V'. 265. 2" Jaargang. Vrijdag 1 April 1904. BUITENLAND. FEUILLETON. 's ZOMERS BUITEN. AMERSFOORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS Par 8 maanden voor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advértentiën, raededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgever»! VALKHOFF ft C». Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERIENTEÊN t O- Vu I—» ranis Elke regel meer Groote letters naar plaatsruimte. Voor hAndel en bedrijf bestaan voordeelige bepaUngen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij aoonifentënt. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonaen. Politiek Overzicht De strijd tegen Pelletan. Die Fransche Kamer heeft, alvorens hare Paaschvacantie te nemen, nog een anderen strijd dan dien over het onderwijs van do congregatiën uitgevochten. Van de leden van het kabinet-Combe® is er geen, die aau heftiger aanvallen blootstaat dan de minis ter van marine Pelletan. De (persoon van1 dezen bewindsman kan daarvan voor een deel de schuld dragenCamille Pelletan, dio voordat hij Kamerlid) en minister werd, als dagbladschrijver zich placht te mengen iu den politieken strijd, heeft ziclu in zijne langdurige loopbaan vele persoonlijke vijan den gemaakt. Maar vooral als minister en hoofd van het departement van marine heeft hij| zich de bittere vijandschap van velen op den hals gehaald. Wat daarvan de oorzaak is, heeft de mi nister onlangs op een feestmaal, dat hem d'oor vrienden word bereid, aldus geschetst. „Ik wist, dat de taak, die ik op mij nam (bij de aanvaarding van liet mi nister ambt) zwaar was. Bij dè mar rine bestaan de machtigste oligarchieën van ouze tegenwoordige organisatie. In de eerste plaats is er de militaire or ganisatie van het bestuur der vloot, die niet moeit worden verward met ons korps officieion, en waarin men zekere gewoonten van onafhankelijkheid, van autonomie zelfs had aangenomen in die mate zelfs, dlat een van mijne voorgangers heeft kunnen] zeggen, dat men in de marine de wet het meest igno reerde. Deze organisatie deed denkeu aan een eiland, van het overige Frankrijk ge scheiden door een zeearm en waarin slechts verjaarde denkbeelden gangbaai- waren. „Deze oligarchie was echter niet de ge- duchtste; eeue andere is nog machtiger en beschikt over zeer uitgebreide middelen. Dat is de groote oligarchie der leveransiers, der industrieeleu, ongetwijfeld mannen van be- teekenis, met wie ik de beste relatiën wensch te onderhouden, maar die naai' mijne mee ning niet een invloed' moeten verwerven, die hen in staat zou stellen het budget vau de nationale verdediging te brandschatten." De oligarchie van de vlootvoogden heeft er steeds slag van gehad, ministers van marine, die niet uit de marine waren voortgekomen, hare minachting te doem voelen. Benige jaren geleden trad een Kamerlid, Guieyss© ge naamd, als minister op. Toen de naam van den nieuwen minister aan een der vlootvoog den werd genoemd, antwoordde hij met goed gespeelde onwetendheidQui est ce? Met de oligarchie van de groote scheepbouwers heeft Pelletan 't verkorven, omdat hij hen, wat hunne prijsberekening betreftscherper op de vingers ziet dan zij gewoon waren. Een der motieven, waarom hij eene wijziging ge bracht heeft iu het onder zijne voorgangers vastgestelde program van vlootuitbreiding, is dat hem de door de scheepsbouwers verlangde prijzen ongerechtvaardigd voorkwamen. Daar om, heeft hij de bestelling uitgesteld van de in liet program opgenomen nieuwe liniesche pen. Door deze wijziging van het programme van scheepsbouw heeft minister Pelletan z.ch tevens zijne voorgangers in het ambt tot vijanden gemaakt. Zijne inzichten wijken