ting der wegen in de gemeente. Zij leggen
een rapport over, dat van deze maatschappij
ontvangen is omtrent eenige wegbeplantin-
gen in de gemeente. Onder referte aan dit
rapport merken BI en W. op:
lo. Dat zij' [het wlensohelijik achten, de
hoornen op het Havik niet te vellen, doch
de gtroote takken die hinderlijk zijn, te
verwijderen.
2o. Dat het vollen der boomen aan de
Korte Gracht, vooral voor de huizen gelegen
aan de Noord-Oostzijde, nogal hinderlijk zou
de zijp, omdat ze dan in de volle zon ko
men. joeter is het daarom alleen de boomen
aan de Zuid-Westzijde (zijde Postkantoor) bo
nevens de enkele ingerotte boomen aan de
andere zijde te rooien en, dan nieuwe boo
men in te planten.
B. en W. stellen voor, hen te machtigen
om, behoudens de beide bovenvermelde wij
zigingen, de roodingen en beplantingen te
verrichten overeenkomstig het advies der
H eide-maat schappij'.
Do heer Kleher. Ik wensoh niet over de
zaak zelve het, woord, mijnheer de voorzit
ter. Ik wilde al leien B.en W. dank zeggen,
dat zij 1200 spoedig werk van deze" zaak ge
maakt hebben, naar aanleiding van wat biji
de begrooting besproken is. Ik hoop, dat
men reeds in dit voorjaar zal aanvangen met
de uitvoering.
De Voorzitter. Ja, dat is de bedoeling.
De heer K 1 e b e r. Ik dank u, mijnheer
de voorzitter.
Die heer van Esveld. Het verheugt
mij, mijnheer de voorzitter, dat nu eindelijk
een deskundige aan het woord gekomen is
oiver het snoeien van de boomen. Ik heb uit
het rapport opgemaakt, dat tot heden bet
snoeien op zeer ondoelmatige wijfze is geschied
en dat men dat niet aan de gewone ambte
naren der gemeente kan overlaten. Maar ik
kan miji niet, in alle opzichten met het voor
stel vam B. en W. vereenigen. B.v. de Korfce-
gracht. Daar wil men de oude boomeni aan
db eenei zijde behouden en aan de andere
zijde eene nieuwe beplanting' aanbrengen.
Maai? op die manier zullen wijl de gracht
niet verfraaien. De Kortegracht leent zich er
zeer zeker niet toe. Ik zou verkiezen wat de op
zichter van de Heidemaatschappij, aanraadt,
die aan beide zijden eene nieuwe beplanting
noodzakelijk; acht. Dan maken wij, geen mis
stand, Ik stel daarom voor, in overeenstem
ming! met d!at advies, aan de beide zijden de
boomem te rooien en eene nieuwe beplanting
aan te brengen.
De Voorzitter. Ik moet opmerken,
dat de ingezetenen aan die zijde van de
gracht prijs stellen op het behoud vam de
boOmen. Dit heeft ons er toe geleid, op dit
punt van het advies van den deskundige der
Heidemaatschappij; af te wijiken.
Die heer van Esveld. Maar dan maken
wijl een misstand. Die boOmen kunnen op
den duur toch niet blijjVen. Het zijn ver
kneedde boomen zonder kop, die ondoelmatig
gesnoeid zijn en inrotten. Wil men iets moois
maken aan de Kortegracht, dan moet aan
beide kanten de beplanting eender zijn.
De V O, o r z i t-1 e r. Het besluit om de
boomen te vellen, kan men ieder jaar nemen.
Zijn ze eenmaal geveld, dan is geen redres
mogelijk. Ik zou de proef willen nemen of
't een misstand zal zijn, wanneer aan de
noordoostzijde de boomen blijven staan.
Blijjkt dat het geval te zijn, dan kan men
altijd üog besluiten de boomen te rooien.
