het Duit
sche luchtwapen voor een zeer uitge
breide reserve aan personeel gezorgd
en tevens voor oorlogstijd alle maat
regelen genomen om de opleiding van
vliegend personeel sterk uit te brei
den. In het Groot-Duitsche Rijk zijn
altijd voldoende jongelieden te vinden,
die ook tegen de zwaarste vliegertaak
zijn opgewassen. Het beginsel der vrij
willige monstering voor het luchtwa
pen. behoefde daarom nooit verlaten
te worden.
3. Geveehlservaring en
technische uitrusting
Het feit. dat het Duitsche lucht
wapen in den oorlog achter elkaar
onderscheidene en steeds sterkere te
genstanders aantrof, heeft het de
;unstigste gelegenheid gegeven, zijn
tactiek voortdurend te verbeteren. Da
slagvaardigheid van de troepen heeft
daardoor een hooger peil bereikt dan
bij het begin van den oorlog. Boven
dien heeft het luchtwapen inmiddels
de beschikking gekregen over een
reeks nieuwe en steeds betere vlieg
tuigtypes. welke de technische supe
rioriteit nog verhoogen.
4. Het strategische voordeel
van Duitscliland:
Tenslotte wijst generaal Milch er
nog op, dat het Duitsche luchtwapen
thans in den strijd tegen Engeland
over de luchthavens van bijna het ge-
heele continent beschikt en met zijn
uitgangspunten vlak bij den vijand
ligt. Eik gevechtsvliegtuig kan daar
om practisch naar elk doel een ma
ximum aan bommen meenemen. Ook
dat beteekent een verhooging der ge
vechtskracht van het Duitsche lucht
wapen en geeft het naast alle andere
factoren van zijn superioriteit, de ze
kerheid van de overwinning.
Binnenland
BEVOLKING VAN
ADDIS ABEBA
GESPAARD
De gisteren in het Italïaansche le-
gerbericht gepubliceerde ontruiming
van Addis Abeba is, naar van toonaan
gevende zijde tc Rome wordt verklaard,
in de eerste plaats geschied om de
veiligheid der burgerbevolking te
waarborgen. In Addis Abeba bevindt
:ich n.l. het grootste gedeelte van de
Italiaansche bevolking van het gehee-
le Oost-Afrikaansche koloniale rijk,
met inbegrip van Erithrea en Somali-
land. In Addis Abeba zijn Italiaanscne
politietroepen achtergebleven, die de
bescherming der burgerbevolking op
zich genomen hebben. Over den tegen-
woordigen toestand in Addis Abeba
zijn te Rome slechts radioberichten
ontvangen, die echter melden, dat het
bij de bezetting der stad niet tot in
cidenten is gekomen. Onder de bur
gerbevolking zijn geen slachtoffers ge
vallen. De tegenstand van de Italiaan
sche troepen duurt ook na de bezet
ting van Addis Abeba voort. Een nieu
we verdedigingslinie is opgeworpen.
ANTI-OORLOGSBETOOGING
Bij Witte Huis
Verscheidene honderden leden van
de Amerikaansche anti-oorlogsorga
nisatie American Peace Mobilization
hebben een optocht gehouden voor
het Witte Huis te Washington. De
betoogers droegen borden mee, waar
op in leuzen het behoud van den
vrede voor de V.S. werd geëïscht.
Dr. Goedewaagen ontvangt
T oonkunstenaars
PUBLIEK MOET WEER NAAR DE
CONCERTZALEN
Gistermiddag is op het Depar
tement van Volksvoorlichting en
Kunsten op uitnoodiglng van
den secretaris-generaai een groot
aantal musici samengekomen,
waarbij de plannen, welke de
overheid ten aanzien van het
muziekleven koestert, werden
uiteengezet. Onder de vele aan
wezigen, die door het hoofd van
de afdeeling muziek, den heer
J. Goverts in een der zalen van
het departement werden begroet,
merkten wij o.xn. op prof. dr.
