S®. 27. Serste Blad. l"fe Jaargang. Zaterdag 5 Juli 1902. BUITENLAND. FEUILLETON. Militair Schetsboek. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.28. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagolijks, met uitzondering van Zon- tn Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nnr '8 morgens bij de Uitgevers in to zcnieu. Uitgevers: VALKHOFF O. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTTÊN: f 0.75. - 0.18. Van 1—5 regels Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. De grootste schat. Tevredenheid, „Eén kroon, die zelden zelfs een koning draagt Shakespeare. „Gezondheid is de grootste schat'' een genoeg bekende uitdrukking, van welke het niemand verwonderen kan, dat zij geworden is tot spreekwoord. Wij moeten eerst zelf maar eens gedurende korter of langer tijd aan 't ziekbed gekluisterd zijn geweest, om daarna eerst ten volle te kunnen waardeer en het ge not van gezond zijn en dan ook te kunnen verf taan den zin der woorden, die te Ischl aan den voet van het beeld van de godin der ge zondheid gebeiteld staan: ,.Man nennt als grösstes Glück auf Erd'en „Gesund zu sein „Ich meine nein „Eirt grössres ist's gesuncf zu werden." Intussolieu, ik heb ze ,in mijn leven ont moet, mensehen gezond! van' lichaam, krach tig van gestel, die aanzaten aan welvoorzie- nen disoh, wien 't aan niets ontbrak, do we reld piees hen gelukkig, door velen werden zij benijd en todhf, daar waë iets in hum oog, daar lag ietis. op hun gelaat-, dat getuigd1© van onvoldaanheid en ongenoegen, en aanstonds herkende ik hieir den ontevreden mensch, die, bij al wat de wereld hem biedt, laet beste mist, gezond en rijk en tocli -zoo ziekelijk en arm. is, ontevredene, die derft, den groot sten schiat. Daartegenover staat, dat ik lijders bezocht aan hun sponde, wier kracht was gebroken, wier lichaam wals verzwakt, in langzaam voortkruipendo dagen en moeiedijjk doorwaak te nachten kwelde hen de smart dee lij,dens en toch, daar was iets im't flauw starend oög, daar lag iets op 't verbleekt gelaat, d'at mij aantrokdat mij aanstonds dteedl gevoelen, dat d'mi Hf or velen beklaagden geen beklag vom zidii wilden. "Welk een bewonder en.srwiala.r- digo kalmte cngelatenheid werd hier aan den dn: gelegd, welk een verzoend zijn met het In!, welk toni geloovig vertrouwen^ welk een iifnerlijiko blijdschap ,en dankbaarheid) neg voor eiken kleinen liefdesdienst hem bewezen, Waarlijk een tevreden zieke is te benijden bij een gezonden ontevredene tevredenheid is de allergrootste schat! Daar wórd,tfverhia Aid van Lodewiik XI, dat hij, eens in t paleis een der koksjongens on.tr moetende, hem vroeg: ..hoeveel verdient gij?" .en dat dó aangesprokene daarop kort en goe«d antwoordt „zooveel als de koning!" een antwoord, dat uitlokte de wedervraag„weet ge dan -wel, hoeveel de koning verdient?" waarop de jongen hernam„de koning ver dient zooveel als hij noodig heeft- en ik ook, Men noemt, het grootst geluk op aar.le ge zond te 4c ij n grooter geluk nog is het, gezond 'te worde n. dus wij verdienen evenveel." Ziellier ons geteekend het beeld van d!en tevreden mensch. die weet, dat men niet rijk behoeft te zijn om tevreden te wezen', maar dat men wel tevreden moet zijn om rijk te wezen. Zoo kan en -wie zal zeggen hoe dik wijle het- inderdaad ook het geval is do e: nvoudigsi,. dagloonor gelukkiger zijjn dan de machtigste koning. Op d. vraag van den rijken Alexander, wat hij kon doen voor den cenvoudigen Dio genes, antwoordde deze: „niet anders als een voetbreed ter zijde gaan, opdat het