2"* Jaargang. Dinsdag 23 Februari 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. Rozenheuvel. ar. 220. RSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoort ......a f 1.35. Idem franco per post Afzonderlijke nummers- 0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentien, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij do Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF 6 C». Utrechtschestraat 1. lntercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN f 0.79. - A.ls: Yan 1—5 regels Elke regel meer Groote letten naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeolige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag Politiek Overzicht. De positie van Mandsjoerije en Korea in den oorlog. Terwijl het vraagstuk van China's onzij digheid in den oorlog tussahen Rusland rn Japan op bevredigende wijze geregeld is door do onzijjdigverklaring van China, en door do instemming, die die bedde oorlogvoerende par tijen hèbbon betuigd met don door de geza menlijke onzijdige staten uitgedruikten wensch dat do oorlog tot Maindsjoerije beperkt en niet op het gebied van eigenlijk China over gebracht moge worden, schijnt over ©ene an- andera kwestie het. overleg nog niet afge>- loopeu te zijn. Dat is do kwestie van de Amerikaansche consulaten in Maindsjoerij© en Liaotong. Zij komt hierop neer De Vereenigde Staten hebben ihu.n voorne men t© kennen gegeven, een consul te zon den naar Daln/y, de hancLelsliavetn da© door do Russen gebouwd is, dicht bij; die oorlogs haven Port Arthur. Op deze kennisgeving is van Rusland "het. bescheid ontvangen, dat rijt te Dalny geen consul zullen toela ten. De Vereenigde Staten hebbon hun antwoord op deze weigering opgeschort onder opmerking dat, daar Mandsjoerije door hen als eone Cliineosch© provincie wordt be schouwd, zij aan China het exequatur zullen vragen voor do conrails, die zij daarheen zul len zeinden. Het bericht nieldl voorts nog in, dat de beslissing van de Russen sleohts doel de op Dalny alleen en niet op d© Mandsjoe- rijiscbe steden Moekden en Antoeng, die be steand zijn tot standplaatsen, voor Aimerikaan- soho consuls. Een medewerker van de Temp3, die over deze zaak inlichting heeft gevraagd, hoeft Vernomen, dat te Dalny de Russische regee- ring alleen te booordeelen heeft of 'het get- wensc&t is daar al dan niet dat consu laat te vestigen. Het schiereiland Liaotong is irt behoorlijken vorm aan Rusland in pacht afgestaan. De oorlog heeft daar een staat van beleg doen ontstaan, en niets is dm natuur lijker dan dat. "de wetten van dien oorlog er worden toegepast en dat Rusland weigert, in de tegenwoordige omstandigheden het exe-. quatur te geven aam een vreemden consul. Niemand kan daaraan aanstoot nemen. Wat Mandajoenije betreft., daar is het ge val anders. Wanneer de Vereenigde Staten, die een handelsverdrag met China gesloten hebben, aan de Chineesche regeering vragen het exequatur te verleenen aan Amerikaan- sche consuls te Moekden en te Antoeng, dan is dat hun recht. Maar de tegenwoordige toestand verleent ook aan Rusland eenige bijjzonder© rechten, en die wkxndon aldus om schreven „Gijl weet, dat Rusland, liet voorbeeld vol gende van Frankrijk, Engeland) en Duitsch- landl, op do Amerilcaanscüe nota hoeft geant woord, dat het besloten was do onzijdigheid van China to eerbiedigen, op voor-waarde ech ter dat goed werd vei-staan, dat Mandsjoerije, tegen onzen, wil het toaneel >van de oorlogs- operatiën geworden, buiten deze onzijdigheid blocf. De Vereenigde Staten Ircbfoeii daarin toegestemd. Zij) zullen zich dus niet er over verwonderen, dat wij uit consequentie de wetten en do gebruiken van don oorlog toe passen in Mandsjoerije. Zijl willen er consuls heenzenden. Onze nota van 11 Januari geeft hun do verzekering, dat wij daarin geen be zwaar zien. Zij