van die zijner voorgangers Lockrojr en La-nes sen in hoofdzaak Hierin af, dat hij de kleine, voor den aanvalsoorlog dienende vaartuigen beschouwt als het voornaamste element in de toekomstige oorlogvoering. De gelden, die zijne voorgangers hadden willen bestemmen voor het bouwen van groote pantserschepen, heeft tuj voor een deel besteed om de mid delen te bekomen voor het bouwen van tor- peddhooten en onderzeesche booten. Bij dezo in hunne denkbeelden aangetaste en gegriefde oud-ministers hebben zich aan- gtesloten een aantal leden, die beducht wa ren, dat het beleid van den minister de vei ligheid van de koloniën verwaarloosde. Daar toe behoort o. a. de ondervoorzitter van de Kamer, Etienne, die in de begrootingscom- missie verschillende bedenkingen van zake- 1 ijken aard tegen Pelletan's beleid te berde heeft gebracht. Hij klaagde, dat het program ma, dat de Kamer in 19Ö0 heeft goedgekeurd voor de verdediging van de koloniën, in 't geheel niet of gebrekkig is uitgevoerd en dat op een aantal punten de werkzaamheden zijn gestaakt. Inzonderheid drukte hiji de vrees uit, dat de groote kolonie Indo-China, indien zij mocht worden aangevallen, daarte gen niet bestand zou blijken. W anneer men hij deze bestrijders nog voegt eenigen die, zooals de voorzitter van de begrootings-comimissie Dbumer, belust zijn op de minister-portefeiuilles, die beschikbaar zouden komen als de leden van het kaibinet- Coiribès aftraden, dan is het duidelijk, dat minister Pelletan een zwaren strijd had te voeren. De oppositie, die het kabinet altijd tegenover zich lieeft, was, waar het deu strijd gold tegeu Pelletan, door elementen van groote n injvloed uit de regeeringspart ij zelve versterkt. Had Pelletan deu strijd alleen moeten uit vechten, hij zou waarschijnlijk zijn bezweken. Maar de gedaehte aan het gevaar, waaraan het geheele kabinet zou Worden blootgesteld, wanneer men hem deed vallen, is zijne red ding geweest. Het hoofd' van het kabinet heeft met kracht zijne partij opgenomenuij stelde de Kamer voor de kwestie van ver trouwen De stemming heeft dus plaats ge had ouder deu indruk, dat de nederlaag van Pelletan zou leiden tot dein val van het ?e- heele ministerie. Eh voor de gevolgen daar van had een paar dageni te voren de vroegere voorzitter van de Kamer, Léon Bourgeois, die zich door zijne gezondheid 'thans op den achtergrond moet houden, maar wiens meening nog altijd groot gezag geniet, ge waarschuwd. Hij schreef oen paar dagen ge leiden) in de Dépêche de Toulouse: „Het verbaast mij zeer, dat de tegenstan ders van liet kabinet zich op mij) beroepen. Ik heb aau een van hunne leiders ronduit verklaard, dat ik hun met alleen elkeu bij stand weiger, maar dat ik ook hunne hou ding vind af te keureu. Ik heb zelfs beproefd, degenen, die in persoonlijke betrekkingen tot mij) staan, van hunne voor de republiek en voor hen zelf noodlottige houding af te bren gen, en kan slechts betreuren om hunnent wil,'' dat zij mijne raadgevingen niet hebben opgevolgd. Ik zon inderdaad den val van het ministerie op dit oogemblik, kort vóór de gemeenteraadsverkiezingen, als een ongeluk voor de republiek beschouwen. Wat Pelle tan betreft, mijine sympathie voor hem groeit aan in dezelfde mate, als de aanvallen tegen hem hartstochtelijker worden. Ik ben over tuigd, dat de repiblikcinsdhe partij haar plicht doen en heim handhaven zal." De uitslag van den tweedaagscheu strijd bewijst, dat Bourgeois zijne Pappenheimers kent. De tegenstanders van Pelletan hebl>en zijn beleid scherp gekritiseerd, maar hij heeft hen van zijn kant ook niet gespaard en hen duchtig de oorcu gewassehen. Dat van het votum der Kanier geene nadeelige