zonlicht) mij weer kan beschijnen Toen moet de groote koning jaloers oh zijn geworden op dien tevredón wijze en gezegd hebben „Als ik Alexander niet was, zou ik Diogenes willen zijn Daar i: dan ook niets bt-ters en niets van meer waardij voor een mensch dan dat hij verstaat de groote levenskunst, die de groot ste levenswij-beid tevens is, weinig met- dank baarheid1 te genieten en veel met blijmoedige heid te ontberen. De bekende Romein Cicero, ondervraagd welke de grootste rijkdom was, heeft naar waarheid geantwoord- „de grootste en ook de zekerste van alle schatten is tevreden heid.' Een ontevreden mensch is wel beschouwd een ongelukkig mensch, met wien men diep meelijden moet hebben, want voor hem mist do blotim kicur en geur, de ster licht en. glans, het leven schoonheid en aantrekkelijkheid, 't Is als miert het ontevreden kind, dat zijn speelgoed niet mooi, zijn les te saai, het eten niet lekker, broertje of zusje te lastig, kortom alles en allen vervelend vindt, nergens 'be hagen in schept- en naar vindt het leven, dat voor «en kind inzonderheid zoo mooi is en zoo rijjk aan geluk. Door ontevredenheid' wordt el'k: geluk ver stoord, verwoest, relden waarom wijl al meen* willen trachten liet zoover tei brengen, dart wij, met een gewijd schrijver kunnen zeggen „ik hi&b geleerd vergenoegd te zijjn in hetgeen ik ben." E'n inderdaad, er is voor die vergenoegd heid voor iedler onzer reden te over Onte vreden met ons lot, zochten wij naar yerarn- dening, maar straks, lroe vurig wenschten wij terug, waarov a wij eerst ons beklaagden. Treffendl is deze waarheid aangetoond in de volgende gelijkenis, die ik ergens vond Daar leefde ver van hier, ergens "t rots gebergte, em leenhouwer, die in t zweet zijjus aunacbijins verrichtte zijn zware® arbeid» van den vroegen, morgen tot den laten a vond hanteetrend het houweel, beukend' de rots. Op zekere® dag ,is het werk hein te veel. wrevelig werpt hij 't gereedschap uit de hand, hij wischt zich het door de zen gebruind gelaat, klaagt over zijn ondragelijk lot-, en 't komt in hem op als een voorbijvliegende gedachte„o, als ik toch eens die zon kou zijn, hoe heerlijk ware dan mi ju bestaan'En nauwelijks he*ft hij 't gedacht, of ziet, zijn wensch Was reeds vervuld daar* stond bijv nu de zon, die in verzengenden gloed hare breede bundels stra len wierp op de aarde, bruinend het gelaat van de teenhouwers inde rotsen. De vreug- (i. over zij/tl nieuw bestaan kende geen gren zen., totdat d'aar op een gegeven oogenblik 'ii reusachtige wolk komt aangevaren, die zich stelt tusejehen hem en de aardie, belenir ■rend zijn uitzicht. De zon was dus niet wat hij zich had voorgesteld, oppermachtige ko ningin des heelalss de wolk was haar meer dere lieerliijk moest het wezen, zulk een wolk te zijn En nauwelijks was deze wenscb geuit of hij was reeds vervuld, de steenhouwer was in. een wolk veranderd. In rustelooze vaart dreef hij door het onmetelijke luchtruim over lan den en zeeën heen. tot hare eigen zwaarte haar naar omlaag trektoen vloeide zij in regen neêr op de bergen, straks een schui mende, klaterende bergstioom, die meesleept wat zich hem in den weg stelt. Maar dan, op eenmaal ziet hij zich tot stilstaan gedwon gen door een onmetelijk rotsgevaarte, 't zelf de, waarop hiijl eens met het houweel zijmi kracht b "proefde. Met nauw verholen toorn ontwaart hij hoe die rots meer is dan een wolk, zoo n rots, die va® geen wij|kcn weet. die trotseert den bran denden gloed1, die afstraalt van de zon, zoo wel als den machtigen, 'stroom, die zijn oor sprong neemt uit de wolk, en. 