M°. 1©8.
3de Jaargang.
Woensdag 19 October 1904.
BUITENLAND.^
FEUILLETON.
MIJN GODFRIED
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco, per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN
Van 1—5 regeltf 0.75.
Elke regel meer - 0.15.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen.'tót
het herhaald adverteèren in dit Blad bij abopnemeut. Eene
circulaire, bevattende de voorwaarden, worat op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
De Fransche Kamers.
Gisteren ia de buitengewone zitting) van
de volksvertegenwoordiging der Fransohe
republiek geopend. Do grondwet schrijft
voor de gewone zitting een duur van vijf
maanden voor; maar de ervaring heeft se
dert lang bewezen, dat die tijd veel te kort
is om met den arbeid gereed te komen. Het
is dus gewoonte geworden, dat de Kamers
ia het najaar in buitengewone zitting bijpen-
komen.
Het werkprogram van deze zitting is zeer
uitgebreid. Reeds de vaststelling van de be
grooting is een zwaai- stuk werk. Dé uitga-
ven zijn op 3606 millioen francs geraamd,
en het is geen kleinigheid voor een zoo reus
achtig budget van uitgaven de middelen tot
dekking te vinden zonder belastingverhoo-
ging en zander tot leening de toevlucht te
nemen. Met de begroeting hangt de inkom
stenbelasting samen. De uiterste linkerzijde
verlangt, dat de belasting reeds in 1905 zal
worden geheven. De meerderheid heeft
daarmee niet zoo'n baast. Men heeft wel,
na lang tegenstreven, zich met het beginsel
van de inkomstenbelasting verzoend; maar
over de uitwerking) van dat beginsel is men
'1 nog lang niet eens, en het zal geruimen
tijd vorderen voordat het gemeen overleg
tusschen de regeering ©enerzijds en 1'amer
en Senaat anderzijds deze wet zal hebben tot
stand gebracht. Met de regeling van den
tweejarigen diensttijd in het leger is men
een stap verder; het wetsontwerp is in de
Kamer aangenomen. Maar het laat zich niet
aanzien, dat de toestemming van den Senaat
spoedig te verkrijgen zal zijn. Voordat die
wet in het Staatsblad komt, zal zij nog wel
eenigo malen tussohen de beide takken der
vertegenwoordiging heen en weer gaan, want,
anders dan bij ons de Eerste Kamer, bezit in
Frankrijk de Senaat het recht van amende
ment in denzolfden omvang als de Kamer
van afgevaardigden.
De groote strijdvraag der scheiding van
lverk en Staat, in verband met de opzeg
ging van het concordaat, zal natuurlijk ter
stond aan de orde komen. In het groote
debat ever de algeaneene politiek, dat waar
schijnlijk deze geheeie week in beslag zal
nemen, zal die strijdvraag den hoofdschotel
uitmaken. Dat debat zal wel eindigen met
een votum, waardoor de regeering en de
meerderheid zdcli wederzijds verbinden de
oplossing van die strijdvraag te bespoedigen.
Maar dat votum zal slechts principieele be-
teekonis hebben; de -praktische beslissingen
zullen later volgen. De beslissing over het
gezantschap bij het Vaiticaan kan eerst val
len bij de behandeling van de begrooting
van buitenlam.sche zaken bij de Kamer in
November, bij den Senaat in December.
Het besluit over de opzegging van het con
cordaat zal eerst genomen worden bij de be
handeling van het wetsontwerp tot regeling
van de verhouding van de kerkgenootschap
pen tot den Staat onder den nieuwen toe
stand.
Met die behandeling nu heeft het nog
den tijd. De commissie uit de Kamer, die
zulk een wetsontwerp heeft opgesteld, zal
na het principieele votum van de Kamer
beginnen met zich in betrekking te stellen
tot de regeering, om hare meening en wen-
sclien betreffende de onderdeelen d:er rege
ling te vernemen. Volgens mededeelingen,
die van den rapportour der commissie Briand
afkomstig zijn, bestaat de bedoeling niet met
overhaasting te werk te gaan; men stelt er
prijs op de verschillende artikelen zoo scherp
te formuleeren, dat het gevaar voor verras
singen bij de verdere behandeling zoo goed
mogelijk wordt afgesneden. Briand zelf, die
den naam heeft van den diplomaat dér re-
geeringsgezinde socialisten, schijnt daarbij
van de gedachte uit to gaan, dat de kerke
lijke kwestie het cement is,'dat de meerder
heid bijeen houdt; hij acht het daarom go-
wenscht de regeling van de verzekering der
werklieden tegen den ouden dag en tegen
invaliditeit nog te laten voorafgaan aan de
behandeling van de kerkelijke kwestie.