Willem Mengelberg. Henk Ba-
dings, dr. Rudolf Mengelberg,
Fockema Andreae, v. d. Sigten-
horst Meijer, Anton v. d. Horst,
Otto Glastra van Loon, Frits
Schuurman, Laurens Bogtman,
Anton Verhey, mr. Harm Smcdes,
George Stam, jhr. mr dr. E. van
Berensteijn, Herman Rutters en
vele andere vooraanstaande Ne-
derlandsche toonkunstenaars. Van
den Nederlandschen Kuituurkring
was aanwezig prof. Snijder.
De secretaris-generaal dr. Goede-
w a a g e n hield een korte rede. Aller
eerst maakte spr. eenige algemeene
opmerkingen.
De muziek volgt een anderen weg
dan de beeldende kunsten en de
litteratuur, maar toch is de muziek
het orgaan der volksgemeenschap.
Zij is als muziekbeoefeningscultuur
zelfs volkscher dan welke andere
kunst ook.
Tenslotte legde de secretaris-gene
raal het verband tusschcn muziek en
staat. Van overheidswege zal leiding
gegeven worden aan de muziekcul
tuur. Deze leiding zal direct en in
direct zijn. Direct door staatsbe
moeiing en indirect door de gilden,
dcor de samenbundeling van alle
musici in één verband.
REDE J. G. GOVERTS
Vervolgens sprak de heer J. G.
Goverts over: muziekgilde en over
heidsbemoeiing met muziek.
De heer Goverts wees er na een
historische inleiding op. dat na de
Fransche revolutie de macht van de
gilden w:as gebroken en er geen an
dere macht voor in de plaats kwam.
Niemand waakte moer over de zui
verheid en de eer van het beroep.
Om leiding van den staat is al lang
gevraagd. Bonden en vereenigingen
hebben gepoogd zelf leiding te geven,
en als zij aan de grens van hun
macht waren gekomen, hebben zij
getracht van de start leiding af te
bedelen. Op onderdeelen lukte het
wel eens, doch als geheel was het
resultaat poover.
De oude materialistisch-democra-
tische staat had zich afgewend van
den kunstenaar. Nu zal de ideeën-
staat, dis op nieuwe grondbeginselen
wordt opgebouwd, zich met hem gaan
bezighouden, en wel als uitvloeisel
van die beginselen. Het is als een
symbool te beschouwer., dat dit
nieuwe departement, dat een licht
wil zijn voor ons heele volk, dat ons
volk wil voor-lichten, de kunsten als
een der voornaamste middelen tot
voorlichting, tot opvoeding tot be
schaving beschouwt.
Dit departement zal alle kunste
naars samenbrengen in één groot
lichaam. De toonkunstenaars zullen
daarin het muziekgilde vormen, de
tconeelkunstenaars hst tooneelgilde,
enzoovoorts, en elk dezer gilden zal
zich zelf besturen. Elke kunstenaar
heeft het recht en de plicht tot zijn
gilde te behooren, wanneer hij aan
zekere normen van bekwaamheid en
betrouwbaarheid voldoet.
VERBETERING
MAATSCHAPPELIJKE POSITIE
Het is een eerste noodzaak, dat een
der ergste schandvlekken van de
achter ons liggende jaren, de honger
loonen van honderden orkestleden,
spoedig wordt weggenomen. Thans is
het volgende plan gereed: De orkes
ten zullen in drie opklimmende salaris
klassen worden verdeeld, al naar hun
belangrijkheid voor stad of streek.
Voor elke klasse en voor eiken speler
zijn minimumtarieven vastgesteld,
die zullen mosten worden toegepast,
zoodra het muziekgilde cn de reges-
ring daaraan hun fiat hebben gege
ven. Het systeem van belaoning naar
dienstjaren zal worden vervangen
dcor belooning naar prestatie, door
gedifferentieerde opklimming van
lessenaar tot lessenaar. Verder zal
ook de bezetting aan een minimum
gebonden zijn, n.l. 56 spelers voor de
3e klasse (inplaats van de huidige
ca. 45), 66 voor klasse 2 (inplaats van
GO '65)79 voor klasse 1. Hierdoor
krijgt elk orkest een goed strijkers-
ensemble en het is in staat alle wer
ken, vooral der moderne literatuur uit
te voeren zonder wanverhouding in
de groepen.
