v jaargang.
Dinsdag 22 September 1903.
BUITEN LAN D.
FEUILLETON.
,.'t Was maar 'n Model"
W°. 84.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS
Per 8 maanden voor Amersfoortf 1*29*
Idem franco per post. - 1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschjjnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERÏEHTIEH
Van l—ö regels
Elke regel meer
Groote letten naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeeljge bepalingen
het herhaald adverteeren in dit Blad bjj aTxmneme^t..$jW.?
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvtfwLg
toegezonden.
Aan degenen die tegen 1
October a. s. op dit blad intee-
kenenworden de nummers die
in deze maand verschijnen, kos
teloos toegezonden.
Kennisgevingen.
iDe Burgemeester van Amersfoort,
Gelet op de aanschrijving van den heer Com
missaris der Koningin in de provincie Utrecht,
ran den 11. September '1905, no 2, N. M. en S.
(Prov.-blad no 122). naar aanleiding van eene
circulaire van den Minister van Staat, Minister
v;m Oorlog, d.d. 12 Augustus 1.1., Vilde afdee-
ling. no. 287, betreffende inlijtving krachtens
art. 99 dor Miiitiewet 1901, in verband met arti
kel -104 dier iwet
Brengt ter kennis.van 'belanghebbenden
lo. Dat do lotelingen der lichting van 1903,
bestemd om nog in 1904 bij de militie te worden
ingelijfd, geen aanspraak op voorrang overeen
komstig do wettelijke voorschriften tot inlijving
voor korte oefening of op inlijving, bij het korps
en plaatsing in het garnizoen hunner keuze kun
nen onlleenen aan eventueel in dit jaar verwor
ven getuigschriften bedoeld in art. 104 voor
meld 'doch dal zij om zoodanige aanspraken te
kunnen doen gelden, de vereischte getuigschrif
ten moeten verwerven of opnieuw -verwerven in
het jaar waarin hunne inlijving moet plaats héb
ben
2o. dat bedoelde lotelingen, in verhand met
hel voorgaande alsnog m het aanstaande winter
seizoen. zullen worden toegelaten tot het voorbe
reidend militair onderricht, mits zij> zich daar
toe bij den aanvnng van het eerste oefeningsuur
in dat seizoen aanmelden bij den officier. Oio ter
plaatse met. de leiding van dit onderricht is be
last.
Amersfoort, den 17. September 1903.
De Burgemeester voornoemd,
WUUTEERS.
IDe Burgemeester van Amersfoort,
Gezien de aanschrijving van den heer Com
missaris der Koningin in de provincie Utrecht
van den 12den September 1903, no. 1 A. Z. (Prov.
blad no. 123)
iNaar aanleiding van eene 'Missive van den
Minister van Waterstaat. Handel en Nijverheid,
d.d. 9 Septeinbor 1903, no. 6851, afdeeling Land
bouw. waarbij de aandacht wordt gevestigd op
de in de Nedorlandsche Staatscourant van 5 de
zer, no. 207. geplaatste door de Ministers van
Waterstaat. Handel en Nijverheid en van Finan
ciën op 28 Augustus (4 September) 1.1 genomen
gemeenschappelijke beschikking, waarbij met in
trekking der beschikking van 19/22 Mei te voren
("Ne'.lerlandsche Staatscourant van 23 Mei d. a. v.,
no. 119), opgenomen in Provinciaal-blad 110. 77
van dit jaar, gewijzigde voorschriften zijn uitge
vaardigd niet betrekking tot de weder-toelating
van uit Nederland herkomstig, in den vreemde
geweigerd vee en vleesch
Brengt ter konnis wan 'belanghebbenden, dat,
met intrekking van vorenvermelde beschikking
van 19/22 Mei 1P03 (Nederlandsche Staatscourant
van 23 Mei 1903. no 119), in de gevallen waarin
de vreemde autoriteiten, op grond van de daar
te lande geldende veeartsen» kundige voorschrif
ten, de toelating van uit Nederland ten invoer
aangeboden vee en vleesch mochten weigeren
het. geweigerde weder in Nederlajid zal kunnen
worden ingevoerd op de 'volgende voorwaarden
lo. dal de invoer geschiede langs het zelfde
kantoor al6 de uitvoer plaats greep
2o. 'lat aan het eerste kantoor, hetzij in origi
nal dan wel in gewaarmerkt afschrift of uittrek
sel der vrachtbrief worde overgelegd, welke bij
den uitvoer tot. geleiding heeft gestrekt
3o. dat het woder ingevoerde niet verder dan
•het eerste kantoor worde vervoerd, dan na door
den districts-veearts of een zijner plaatsvervan
gers te zijn onderzocht.
