Het naiionaal-socialisme zal overwinnen! Duitschland strijdt voor de veil igheid van Europa Haupdienstleiter Schmidt over de geschiedenis der nat. soc. beweging Nederlanders strijden tegen hetbolsjewisme AMERSFOORTSCHE COURANT MAANDAG24 AUGUSTUS 1942 3 Belangwekkende rede van Hauptdienstleiter Dr. Schmidt Districtsleider de Ruiter had reeds gewezen op de achting en'de liefde, dit de beide sprekers in nationaal-socialistisch: kringen hebben verworven en het was of het publiek in de zaal dit nadrukkelijk wilde onderstrepen. Want het applaus waarmede Van Geelkerken en later ook Hauptdienstleiter Schmidt werd begroet bij zijn verschijnen, liet aan hartelijkheid niets te wenschen over Eki door hun woerden brachten beide sprèkers ook hun publiek in geest drift. Zij zeiden ernstige dingen op een duidelijke wijze. Hun taal was klaar en men begreep dat men hier tegenover mannen stond, die het niet begonnen is om mooie woorden, maar om harde werkelijkheid. Men begreep, dat hier ge sproken werd in het belang van de Nederlanders, dat hier was afgedaan met oude begrippen en dat slechts het vooruitzien in den nieuwen tijd de redding zou kunnen brengen. -Dat was het wat van Geelkerken en Hauptdienstleiter Schmidt den menschen duidelijk maakten. Strijd voor een ideaal, die gestreden moet worden en die geen oogenblik verslappen mag, ook al zijn er dan moei lijkheden. Ernst, bloedige ernst, in dien strijd, die tot het bitter einde gevoch ten zal worden en die niet gestoord kan worden door elementen, die luisteren naar de misdadige influisteringen van hen, die op een veiligen afstand zitten en zelf geen gevaar loopen. Want Duitschland vecht voor Europa, dus ook voor ons. En wanneer wij dit niet begrijpen, zullen wij aan den lijve ondervinden, hoe ernstig en hard de strijd is. Een stampvol Concertgebouw te Amsterdam, waar Dujtsche en Nederlandsche Nationaal-Soaialisten broe derlijk vereenigd waren, heeft Zaterdagavond in diepe spanning geluisterd naar de pakkende redevoeringen van Hauptdienstleiter Schmidt en den plaatsvervanger van den leider der N.S.B., C. van Geelkerken. Geen plaats was er onbezet in de groote zaal en op het podium en op de bal cons hadden velen zich zelfs tevreden gestold met een staanplaatsje. Men wilde de nationaal-socialistische voormannen, die op deze gemeenschappelijke bijeenkomst den Nederlanders en Duitschers ernstige dingen te zeggen hadden, hooren en men liet niet na uiting te geven aan zijn intense belangstelling voor het gesprokene. Men kent de stijlvolle wijze, waarop de nationaal-socialistische vergaderingen worden ingericht, maar steeds weer is men opnieuw verrast door de variatie, die men-weet te brengen in de aankleeding der zaal en in de smaakvolle, sobere versiering. Ook nu weer werd men getroffen door den stijl en de orde en tegelijk door de feestelijkheid van deze bijeenkomst. Prachtig was het podium versierd met strak gespannen Duitsche en Neder landsche nationaal-socialistische vlaggen. Tegen wit fond zag men een gouden hakenkruis. Roode en witte bloe men en frisch groen zoomden het podium af, waar geüniformeerde leden der jeugdbewegingen hadden plaats ge vonden. Buiten stond een eerewacht van Duitsche en Nederlandsche nationaal-socialisten opgesteld, die na de aankomst der autoriteiten het Concertgebouw binnenmarcheerde en met de vlaggen een vaandel wacht vormde achter het spreekgestoelte. Met enkele korte woorden opende de gemachtigde van den leider der N.S.B.. districtsleider J. W. de Ruiter, de bijeenkomst, waarna hij het woord gaf aan den heer Van Geelkerken. Op 1 September 1939 verklaarde de Führer in de Rijksdagzitting, dat hy thans het bevel gegeven had om terug te schieten. Duitsche legers zouden nu de bescherming der Duitsche volks- genooten zelf