gevolgen voor het kabinet fe duchten waren, bleek reeds uit het optreden van Doumer, die als voorzitter van de begrootings-oommissie zijne aanklachten tegen Pelletan staande hield, maar eindigde niet de verklaring, dat hij zich aansloot bij dc door do vertegenwoordigers van de verschillende groepen der meerder heid ingediende motie, waarbij, vertrouwen wordt uitgedrukt in de regeert lig en zij wordt uitgenoodigd hot in 1896 ingestelde onder zoek over den toestand van de marine en de verdediging van de koloniën weder op te vat ten 011 voort to zetten. Deze motie werd met. 318 tegen 256 stemmen aangenomen Het o«i derzoek, waartoe besloten is, zal dus om vatten niet enkel het beheer van Pelletan, maar ook dat van zijne voorgangershet zal niet van het parlement uitgaap. maar ingesteld worden door eene door de regee ring te benoemen commissie. Volgens de dooi den minister president gedane toezegging zal do commissie bestaan voor een derde uit se natoren en voor een ander derde uit Kamer leden, voor de rest uit mannen van het vak. De Kamer kou dus liare Paasch vacantia, die waarschijnlijk tot de tweede helft van Mei zal duren, ingaan met het bewustzijn, dat zij de gevaren, die het kabi net-Combes bedreigden, uit den weg heeft geruimd en de positie van dit kal»net heeft versterkt. Duitsehland. De Vortwarts, hét hoofdorgaan van de Duitsche socdaal-d'emocraten, herdacht giste ren zijn twintigjarig bestaai:. Het blad telt thans 83,000 betalende abonnees, en rekent uit dat sedert do afschaffing van de socialisten-wet over liare verantwoorde lijke medewerkers zijn uitgesproken: 100 maanden gevangenisstraf, 3 maanden ves tingstraf, 6 weken hechtenis en 10,000 mk. boete. De redacteurs, die thans aan. het blad verbonden zijn, hebben in dienst van de par tij te zamen 108 maanden gevangenisstraf uitgezeten. Er is niemand onder hen, die geen straf lieeft ondergaan. Frankrijk. Bij de stemming van Woensdag over de motie Maujean, die verlangde dat buiten liet Parlement om eene enquête zou worden in gesteld naar het beheer van de Marine, stem den slechts 11 ministerieele afgevaardigden tegen de motie; 14 onthielden zich van stem ming. Naai- de Petit Parisien uit Londen meldt, heeft T u r k ij e, toen het vernam, dat het tuaschen Engeland en Frankrijk voorbereide tractaat ook de Egyptische quaestie omvatten zou, iu Londeu en Parijs geprotesteerd. De Porte maakt in haar pro test de beide regeeringen, opmerkzaam op hare eigenschap als souvereine macht en verklaart, dat ziji edch tegen iedere overeen komst omtrent Egyptische aangelegenheden kanten moet, waarin zij niet vooraf is ge kend. Volgens hetzelfde bericht is ook de Kh'edive van Egypte tegen de voorgestel de overeenkomst opgekomen. In krachtige bewoordingen verklaart hij, dat zonder zijn toestemming Engeland zijn voorrang in Egypt© niet mag opgeven. Italië. De Italië spreekt het gerucht van een anarchistisch complot tegen den paus na drukkelijk tegeu. Servië. Uit kringen, dio in betrekking staan met het Hof ën de regeteriug, verluidt, dat de offioiersquaestie Maandag of Dins dag a.s. dusdanig afgedaan zal wierden, dat de gezanten binnenkort naair Belgrado zou den terugkeeren. Turkije. De Porte heeft Woensdag op de nota van de gezanten der enteute-mogendhedeir van den 28- dezer geantwoord, dat zij het in dienst stellen van meer dan 25 officieren en onderofficieren voor de reorganisatie van de gendarmerie v e r w' e r p t. Thibet Uit Tuna wordt dd. gisteren bericht: Er hebben ernstige gevechten plaats gehad tus- schen het Britschc expeditie-corps en Thibe- tanen. Twee botsingen hadden plaats, waarin de Tibetanen met awlare verliezen wierden te