Van genoemd onderzoek is. tenzij bij de amb
tenaren der invoerrechten en accijnzen aan hei-
eerste kantoor ernstig vermoeden beslaat, dat
het vleesch in ondeugoelijken staat verkeert, vrij
gesteld het wleesch. hetwelk voorzien is
a. hetzij van oen merktecken als bedoeld bij
het Koninklijk besluit van 21 November 1902
(Staatsblad no. 199)
b. hetzij van een merktecken, stempel of ver
klaring, ten bewijze, dat het voor den uitvoer bij
ceiie keuring van gemeentewege of door oenen
geexamineertlen veearts voor verbruik geschikt
was bevonden.
Met betrekking tot het. vee, hetwelk bij het
sub 3o. bedoelde onderzoek bevonden wordt te
zijn lijdende aan of verdacht van eene besmette
lijke ziekte, genoemd in hef. Koninklijk besluit
van 10 Juli 189b (Staatsblad no. 104). zijn de
wettelijke voorschriften toepasselijk Het vleesch,
hetwelk bij het sub 3o. bedoeld onderzoek geacht
wordt gevaar voor overbrenging van besmetting
op te leveren of voor vorbruik ongeschikt te zijn,
wordt in de gemeente van weder-invoer, door de
zorg van den Burgemeester, op Rijkskosten, on-
schadeljjik gemaakt op do wijze te 'bepalen door
den ambtenaar, die het. onderzoek heeft verricht.
Amersfoort, 17 September 1903.
De Burgemeester voornoomd,
WUIJTIERS
Politiek Overzicht
Het Keicerbezoek te Weenen.
Dé oude Keizerstad, het lachende Weenen
aan den sahocAie» Dom a-u, heeft korten tijd
den. Hoihe nzollornkeizcr in liaar muren geher
bergd, wiens geslacht tlvans in Dudtsclhllainid'
de plaatst inneemt, eeuwen lang door liet
hui© Habsbwg vervuld Maar de oude histo
rische veeten zijn vergeten. Sinds een kwart
eeuw staan Habeburg en Hohenzollern als
bond ge noo tem schouder aan schouder Als
trouwe vrienden begroeten elkander de heer
söhers. Op verzoek van deni ouden Keizer
Fram Josef is Keizer Wilhelm gekomen.
Jubel en feestgedruisch klonk hemi van alle
zijden tegemoet. Pronkmaaitijden hadden
plaat6, glans em pracht werd op groote schaal
ten. toon gespreidfeeststemming lieersohte
overal, inaar slechts maar buiten. Onder het
schitterende gewaad der feesten verborg zich
de angst en zorg om de toekomst der Dbuam-
momarchie, de bedenking wegens de steeds
meer dreigend gestelde eischen der nationa
liteiten, de onzekerheid omtrent de oecono-
miscibe verhoudingen., de drukkende verant
woording voor de troebelen in het Oosten.
In moeilijke tijden is Wilhelm II met. zijn
Rijkskanselier isn den Hofburg gekomen-
Stormachtig verlangen de Madzjaren vervul
ling van huir nationale eischen. invoering
van hun Aziatische taal als diensttaal in het
leger. De oude Keizer kam dat niet toestaan.
Geen Hougaarsohstaatsman echter waagt
het zonder dat de regeering op zich te nemen
In ongewonen vorm vaardigt. Franz Jo6ef een
dagorder aan zijtn. leger uit.
„M'j® leger, waarvan de vaste organisatie
door eenzijdige bemoeienissen, met misken
ning van de hooge taak. die liet voor het wel
zijn van beide helften der monarchie heeft, to
vervullen, zou kunnen' wérden ondermijnd,
mag weten,, dat ik noodt afstand doe van do
rechten en bevoegdheden, die den oppersten
krijgsheer zijp gewaarborgd Gemeenschap
pelijk en één. gelijk het is, zal mijn leger
blijlven, een sterke macht ter verdediging der
Oostenrijksdh-IIongaarsche monarchie tegen
iederen vijand."