ter hand nemen. Nu alle pogingen van den Führer mislukt wa ren, moesten dt- kanonnen spreken. De Führer trok zelf het veldgrijs aan, dat hij vier en een half jaar lang als een voudig musketier en Gefreiter in den wereldoorlog gedragen had en ver klaarde aan het Duitsche volk en de wereld, dat hy het veldgrijs pas dan zou uittrekken, wanneer Europa definitief tot rust zou zijn gekomen. De Arische menschen beschermd zouden zijn en de absolute overwinning zou gehecht zijn aan de Duitsche vaandels. Nadat aldus, zoo vervolgde Haupt dienstleiter Schmidt, Duitschland in de zen geweldigen strijd op leven en dood getreden was. moesten Polen en de we reld ondervinden, dat de trefkracht van de Duitsche weermacht zoo geweldig was. dat dit tot de tanden gewapende Polen in achttien dagen werd vernie tigd. Door afspraken met de Sovjet-Unie had de Führer in Augustus 1939 gepro beerd tot een vergelijk met de Sovjets te komen. Na het marxisme als eersten vijand in eigen - land te hebben leeren kennen en te hebben vernietigd, was zulks voor alle nationaal-socialisten vol doende rede om het bolsjewisme slechts in zooverre te vertrouwen als het voor ons stond. Aan den Westwal hielden Duitsche soldaten trouw de wacht; aanvallen van de vereenigde strijdkrachten werden af geslagen. Slechts heel kleine successen konden in de bocht bij Saarbrücken be haald worden. De Engelschen zongen hun mooie lied: „Wij hangen onzewasch op aan de Siegfried-linie", dat inmid dels volkomen verstomd is, terwijl er op Het oogenblik nog wel nauwelijks iemand in Engeland te vinden zal zijn, die dit lied zal zingen. Het lied even wel, dat dienzelfden tijd in Duitschland gezongen werd, klinkt thans nog over de zenders en verkondigt de macht van de Duitsche marine. Het was een aan sporing voor de Duitsche zeelieden, die dit lied „Wir fahren gegen England" zongen. In dien tijd van den Duitschen afweer begon reeds precies zooals op dit oogen blik het gepraat over uitbreiding der fronten. Overal wezen Fransche en En gelsche staatslieden op deze noodzake lijkheid. Churchill had inmiddels als premier in Londen de zaken overgeno men. De Führer echter was de Engel- sche actie in Noorwegen twee uren voor. De Engelsche landingstroepen uit de lucht werden reeds door de luchtmacht en de marine verslagen en binnen en kele dagen werden de laatste resten van den vijand uit het gebied van Noorwe gen weggevaagd. DE DUITSCHE BEZETTING IN NEDERLAND. Zoo kwam ook de 10e Mei, waarop de Westelijke legers overgingen tot den aanval en de vernietiging van de En- gelsch-Fransche strijdkrachten. Dat ook bij deze operaties Nederland niet ver schoond kon blijven, spreekt thans voor ieder nuchterdenkend mensch vanzelf. Als dientengevolge Duitsche en Neder landsche soldaten in conflict zijn ge raakt, dan dragen diegenen daarvoor de verantwoordelijkheid, die thans niet meer in Nederland zijn, maar aan de overzijde in Engeland en Amerika sto ken. Wij willen het lot dankbaar zijn. dat deze ongelukkige strijd slechts kort duurde en dat de helden, die aan beide kanten zijn gevallen, ons steeds in her innering zullen brengen, dat het in de toekomst nooit weer mag voorkomen, dat Nederlanders en Duitschers in den strijd tegenover elkaar staan. Nadat de capitulatie van het Neder landsche leger zich had voltrokken, be noemde de Führer bij zijn decreet van !B Mei 1940 Reichsminister dr. Seyss Inquart tot Rijkscommissaris voor het bezette Nederlandsche gebied Dr. Seyss Inquart nam 29 Mei 1940 een plechtige bijeenkomst in Den Haag de bestuursmacht op zich. Het Is goed. als wij ons af en toe deze histori sche feiten'in de herinnering terug roepen. De Rijkscommissaris zeïde des tijds: „Alle wapensuccessen en de heer lijkste overwinning, die ooit is be vochten en die