2
•J. Vaststelling van het derde aan vul-
iingskohier der inkomstenbelasting, dienst
1903, op een bedrag van f 180.
Worclt z. h. 0'. conform besloten.
7. Verzoek van den le er aar der H. DB1.
tiqh'ool J. 0. A. Ha-vjnga- om lessen aan de
Rijks normaalschool en een privaatles te
mogen geven, niet advies om het verzoek in
te willigen tot wederopzegging en uiterlijk
tot 1 September 1904.
-Wordt z. h. -o. conform besloten.
8. Vei zoek van A. J. van Zalingen om
een uitbouw te m'ogen maken bovent den
Zuidsingelgracht met advies om dit verzoek
in te willigen onder eenige voorwaarden.
Wordt z. b. o. conform besloten.
9. Benoeming van een secretaris-penning
meester van het Burgerweeshuis.
De Voorzitter ver-zoekt de heeren Celosse
en van Beek als stemopnemers te fungeeren.
De heer W. Croockewit W.Az. wordt be
noemd met 13 stemmen. Op den heer A.
Mi. E. des Tombe waren diïe stemmen uit
gebracht.
De heer H. J. Croockewit onthield zich
van medestemmen.
10. Benoeming van een advise erend lid
der commissie voor den gemeentereinigilngs-
dienst.
De heer T. van Daal wordt benoemd met
algemeen» stemmen.
11. Voorstel tot uitbreiding van liet
raadhuis.
Het voorstel strekt om
I. het overgelegde plan tot uitbreiding
van het raadhuis aam de zijde van het arm
kantoor (raming f 14.850) goed te keuren;
H. de toelage voor gemis aan vrij|© wo
ning voor den concierge van het gymnasium
te bepalen opt 75;
III. het armkantoor t© verplaatsen maar
het voormalige schoolgebouw in de Koe
straat, waar geschikte lokaliteit is te vin
den, zonder dat kosten behoeven te worden
gemaakt-
IV. B. en W. te machtigen tot aanschaf
fing van het benoodigde ameublement voor
het raadhuis, geraamd op f 1000.
De meerderheid van B. en W. stelt voor
bovendien nog eene uitgave van f 2500 goed
te keuren voor 'het bekleeden van den. nieu
wen voorgevel met hardsteenen platen, even
als liet hoofdgebouw1.
Die V oolrZitter. Als de leden nog in
lichtingen over het plan mochten wenschen,
dan ben ik bereid de vergadering te schor
sen, om den gemeente-architect, die in het
raadhuis aanwezig is, gelegenheid te geven
het plan nader toe te lichten.
Die heer van Eavel d. Mijnheer de voor-
feütter, ik moet zeggen, clat de gemeente-
architect zeer gelukkig geslaagd is in de
verbindimg van het nieuwe gebouw met het
hoofdgebouw van het raadhuis. Aan den an
deren kant is het echter eene teleurstelling
voor mij, dat er slechts één toegang zal zijn
tot het gencuiW. Het is mij: dikwijls opge
vallen, dat de gaing van het stadhuis opge
propt- was met menschen en met- jongens,
ook in verband met- de nieuwe arbeidswet,
die meebrengt, dat kaarten moeten worden
aangevraagd op het stadhuis. Ik had ge
hoopt, dat deze verbouwing de gelegenheid
zou verschaffen om dien groeten toevloed
af te leidein, en voor het bekomen van die
Boor tij dingen oen anderen toegang te ver
schaffen. Daarvan blijkt echter niets; inte
gendeel wordt de ruimte in de gang weder
verminderd, doordat het belastingkantoor
weer in het stadhuis zal komen. Alle men-
schen, die in het stadhuis komen, zullen
door eene deur in en uit moeten. Nu be-
hio^f i'hi niet te zeggen, dat als vele meii-
sithem in een beperkte ruimte worden opge
piept, de atmosfeer daar iets vunzigs, iets
onaangenaams krijgt. Men kan dat onder
vinden in het postkantoorals men daar
op drukke uren moet zijn, dan komt de
vuil©, vieze lucht ons tegen. Ik had gehoopt,
dat men bij deze verbouwing van het raad
huis daarop bedacht zou1 zijn geweest.