Maar deze ernstige vermaning maakt geen
indruk meer zij prikkelt veeleer de heet
hoofdige Madz jaren tot nog radicaler optre
den. „Deleedigimg der natie. ..constitutioneel
conflict,*' weigering der belastingen," „aan
vang va,n, absolutisme of revolutie" klinkt het
uit Pest terug. Hoe zal de oplossing
worden gevoelden Waagt, de oude Keizer
het nog eens, zijn vaandels tegen de Madzjaren
te ontrollen? Is het, zijtn lot het politieke
tooneel te verlaten, gelijk hij liet. betrad, bij
revolutie en burgeroorlog?
Bijna, even verward is de toestand aan
deze zijde der Leitha. Tsjechen en Polen, >Slo
venen, Slowakem en Italianen, allen willen
hetzelfde a,ls de Madzjarenhun volksbe
langen bevorderen ten koete van de Rijks-
eenheid. Eu de Diuitsoher®, die het cement
van. het. Rijk vormen, zijn het moede nog
langer offers te brengen en verlangen ouder
den kreet „Los van Hongarije", erkenning
hunner nationaliteit en hunner hegemonie in
D ui bscli-Ooetenrijk.
Eui hoe ziet Ihet er op den Balkan uit?
Moet, het branden en moorden nog langer
voortduren Za.L men de oorlogszuchtige1 par
tijen tegen, elkander loslaten, of zelf ingrijpen
om rust. en orde te herstellen?
Al deze vragen zijn aan de orde van den»
dag. En de gissing is wel niet gewaagd, dat de
overkomst van den Duiit-schen Keizer althans
met de beide gewichtigste dier vragen in ver
band staat, en dat- ze in de gesprekken, die
tusschen de beide Keizers en hun kanseliers
gevoerd zijn., niet onbesproken zijn gebleven.
Over enkele dagen komt de Tsaar in Wee
nen men mag aannemen dat hem alles zal
worden medegedeeld, wat in de Balkanu-aari-
gelegonheid tusschen Duiitsöh'laud en Oosten
rijk is overeengekomen en dat deze beide
mogendheden in alles wat zij doen, voort
durend voeling met den beheerscher van het.
Russische rijk zullen houden. I» verband
daarmede zullen de beide verbonden Keizers
het wenswhelijk hebben geoordeeld!, vooraf
onderling hun gedragslijn te bespreken.
Maar nog een amdlere beteeken is heeft het
bezoek van den Duit schem Keizer, Men heeft
reeds uit de gewisselde toespraken vernomen,
dat Keizer Wilhelm op een bizonderen weusch
vam Keizer Fra,nz Jozef naar Weenen gc
komen, of, zooals hij zeide, geijld is. Dat wil
dus zeggen dat Keizer Franz Josef er naar
verlangde en. eeui speciale aanleiding had
om zijn bondgenoot bij zich ie zien. De boog-
officieuse „Neue F r e i e l'rcsse" maakt
ons op die aanleiding, zoo het nog noodig
was. opmerkzaam'. Of het den Keizer van
Oostenrk wellicht niet doelmatig en nuttig
heeft kunnen schijlnen, vraagt namelijk
d'it blad', „om. Europa, zcowel al© den
volkeren van zijin eigen rijik door het bewijs
van vriendschap van den Duiitschen Keizer
te laten riem. dat alle binnen,landsohe moei
lijkheden, zelfs het bedenkelijke schudden
aan, de eenheid van het leger, noch de machts
positie dei- monarchie noch het. vertrouwen
van dén bondgenoot .konden schokken."
De beide toespraken: herinnerden trouw eng
op demonstrative wijze aan het- onwrikbare
bestaan van het bondgenootschap.