De heer van Esveld. Maar als wij de
boomen nu vieilen, dan krijgen wijl daar jong
plantsoen. Over een paar jaren zullen wij
aan1 die jonge boomen meer hebben, dan nu
aan de oude. Slechts een paar jaren zullen
de mensohen van de zon last hebben. Maar
voor den welstand van de gracht is het per se
noodig, dat de vernieuwing in eens gebeurt.
Die Voorzitter. Dfus u stelt voor, op
dit punt af te wijken van het voorstel van
B. en W.?
De heer van Esveld. Ik zou geheel het
advies v'an den deskundige willen volgen.
De heer K1 e b e r. Ook wat het Havik
betreft? Daar wil de deskundige ook de oude
beplanting rooien en er een nieuwe voor in
de plaats stellen.
De heer van Esveld. Over het Havik
wil ik mdjjn oordeel nog opschorten. Maar ik
zou het jammer vinden, als het deskundige
advies niet werd opgevolgd, wat de Korte
gracht aangaat.
Db heer Visser. Mijnheel* de voorzitter,
ik heb nog mede te deelen, dat B. en W.
ook hierom van dit advies, wat de Korte
gracht betreft', zijn afgeweken, omdat als
men deJ boomen wegneemt, men in 't belang
van de veiligheid een hek zal moeten zetten
en dat- kost een vrij aauzienlijjk bedrag. Als
de heer van Esveld de Kortegracht eens goed
bekijkt, dan zal hij 't met' ons eens zijn, dat
de boomen niet gemist kunnen worden in
die vriji smalle straat.
De heer vian Es veld. Ik ben het daar
mee in 5t geheel niet eens, mijnheer de voor
zitter. Het zou wel wenseheiijk zijn, als ieder
water in de gemeente met- hekken was afge
zet, Maar dat er op de Kortegracht grooter
gevaar zou bestaan dan op 'andere punten,
geloof ik niet. De gracht aam de Zuidwest
zijde, waar de boomen zullen geveld worden,
is niet breeder dan aan de overzijde, waar
men ze wil laten staan. Als men aan de
Kortegracht hekken wiil, dan vraag ik Waar
blijven de hekken aan het Stationsplein?
Daar is de toestand veel erger. De verlich
ting is er slecht en eigenlijk is alles slecht.
De Voorzitter. Dat is nu niet aan de
orde.
De heer v alm Esveld. Ik. wijs er slechts
op met het oog op het gevaar, Waarvan de
geachte wethouder sprak.
De Voorzitter. Wordt het voorstel
van den heer van Esveld ondersteund?
De heer Tromp van Holst. Ja, mijn
heer de voorzitter.
In stemming gebracht, wordt het voorstel
van den heer van Esveld in zake de Korte
gracht verworpen met 8 tegen 6 stemmen.
Voor stemden de hoeren van Kalken, Joris-
sen, van Esveld, Prikken, van. Voorst Vader
en Tromp van Holst.
Het voorstel van B. en W. wordt daarop
z. h. o. goedgekeurd.
14. Voorstel tot verbetering van den in
gang der Bergstraten.
Onder overlegging van het rapport van
den gemeente-architect, geven B. en W. in
overweging het, eerste van de drie; der cloor
dien ambtenaar opgemaakte plannen goed te
keuren en hun voor de uitvoering een cre-
diet van f 400 te verleenem.
Wordt z. h. o. conform besloten.
15. Benoeming van een gemeente heel-
en vroedmeester, met ingang van 1 April
1904, wegens periodieke aftrecang van dr. H.
W. iScihreuider.
De Voorzitter verzoekt de heer en Celosse
•en van Esveld als stemopnemers te fungee-
rem.
Dr. H. W. Schreuder wordt herbenoemd
met 13 stemmen; een briefje was blanco.
Dte Voorzitter dankt de stemopnemers voor
de genomen moeite.
16. Verzoek van mej. A. P. Kley, onder
wijzeres; om verlenging van Verlof met ad
vies de verlenging te verleenen tot 1 Mei
1904, buiten bezwaar van de gemeentekas.
Wordt z. h. o. conform besloten.
Niets meer aan de orde zijnde, wordt de
vergadering gesloten.
Stoomdrukkerij L. E. BOSCH ZOON