Voor tientallen zal de nieuwe rege
ling meer dan een verdubbeling,
soms zelfs het drievoud van hun
salaris beteekenen.
Ook een redelijke pensioenregeling
zal tot stand komen.
Een dergelijke ingrijpende maat
regel kost geld. Neemt men de hui
dige omstandigheden eens even als
basis, dan zou de overheid ongeveer
een millioen gulden subsidie moeten
geven. Dit is echter de bedoeling
niet. Een ingrijpende hervorming van
het orkestwezen, een centralisatie
van beleid, een uitwisseling van or
kesten en dirigenten, een uitbreiding
van de speelmogelijkheden in de
provincie, en vooral eer. geleide orga
nisatie van het publiek, dat den weg
naar den concertzaal moet leeren
vinden, zullen een totaal anderen
toestand op dit gebied scheppen. Ook
de zich thans in reorganisatie bevin
dende Nedcrlandsche omroep zal de
orkesten veel meer dan tot nog toe
ir. de programma's betrekken.
OPHEFFING WERKLOOSHEID
Het muziekgilde heeft voorts tot
taak de werkloosheid onder de musici
op te heffen. Dit moet geschieden:
ai door beroepsbescherming en ar-
heidsverbod voor onbevoegden, door
tarief verordeningen, door sanecring
van de zgn. „muziekscholen"; b) door
invoering van muziekonderrlcht op
de lagere en middelbare Scholen,
waardoor na. herscholing vele musici
tewerkgesteld kunnen worden; c)
door de uitbreiding van de volks-
muziekscholen en de mogelijkheid
om onbemiddelde talenten dezelfde
kansen te geven als de beter gesitu
eerden.
Met betrekking tot drf amusements
musici, zeide de heer Goverts ten
slotte, dat deze weer in de groote
familie der musici zuilen worden op
genomen, inplaats van ze verder te
laten wegzinken in het moeras van
smaakbedervende wancultuur.
Oproep aan de Huisvrouwen
Oprichting van Ophaal
diensten
Af, I f-ff-^ van onschatbare waarde voor
ATVaiStOTTen de nederlandsche industrie
DOELMATIGE en INTENSIEVE INZAMELING
wijdert en de vulcanisatie teniet doet.
De aldus verkregen geregenereerde
rubber heeft wel niet de eigenschap
pen van nieuwe rubber, doch kan zeer
goed mot deze vermengd worden. De
rijwielbanden, die nu worden geleverd,
bestaan voor een groot deel uit gere
genereerde rubber.
Me taalaf vallen
De metaalindustrie, vooral de ijzer
en staalindustrie, heeft steeds een
zeer belangrijk deel van liaar grond
stoffen gehaald uit oude materialen
en afval.
Hiermede zijn slechts eenige van
de voornaamste afvalstoffen ge
noemd, die weer naar de nijverheid
terug gaan. Er zijn cr nog veel meer:
giasgruis, dat, nu de glasfabrieken
geen soda kunnen krijgen, voor de
glasfabricage van groote beteekenis
wordt. Al wat vervaardigd is uit hui
den. leder, celluloid, hoorn, been,
kurk, dierlijk haar, borstels, veeren,
dïtt alles kan weer op een. cf andere
wijze tot nieuwe producten verwerkt
worden en naarmate de huidige om
standigheden langer duren zal deze
lijst nog wel langer worden.
VERDER GAANDE MAATREGELEN
Met het oog op deze groote be-
teekenis van de afvalstoffen kon
het natuurlijk niet blijven bij de
uitvaardiging van het vernieti
gingsverbod alleen.' Er moet niet
alleen gezorgd worden, dat de
afvalstoffen niet verloren gaan,
van nog grooter belang is te zor
gen, dat alles wat de industrie
als grondstof kan dienen, haar
zoo snel mogelijk in bruikbaren
toestand bereikt.