Dé Duitsche Keizer ging echter nog een
stap verder toen hij) sprak,.De aanblik van
Uwer Majesteit's trotsche regimenten was
in ij een hartelijke vreugde, want den bond
van onze landen dragen en bevestigen onze
beide legers ten bate des vredes in Europa"
Terecht merkt de „Neue Freie Prcsse" op
dat het geen toeval kan zijn, dat Keizer Wil
helm in deze vleiende bewoordingen op het
doorslaande gewicht der beiderzijdsche legers
voor het besitaande bondgenootschap juist
een dag na de dagorder van Chlopy verwijst
Deze dagorder was reeds niet a1'nen tot
de volkeren der monarchie maar tot geheel
Europa gericht Zouden de Hongaarsche ra
dicalen hun doel bereiken, zoodat een afzon
derlijk Hongaarsch leger zou worden ge
vormd, dat een uitsluitend Hongaarsche po
litiek had te dienen, dan zou de monarchie
in een ernstige crisis worden geslort en haar
positie als groot# mogendheid kwam aan het
wankelen. Voor DuitscGTand' zou Oosten rij,k-
Homgarij© dan in plaat s van een kraehtigen
bondgenoot een gevaarlijke buur worden. De
dagorder zegt nu,,Hrt blijft bij het oud».
Biet leger blijft één, geliik het. was, en zoo
blijft Oostenrijk een macïïtig bondgenoot en
een krachtige steun voor den Europeeschen
vrede".
Dio opvatting werd door Keizer Wilhelm
in zijn toast bevestigd. En duidelijk gaf hij
aan oen ieder te verstaan, dat als Keizer
Franz Josef weigert de „trotsche regimenten"
te laten aantasten, hiji daartoe niet alleen
door redenen van binnonlandsche, maar ook
door redenen van bun ten landsohe politiek
wordt geleid.
Dat voor die woorden Keizer Franz Jo6af
hem zeer bartel Hik dankte en de hand schud
de. laat zich nu verklaren.
Hopen wij voor den grijzen heerscher in
voor liet behoud van den Europeeschen vrede,
dat uit de moeielijkhoden een afdoende op
lossing, die slechts een nederlaag der oppositie
kon zijn, gevonden werdt. welke nog een
maal toestaat het. lang vergeten praedieaat
van het „gelukkige" Oostenrijk..Felix
Austria", te bezigen.
Dultschland.
Na de onthulling van het standbeeld
van Keizer Wilhelm den Eersten te Danzig,
ging Keizer Wilhelm naar het huis van den
commandeerenden generaal, waar de leider
van een deputatie arbeiders van de militaire
werkplaatsen een toespraak hield, waarin hij
den Ke'zer dank zei voor de groote welwil
lendheid en het vertrouwen dat de Keizer
steeds den Duitsohen arbeiders geschonken
had, van zijn kant onverbreekbare trouw 1-e
lovend. De Keizer, in zijn antwoord, wees op
liet voorbeeld' van den groote n. Keizer, die
door de stichting van het, Duitsche rijk de
mogelijkheid tot stand had gebracht, dat de
handel en industrie zich in die mate uit
breidden. dat. zoo vele krachtige arbeiders
handen gebruikt konden worden.
Daar de arbeidersstand vreugde en vol
doening moet gevoelen voor de opening van
zoo'n arbeidsveld moot zij er ook het hoqg-
ste belang bij hebben, dat dit rijk een en
ondeelbaar blijft, naar buiten en naar binnen
krachtig
Do opleiding, welke de arbeiders in her.
leger ontvingen, maakt het. hun mogelijk, in
vrede, zege op zege te behalen.
De Keizer hoopte dat de gevoelens dezer
arbeiders ook in de harten der overige arbei
ders zullen dringen, opdat zij: zich steeds be
wust zullen zijn in do allereerste plaats Duit-
schers te zijp.
Het, negende congres van het In
ternationale Bureau voor Statistiek werd
gisteren morgen in het Rijksdag-ge
bouw geopend Minister Hammerstein be
groette» de aanwezigen namens den Keizer
en tegelijk namens de Pruisische regeering
In opdracht van de Rijksregeering heette de
onderstaatssecretaris Hopf do deelnemers aan
het congres welkom. Do minister van den
Eerodionst zond telegrafisch zijne gel uk we n-
schen voor het welslagen van het Congres
België.
Het Hbld van Antw. meldt, dat de Bel
gische minister-president do Smet de Nay er
binnen eenige dagen, vergezeld door
ingenieurs, eene reis langs het kanaal van
Charleroi zal ondernemen, aan boord van het
jacht La Sarcelle.