Dan mis ik m het plan de opruiming van
liet spreekkamertje op de eerst© boven,verdik
ping. Dat is daar indertijd gekomen: als een
hulpmiddeler is destij|dis gezegd, dat het
woei* zou worden weggenomen, als de groohe
uitbreiding zou komen. Wanneer dat ka
mertje d<aar blijft, dan wordt de omgeving
van de burgemeesterskamer, de kamer van
den secretaris en cle raadzaal heel onoagelijk
gemaakt. Het licht van de gang wbrdt daar
door weggenomen, de mooie1- gang heeft er iets
kelderachtigs door gekregen. Ook omdat de
raadszaal dient als trouwkamer bijl plechtige
gelegenheden, zou) ik wenschen, dat het licht
op de gang zal worden hersteld, zooals het
vroeger was. Ik hecht er aan, d!at dat on-
oogelijke ding zal worden opgeruimd, te meer
omdat indertijd is toegezegd, dat het slechts
als tijdelijke maatregel zou worden aange
bracht.
E!en groot voordeel van den nieulwten bouiw
is, dat wij een brandvrij! archief krijgen. In
ons archief, waarvan wij nu een door
dr. Reijndérs met zorg bewerkten catalogus
bezitten, hebben wij werkelijk heel moe'©
stukken^ die voor het nageslacht van groot©
waarde zijn. Dat is een der groote voordee-
leau van het plan. Maar ik moet daarbij op
merken, dat zoo heb ik althans begrepen
de toegang tot het archief zal plaats heb
ben door gewone houten deuren. Wanneer
die worden aangebracht, dan is het brand
vrije van het archief vrijwlel illusoir. Ik zou
dus wenschen, diat het archief ten minste
door ijzeren, brandvrije dieuren kon wor
den afgesloten.
Verder is door deze! verbouwing noodig de
verplaatsing van het bureau van het arm
bestuur. Daar glijden B. en W. luchtig over
heen. Het eenige wat wij: daarover krijgen
te lezen, is dat het armkantoor zal worden
verplaatst naar het voormalige schoolgebouw
in de Koestraat, waar geschikte! localifceit
is te vinden, zonder dat kosten behoeven te
worden gemaakt. Ik moet daarvan zeggen,
dat eene instelling als het armbestuur ook
behoorlijk moet zijn geïnstalleerd. Wanneer
nu daarvoor eene inrichting wordt gemaakt
zoodanig, dat zij geen kosten veroorzaakt,,
dan vrees ik, dat het armbestuur wordt op
geborgen zonder dat aan de eischen, die het
kan stellen, ook maar eenigszinsi wordt vol
daan. De architect bespreekt dat punt niet
in zijn advieshij noemt het niet eens1. Maar
mijind vraag isWat zal die overplaatsing
van het armkantoor kosten? Zullen wij een
armkantoor krijgen, waar dJe armlastigen eu
het armbestuur bekoorlijk' gehuisvest zijp?
Het zou niet aangenaam zijn, als het arm
bestuur t© midden van de armlastigen gezet
werd. Eenige zekerheid had ik gaarne dien
aangaande, vóór ik voor dit voor&tel stem.
Op genoemd© punten zou ik gaarne die toe
lichting van het voorstel nog nader aangevuld
zien. Dit noopt mij te vragen, dat de zaak
in de afdleelingen zal wérden onderzocht-.
De hoer Celosse. Mijnheer de Voorzit
ter, het komt miji voor, dab de opmerkingen,
die de heer van Esveldl heeft gemaakt, dui
delijk doen uitkomen, dat liet wénschelijk is
den gemeente-architect te hooren, zooals door
u reeds werd aangegeven. Ik heb van het
geachte lid uitdrukkingen gehoord) als..Als
ik het- wel begrepen heb." Wanneer de ge
meente-architect hier komt, om zijn plan na-
dier toe te lichten, dan zal de heer van Es-
veld 't zeker begrijpen. Hij wil nog een twee
den toegang naar het stadhuis. Hij klaagt,
dat de gang donker is. O'vcr dergelijk© din
gen kan de ontwerper van het plan ons het
best inlichten. Dit geeft mij aanleiding om
voor te stellen den architect, die in het raad
huis aanwezig is, Lier te laten komen. Dat
is de beste weg om de bezwaren, die de heer
van> Esveld en mogelijk nog andere heeren
tegen het plan hebben, uit den weg te rui
men.