thans in Vlaanderen werkelijkheid wordt, veranderen niets aan het feit, dat wij. Duit schers liever in dit land waren ge komen met de ten groet opgeheven hand dan met de wapens in de vuist. Dit feit zal eenmaal voor den rechterstoel der geschiedenis be slissen en de verantwoordelijkheid voor alle ongeluk en alle vernieling leggen op de schouders van dege nen. die niet opgewassen waren te gen de grootheid van dit uur." Destijds zeide hij voorts. „Wij Duit schers zijn nu eenmaal geplaatst, m een gebied, dat ons in het Oosten en in het Westen zonder bescherming heeft over- geleverd 3an den aanval van wie op het oogenblik machtiger is. Eeuwenlang sümöen wij bloot aar. de rooftochtenen roofocrlnge-i der Franschen. Eeuwen lang stortte dg storm van het Oosten I zich nver ons, dien wij tot redding van het Avondland steeds weer afweerden. 1 De heer van Geelkerken zeide het kernachtig in zijn rondborstige taal. Hij begon met er op tc wyzen. dat de nationaal-socialisten strijden uit inner- lijken dwang. Het nationgal-socialisme moge ons leeron dat het voor den enke ling noodzakelijk is een vaste levenslijn te hebben, die zoo sterk is, dat hij er nooit van-afgetrokken kan worden. Een nationaal-socialistische levenslijn wil zeggen: te weten, dat men gekozen heeft. .Als wij zoo'n lijn kennen en we ten dat wij onwrikbaar staan, dan is er nog licht in dezen tijd. Wij hebben de gemeenschapsgedach te leeren kennen. Wij zijn gegroeid en wanneer wij nu hier staan, dan weten wij, dat onze groei gekomen is door hen, die met ons op straat gestaan heb ben, die gecolporteerd lebben en hun arbeid hebben gegeven; door de een- voudigen dus. Het naiionaal-socialisme stelt het al gemeen belang boven het eigenbelang. Dat eischt offers van ons. Maar de na- tionaal-socialist is offerbereid en zet zichzelf in een uitzonderingspositie, om dat. hij offeren wil voor zijn volk. Vóór Mei 1940 bestond er geen consequentie en niemand was verantwoordelijk. Nu zijn wij de eenige politieke partij in Ne derland, maar nu zijn wy er nog niet. Want wij hebben niet gevochten om de eenige politieke partij te zyn. maar om ons volk te winnen. Daarom bestaat er voor ons nu de consequentie, die er nooit voordien geweest is. Wij moeten werken en voorbeelden stellen. Wij moeten dus niet denken, dat wij de menschen kunnen laten loopen. die het niet met ons eens zyn. Wij moeten ook daarheen, waar men ons niet zien wil. Wij komen op voor ons volk en moeten dus onze verantwoordelijkheid dragen. Dan alleen kunnen wij de jeugd in de oogen zien, wanneer deze ons reken schap vraagt. Wij moeten haar kunnen zeggen,' dat wij het geloof hebben ge had. Niemand mag zich dus, zooals vroeger in de politieke partijen, aan de consequenties onttrekken. Men zegge piet: er is oorlog en daarom kan nu het nationaal-socialisme niet gebracht wor den: straks echter zal het komen. Men moet durven zeggen: Het nationaal-so cialisme zal thans gebracht worden voor zoover het op het oogenblik mogelijk is. Mén mag zich niet laten beïnvloeden door onaangename maatregelen of door moeilijkheden, welke thans bestaan. Als deze dingen een nationaal-socialist kunnen beïnvloeden, gaat hij langzaam de helling af. Men behoeft niets goed te praten. Men moet heelemaal niet pra ten. Men moet alleen doorzetten en het nationaal-socialisme willen brengen. Wij moeten lachen, omdat wy de eeni- gen zijn, die nog lachen kunnen. De an deren hebben deze week gelachen, toen zij dachten, dat de Engelschen kwamen. Maar zij lachten slechts kort, want de Engelschen kwamen weer niet en zul len ook nooit komen. Duitschland strijdt op het oogenblik. Het strijdt ook voor de moeders en kin deren in Engeland en Amerika. Want als het bolsjewistische monster niet wordt verslagen, zullen ook zij de