De minister wil ter plaatse de ontworpen
bestudeer en om van 't kanaal van Charleroi
een Beevaart/kanaal te maken, wat. het onver
mijdelijk gevolg is van de Brusselsche zee-
vaartsi us tellingen.
Het groote mijn- en nijvarheidsteentrum
van Charleroi zou aldus langs een waterweg
in reohtstreekscbe verbinding mot de haven
van Antwerpen worden gebracht.
Engeland.
Do St. James's Gazette zegt in
staat te zijn te kunnen verklaren,
dat. de Koning de benoeming van Austen
Chamberlain tot minister van financiën
goedkeurde. Meegedeeld wordt diat de Ko
ning tof. minister van koloniën lord' Sol borne,
tot minister van. oorlog Arnold Fors ter en
tot minister van Indië Brodrick benoemde.
Het. ontslag van minister Chamberlain
heeft eene rijzing in/ dé Engelsche fondsen
tengevolge gehad.
Ghamiberlain had Vrijdag reeds te Bir
mingham een lang onderhoud tmiet de unionis
tische partijleiders
Men. gelooft, dat Chamberlain reeds bin
nen een paar weken zijn kiesveldtooht za'l be
ginnen/ on in het geheels land rijn politiek
progra/nvmiai zal verdédigen.
Men vraagt, zich af wat do regeCriwg zal
floeu, tusschen heb protectionisme van Cham
berlain cn den vrijhandel der liberalen.
Het gerucht, loopt-, dat ook de hertog van
Devonshire zal aftreden, zoogenaamd om re
den van hoogen/ ouderdom.
Volgens sommige 'bladen is er sprake van
lord Ourzon, onderkoning van Indië. tils mi
nister van Koloniën te benoemen., doch do
Standard meent, dat lord' Milner zal be
noemd worden.
Volgens de Dailv Mail kunnen de alge-
mee ne verkiezingen in hot najaar worden
verwacht'do Daily Chronicle daarentegen
meent dat er geen sprake van is.
Dit laatste blad noemt het ontwerp van
tol hervormingen. door Chamberlain verde
digd, ultra-protect ionisme.
Chamberlain's aanzien neemt sedert
zijn aftreden beslist toe. De Daily Mail, die
in het Lagerhuis een sterken aanhang deelt
bij name de lij'-1 van 75 afgevaardigden mede,
die het. met de graanrechten eens zijn. Te
gelijkertijd wordt een andere lijst, van 46 tot
dusverre ministerieele vrij handel aars gepu
bliceerd, evenwel met de opmerking daarbij,
dat daar een aantal wankelmoedigen onder
zijn. De oppositie doet zeer veel moeite, om
een nooddruftige eendracht onder do Iedere
tot stand to brengen, om voor de mogelijk
heid eener kabinetsvormïïïg gereed te zijn
Er zal naar eene overeenkomst. gestreefd
worden, waarbij in het gegevcne geval den
Earl Spencer het presidentschap, Lord Ro-
sobery het ministerie van Buitenlaudsch»
Zaken. Sir Asquith de leiding van het La
gerhuis ten deel zou vallen, terwijl de lei
der tot. dusverre Sir Henrv Campbell Rau-
netman, inhet Hoogerhuis zou overgaan.
Spanje.
Het besluit van Silvela, om zich
in het g e w o neleven terug te Irak-
keu, de leiding van zijne partij neer ta
leggen en nooit do regeering meer te aan
vaarden, omdat hij zijne politieke idealen,
in het bijzonder oen bondgenootschap met
Frankrijk, als mislukt beschouwt, wekt groo-
Vrij naar het Hoog-Duit ech
24 DOOB
J. L. VAN DER MOER.
„Aan u mijn hart gilde de miskende
grootheid, en hij dacht er over na hoe heer
lijk het wezen zou, indien hij, als de met.
lauweren overladen koning aller tenoren, de
sohoone Paula Bergiua beminnen mocht. Tc
3keerd in ziim tochtig kamertje, dat dé
e van een kachel nimmer gekend bad',
en overtuigd dat er voor hem geen schaduw
van hoop bestond, herinnerde hij zich eens
klaps zijn geduldig wachtend avondmaal,
bestaande uit een paar wurmstekigo appelen-
Na deze met graagte genuttigd te hebben,
zong hiji zooals .hij iedoren avond tus
schen acht en negen uur placht te doen
zijn „Gute Nacht, d'u mein herziges Kind!"
dat natuurlijk b.stemd was voor de derde ver
dieping. Zoodra deze serenade was geëindigd,
begaf hij zich klappertandend ter ruste, cn
liet hij zichdoor den wind', die allerlei ge-
heizinnigc geluiden voortbracht, in slaap
zingen.