willen aan China het exequa tur vragen: heel goed. Maar het is hun niet onbekend, dat in den bestaan den oorlogstoe stand de RuBsische militaire overheden al leen zullen hebban te beoordeelen, of het mogelijk is dia consuls toe te laten, zelfs voor zien van het Ghineesche exequatur." Do slotsom is dus, dat- Rusland! niet wil, dat de Amerikaansche consuls kramen. hetzij te Dalny, hetzij in Mandsjoerije. Terwijl Rusland mdh gedraagt als heer en meester in Mandsjoerijie, doet Japan het zelfde ion Korea. Den Keizer van. Korea is aangezegd, dat aij.ni land zich va.n nu/ af on der Japan soli, bestuur bevindt. Kam hij) zich daarbij niet neerleggen, dan zal hij: in zijn eigen: paleis de gevangene zijp van het Ja- pansehe leger. Want de vlucht naar 'het Rus sische gezantschapsgebouw*, waardoor hij zich den lien Februari 1896 aan den Japanschen invloed' onttrok, kan lie/m ditmaal niet ba ten ër is geeni Russisch gezantschap meer in Korea; de Japanners hebben dat uit het land gezet. De gezant van Korea, te Londen heeft te genover een vertegenwoordiger van de Daily News aldus de positie van zijja land geken schetst „Politiek zijn wij. onzijdig, geografisch zijn wij 't. niet, omdat wij, 't niet kunnen zijn. Wat is liet laatsle nieuws, dat gij uit Korea 'hebt ontvangen werd hem gevraagd. Nieuws? Ik heb in meer dan oen© week geen tijding van mijne regeering gehad. Ik woet niets buiten wat in do Engelsclve bla- dien verschijnt. „NeutraalNatuurlijk is Korea neutraal', ging .hij: voort. „Het zou dwaasheid! geweest zijn. .van de regeer ing, als zij) getracht had zich te velvetten tegen het landen van do Japansohe troepen. Nu het. land overstroomd is door vreemde soldaten, staat de handel stil. Onze regeering kan hare belofte, om do havens Wi-joe en Yongampho open te stel len, niet vervullen. „Ik wou/, dat ik tijding kou krijlgem. vau mijne regceiingwas de klacht, van den. ge zant. bij het scheiden Inderdaad droovig is de toestand va.n do lander?,"-die bestemd zijn tot het slagveld, wtaar de beide vijandige legers in dezen oor log elkaar zullen ontmoeten. Frankrijk. De democratische voreeniging, de meest rechts staande ministerieele Kamer- groep, heeft in haar Zaterdag gehouden zit ting een besluit genomen, waarin zij haar trouw jegens den Russische n bond genoot uitdrukt. Spanje. Het kabinet heeft bij de Kamer eeno bui tengewone ciediet-aanvrage ingediend van 9£ millioen pesetas, voor het aanschaffen van oorlogs. en marine-materieel en tot ver dediging der kusten. De minister-president Maura verklaarde, dat do Regeering geen enkele aanwij/zing ont ving, maar dat deze maatregelen voortvloeien uit de verplichting om do neutraliteit te handhaven Rusland. Te Kischinew is gisteren de behandeling begonnen van vijf nog hangende processen, in verband staande met do mishandelingen tegen de Joden, in April 1903. Turkije. Er zijn dringende bevelen ontvangen om de voltooiing te verhaasten van den kruiser Medjidieh, die op de werf van Cramps te Philadelphia in. aanbouw is. De Med/jidieh ml den leu Maart naar Turkije vertrekken. Het Turkslie gezantschap te Weenen spreekt dc geruchten betreffende de mobi lisatie van Turksche troepen tegen. De oorlog in dost-Azië. Aan den Heralcl wordt int. Peters burg geseind In wel ingelichte krin gen verzekert men, dat de Czaar zeer ontevreden is over de incidenten, die zijtn voorgekomen bij den nachtelijken torpedo- aanval vau de Japanners voor Port Arthur, en een zorgvuldig onderzoek heeft bevolen. Er gaan aanhoudend geruchten rond, die betrekking hebben op den stadhouder, ad miraal Aletxejew. Hiji zou niet hebben be antwoord aan de verwachtingen, die men in hem, had gesteld. De Herald ontving verder uit Petersburg de volgende déuêche Men verzekert, ondanks de officieele tele- grammen, volgens welke alles mistig zou zijn