ver schrikkingen ondervinden, als de tijd gekomen is. Europa begrijpt dit en wij begrijpen dit ook. Want toen Napoleon naar Rus land trok. nam hij vijftienduizend men schen uit ons land mee. Nu hebben vijf tienduizend vrijwilligers gehoor gege ven aan Musserts oproep om naar het Oostfront te trekken. Wij staan samen verbonden met de Duitschers. Wij zijn niet bang ons lot aan dat van Duitschland te binden. Duitschland heeft het zwaard opgenomen en het bloed van duizenden gegeven. Het bijt het spit af voor heel de wereld. En het is dwaas aanmerking te maken op de wijze van oorlogvoeren door de Duit- sehers.v De Duitschers zouden het ook anders kunnen doen. Zij zouden hun zorgen kunnen bepalen tot de Duitsche bezetting en de belangen van de Ne derlanders kunnen overlaten aan de ge vluchte Nederlandsche regeering in Lon den. Zij zouden inderdaad anders oorlog kunnen voeren. Zij zouden het kunnen doen als de Amerikanen,, die in 1914 1918 soldaten naar Europa stuurden en toen zij jaren later in armoede protes teerden voor het Capitool, met gasbom men werden bewerkt en opgejaagd naar Alaska. Zij zouden het kunnen doen als de Engelschen, die in Britsch- Indië, de bevolking regeeren met bam boestokken, gevuld met lood, die in Egypte de menschen onderdrukken en in Zuid-Afrika Boeren en vooral hun vrouwen en kinderen op beestachtige wijze uitmoordden. De wereld heeft over deze moordpartij niet hard meer geschreeuwd, omdat het goud en de dia manten al dit? leed deden vergeten. Duitschland strijdt onmeedoogenloos hard, juist om te voorkomen, dat nog ooit zulke dingen zullen voorkomen en om zeker te zijn, dat dit gebroed uitge roeid zal wórden. De Engelsche zender heeft gezegd, dat wij nog even moeten wachten met den opstand, maar dat de „Nederland sche regeering" het sein zal geven. De hetzers in Londen, die het goud hebben meegenomen, denken, dat wij hen zullen gelooven. Zij trachten ons in het verderf te storten en dat zal gebeu ren, wanneer wij hen inderdaad pro- beeren te volgen. Wij echter, zoo eindig de de heer Geelkerken, staan samen, verbonden met de Duitschers, bereid om te offeren ten bate van ons volk en ons vaderland en daardoor ten bate van het nieuwe Europa. Na den heer van Geelkerken voerde Hauptdienstleiter Schmidt het woord. Hauptdienstleiter Schmidt gaf in groote trekken een beeld van de natio naal-socialistische beweging in Duitschland van 1933 tot den dag van heden en van den Duitschen bezettingstijd in Nederland in het bijzonder. Spreker schilderde, hoe de Führer na het overnemen van de macht met den opbouw begon langs vreedzamen weg, het Duitsche volk weer arbeid en brood gaf, den boeren vaste prijzen, en hoe hij zich tevens in zijn groote vre- desredevoeringen tot de wereld richtte en zijn hand tot den opbouw van Europa aanbood. Hauptdienstleiter Schmidt toonde voorts aan. hoe dit twee de programmapunt, door de wereld met hoon en spot werd beantwoord en hoe de vroegere vijandelijke mogendheden er niet aan dachten, hun achterbakse!) spel v-an 1919 op tc geven. Integendeel, vrijmetselaars en kapitalisten stelden pogingen in het werk om de revolutionnaire krachten van het nationaal- socialisme te verstrikken en langzaam met hun geld af te sluiten. Met enkele voorbeelden stelde spreker nog eens de mijlpalen van dezen strijd oni de Duitsche vrijheid in hel licht: de uittreding uit den Volkenbond, den terugkeer van het Saargebied, de bevrijding van het Rijnland, de vriend schap met Italië, de bevrijding van de Oostmark van de clericale machten, die zich met het marxisme verbonden en tegen den vrijheidswil van zeven millioen Duitschers gesteld hadden, voorts den terugkeer der Sudeten-Duit schers in het Duitsche rijk en het plaatsen van Tsjecho-Slowakije onder Duit sche