Men ziet hieruit, dat die agenda van de
Kamers zóó bezet is, dat alle zeilen zul
len moeten worden bijgezet., om al de ge
wichtige regelingen, die aanhangig zijn, in
deze buitengewone zitting en in de gewone
zitting van 1905, die daarop volgt, afgedaan
te krijgen. Daarnaast zal er ook nog tijd
gevonden moeten worden voor den kleinen
ooi-log, die in het Fransche parlement nooit
tot rust komt. Er zijn vain de vorige zitting
10 inter oei latië li overgebleven. Voor deze
nieuwe zitting zijn reeds 22 nieuwe inter-
pellatiën en drie vragen aangekondigd; men
komt dus in 't geheel tot 35. Voor de be
handeling van interpellatiën bepaalt het
reglement van orde een vasten dag in de
week, den Vrijdag; maar het is bij dezen
overvloed niet te verwonderen, dat het Jour
nal des Débats twijfel oppert, of de twaalf
Vrijdagen, die er nog overblijjven tot het
einde van het jaar, voldoende zijn om dit
onderdeel van de ageaida af te doen.
Duitschland.
Een uionameut voor Keizer
JFrledrich.
Te Berlijn werd! gisteren in tegenwoordig
heid' van den Keizer- en die Keizerin, en tal
rijke vorstelijke personen op hoogst plechtige
wijze het nationale gedenkteeken voor Keizer
Friedrich onthuld. Tegelijkertijd werd het
Keizer Friedrich Museum ingewijd.
Het weer was somber en regenachtig. Tegen
11 uur kwamen de Keizer en de Keizerin
aan. Zij werden ontvangen door den rijkskan
selier.
Na het inzegeningsgebed gaf de Keizer het
bevel om tot de onthulling over te gaan.
Het hulsel viel, de eerewacht presenteer3e
de geweren, met de vaandels werd gesalueerd,
terwijl do Keizer en alle andere aanwezigen
den militairen groet brachten of het hoofd
ontblootten. Alle klokken werden op dat
oogenblik geluid, en 101 kanonschoten wer
den gelost'.
H.H. M.M. begaven zich met de overige
vorstelijke personen daarna naar het ;nwen-
dige van het museum, waar een groot aantal
genoodigden bijeengekomen was. Onder dezen
bevonden zich een aantal directeuren van
musea in het buitenland, o. m. de heer Van
Riemsdijk, directeur van het rijksmuseum te
Amsterdam. De Majesteiten werden met
koorgezang ontvangen. Daarna hield de mi
nister van onderwijs een toespraak, welko
d'oor den Keizer werd beantwoord1.
Die Keizer zeidè o.m., dat het voor
treffelijke ruiterstandbeeld de Siegfried-
gestalte van dén overledene aan latere
geslachten zal doen kennen, terwijl het troti
sche museum getuigen zal van het werk van
den edelen heerscher, die in het hart van
het volk steeds zal voortleven als eene ver
heven liohtende gestalte.
De Keizer schetste welk een veelzijdig o: t-
wikkelde figuur die van zijn vader was, die
deelnam aan veldslagen en aan den weder
opbouw van het rijk en later de kunsten des
vredes ontwikkelde en bevorderde, inzon
derheid als beschermer van het Berlijnsche
museum, in vereeniging met zijne met fijnen
kunstzin begaafde gemalin. Het is een plicht
der dankbaarheid aan de nieuwe verzamelin
gen den naam van Keizer Friedrich te ver
binden.
De Keizer gewaagde van den strijd tus
sohen de kunstrichtingen, waarbij men ten
deele met dwaalwegen te doen had. Hij merk
te op, dat het de studio van de oude meesters
was, die de gescheiden richtingen kon ver-
eetiigen. Mogen de verzamelingen er toe bij
dragen om de kunst op nationalen grondslag
één van zin verder te ontwikkelenmoge dc
zegen van Keizer Friedrich durrzaam waken
'over dit huis en over onze kunst.
Voorafgegaan door in oud-Duitsch costuum
gekleede herauten, werd vervolgens een rond
gang door de zalen gemaakt.
Tegen één uur keerde het Keizerlijke
Paar met de groothertogin van Baden in het
Koninklijke Slot terug.
Frankrijk.
Parij$, 18 Oct. De zitting der Kamer is he
den geopend. De Kamer hield zich onledig
met het vaststellen van den datum van be
handeling van de aangekondigde interpella
tiën.
Italië.
Home, 18 Oct. De Staatscourant zal heden
avond een besluit bevatten, tot ontbinding
van de Kanier en bijeenroeping van de kie
zers op 6 November a.s. Aan dit besluit gaat
vooraf een toelichting van de beweegredenen
tot d© ontbinding, door den minister-presi
dent aan den Koning gegeven. Dit verslag zegt
dat liet land in groote onrust is gebiauit
door de wanordelijkheden, welke kunstmatig
en zonder reden m het leven geroepen zijn
eu een toestand veroorzaakten, die bezwaar
lijk aan de Kamer de kalmte zoude gelateu
hebben welke zij nooddg heeft om de gewich
tige vraagstukken voor de econo-nis..he toe
komst van Italië te bespreken en tot oplos
sing te brengen.