in. het uiterste Oosten, dat er aan de Yaloo voorpostengevechten hebbein plaats gehad. Ten gevolge van een dezer gevechten zouden de Ru/isiseh© posten, diei voorwaarts waren gegaan, genoodzaakt geweest zijn terug to gaanzij zoutlen belangrijke verliezen ge leden hebben, die op 2500 dooden worden ge schat. Een bericht uit Tientsin meldt, dat 3000 Japanners te Tsjemoeilpo zijn geland. De Temps lx/vat een telegram van het. Russische agentschap, uit Peters burg: Aan den algemeenen staf der Russische marine verklaart, men voor ongegrond de beweringen van <le Engelsche bladen, dat de stadhouder Alexejcw voor goed zich 'te Charbin zou hebben gevestigd. De stadhouder doet thans eene reis om do troepen te inspecteeren, die komen met den Transsiberischen spoorweg. Waarneer gene raal Kuropatkin, de benoemde opperbevel hebber van de troepen van het landleger, zal zijin aangekomen, zal dezen Charbin tot zijn hoofdkwartier maken. Alexejew zal dan naar Port Arthur terugkeeren. Volgens een bericht uit Port Arthur worden den 21en 's morgens zwakke schoten uit zee gehoord. Waarschijnlijk trachtten Japansche torpedobooten de haven te naderen. De verklaring van Japan, dat het kolen en levensmiddelen bepaald als oorlogs-con- traibande 'beschouwt-, wordt, als willekeurig gekenschetst. De Navi Krai, bet orgaan van gouverneur Alexerew, verlangt, dat Engeland de Rus sische sciiepen zal toestaan te Singapore eu te Hongkong zich te voorzien van een voor raad kolen voldoende voor de reds naar Port Arthur, dat is voor twaalf dagen, terwijl dit aan de Japansche schepen slechts moet- wor den vergund voor dte reis naar Formosa, dat ia voor twee dagen. Het bestuur der posterijen heeft maatrege len genomen om de herhaling te vermijden van het ongerief, dat door de gebrekkig© inrich ting ,vau den veldpostdiensL in den Turksch- Russi9ch«n oorlog werd ondervonden Tot uitvoering van deze maatregelen is als bij zondere gevolmachtigd© bijj het leger te vel de gedetacheerd! de lieer Stonk owitsch, die twintig jaren in Turkestan Werkzaam is ge weest. Uit Tokio werd van gisteren naar New- York geseind, dat admiraal Togo opnieuw een aanval deed op Port-Arthur. Dit bericht wordt waarschijnlijk geacht, omdat admiraal Togo thans Port. Arthur blokkeert. Het was eohter onmogelijk de bevestiging er van te verkrijgen. Aan het Japansche departement van marine werd gezegd, dat er heden geen nieuws van admiraal Togo ontvangen was. De Telegraph verneemt uit NagaskiVier Russische torpedovernielers zijn voor Port Arthur vormeesterd door het Japansche es kader. De bemanningen zijn krijgsgevange nen. De Russische signalen werden met suc- oea aangewend. De Japansche legatie te Londen maakt bekend, dat de passagiers eu de beman ning van de Japansche stoomboot Nakanou- ramar-u, dat den 11. dezer door een Russisch oorlogsschip tot zinken werd gebracht in de straat van Tsugaru, gered zijn door dit oorlogsschip en naar Wladiwostok ziju ge bracht. Daar zijn zij op een Duitscli stoom schip overgegaan, dat hen Wacht naar Na gasaki, waar zij heden zijn aangekomen (Hetzelfde bericht wordt, ook uit Berlijn gemeld door Wolff's-bureau, met deze aan vulling, dat drie man vau het Japansche schip zijn verdronken.) Ilct Russische transportschip Orel is van Djiboeti te Suez aangekomen, evenzoo het Russische transportschip Smolensk, komende van het Zuiden. Beide schepen zijn het ka naal binnengestoorad. De kleine Russische kruiser Mnartsjoeir, die buiten Sjanghaai worde opgewacht door die Akatsoosjenui, zou, volgens een telegram aan de Daily Telcgfaph, Vrijdag reeds ver trekken. D© Japanners zeggen, dat het. Rus sische oorlogsschip weg moet, omdait. hunne koopvaardijschepen/ anders Sjainglhaai niet kunnen aandoen. Uit Port Arthur wordt gemeld, dat de kleine pantserkruiser Nowik thans hersteld is on liet dok