De wind giert over de daken der reuzen-
stad, huilt, door de straten cn raast als een
echte wildeman. Fluitend slaat, hij de hoe
ken om, en hoog in de lucht scheurt hij het
dichte wolkengordijn aan flarden, welke nu
in woeste vaart, worden voortgejaagd
Van achter de verscheurde wolken komen
de sterren to voorschijn. Aanvankelijk slechts
enkelen -, doch allengs vertoonon zij zich in
grooteren getale, nu eens kortstondig ver
dwijnend. dan weer schilferend in rijken
glans. En de glinsterende, gouden oogen van
dén nacht schouwen, neer oo het woelige
leven en bedrijf der mensehen in de reuzen-
stad. Zij zien ook neer op den forsch ge
bouwden, jongen man, die doelloos rondloopt
in de straten van Bertiita N, onverschillig
voor de omgeving en voor den weg, dien hij
werktuigelijk volgt Van tiid tot tijd even
stilstaand, leunt hij tegen een muur en
staart dan met sombere, wanhopige blikken
in den flikkerende vla,m van een lantaarn
De sterren kijken naar omlaag, cn zij!
turen door do kleine ruitjes van een dier
armoedige kamertjes van een hofje in de
Ackerstrasze, waar een verrukkelijk schoo
ne. jonge vrouw, in eenzaamheid onafgebro
ken de oogen gevestigd houdt op de beelte
nis van een man, vóór baar op de tafel
Uit haar blikken spreken deels de t.oover-
macht eener aardohe liefde, een onuitgespro
ken, vurig veria neon naar de zoetste gcliei-
raentis dezer wereld!. liefdesgeluk, deels
de extaso over een te verwachten mysterie
des hemels
Ook zien rij neer in een prachtvol atelier
in de Matthaikirchstrasze, waar het rossig
schijnsel va.n een langzaam uitdoovend haard
vuur telkens op het matrmerbledke gelaat-
van een man valt. die onmsttg en gejaagd
door liet ri*k gemeubelde vertrek op ra
neer loopt.
Hij gevoelt, zich zuo eenzaam en verlaten
Slechts de stomme voortbrengselen, van men-
schelijke scheppingskracht otmringein hem.;
schilderijen vol weeldennen klmirengloed, en
marmeren, heelden, welke ini hun kuische
naaktheid, door het schijnsel der van tijd tot
tiid opflikkerende, langzaam wegstervende
vlammen van het vuur, nis met jeugdige le
venskracht- schijnen' overgoten te worden.
Het. hart. van den eenzamen map strijdt
legem een alle» overweldigenden hartstocht.
De kamp is ontzettend zwaar.
..Laat af van mij,1'' roept, het strijdend
harts laat af, ik >»en immers verschaoherd
en verkocht
JWat. bekommer ik ni© daaromi?" ant
woordt de hartstocht. .Ik ben sterker dan
alles op aarde, sterker dan- de hemel, mach
tiger dan menschep en goden!'
„Ga heen. ga heenDe bruidegom- van een
gravin mag de dochter van. een als model
staande» dronkaard niet liefhebben, niet bc-
gecren met een grewenlotos verlangen Zijn
7,iel mag omi haar niet schreden, rijn oog
niet smachtend blikken op haai beeld, zijn
oor niet met welgevallen luisteren naar den
klank van haar stom1!"
„Kn toch hebt ge haar lief. nu en voortaan,
altijd en eeuwig, zooals ge nimmer nog hebt
lief gehad. Go zult haar beminnen met uiw
gansohé wezen, mot- eiken druippel bloed,
welke in uw adeivn i«. Uw riel cn uw zin
nen zullen om haar roepen, smachtend, vurig
verlangend, niet aan waanzin grensde begeer
te!"