In dezen toestand stellen de ministers den
Koning voor het oordeel van het land ie
vragen, door het openhartig het programma
van het kabinet voor te leggen, opdat er van
de handelingen der regeering, goedgekeurd
door de kiezers, de kracht moge uitgaan wel
ke de ernst van de op te lossen vraagstukken
vereischt, terwijl in het andere geval het land
zelf den anderen weg moge aanwijizen, die
naar zijne meening moet worden gevolgd.
Het verslag geeft in algeaneene trekken
het programma van het ministerie aan. Wat
dé binnenlandsche politiek aangaat zal het
ministerie niets veranderen aan het sedert
Februari 1901 gevolgde programma: de
grootst mogelijke vrijheid voor een ieder bin
nen de perken van de wet; voorts vertrou
wen in de liberale staatkunde, dat niet ge
schokt kan worden door de gewelddadigheden
van een kleine minderheid, wier optreden
door het geheeie land wordt afgekeurd. Men
moet niet verhelen, dat de uiterste partijen
misbruik hebben gemaakt van het stelsel van
vrijheid.
Het verslag zegt verder, dat het ministerie
aan het parlement vermeerdering zal vragen
van de krachten, waarover het beschikt
tot handhaving van de openbare veiligheid,
en zal voorstellen een wetsontwerp betreffen
de de personen, dio reeds eene gerechtelijke
straf hebben ondergaan. Het parlement zal
de studie van dc be 1 astimghervormingen mos
ten hervatten. Stabiliteit van de begrooting
is beslist noodzakelijk om den socialen en
economisohen vooruitgang tob stand,, te bren
gen.
Een financieele politiek, die zou leiden tot
het gestadig uitgeven van leerlingen, zou voor
Italë noodlottig zijn. De conversie van de
Staatsschuld zou reeds volbracht rijn, wan
neer de oorlog in het Verre Oosten niet alle
markten der wereld in ernstige verwarring
gebracht had.
Het stuk eindigt met de openhartige ver
klaring, dat do regeering gelooft, dat elke
verlaging van de oorlogsbegrooting onver-
eeniigbaar is met de veiligheid van deu Staak
Spanje.
De prinses van Asturio is eergisteren
plotseling overleden, nadat zij den vorigen
dag aan een dochtertje liet leven had. ge
schonken.
De prinses was de in 1880 geboren oudste
dochter van Koning Alfonso XII uit rijn
huwelijk met de tegenwoordige Koningin-
moeder Maria Christina, eene geboren aarts
hertogin van Oostenrijk. Voor drie jaren was
rij getrouwd met prins Karei van Bourbon-
Sicilie. Het nu geboren kindje ds het eenige
uit dit huwelijk, en daar de tweede dochter
vau Alfonso XII, de infante Maria Christina
(geboren, in 1882), nog ongehuwd' is, evenals
de thans in het 19e jaar staande Koning
Alfonso XIII, is er nog geen mannelijke
troonsopvolger aanwezig.
Portugal.
Lissabon, 18 Oct. Luciano de Castro s be
last met de samenstelling van het nieuwe
kabinet.
Servië.
In den Servischen ministerraad, Zaterdag
onder voorzitterschap van den Koning ge
houden, is in beginsel besloten dat de Ko
ning een bezoek zal brengen aan Sofia; 3e
bijzonderheden van het bezoek rijn echter
nog niet vastgesteld.
Turkije»
De wali van Saloniki maakt weer melding
van het verschijnen eener bende bij Katêfina.
Er is een afdeehng troepen ter vervolging
uitgezonden. -
De oorlog in Oost-Azië.
Van den oorlog rijn de volgende berichten
De Engelsehe bladen bevatten een telegram
uit Tsjifoe van 15 October, berichtende dat
de Japanners van 12 October 2 uur namid
dags tot den 13en om 4 uur namiddags
krachtig en zonder ophouden Port Arthur
hebben beschoten. Tegelijkertijd vielen zij
de vesting aan van de landzijde.
Petersburg18 Oct. Een telegram van ge
neraal Sacharow aan den generaion staf
meldt
In den nacht op dien 17. October vielen de
Japanners herhaaldelijk onzen rechtervleugel
aan, doch rij werden teruggeslagen.
In den loop van den dag namen oüze troe
pen het dorp Sjalantsi, dat aan ie Scbedio,
oostelijk van Sjahopu ligt. De vijand beschoot
onze stellingen bij het veroverde dorp heug,
doch ging niet tot een aanval over.