verlaten heeft. Uit Petersburg is het bericht ontvan gen, dat do minister van oorlog, generaal Koeropatkin tot opperbevelhebber van het leger in Mantsjoerije benoemd is. Koeropatkin gaat door voor een van de uitnemendste Russische legeraanvoerders en is door zijn werken op het gebied van de krijgskunde, die door generaal Krahmer in het Duitsch zijin vertaald, ook in westelijk Europa bekend geworden. Hij is thans 56 jaar oud en begon zijn militair© loopbaan in het eerste Turkeetansche Uniebataljon. Koero patkin onderscheidde zich in de veldtochten van generaal Kaufman, bezocht daarna de hoogere krijgsschool, welke hij in 1874 als eerste van zijn jaar verliet en werd later naar Turkestan gezonden, waar bij als jong kapitein de St. George-orde verwierf. Hier leerde hij Skobelef kennen, die hem in 1877, toen hij de 16. divisie infanterie onder zijn bevelen kreeg, als chef voor zijn staf uitkoos. Het succes vau Skobelef bij Plewna, Lowlsja en den tocht over den Balkan moet hij groo- tendeels te danken hebben gehad aan de ver- standigo raadgevingen van Koeropatkin. De laatste klom iutussoken tijdens den oorlog, na een diensttijd van nauwelijks twaalf jaar, als officier tot kolonel op en werd gewond. Later kreeg hij de Turkestansche fuselier- brigade en leidde die met. groote bekwaam heid in den veldtocht van Skobelef tegen de Tepo-Turkomannem in 1880 en 1881. Van Taskent tot Gulc-Tope moest hij ongeveer 1000 K. M„ waaronder verscheidene hon derden K. M. door de woestijn, afleggen, manr l'jj I-wam «n 7oer korten tijd od de plaats van zijne bestemming aan, zonder een man verloren te hebben. Deze tocht, welke zo ogoed gelukte, dank zij de degelijke maat regelen van den jongen kolonel, baarde het grootste opzien. Bij de bestorming van Guk- Tepe voerde hij een vau de drie afdeelingen aan en verwierf het St. George-krui9 3de klas, een voor zijn rang geheel ongewone on derscheiding. Op 34-jarigen leeftijd werd hij generaal en kwam hij bij den generalen staf, in 1897 kreeg hij het opperbevel iu het Transkaspische gebied en oen jaar later werd hij minister van oorlog. Koeropatkin heeft zich zeer verdienstelijk gemaakt voor de stelselmatige ontwikkeling van het Russische leger. In het voorjaar van 1903 werd hij naar Oost-Azië gezonden, om do troepen te inspecteeren en zocht bij die gelegenheid ook Japan, waar men hem met hooge eerbewijzen ontving. Hij is iemand die door zijn voorkomen de aandacht trekt; zijn bleek gezicht, omlijst door een zwarten vol|eu baard, zijn altijd ernstige eu peinzende blik doeu hem ouder schijnen dan hij in werke lijkheid is. Hij ia kort van stof, houdt zich buiten de uitgaande kringen en spreekt liefst ever zijn vak of over do politiek. Het. gerucht liep te St. Petersburg, dat dn benoeming vau Koeropatkin edii begin van ongenadte voor admiraal Alcxejeff was. De eorreejKmdenit vau de Ecluo de Paris be weert. echter, dat «Ie benoeming van Koero patkin gebeurde op voorstel van den Tsaar, na voorafgaande instemming van Abxejeff, die echter vroeg, dat de hoofdbevclhebbc® te lande ïechtstreeiks ver antwoordelijk zou zijn voor al de lcrijgs ver richti ngen Aldus werd overeengekomen, en, alhoewel. Alexejeff geduixMidte lueel den veldtocht de vertegenwoordiger is van het Keizerlijk ge zag in liet Verre Oosten, zal generaal Koero patkin, die binnen 14 dagen vertrekt, reoht- streeksch aan den Keizer schrijven en sei nen. Geen enkel grootvorst zal deelnemen aam die krijgsverrichtingen, te laude. Alleen groot vorst Oyriel, Wladimir's zoon, zal aJs fregat kapitein naar Port-Arthur gaan. De benoemde Amerikaansche ©on-sul tc Dalny, Morgan, vertrekt den 25en Februari uit San Francisco. Tot, nader order zal hij echter te Shanghai blijven. Om eene herhaling te voorkomen van de paniek die verleden Zaterdag op de Beurs van Parijs is