ruggeslagen. Het Tibetaansche kamp tc Guru werd door de Engelschen genomen. De Times vernam uit Tanu, dat do ver liezen van de Engelschen 12 man bedragen. Het verlies van do Tibetanen wordt op 4 a 500 geschat. Australië. Blijkens een telegram van den gouverneur van Nieuw-Guinea is de Australische schoener Will op de Adiniraliteitsedlanden door in boorlingen in bezit genomen. Een deel van de bemanning is gedtooder zijn geene Euro peanen onder. De bestraffing geschiedt dioor detn kruiser Condor. Verdea- is op het eiland Durour (ten noor den van Kaiser Willvelmsland) een station van de firma Hernsiheim on Co. overvallen, waarbij de koopman Reimers en twde Gkd- ueezen zijn gedood. Er wordt eeue strafexpe ditie uitgezonden door de gouvoru ements- stoouiiJboot Seestern. De oorlog ih üost»Azië. Over den oorlog te land ontving de Figaro een telegram uit Petersburg, inhoudende Parijs, 1 April. De Figaro bevat een tele gram' uit Petersburg, inhoudende Men zegt met. eenigen nadruk, dat de Rus sische troepen eeue kleine nederlaag moeten hebben geleden ten zuiden van Tsjoeg- Tsjeoel. De voorhoede zou verrast zijn door een zeer sterke Japansche overmacht, die het. lucht schippers-materieel moet hebben be machtigd. Over het belangrijke voorpostenge vecht. bij Tsjöngdsjoo wouden van goed- iugelichtc kringen te Tokio neg dc volgende bijzonderheden medegedeeld De aanval van de Japansche cavaJlerie- en infanterie afdeelingen vond plaats iu de nar bijheid van de Zuidelijke poort van Tsjöng- dsjoe. Deu Japanners gejukte liet, zooals reeds gemeld, dc Russen terug te slaan. De ze trokken zich terug in de richting van Widsjoe. De Japansche troepen bezetten hierop de stad. Hunne infanterie had geen verliezen, terwijl de cavallerie den len lui tenant en vier minderen verloor. Ritmeester Koerokawa en elf minderen werden gewond. Na het gevecht werden twee gedoode Rus sen gevonden. Buitendien moeten nog zeven of acht gesneuvelde Russen zich iu de stad bevinden Tijdens het gevecht werd waarge nomen, hoe de Russen met- groote handig heid hunne gewonden en dooden op paarden of ambulance wage na wegvoerden. Twee Rus sen. oogenschijnlijk officieren kverden van het slagveld weggedragen. De Daily Express verneemt uit Nagasaki De Japansche regeering is vast, besloten, de haven van Port Arthur te versperren. Tot dit doel zouden niet minder dan 28 oude en waardelooze schepen gerequireerd zijn. De plaatselijke commandant van Charbin, generaal W o 1 k o heeft aan alle inwoners van Mantsjoerije en de Tra nsbaikal lan den eene kennisgeving uitgevaardigd, vol gen swelke het verspreiden van valscho ge ruchten met de gaaiscthe strengheid der krijgswetten bestraft wordt. Een telegram uit Petersburg meldt, dat do cirouim-Bai kalsuoorw og waarschijn- lij'k niet voor Augustus gereed zal komen. Het Russische ministerie van Oorlog moet, naar voorts uit Petersburg geimeld wordt, honderdduizenden k h ak i-k 1 e urige uni formen besteld hebben, om voor den zo mer te dienen. In de magazijnen zijn dezo uniformen niet voorradig, nic-ttégenstaande admiraal Alexejef in 1901 verklaard zou heb ban, dut de witte uniformen niet konden worden gebezigd, omdat zij te zeetr de aan dacht zouden trekken. V ij;f ontderaeescfhle booten, be stemd om met het Oostaee-eecader naar do Oost-Aziatisdhe wateren te worden gezonden, zijn gereed gekomen. De motie, die de Japansche Landdag aan het slot van rijn buitengewone zitting aan nam, luidt ,,Üëi Keizerlijke oorlogsverklaring tegeai Rusland is rechtvaardig en in overeenstem ming met de eer; zij komt voort uit deu wensch van Z. M., om den vrede in Oost- Azië op vasten grondslag te vestigen. Geen onderdaan zal