't verlangen wordt in den steenhouwer wakker, een rots te zijn. En nog. eens wordt hij van gedaante veranderd reeds geruimen tijd stond hij claar, toen hij op zekeren dag mensohen ziet naderbij komen, 't houweel over den schou der, dwergen, die post ..vatten aan. den voet) van den reus, straks met geweld tel kens en teil'ken» w'eêr met- het. zware werktuig hem beukend eni kleiner makend. Wanhopig er over. dlat hijj dit alles lijdelijk moet aanzien, dat die dwergen daar omlaag dus zijn' meer deren zijn., ja hem' .straks misschien geheel verbrokkeld zullen hebben, wellicht voor een goed' deel ook uit zucht tot. zelfbehoud, smeekt eindelijk dó reeds zoo dikwijls van gedaante veranderde dat hij) nog eens, en nu dan voor de laatste maal, veranderd mocht- worden in een.steenhouwer. En andermaal wc,rdt zijjn bede verhoord, reeds hanteert hij. het houweel, nu niet voe lend den last van den arbeid, verzoend met zijn lo-tt Immers, ervaring had. den man wijr zer gemaakt, liii had geleerd vergenoegd te zijn ai hetgeen hij was van nu af valt hem niet zwaai mteer zijn werk, hij zingt er bij zijn lied, een tevreden en gelukkig- mensch De las, die uit. dit. verhaal spreekt, is d'üi- delijk haak met altiid naar wat anders, denk niet altijd, dat anderen 't beter hebben dan giji, leer in uw leven van alles de lichtzijde zoeken, zetl uw mond niet tol klagen, alvo rens degelijk onderzocht te hebben of er wol grond is voor uw klacht, en leer zoo na te zeggen de bekende oede: „Heer, maak mij in mijn lot tevreden „Met wat ik heb en wat ik ben Ten slotte nog ditEens is iemand op tien vernuftige» inval gekomen, te vertellen dat tevredenheid een artmel is, dat feitelijk door iemand' wordt begc-erd dan alleen door dwa zen, dab het woord „tevredenheid'' heel mooi klinkt in poëzie, malar erg belachelijk in proza. O zeker, "t. is maar hoe men de dingen opvat 'l -.preekt, toch van zelf, dat wij aJ- len tot aan d°® rand van 'L graf liehouden onze wensehen en idealen, dat ons ingescha pen is de zucht om te zoeken en tc streven. En wij kunnen het slechts zegenen, dat een Columbia niet tevreden was voordat hij zijn nieuwe wereld had ontdekt, dat een Galileï niet rustte voordat hij. kon staven de waar heid, d'at onze aarde zich toch beweegt, wat het vooroordeel van Tlun tijd er ook tegen inbracht. Alleen zcruden wij dit kunnen zeggen te vredenheid beduidt niet zich nederleggeo aan den levensweg, nadat wij in ons gedood heb ben alle geestkracht, ons leven verlagend tot ecu werkeloos en doelloos bestaan neen, daarvoor zijn we ons te zeer bewust van het geen wij, verplicht zijn aan de menschheid, wier kinderen wij zijn. "Het. leve® is „arbeid en roeping en edele strijfd dwazen., die 't werkeloos, gedaehteloo<;< doorleven"', zooals onze de Gen es bet zoo mooi hoeft, gezegd'. De Al pen knaap kan niet duren in: het dal, telkens roteer zoekt hij de hoogte waar bloeit dó alpenroos. Zoo voelen ook wij in ons een onverzade 1 iilk begeeren, tc- jagen naar een wit, té bereiken e?n ideaal, te vinden een ge luk Maar bij dit alles kweekem wij, aan de groote deugd der tevred'enheid. niet morrend gaan wij tegen de: bergen op, maar zingend ons lied', niet klagend als daar zoo ménige bloem geknakt wordt gevonden op onzen weg, maar dankbaar op zichzelf, roods, daarvoor, dat de lust tot verder gaan in ons is neerge legd, genietend heden van cfen zonnestraal. die daar viel op ons pad, en strak»rond de wolken, die samenpakken boven ons, jui chend begroetend den lichtzoom, die ze om glanst. Ja, wij, gaa.il