ORGANISATIE VAN DEN HANDEL
Daarvoor was een doelmatige orga>.
nisatie \tn den handel nooaig. Hoe
zeer aie ncodJg was, is wei duidelijk
gebleken in de eersie maanden na de
al kondiging van het vernienngs ver
bod, overal hoorde men de kiacht:
nu bewaren wij van alles, maar wij
bujven er mee zitten. waar blijft
nu ae „erkende vakhandel", aan wien
wij het moeten afleveren?
Toen de overheid in den zomer van
hst vorige jaar begon met de voorbe
reiding aer maatregelen voor net be
nutten van de groote grondstoffen-
reserve, die in de oude materialen en
afvalstoffen gelegen is, heeft zij een
enquête doen instellen om gegevens
te verzamelen over den bescaanden
handel. Deze gegevens zijn ter be
schikking gesteid van het tezelfder
tijd opgerichte Rijksbureau voor
Oude Materialen en Afvalstoffen.
Het is duidelijk, dat de geheelc zaak
staat en valt met een doelmatige en
intensieve inzameling, het is echter
evenzeer duidelijk, dab het Rijksbu-
ïeau, voor het de organisatie van die
inzameling ter hand kon. nemen, zich
^erst moest bezig hcucien met het
geven van de noodigc voorschriften
t-ii met net scheppen van een deug-
ueiij'Ken bovenbouw, die tot taak zou
heboen het ingezamelde in bruikbaren
staat aan ae nijverheid door te ge
ven. Het neen daarom eerst in hoofd
zaak moeten zorgen voor de organi
satie van uen tusscnen- en groot-
iiandei, aie net aoor ae inzamelaars,
ae z.g. leuraers, mjeengeorachie en
siechus zeer voorloopig gesorteerde
materiaal veraer moe uen sorteeren
en transporteeren.
Eerst toen de bovenbouw in hoofd
zaak gereed was, kon ae organisatie
van ue inzameling mei, kracht ter
iiand genomen worden en ait ge-
scniedt mans door ae oprichting van
„cpnaalcuenscen".
in de steaen met een aantal inwo
ners boven 20.000 zat nu een wijk-
veraeehng voor de inzamelaars wor
den ingevoerd door het Rijksbureau
m overieg cn in samenwerking met
de directeuren der plaatselijke rei
nigingsdiensten. Iedere „leurder" ujJ
een bepaalde wijk toegewezen krijgen
en zal dan ook verplicht zijn die
wijk regelmatig en intensief, zoo mo-
eeiijk iedere week, te bewerken en
huis aan huis te vragen, of cr iets
mee te geven is.
Het komt eenter niet alleen aan op
een goed apparaat, maar ook op de
medewerking van net publiek. Op
ieder rust ae plicht er toe mede te
werken, dat de industrie de zoo
noodige grondstoifen krijgt.
Vooral diegenen onder de huis
vrouwen, die de zeer loffelijke zuinig
heid wei wat al te ver drijven dcor
allerlei dingen, die zij zeker nimmer
meer zullen gebruiken, toch maar
op zolder of in een kast ol' schuur te
uewiaren, zullen goed doen, de berg
plaatsen eens door te kijken en weg
te doen, wat daarvoor m aanmerking
komt.
Het geldt hier indcidaad een le
vensbelang voor ons geheele volk,
v/aartoe ieder kan bijdragen.
DE WAARDE VAN ATV AL
De directeur van het Rijksbureau
voor Oude Materialen en Afvalstoffen
heeft een uiteenzetting gegeven,
waaraan het volgende is ontleend:
In October van het vorige jaar werd
een verniet:,jingsverbod afgekondigd
voor oude materialen en afvalstoffen.
Daardoor werd het aan een ieder ver
boden al datgene, wat onder oude ma
terialen en afvalstoffen verstaan
wordt, te" vernietigen, weg te werpen
of zoodanig to bewaren, dat dc waar
de als grondstof voor industrieele be
werking vermindert of te niet gaat.