nalaten ridh tot het uiteerste iu te spannen om zijn plicht te doen. Ter ver vulling van den Keizerlijken. wil en in over eenstemming met het vaderlandslievende ge voelen van liet volk heeft liet Huis besloten, de door de regeering gewensohte middelen toe te staan. Hoewel reeds aanzien lijke resultaten door onze marine rijn ver kregen, mag men toch niet uit het oog) ver- lizen, dat da oorlog nauwelijks be- g o ii ne ii is en dat de tij|d niet te voorzien is. dat de vrede in Oost-Azië weer hersteld zal zijn. Het Huis ia derhalve vast beslo ten ook alle verdere middelen tot voortzetting van den oorlog toe te staan. Terwijl het Huis deze motie als weergave van den volkswil aanneemt, wemsdht het den minister op het. hart to drukken, dat zij de keizerlijke politiek hoog houden en het herstel van den vrede daardoor bevorderen, dat zij op alle mogelijkheden bedacht rijn en bijftijds zulke maatregelen treffen, die het. wensdheliiksb voorkomen, om het beoogde doel spoedig te bereiken." Allerlei vIn een gisteren te" Londen gehouden vergadering van de Marconi Tele graph Company deeldfe de president mede, dat het hoofdbestuur der Engelsdhe posterijen zich Dinsdag bereid verklaard had oan met da maatschappij eene overeenkomst aan té gaande maatschappij liad ook zeer bevredigende overeenkomsten met de Engel se he admiraliteit aangegaan, aangaande het injvoeren van het Marooni-stelsel op de sche pen dier vloot. Uit het Deensch 23 DOOK HERMAN BANG. „Ja, ja dames/' zei Brasen, die niet wist wat. ze hadden gekregen en in zijm boek bladerde, tot Kristiaam voor het luik schreeuwde: „Brasen, er moet iets op het ijs worden gezet." Het was de likeur voor deu consul-gene raal en Brasen holde weg. „Hier kam. mem mqg eons zijn schulden betalen, zei een der onderwijzeressen, ter wijl mijnheer Rasmussen zeer luid bij het open luik zei: „Maar meu kam in elk geval vertrekken." Juffrouw Brasen. had dit verstaan en greep met beide hamden maar haar muts. „Brasen komt er dadelijk aan, zei ze Yjs ging achter de toonbank en begom zelf iu de boeken ma te zien. „Och, juffrouw," zei ze, ,,er komt zoo veel te golijk, dat u het niet kwalijk moet nemen Nu zal Brasem het dadelijk narekenen, wamt mijn oogem tranen altijd zoo „Men moet rich aan rijn afspraak honden, juffrouw," zei de inspecteur, en men verlangt een netto behandeling, wie of wat er ook komt." „Daarin Heeft u gelijk," zei juffrouw Bra sen, wier gedachten onophoudelijk waren bij den ossenhaas van de Fryamts. „Br moeten bladen op," zei zo door het luik en liep zelf ook weg. Op de keukentafel naast den schotel voor den ossenhaas stroomden de lepels, messen en varken. „Wasch ze, moeder," zei juffrouw Brasen em bracht ze aam de oude vrouw in de bij keuken. „Maar wees er voorzichtig mee, want ze zijn van den burgemeester." De oud evrouw nam ze op, spoelde ze en droogde ze af, terwijl ze één voor één klet terend op de tafel vielen. Het kamermeisje van den burgemeester wachtto op den ossenhaas. „Jij moet er niet naar kijken." zei juf frouw Brasen on wild© de vuile borden en den rommel voor haar verbergen. „Ocih, ze zien er boven todb niets van," antwoordde het kamermeisje van den bur gemeester, die naai- boven ging met haar osserihaos. „Dit vleesch is werkelijk goed," zei me vrouw Fryant, terwijl het rondgediend werd. Mijpheer Fryant prak vau deu vader van den bruin-verbranden mijpaihieer Bnder, dio als generaal eem groot stuk werk had ver richt, door het opueaneu van geheel Jutland. „Ja," zei Knud Ender, mijn vader moest geleefd hebben onder grooter verhoudingen." Juffrouw Johnny vertelde Veruor van een vriendin, die rich van Haar man liet schei den, nadat z» slechts