nog verder niet alleen., dat een zekere mate van ontevredenheid' ver klaarbaar zou zijn in ons. daar is zelfs een heilige ontevredenheid, die allen eigen moest zijn, ml. waar het geldt onzen geestelijken menscb. Hier- allermeest, komt het er op aan, onafgebroken te streven, met alle -kracht, die in. i.ns is. te zoeken naar het. hcogere. ons zelf te volmaken, niet spoedig voldaan, maar altijd vervuld van een groot verlangen-, betera menschon te worden Hoe meer ons leven die richting neemt, hoe meer over ons en in ons zal komen een blijde geest van tevredenheid, een stemming des gemoed-., zooals door Shakespeare wordt bezongen in de schoone versiegels „Mij» kroon is in mijn bait, niet op mijin hoofd, Gr oil diamant, geen kostbre steen ver siert haar; Onzichtbaar is ze. Haar naam Tevre denheid, .Een kroon, die zelden zelfs een koning draagt F. W. DRIJVER Politiek Overzicht Hel Duitselte tarief ran luvoer- rechteu. Terwijl! de rijksdag zijne zoinervacantie ge niet. die in dit jaar korter dan gewoonlijk zal duren, want bij 't naar huis gaan werd de eerstvolgende zitting op 14 October be paald, i.s eene commissie urit dón rijksdag ♦"veroordeeld den gansehen zomer door te wer ken. Dat is de commissie, die rapport moet uitbrengen over liet nieuwe tarief van in voerrechten, waai'van liet ontwerp in Decem ber van het vorige jaar bij den rijikadag werd ingediend. Den 8en Januari is die commissie met haren arbeid begonnen, en nagenoeg een •half jaar later, den len Juli, in de 74e zit ting. kon worde® modebeeld, dab de -hielft van het uit 946 posten bestaande tarief was afgedaan. Daarmede is nu wel het grootste gedeelte van het werk der eerste lezing afgedaan, want in de tweede helft van liet tarief zij® niet de groote princi,pieelo strijdvragen begre pen. die de beraadslaging over de eerste helft li&blben bdheerseht. Maar het is niet onnatuur lijk, dat de langzame voortgang der behan deling tot dusver voedsel geeft aan de vrees, dat de commissie nidi gereed zal 'kunne® komen uk tiaar werk. De KreuErZeituog heeft zich tot het orgaan gemaakt van die vrees. Zij spreekt twijfel uit of het, naar het tot dusver in aoht genome® tempo, gelukken zal de gek ede behandeling in de commissie tegen 't laatst van Sept.. ten. einde te brengen. Zij berekent, dat voor de eerste lezing nog tien weke®, elk van vijf zittingsdagen, noodig aulllen zijn, e® meer tijd: is er niet beschikbaar, tenzij: de commissie, om ook de tweede lezing nog te kunnen houden vóór half October, de be scheiden vacant ie mooht. wille®, opoffere®, die ziji zich heeft toegedacht. Daarna schrijft het conservatieve blad „De commissie zal dus met de® tijd, dlie haar is toegemeten, zeer zuinig moeien oant- gaaui, want. van het. tijdig volbrengen dier tank, die linar i3 opgedragen hangt ten alot- te hert tot &ito®d komen af van de geheele her- voiming van hert, tarief van invoerrechten. Wij zijn overtuigd., dat d© beraadslagingen, tenzij de „Daaierreclen" (redevoeringen om de zittingen te rokken) aan de linkerzijde nog meer de overhand krijgen:, nadat het nu in behandeling zijnde lioofdst.uk is afgedaan, vlugger en met mindbr bezwaren zullen ver- 'oopen en dart. den in hoofdzaak alleen nog de rechten op machine*» uitvoerige debatten zullen verdere®. Maar toch zal men goed doen. zooveel mogelijk op tijdbesparing be dacht te zijn. In t eind zou de commissie niet kunnen vermijden, den dagelijkschen werktijd aanzienlijk te verhoogen en af te zien van do vacant ie. Daartoe wordt natuur lijk bijzonder groote werklust