De eenzame laat zich eindelijk op een stoel
neervallen. Het hoofd leunt achterover en
het doffe oog staart somber voor zich uit.
Phantastisch dansen de rustelooze vlam
men in den haard op cn neer. als scherp ge-
purit© vuurtongen, lekkend langs de ver
kolende houtblokken, die rich als fabelach
tige robijnen vertixmen tUBSohetoi den gleed.
Door het venusbeeld tegenover den schoor
steen, dat als ran een rozen sluier omgeven
is, schijnt ren stroom van ontwakend leven
te bruisen.
Dé man houdt er de oogcui op gevestigd,
en zij stralen van wellust. b»j den aanblik
der schoonheid, welke, in zijn verbeelding,
rioh zelve bewust wordt.
Is 't wel een marmeren beeld, dat daar
op 't voetstuk staat Is *t' geen levende
vrouw, welker n ol verborgen, schoéne vor
men men in verrukking aanschouwen mag;
wier boezem op en neer gaatzacht zuchtend'
van vurig verlangen? Een levend vrouwelijk
Wezen, welks lippen zich beroeren om een
woord van liefde te uiten, of om een kus vol
hartstocht te geven cn te ontvangen welks
oognn
Onder hot slaken van een benauwden
kreet, als heb dief geluid van iemand, die
■naa/r lucht, snakt en in doodsangst om hulp
roept, springt. Raimund Heimiherg op. Hij
drukt het brandende voorhoofd en do gloeien
de oogen in beide handen
Een wilde halluneinatie had het doode.
marmeren beeld herschapen in oen levend
wezen, waarnaar zijn riel zoo vurig verlangt.
Allengs dooft, het vuur uit. Geen enkel
vlammetje flikkert meer op. geen warm.
rozig'schi jnsel deelt t hans nog b'-zieling mede
aan de bleeke. naakte beelden. Niets dan een
hoopje gloeiende asch is in den haard over
gebleven.
En het is alsof de kille aldem- des doods in
liet ruime, prachtige vertrek rondwaart.
X
Eindelijk
Wie het niet. hardop zegt. denkt het toch
in stilte en ziet met dankbare blikken naar
den" hemel, waaraan zich heden, nadat ket
dager* lang geregend heeft, de zou weer ver
toont in haar vollen ri'ken glans. Dat gure»
natte herfstweer is ook zoo onaangenaam,
liet maakt den monsoh ongeduldig en be
derft. iemands goed humeur Maar thans is
de lucht ^*eer helder blauw en het schijtnt
wel, dat het verdwijnende schoon© jaarge
tijde nog éénmaal liefdevol wil neerzien op do
noordelijke metropolis, om met haar adem
het kleinste wolkje, hri zwakste neveltje weg
te blazen uit- den dampkring welke zich
boven de huizenzee uitstrekt Het is verruk
kelijk haar zoo te aanschouwen, die groote
stad van het. noorden, gehuld in een kleod
van fonkelende zonnestralen, als een veer
kracht isc. jonsre Koningin, omhangen met.
den rijk ecborduurden statiemantel. het ern
stige voorhoofd bedekt door een gouden dia
deem. Berlijn in zonneschijn, in een zee van
licht' Een eindeloos lichtgewemel in de lucht,
fonkelend cn glanzend', een onafgebroken
stroom van licht cn schittering van den hemel
naar de aarde' Glans omgeeft, do huizen en
paleizen, de standbeelden/ en gedenkteekene®,
de zinnebeelden van grootsrhe daden. Goud
glans overstroomt de straten en do pleinen,
cn over dc grasperken schijnt nog lentegroen
te liggen. Zelfs de armzalige, ^eel-oruine
kleur van de enkele, uog overgebleven doode
bladeren schijnt als door een tooverslag ver
anderd te zijn in een goudbruinen of pur
peren glans. Duiz< uden en duizenden gouden
vonkjes dansen lustig rond op de dartele
golfjes van het kanaal, welke do met. vruch
ten beladen bootjes, wier zoete appelcngenr
zich' ver in den omtrek verspreidtzuchtje©
heen en weer doen wiegelen.
Wordt vervolgd.