ontstaan, op het gerucht dat de Russische gezant Londen had verlaten heeft gisteren de syndicus van dc wissclageti- ten van Parijs een onderhoud gehad met den heer Rouvier, minister van financiën. Al do alarm geruchtendie Zaterdag de ronde deden, zijn van allen grond ontbloot en de toestand in Frankrijk, Spanje en Turkije is van dim aard, dlai niets de daling vau hunne rentepapieren motiveert. Men hoopt, dat de Beurs vandaag ham goede stemming zal hernemen. Geen enkel wisselagent verkeert in moeiolijkheden. Uit het Engdsch VAN FLORENCE MARRYAT. ■HOOFDSTUK XXTV. Kapitein Philip als trooster. Hij knielde naast haar neder, sloeg zijn armen om haar heen cn staarde, schier be dwelmd dcor de overmaat van zijn geluk, cenige ©ogenblikken zwijgend naar haar blo zend gelaat. Eindelijk zeide hij met een van ontroering trillende stern „Lieve, lieve Elveline zoo goed van ver trouwen, omdat ge zelf rein zijt van alles, wat naar bedrog en onwaarheid zweemt hoe durft ge aldus spreken tot een man, van wien ge feitelijk niets anders weet dan dit eene. dat hij een eerlijk en trouw rentmees ter is geweest?" „En is dat dan niet-9?" „Voor Rozenheuvel is het misschien zeer veel, maar het is niets, Eveline, voor je echt genoot. Vergeet niet-, dat ik hier een onder geschikte plaats inneem dat ik je mindere ben! Ge weet niets van mijn afkomst af! Mogelijk behoor ik, wat mijn geboorte aan gaat, tot do heffe de9 volks." „Wat kan dat mij schelen Ik heb je lief, zooals je nu bent! De menschen maken over 't algtemeen veel te weed drukte over liet verschil in rang en stand. Bovendien ben ik zelf volstrekt niet van voorname afkomst." „Maar ge zijt rijk» liefste. Ge hebt Rozen heuvel iii' eigendom. En ik heb niets ik ben arm." „Ge hiebt mijbracht Elvedan© min of meer beschroomd iu 't midden, „en Rozen heuvel en ik zijn éón". „Maar wat. zal de weheld er wel van zeg gen, dat je trouwen'gaat met je rentmees ter? Zal zij niet. van oordeel zijn, dat je, door mij te verheffen, jo zelf verlaagt.?'' Eveline lachke vroolijk om dat bezwaar. „Wel, natuurlijk, kapitein Philip, dat spreekt vanzelf. Wanneer heeft, de wereld ooit iets gezegd, dat vriendelijk en edelmoe dig was en niet kwetsend voor iemands ge- vpel? De wereld zou de wereld niet zijn, als ze niet oppervlakkig en bekrompen klein- fjoettig was. AVij beiden zijn echter boven haar boosaardige toespelingen, haar hoonend gelach, haar snijdenden spot verheven. De wereld zelf is over 't geheel niet gelukkig en het schijnt wel, dat zij daarom niet dul den kan, dat sommige uitverkorenen een Etbl en rein geluk deelachtig worden. Maar ais je gelooft, dat ik je gelukkig kan ma ken..." yjOft ik dat geloof viel hij haar met vurige onstuimigheid in de rede. „Ge. zoudt nuj even goed kunnen vragen, of ik geloof, tdat Gtod waarheiid is. Er is voor mij geen grooter geluk denkbaar dan dat ik jou mijn vrouwtje zou mogen noemen, Eveline. Dat t* mijn liefst© ideaal." „Dan zal dat ideaal, wat mij aangaat, verwezenlijkt worden", zeide zij met den haar eigen, beminnelijken eenvoud. I Kapitein Philip boog zich over haar b,een, nam haar handen tusschen de zijne en kuste haar innig en teeder. Een tijdlang zwegen beiden. Zij gevoelden, dat hun liefde thans beregeld was geworden. „Ik heb je zoo bitter weinig aangaande mijn onbeteekenende persoonlijkheid mede te deelen'sprak hij, toen. hij eenigszins van zijn ontroering bekomen was. „Het voor naamst© weet ge reeds. Wat afkomst, bi- treft, ffta ik met. beneden je dat kan 'k je verzekeren maar tioordien ik reeds op jeugdigen leeftijd op zee bon gegaan, b?n *'k zoo'n ruwe, onbeholpen kerel geworden. Ik zal jou wei niet behoeven te. zeggen, lieve Elveline, die mij reeidsi zoo lang en zoo van nabij kent, dat ik alles behalve e.on galant cavalier ten. Ik heb ren droevige, eenzame kindsheid geliad en het