verejsoht, door MIL VAN HOORN. (Het auteursrecht is verzekerd.) IV. Open brief a a a m ij n e» ml e d e-p aeda- g o g o n van li e t. L h e t. U. L het M. U. L„ het) M. en het H. O. Alvorens u, mijne zusters en broe- ders, io vragen uwe aandacht voor een oog,-n blik te willen wijden aan het. straks op te werpen vraagpunt ver geef mij bij voorbaat, indien ik. geleid! door m.jn dichterlijken geest, soms heelde® bezig, die, getoetst aan onze doceorlaal, weinig ge bruikelijk blijikcn wil ik u in mijne scluij- pi- verbeelding,een oogenblik medevoeren van, af de cathederhoógte tot een goed' eind boven den begane» grond, zoodat uw zitvlak van dezen laatsten verwijderd is op een afstand, var.iterend tusschen 1.50 a 1.60 M. Tot beter begrip diene, dat. ik u in onze pemecnschappelijke verbeelding altijd op deze 'hoogte gezeten, verplaats van uw do- oe izaal naar een der straten of grachtjes on zer ctad Van in.woniug, en u verzoek al uw aandacht te willen geven aan betgene om en onder u geschiedt. Ik schrijf expresselijk „al uw aandacht", ora- dkt ik vieeade, d'at er voor u anders overwe gende redenen zouden bestaan, geheel uw den ken onverdeeld te richten naar een enkele handeling, nl. dc- wijze, hoe go de door mij vastgestelde labiele zitvlaklioogto van 1.50 a 1.60 M. in den kortst mogelijk en tii,tï aan zienlijk zoudert kunnen verminderen. Of, mccht. ge al, uit beleefdheid of andc-re over weging bijvoorbeeld, dat ge in geenen deel© kans zaagt tot bovt-ngenvelde vermindering besluiten op de-zi iloor mij aangenomen hoog te door de stad te hobbelen, tc hotsen, of te schuifelen, dan twijfel ik er toch aam, of gij onaangezocht uwe attentie van het zich on der u vooitbewegend element zoudt afwen den naar de voorbijgangers te voet of te voertuig. Het lijkt mij daarom dringend nood zakelijk het woordje „alin bovenbedoelde zinsnede de meest uitgebreide beteckems toe te kennen, en u op de spatieering daarvan te wijzen. Ik wensch echter nog meer te verge® van uwe verbeeldingakraolilrekenende op uw. me dewerking in fantasiezaken en gewapend met) de wetenschap, dat het u voortlezende ge makkelijk moet worden mij in mijn vlucht dór verbeelding to volgen. Ik wil u dan vragen genoemde horizonfale verplaatsing altijd op hcogto 1.5 a 1.6 niet alleeniglijik. maar in combinatie van e enigen uwer te ven iohten, zoodat gij in groe pen van 6 tot 20 u voortboweegt., en dóór deze samenvoeging ook nun of meer aan plaats en ruimte gebonden wordt. (Onzo straten, graohr ten, ja zelfs 'pleinen zijn niet) van die afme tingen, dat deze groepeoring geen invloed op Uw persoonlifke plaats uil oefent. Kort en goedgij zult u verplicht zien u met tweeën of hoogstens vieren op ééne rij to bewegen^). Wanneer ik u thans nog vraag, u, wat de® tijd betreft, voor genoemde verplaatsing tie willen kiezen een oogenblik, gelegen tusseheii half twaalf en half één in hot midden van een weekdag, dan heb ik aan alle eischen vol daan wat mijne conceptie betreft, (Voor enkelen onder u, die met zéér sterke fantasie begaaft- z n, wil ik nog iets verdei" gaan <:n markt' in'plaats vaai „week" stei- len doch daar de verwikkelingen straks zich vei-vijfent,wint igvoudigen door deze klein» woordverandering, zoo rangschikke men zich. niet lichtvaardiglijk onder deae bevoorrech ten). Thans keer ik terug lot het punt van uit gang„al" uw aandacht, te geve® aan uwe omgeving en beter uitgedrukt nog aan de levende wezens daarin. Het. uur der handeling der verbeeld'ings- handeling, gelukkig is u opgevallen, cn het verblijdt, mij een glimlach