bescherming, waarmode weer een keten in den ring der vijandelijke mo gendheden gebroken werd. Vervolgens besprak Hauptdienstleiter Schmidt den op de Volksduitschers in Polen uitgc-efenden druk en het grootmoedige aan bod van den Führer, waarin van dc Pelen niets anders verlangd werd dan een verbindingsweg naar Dantzig en Oost-Pruisen. Opgehitst donor Engeland en Frankrijk, ging deze te Versailles opgerichte staat echter niet op het aan bod van den Führer in, doch daagde Duitschland brutaal uit door militaire demonstraties en nieuwe vervolging van de Duitschers. Het Germaansche bloed in onze ade ren verschaft ons het initiatief en den ondernemingsgeest, die de Nederlan ders flinke zeelieden en kooplieden de den worden en ons, Duitschers, in den strijd voor onze levensrechten hebben gemaakt tot de beste soldaten ter we reld." In deze rede zeide hij verder: „Wij Duitschers, nu, die thans doQr dit land gaan, verheugen ons over de Neder landsche menschen. Wij verheugen ons over de kinderen. Wij wenschen den jongens hier toe, dat zij moedjge, krach tige. ondernemende mannen worden en wij wenschen den meisjes toe. dat ze goede vrouwen en blijmoedige moeders van gelukkige gezinnen worden." Deze woorden waren derhalve geen woorden van haat, maar woorden van waardeering, waarin èen aansporing lag orp mede te werken aan de groote ge beurtenissen Hij bekrachtigde dit, door te zeggen: Het Duitsche volk heeft zijn Groot Duitschland lief en is bereid hier voor alles op te offeren. Het voelt even wel de hoogere beteekenis van de aan liet Duitsche volk gestelde roeping tot medewerking aan den opbouw van een nieuw geordend, vredelievend Europa. In het besef van do grootheid van deze taak is het bereid geweest zijn hoogste goed te weten Groot-Duitschland zelf in de waagschaal te stellen om het nieuwe schöonere Europa te helpen tot stand brengen!" Dc kameraadschap, die m de kerkers is gesmeed is blijvend Nu Ook in den tegenwoordigen tijd .steeds weer de vraag vernomen kan worden waarom de Duitsche bezettings autoriteiten slechts met de nationaal- socialisten samenwerken, zou ik nog eens in de herinnering willen terug roepen, dat deze kameraadschap in de kerkers der vroegere regeering is ge smeed. Wie heeft Duitsche en Nederlandsche nationaal-socialisten gemeenschappelijk opgesloten? Wie heeft er voor gezorgd, dat zij op de meest onwaardige wijze werden mis handeld? Wie heeft laf en arglistig weerlooze menschen neergeschoten in treincoupé's? Het is tijd. kameraden, dat wij ons deze dagen herinneren en ons deze misdrijven voor oogen stellen om daaruit de noodiee conclusies te trekken voor de hardheid van onzen politieken strijd. Deze kameraadschap, die .destijds ontstond, zal haar hechtheid ook in de moeilijkste, zwaarste dagen bewijzen. Destijds is het gehecle volk aangespoord tot médewerking. De ka meraadschap kon evenwel slechts ge schonken worden aan degenen die voor dezelfde idee hebben geleefd en ge leden. Als derhalve destijds mannen opstonden als Colijn. die in zyn - brochurq „Op de grens van twee werelden" de massa van het volk toeriep, dat de zelfstandigheid der kleine staten wel niet zou terug- keeren, dan stond toch tusschen de regels te lezen: Wij zullen wel pro- beeren die Duitschers te zijner tijd weer kwijt te raken en wij zullen zoo mogelijk ook bijdragen tot een Engelsche overwinning op de na- tinoaal-socialistische krachten. Óok do toenmalige Commissaris 'der provincie Groningen Linthorst Homan, wendde zich in zijn bro chure: „Aanpakken" tot het volk en spoorde aan tot de nieuwe orde, evenwel altijd onder zekere voor waarden en voorbehoud. Desondanks heeft de RijkxcoYnmissa- ris aan alle partijen gelegenheid gege ven weer werkzaam te zijn. Zelfs de marxisten meenden, dat wij op grond van