Dia heer v a-n Esveld1. Mijnheer dé
Voorzitter, de heer Celosse heeft niet goeld
begrepen, wat ik straks heb gezegd. Ik ben
begonnen mét te zeggen, dat de ontwerper
van het plan zeer gelukkig w'as geweest in
die oplossing van de verbinding van den nieu
wen aanbouw met het oude gebouw. Alleen
he;b ik er bijgevoegd), dat het wensckelijk
zou zijn nog een anderen toegang t© hebben,
opdat het mogelijk zou zijjn den grooten
toevloed van memschen in het -stadhuis af
te leiden. Dé klacht over donkere gangen
betrof alleen de gang waarop dl© kamers van
den burgemeester en den secretaris eni de
raadzaal uitkomen. Dat. zit echter alleen in
dat ongelukkige spreekkamertje,.
Da Voorzitter. Ik zal d© vergade
ring thans schorsen, om gelegenheid te
geven den gemeentel-architect nader te hoe
ren over zijn plan. Daarvoor behoeft geen
geheime veigadering belegd te worden. Het
is voldoende, de zitting gedurende eenige
oogeublikken te schorsen'.
De zitting wordt geschorst.
De beraadslaging hervat zijinde, geeft de
Voorzitter het woord1 aan den, heer Visser.
De heer Visser. Mijnheer de Voor
zitter, ik wensch enkele opmerkingen te ma
ken tot beantwoording van de bezwaren van
den heer van Esveld' tegen het plan. Het
geachte lid maakt zich bezorgd over verstop
ping van de gang in het stadhuis. Ik kom
bijina eiken dag op het stadhuis. Maar dat
het zoo vol menschen is in de gang,
dat men er niet kan passeeren, heb ik nooit
ondervonden. Misschien is het er vijf of zes
maal in het jaar, bij de inschrijving voor de
militie b.v. en bij andlere dergelijke gelegen
heden wat druk, maar overigens is het er
nooit zoo vol, dat men verstopping zou moe
ten vreezen. Eerder is het tegendeel het ges
valj men kan er bijna met- paard en wagen in-
rijidén. Daarbij komt-, dat de hioofdgjang ontlast
zal worden door de zijgang, die ook door
den heer van Esveld is genoemd. Wie naar
het bureau van den burgerlijken stand moet,
ka-n onmiddellijk van die zijgang gebruik
maken. Het is waar, dat het kantoor van
den ontvanger weer in het stadhuis zal kot-
men, maar als daar gemiddeld 25 menschen
per uur komen, dan is dat hoog getaxeerd.
Nul brengt de heer van Esveld dé ver
plaatsing van het armbestuur ter sprake;
hij maakt zich daarover ongerust. Dé heer
van' Esveld is zelf lid van het armbestuur;
hij zal zich herinneren, dat over dén toe
stand van het armkantoor méérmalen ge
klaagd is. D'aarvoor bestond all© reden het
tegenwoordige lokaial was geheel ongeschikt
's winters was het er benauwd en in den
zomer was 't er niet beter. Er is een plan
geweest', om het armkantoor weer te bren-
geeu naar het gebouw aan de Breedestraat,
maar dat is afgestuit op de^lioog© kosten.
Nis doet zich dé gelegenheid voor om in
het gebouw aan cl© Koestraat aan het arm
kantoor een goed: 1-okaal ©n een behoorlijk
wachtlokaal voor het publiek te verschaffen.
Dat kaai nergens beter geschieden dan in de
Koestraat. Men heeft daar een© keus van
lokalen ter disocsitie. Bé armen, die op het
kantoor moeten) geholpen worden, kunnen
er een goede verblijfplaats- vinden. Een©
afscheiding tusschem het lokaal voor het bei-
stuur en het wachtlokaal voor het publiek
is gemakkelijk te maken men behoeft daar
toe en-kei een schot te plaatsen. Met eene
uitgave van een gulden of tien is dat in