op uw tot nu toe angst.strak gelaat te ontwaren bijna voelt gij u weer thuis, zelfs op deze onzekere hoogte, n,u si? u omringd ziet van uwe leerlinge® van alle kunne en leeftijd. Zij zijn er bi; tien-, neen bij vijftiglallen zij zijn er geleid en in vrijheid, te voet) en per rijwiel Edoch, ik zie den glimlach uwer leeraarS- vreugje vervagen, ik zie uwe oogen toornig blikken, ik zie uwe trekken zich spannen tot) woede-uit ing, ik zie uwe vuisten zichneem dit kan ik, zelfs in mijn stootste verbeelding, niet zien,ik zie uwe handen angstig grij pen naai' een houvast Wat is d'e oorzaak van uw verrifeenHe® toorn?... Het is een geluid, welks beschrij ving mij bijua onmogelijk gelijkt, cn dat ge tot nu toe, d. w. z. tot. op dezen dag, t'/en ik van cathedóihoogte u opvoerde, enz., niti uwe «aandacht hebt waardig gekeurd. Het is -is- ïx®d, kitsend, gillend', .piepend', tierend, knar send, sarrend, schrijjnend. krii;-ohe®"Hf, drei gend. Het kwetst nèrkbaar d< muzikale ge voelens van liet zich bewegend element on der li. dat) dc kenteekenen hiervan aan u dui delijk maakt, door uw eerplaat -iTig"~~minder geleidelijk te doe® plaats hebben Het ontstaat, zoodra ge u. op genoemd urn en overeengekomen hoogte, ui bovenbeschre ven omgeving vertoont, en houdt, aam in alle variatiën cn afwisselende toonaard: (valsehelijik doende als wilde het- verstom men om straks weer hoog op te rijzeai in „fortissimo zoolang ge in 'bovenoni9ckre- vene omstandigheden blijft vertoeven (Ik neem aan, dat ,.het" element u niet tot zulke» spoed aanmaant, dat gij u met eena snelheid gaat beuvgen als bij Politic-verorde ning in onze straten verboden is). Het. wekt middellijk uwe onwelwillendheid zoo niet toorn tegen uwe leerlingen op. Ik maak nu van mijne auteurswrijheid ge bruik, om op dit oogenblik van het rijk der verbeelding terug tc keeien tot den begane» grond, en ik vei trouw dat dit u aa:ngenaam zal zijn, ;il was hert ook slechts in figuurlijk kippenvel, dat- uwe bovenste hu id laag zich omzettede. Dit. lagere standpunt van beschouwing i9 noodig. om tot een meer doeltreffende wisse ling van gedachten to komen omtrent Het bo venaangehaalde geluid. Ik wilde dit getier, gesis, gekrijschi. go- enz. als onderwerp van algemeen onderzoek u aanbevelen. De volgende vragen zouden (ter nadere be paling der gedachten bijvoorbeeld) ter be antwoording gestold kunnen worden I. Is de oorsprong van dit geluid na te gaan II. Zijn alle menschelijko individuen, wat dit-gcluid-maken betreft, als erfelijk belast ie beschouwen Dit wat aard en oorsprong bet reit. Daar het mij verder na jaren lange onder vinding gebleken i>, dat het srtralks besproken bewegend element niet aan dit geluid is te gewennen zoo zouden als punten van on derzoek nog aangewezen kunnen worden I. De mogelijkheid liet aankom end, men sch en geel acht van het onmuzikale en onnut tige er van te overtuigen; of. indie® uwe paodagogische onderzoekingen hier op een negatief resultaat geven: II Instrumenten uit te denken, die der jeugd het genot van liet geluid maken toe staan, terwijl hert op bedoelde beweoghoogte van 1.50 a 1.60 niet waargenomen wordt. Mij overtuigd houdende u gewezen te heb ben op een vraagpunt, waarvan de oplossing van ingrijpend' Kelang kan zijn voor de toe komst. en mij bereid verklarende tot- de noo- dige medewerking ter oplossing, teeken ik, na betuiging van gevoelens van hoogachting. Uw dw M. dn. H Andere bladen wórden vc-rzocht. het boven staande over te nemen.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1902 | | pagina 1