onze overeenkomst met Moskou nu zelf marxisten en vereerders van het communisme waren geworden. Uit hun schuilhoeken kwamen zij te voorschijn en zij zagen zich alweer als wereldred ders met hun parool- „Proletariërs aller landen, vereenigt u". In dezen tijd trokken ook de oude nationaal-socialistische strijders der N.S.B. naar hun vergaderplaats te Lun- teren op. Mussert richtte toen den blik van zijn strijders naar het Oosten en wekte het Nederlandsche volk op te breken met de oude methoden der prc- Engelsche gezindheid en zich te schik ken naar de noodzaak der gebeurtenis sen. Hy deed dat, terwijl hij alle Ne derlanders opwekte nu niet meer te spreken van vijanden, maar van broe ders. De bezettende macht heeft deze ont wikkeling nauwkeurig gadegeslagen en daaruit naderhand de noodzakelijke gevolgtrekkingen gemaakt. Overal vormden zich groepen en vereenigin- gen. die steeds weer betoogden Duitsch- gezind te zijn, maar die tevens Enge land lief hadden. Deze twee harten in een borst hadden echter niets te ma ken met de eerlijkheid van een politie ken strijd. Sedert begin 1940 vlogen Engelsche vliegers bij nacht en onty naar Duitsch land en wierpen zelfs in Nederland, België en Frankrijk hun bommen op weerlooze menschen. De Führer waar schuwde nogmaals. Pas, nadat hij had vastgesteld, dat op 2yn waarschuwin gen geen acht werd geslagen viel hij ook met zijn bomeskaders aan en zette Engeland betaald, wat het Duitschen menschen had aangedaan. In een tweede rede, die Reichsminis ter dr. Seyss Inquart 26 Juli 1940 in Den Haag hield, spoorde hij in de vol gende bewoordingen de Nederlanders tot medewerking aan: „Dat de Nederlanders nu meewerken aan den opbouw en wel als gelykrech- tigde partners, die tot groote prestaties in staat zijn, is de wonsch van het Duit sche volk. Het is duidelijk, dat alle Ne derlanders door deze verandering wor den getroffen. De toekomst zal deze toe treding der Nederlanders tot den vollen stToom der gebeurtenissen toejuichen, want het zal den Nederlanders een toe stand van rus! doen verlaten, die niet onvoorwaardelijk op alle gebieden meer levert dan datgene, wat een staat van rust. die licht stilstand wordt, kan bie den, Ik geloof, dat deze nieuwe opbouw aan de meerderheid van het Nederland sche volk, vooral aan de arbeiders en de plattelandsbevolking, maar ook aan den Nederlandschen koopman en zee man zeer veel zal bieden, namelijk medewerking aan een Groot-Euro- peesch gebied, dat door grootheid en verscheidenheid van zijn zeden waar borg biedt tegen crisisschokken van eiken aard." Al werd slechts door de nationaal-socialisten acht geslagen op dezen op roep. toch blijkt daaruit zeer duidelijk, dat de bezettende mogendheid zich steeds moeite heeft gegeven het Nederlandsche volk kameraadschappelijk op te roepen tot medewerking. In dezen tjjd geschiedde het ook. dat de eerste jeugdige naionaal-socïaljsten zich ter beschikking stelden van de Standarte Westland. Zij wisten niet op wien zij eens hun geweren zouden richten. Slechts een ding beseften zij: steeds zullen er krachten zijn, die optreden tegen het Germanendom. Deze mannen kunnen zich er ook op beroemen den grooten tijd te hebben begrepen, afscheid te hebben genomen van al. wat hun lief en dierbaar was en tegen den wil van 90 procent van alle Nederlanders den weg der revolutie naar de nieuwe vrijheid te zijn ingeslagen Op 2! Juli 1941 gingen de legers van den Führer over tot den stryd tegen het bolsjewisme, den doodsvijand der menschheid. Het bezoek van Molotof met zijn eischen had den Führer aan getoond hoe dreigend het bolsjewisme zijn klauVven had opgeheven tegen Duitschland en daarmee tegen geheel West-Europa. Zegevierend voorwaarts stormend beveiligden Duitsche soldaten Europa en aan hun zijde