zeemansleven is oor zaak. dat ik tamelijk eenzelvig en in mijzelf gekeerd ben gaworden. Mijn boeken en nijn pijp waren mijn eenigte vrienden. Eerst toen ik jou leerde kennen., veranderde do aarde in een. paradijs". „Waarom heb je het zeemansleven vaar wel gezegd vroeg Eveline „Omdat het mij op den duur tegyn de borst stuitte, hoewel ik vrij spoedig carrière maakte, lïovendien noopten familie-omstan digheden mij, naar Engeland -terug te kee- ren^ teneinde mij nauwkeurig op d© hoogte van den «tand .van zaken t© stellen Zoo kwlam ik van het een op heb ander, tot ik eindelijk besloot, voor goed aan .Wal te blij ven en te solliciteereai naar de vacante be trekking als rentmeester ©p Rozenheuvel. Weet je nog wel, Eveline, flat ik van Lon den hierheen kwam gereisd, om de zaak verder mondeling t© bespreken? Ik herinner mij liog bijna elk woord van het /gesprek, dat wij bij die gelegenheid in de bibliotheek kamer gevoerd hebben." „Ik ook. ïk voüd je wel een beetje brus que, maar ik wa* toch terstond' hoog met je ingenomen. Weet jc nog wel, da.t. ik je t© di- necren hield on dat wijf na. den. middag sa men het landgoed rondreden, en...." „Ik werd al dadelijk smoorlijk verliefd op je.i „Toch zeker niet op dien eersten dag van onze kennismaking?" „Ja zeker, toen roeds. Ik vo«id je het meest praktische, het verstandigste, het de- geliiikstci meisje, dat ik ooit. in: mijn leven ontmoet had." „Foei, dat klinkt in 't. geheel niet lieflijk' Was er niets anders, waardoor je tot mij werdt aangetrokken „O. er was nog oneindig veel meer AU je gplooft-, dat de liefde en' bewondering, welke ik voor je koester, uitsluitend cp verstande- liike eigenschappen berusten, h©b jc het glad mis. Maar ik acht je v©r boven alles wat naar vleitaal zweemt, verheven. Je zoudt niet eens willen, dat ik je haarfijn vertelde, hoe ik over je dacht en denk. Het zal je duidelijk genoeg uit alles blijken. Er zal gocn dag voorbijgaan, of je zult telkens opnieuw aan alles kunnen merken, hoe gronzenloos lief ik ie heb." „Hoe heerlijk, om zoo bemind te worden en zelf aldus lief te hebben," prevelde Eve- litne. met haar hand in dc. zijne. „En nu der» zaak aldus tot wcderzijdsch genoegen geschikt is, liefst© (weinig ver moedde ik een uur geleden, dat het. leven mij ooit zoo zonnig en vToolijk zou tegen lachen) moet ge mijl eens vertellen, wat die Jasper Lyle heeft gedaan, dat je zoozeer heeft kunnen ontstemmen? Heeft bet betrekking op die onzinnige praatjes, waarover ik jo van middag gesproken heb? Je bent, hoop ik, toch niet. zoo dwaas van in ernst te gelpo- ven, dat eenig sterveling ter wereld je ooit niet eenig recht het bezit van Rozenheuvel zou kunnen betwisten Ik verzeker jc op mijn wobrd van eer, dat de man, die deze onge rijmdheid durft, bcwerem, ©en aartsleugenaar is. Jo positie alhier is oven onaantastbaar, als wanneer jc het landgoed voor je eigen geld gekocht hadt." Een wolk overtoog Eveline's van vreugde riralcnd gelaat. Kapitein Philip's toespeling j op Jasper Lylo deed haar angst en twijfel, cliei door haar groot© blijjdschap overstemd waren, weer op den voorgrond treden. Het i was haar echter een onbeschrijfelijk troos tend denkbeeld, dat zijl thans al haar angsten, li haar twijfelingen zonder ©enig voorbe houd mocht opesiba-ren aan den man, dien zij zich tot echtvriend had uitverkoren er» die met onbaatzuchtige liefde en toewijding haar teleurstelling zou deelen, als zij haar vermogen en haar landgoed verloor. „In de overmaat vau» mijn geluk dacht ik or niet meer aan." zeido zij. „Eu toch was het mijn plicht geween, het jo te zeggen, vóór wij iet'» anders bespraken. Ik had j© aan zoek niet. mogen aannemen, vóór ik je go- waarschuwd had, dat er gevaar bestaat-, dat ik afstand zal moeten doen» van Rozenheuvel. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1