Onder oude materialen en afval
stoffen worden verstaan: „alle geheel
of ten deele uit metaal, papier, car
ton. linnen, katoen, jute, wol, zijde,
kunstzijde of andere vezelstoffen, hui
den, vellen, leder, glas, rubber van
elke soort, minerale oliën, celluloid,
hoorn, been, kurk, dierlijk haar, bor
stels of veeren bestaande stoffen ot
voorwerpen, welke niet meer over
eenkomstig hun oorspronkelijke be
stemming "worden gebruikt". Dit alles
valt onder het vernietigingsverbad.
Last voor de buisvrouw
Dit verbod heeft vooral aan de
huisvrouwen nogal wat last veroor
zaakt. En de vraag, of al die last nu
wel noodig was, is dan ook door veie
huisvrouwen gesteld en besproken. Op
die vraag moet geantwoord worden,
dat het inderdaad zeer dringend noo
dig was. En wel omdat dis oude mate
rialen en afvalstoffen van onschat
bare waarde zijn voor de Nederland
sche industrie. Deze heeft, om aan
den gang te kunnen blijven, grond
stoffen noodig en voor een belangrijk
deel moeten die in de huidige om-
andigheden komen uit de oude ma
terialen en afvalstoffen.
Ongeveer de helft van dc hoeveel
heid grondstoffen, die onze industrie
gebruikt, werd vroeger uit hst buiten
land aangevoerd. Over 193C b.v. voor
een bedrag van f 459.099.COO.Nu de
aanvosr uit het buitenland grooten-
deeis is stopgezet, moet zooveel mo
gelijk wat de nijverheid noodig heeft
uit het binnenland worden gehaald.
Vandaar de buitengewone beteekenis,
die de oude materialen en afvalstof
fen thans bezitten. Voorzoover de ver
vaardiging van nieuwe producten bet
gebruik noodzakelijk maakt van
grondstoffen van buitenlandsche her
komst, die niet meer voorradig zijn en
niet meer worden ingevoerd, is men
bij uitsluiting aangewezen op datgene
wat bij de consumptie aan reeds een
maal gebruikt materiaal of afval vrij
komt.
Enkele voorbeelden mogen de groo
te waarde der oude materialen en af
valstoffen voor de nijverheid in het
licht stellen.
Oud papier
Het gebruik van lompen voor de
papierfabricage is bekend. Het. is de
laatste jaren afgenomen, doordat de
lompen voor dit doel voor het grootst»
gedeelte vervangen worden door oud
papier. Volgens de cijfers over 1938
werden in dat jaar door onzs papier
industrie 53.C00 ton oud papier ver
werkt. tegen ruim 80.0C0 ton houtslijp
en cellulose.
In de huidige omstandigheden neemt
het percentage oud papier, dat in de
papierfabricage gebruikt wordt, toe,
soodat naar schatting ongeveer de
helft van de hoeveelheid grondstof
fen. waaruit nieuw papier gemaakt
wordt, uit oud papier bestaat.
Tcxtiel-afvallcn
Niet minder dan voor de papier
industrie zijn de afvalstoffen van be
lang voor de textiel-nijverhcid. De
wolverwerkende industrie moet- thans
voor een groot deel, in plaats van
ruwe wol, kunstwol als grondstof ge
bruiken. „Kunstwol" is geen nage
maakte wol. zooals men wellicht zou
denken, doch het is wol, die verkre
gen wordt uit afvallen van wollen
stoffen, tricot en confectie, dus echte
wol, die al eens gebruikt en uit lom
pen gehaald, opnieuw voor verwerking
geschikt wordt gemaakt.
Hetzelfde gebeurt met katoen: ook
afvallen van katoen worden weer zoo
danig bewerkt, dat zij opnieuw ge
bruikt kunnen worden voor dc ver
vaardiging van katoenen garens en
weefsels. En het spreekt vanzelf, dat.
hoe langer de huidige omstandig
heden duren, des te grooter het aan
deel wordt, c'.at de afvalstoffen moe
ten leveren voor de vervaardiging van
nieuwe producten.
Rubberafvallen
Uit rubberafvallen wordt op groote
schaal de rubber teruggewonnen door
een regeneratieproces, dat de stoffen
waarmee de rubber vermengd is, ver-