de bondgenoo- ten. Voor de eerste maal nemen ook Nederlandsche vrijwilligers in de Stan darte Westland deel aan den strijd te gen het bolsjewisme. Opnieuw wordt hier de kameraadschap aangetoond, die in de kerkers was beproefd. Voor de politieke groepen In Neder land had nu ook het uur der beslissing geslagen, namelijk deel te nemen aan deze gebeurtenis van wereldhistorische beteekenis of zich afzijdig te houden. Zij kozen het laatste en hebben daar mee zelf hun bestaansmogelijkheid ver speeld. Op grond hiervan konden zij de meenlngvorming in Nederland niet 'lan ger influcnceeren, daar zjj niet bereid waren zich te schikken in de noodzaak van den grooten tijd. Het is derhalve consequent en noodzakelijk dat deze po litieke weg, die eenmaal als juist is on derkend, verder wordt afgelegd. Duit sche en Nederlandsche nationaal-socia listen vormen sedert dien tijd het poli tieke strijd- en leidersfront in Neder land Mussert. die reeds in September 1940 den Führer zijn denkbeelden over de vorming van een Germaanschen Sta tenbond had uiteengezet, besloot in de dagen van den zwaarsten winterveld- tocht in het Oosten, op 12 December, in de nieuwe rijkskanselarij te Berlijn den Führer trouwe volgzaamheid tot in den dood te beloven. Hierdoor had de na tionaal-socialistische beweging onder haar leider in den loop van tien jaar de uitsluitende aanspraak op leiding in Oe Führer ontving in zijn hoofdkwartier >n tegenwoordigheid van den Rijksminister van Buitenlandsche Zaken 'oo Ribbentrop den nieuwbenoemden Turkschen gezant in Berlijn, ^affet Arikan, 'f overhandiging van zijn geloofsbrieven. Links: gezant dr. Schmidt Hoffmann-Stapf-Pax Holland m Nederland veroverd. Bij de viering van het tienjarig bestaan te Utrecht ver klaarde derhalve de Rijkscommissaris, Rijksminister dr. S.-v.ss Inquart de N.S.B. thans de uitsluitende politieke wilsvorming voor zich mocht opeischen. Inmiddels was het aantal der vrijwil lige strijders tegen het bolsjewisme in het Oosten toegenomen. Het Legioen Nederland werd in Februari opgeroe pen in het Oosten in verbitterde winter- slagen te bewijzen wnt. het waard was. Uit deze consequentie volgt nu ook de verdere weg van Nederland. DE GIJZELAARS Vervolgens behandelde Haupdienstlei ter Schmidt enkele actuc-ele aangelegen heden, In de eerste plaats de kwestie der gijzelaars. Hij betoogde: „Nadat de 'Nederlandsche bevolfcing door den Whermachtbefehlshaber, door publica ties van de pers en door openbare rede voeringen was gewaarschuwd geen acht te slaan op het gestook van Londen en zich rustig aan zijn werk te wijden en nadat ik enkele weken geleden tc Wau- bach deze aansporing nogmaals had on derstreept met de woorden: „Rust is de eerste burgerplicht', hebben toch snoo- de elementen te Rotterdam getracht een Duitschen militairen trein door een bomaanslag te doen ontsporen. Hoe er barmelijk deze plegers van den aanslag zijn geweest blijkt wel hieruit, dat *y hun ladingen ontplofbare stof hadden geplaatst bij een viaduct en dus wilden bereiken, dat de trein naar beneden stortte. Een Nederlandsche spoorwegbe ambte moest hierbij zijn leven offeren. De Voorizenigheid heeft ook hier an ders beslist dan deze ellendige misda digers hadden bedoeld. De Wehrmachtbefr-hlshaber spoorde nogmpals dc bevolking aan tot deelne ming aan het onderzoek. Ook deze tyd verliep ongebruikt, zoodat de bezet tingsautoriteiten thans gedwongen wa ren vyf Nederlanders als gijzelaars tc doen boeten. De wetten van den oorlog zijn hard en meedoogenloos. Juist den laatsten tijd is gebleken met welke lichtzinnigheid de Engelsche strategie optreedt." A priori zij opgemerkt, dat het doodschieten van gijzelaars voor de eene noch voor de andere par tij een aangelegenheid is, die licht kan worden opgevat. Op grond