twee jaar met hem getrouwd was geweest. En ze Hebben één kind," zei ze. Het gesprek werd nu algemeen over Hu welijken eu scheidingen, tot mijnheer Fryant zei Menschen met kinderen moeten nooit scheiden, terwijl mevrouw Fryant toestem mend knikte „Neen nooit." Knud Ender, die dien heelen tijd niet ge bogen hoofd met mevrouw Fryant sprak, zei „Zou het toch niet beter zijn, dan dat de kinderen eiken dag de twisten van hun ouders bij,wonen?" Juffrouw. Ingeborg sprak geen woord. Mevrouw Fryant keek eeu oogemblik voor zich uit en spraik op veranderden toon „Ja, het. leven is souis moeilijk." Juffrouw Johnny tikte op haar glas eu zei vroolijk „Op uw gezondheid mama. Op uw gezond heid papa. Ik geloof dat het 's levens groot geluk is, gelukkige ouders to bezitten. Want men erft ihiuin vreugde, vervolgde ze. Eu ze stiet met haar ouders aan, terwijl alle drie glimlachten. Maai- plotseling kreeg Jóhnny een vuur- rooden kleur, terwijl ze luid begon te spre ken. Ze wist zelf niet wat ze zei. Ingeborg zat met neergeslagen blik. Johnny sprak van de tentoonstelling en ook mevrouwl Fryant haastte zich plotseling te spreken over de feesten van het vorige jaar „Maar jou riet men nooit, Ingeborg," zei Johnny. Ingeborg antwoordde „Ik kom immers zoo zelden in de stad." „Waarom vroeg Knud1 Ender. „Ik leef hier," zei Ingeborg. En er was iets in haai- toon, die zeer stil en langzaam was, alsof ze in die drie woorden haar heele levensgeschiedenis vertelde. En mogelijk, zonder 'het te willen, zei ze, terwi'il ze haar hoofd oprichtte „En. zou men op deze wijze ook piet .beter zich zelf kunnen zijn?" Knud Ender had een gevoel alsof hij tra nen in rijn oogen kreeg, in een oogwenk, in enkele seconden, zag hij onbeschrijflijk vlug bijna zoo vlug als degene die plotseling sterft, keel zijn leven, van den dag dht hij j als vijf en twintigjarige volleerd de techni sche hoogesahiool had verlaten, ;ian zijn in nerlijke 11 blik voorbij trekken. El- werd op de dour geklopt. Het was Kristiaon. „Hier is een pakje voor mevrouw," zei hij en 'egde een zwaar voorwerp in pakpa pier zoo hard op de tafel. dat. de glazen rin kelden. „Wat zou er in zijn?" riep juffrouw John- „Is het voor mfliji Mijnheer Verner maakte het pak los. Er lagen twee fleseohen rooden wijn in, bovenop lag een visitekaartje. Mevrouw Fryant las luid „Aau Eonilie. van een oude vriendin." Van wie kan liet toch zijn?" zei mevrouw Fryant. „Dat mag ik niet zoggen." zei Kristiaau grinnekeud en ging heen. terwijl Johnny en de oonsul-generaal te gelijkertijd zeiden „Dat is een aardige verrassing." „Ja, bizondei- aardig." „Maar wij drinken eerst met Karei," zei Johnny eu ze schonk champagne iu een leeg glas. „Dat is graaf Sponneck, zei ze, op het glas wijzend „Je gezondheid." „Dank je, zei ze de stem van haar verloof de nabootsend, terwijil allen aanstieten met het grafelijke glas en zif 'het ledigde. „Mijn eigen Johnny," fluisterde mevrouw Fryant en terwijl haai- gedachten weer terug keerden tot den wijn, vroeg rij aan haar man „Maar van wie kan het toch zijn, George?" ,,'t Is tocfh niet van die oude dame?" vroeg Knud Ender en op een wonderlijk verstrooi den toon vertelde hij -van de oude, vrien delijke dame. En bijna zonder overgang, 'begon hij plot seling, als een man die de vormen verbreekt, omdat hij een onweerstaanbaren drang daar toe gevoelt, te vertellen van Indië, van de machtige bruggen, de hoogc stalen bogen, en vau de steppen waar alles verschroeid en verzengd is, en het leven in Shanghai met dé altijd open clubs eu de steenen paleizen op de boulevards, waar men het verdiende goud bewaart. Wurdt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1