hiervan hebben de Duit sche bezettingsautoriteiten dezen Stap ook zeer rijpelijk overwo gen. Zij zijn zich bij de beslissing volkomen bewust van de groote beteekenis, die deze zaak uit menschclijk oogpunt heeft, en zij nemen deze beslissing uitslui tend krachtens de groote verant woordelijkheid, die zij thans dra gen in de beslissende worsteling om onze toekomst. Wellicht heeft de bewogenheid, die bij gelegen heid hiervan Nederlandsche krin gen heeft aangegrepen, deze voor de eerste maal eenigszins doen aanvoelen welk een vreeselijk harde en vooral onverbiddelijke strijd om zijn of niet-zijn in het Oosten wordt uitgevochten. In Mei 1940, toen men nationaal-so cialisten doodschoot en toen de broeder van den leider der N.S.B.. luitenant-ko lonel Mussert, wreedaardig werd ver moord. sloeg daarop vrijwel niemand acht. Ik zou zeer in het bijzonder de aandacht op dit feit willen vestigen, daar er thans nog Nederlanders zijn, die niet willen begrijpen, dat dc strijd, die in het Oosten woedt, geen oorlog in den gebruik el ij ken zin der laatste eeuwen is. Zij moesten toch door de rcusachtigo bewapening der bolsjewistische legers en den gruwelijken strijd dezer onmen- scheüjke horden langzamerhand tot een ander inzicht zijn gekomen. Evenals in het tijdperk van de Volks verhuizing en van den Mongolenstorm, waarin de wereld een ander aanzijn kreeg, gaat het er ook thans om, of de volken van Europa in de door hun ge schapen cultuur zullen voortleven dan wel vernietigd worden en ondergaan. Deze worsteling, die tegenwoordig in den Kaukasus, aan de Wolga en voor Moskou zich afspeelt, is een worsteling om de vrijheid van Europa. Indien deze strijd in het Oosten mocht worden ver loren, dan is er op het geheele vaste land geen mensch meer. wien dit niet aangaat. Ieder zou deze nederlaag moe ten ondervinden en bespeuren aan het eigen lichaam. Nu moet niemand zich verbeelden, dat dit bolsjewisme halt zou maken voor zijn woning. Ik weet, dat er thans in Nederland nog altoos menschen zijn, die willen vergeten, wat het bolsjewisme sedert het jaar 1917 onder de volken in hel Oosten heeft aangericht. Het geheele cullureele en sicoale leven heeft men dezen volkeren ontnomen. Volslagen verdelgd werd ieder, die het slechts waagde een woord te zeggen over den vroegcren tijd van het tsaristische Rusland. Massa execu ties van ongelooflijken omvang werdca voltrokken, waartegenover de Fransche revolutie slechts het werk van leeken en beginnelingen is geweest. Tien tot vyftien millioen menschen en nog meer werden uitgemoord. Dertig millioen stierven den hongerdood, daar men vol- gens de marxistische theorie probeerde den bodem, die geslachten lang door gezinnen werd bewerkt, thans in eed communistisch kolgozenstelsel te per sen. Voorts werden 20 millioen men schen gedeporteerd en gingen in de Noordelijke ijswoestenijen en in de Si berische steppen dc vernietiging tege moet. Wat overgebleven is, is een ziel loos mensch. Men leze slechts de brie ven der Duitsche fronlslodaten, die overal op de naarste, ellendigste plek ken standbeelden van Lenin en Stalin, reusachtige partijgebouwen met zuilen van gips en andere imitaties aantroffen. Dat heeft dit marxisme den volken in het Oosten gebrth-ht en daarmee wilde het de wereld gelukkig maken. Op een oogenblik. waarop het Duitsche volk honderdduizenden zijner beste zonen offert voor de toekomst van Europa, is het onverdraaglijk, dat in een land men schen probeeren in vrijwel ongestoorde gezelligheid te leven en zich over te ge ven aan de rust. Aan wie danken deze menschen hier in Nederland hun leven dan eigenlijk wel? Aan hun eigen pres- taties zeer beslist niet (Z19 voof vervolg pag.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsche Courant | 1942 | | pagina 1