Op deu bergtop van den eenzamen bc.om,
welke do Poetilowsohe genaamd wordt, wer
den 's avonds en 's nachts de gesneuvoldeu
begraven, waarbij aan de Japanners dc mili
taire eer bewezen werd. De wapens zoowel öo
onze als die van de op den bergtop gesneu
velde Japanners, dragen do sporen vau een
vertwijfeld gevecht van man tegen m?.u
Opgemerkt is, dat do vijandelijke troepen
tegenover ons centrum belangrijke verster
kingen krijgen.
Op den linkervleugel hadden 17 October
geen gevechten plaats.
Petersburg, 18 Oct. De oorrespondent van
de Nowajo Vremja te Mookden seint, dat
het centrum van de Japanscihe troepen giste
renmorgen verbraken is. Het bericht gaat
rond, dat de Russen nog elf kanonnen heb
ben genomen.
Tokio, 18 Oct., een uur namiddags. De
Russen hebben Zondag de colonne van Ya-
Tnada. omsingeld en zich van veertien kanon
nen meester gemaakt. De Russen trekken
rich samen voor het front van Okoe en Nod-
zoe. Er wordt een nieuwe groote slag ver
wacht.
Petersburg, 18 Oct. De correspondent vau
de „Birshewija Wjedomostfseint heden uit
Charbin: In den nacht op 17 dezer rukten
de Russen voorwaarts en wierpen de Japan
ners uit 6 ste'lingen terug, waarbij zij 8 ka
nonnen buit maakten. De Japanners ver
schansten zich toen in een sterke bergachti
ge stelling; de Russen bestormden deze tegen
2 uur 's namiddags en veroverden weer 16
kanonnen en 8 stuks snelvuurgeschut. Het
gevecht duurt voort.
Londen, 18 Oct. Het Japansche gezant
schap maakt het volgende telegram van he
den uit Tokio bekend: Een kolonne onder
bevel van don brigade-generaal Yamada ruk
te op 16 dezer op oan het detachement van
ons linker leger te versterken, dat de vij,-
and ten noorden van Shahopo aanviel. Het
versloeg den vijand nabij \YertsjialoMsoo en
maakte 2 kanonnen en 2 munitiewagens buit.
Na den vijand opnieuw teruggeslagen te
hebben bij Santaokautse trokken deze troe
pen op hun oorspronkelijke stelling terug,
toen, rij te 7 uur 's avonds plotseling om
ringd werden door den vijand, die een di
visie sterk was. Na een hardnekkigen strijd
van man tegen man slaagde Yamada's ko
lonne er in door te breken. De vijand her
nam zijn vorige stelling, terwijl onze artil
lerie, die hare meeste manschappen en paar
den verloren had, genoodzaakt was 9 veld
kanonnen en 5 bergkanonnen achter te laten.
De vijand heeft in het front van, ons
hoofdleger versterkingen gekregen.
Onze verliezen op Zondag jl. waren onge
veer 1000 dooden.
Tokio, 18 Oct 3.30 u. 's namiddags. Djj
Russen deden in deu afgeloopen nacht oe
fel'en aanval op de stellingen van generaal
Okoe en vielen ook Nodzoe en Koeroki aan
Zij werden overal met groote verliezen terug
geslagen.
Uit Okoe's leger wordt' via Foesan, va
16 dezer bericht: Sedert Zondag jl. begroef
•het linkerleger der Japanners 4100 lijken
van Russen. De Russische verliezen worde
geschat op 20 tot 25000 dooden. De Japan
6che verliezen bedragen waarschijnlijk ongc
veer 3000 dooden. Heden morgen vervolgden
de Japanners den opmarsoh; zij joegen da
Russen voor zich uit en maakten 2 kanon
nen en vele geweren buit.
10 Naar het Engolsch
VAN
JOHN STRANGE WINTER.
Zij gaf" mij vriendelijk de hand en zeide
mij spoedig, naar uirjln bagage te kijken en
dau maar gauw voort te maken.
Of ik liaor kon zeggenwat mijn bagage
was en uit welken goederenwagen die komen
moest? Ik wist er niets van. Maar geen nood
zij maakte zich van een kruier meester, en
in minder tijd, dan ik noodig heb om het te
schrijven, had zij mijn zaken bij elkander
op een handwagen en beval den dienstman,
ze .naar het station van den Underground-
railway to brengen.
Dat gaf wat meer oponthoud, want er
moest een andere kruier bijgehaald worden.
Ten laatste evenwel kwamen wij aan het
üncioiground-station aan, waai- ik bijna stik
te van de benauwdheid en op het putM was
flauw te vallen.
„A propos, hebt u al thee gedronken?"
vroeg mevrouw PoplinBrowine. „Niet? Goe
de hemel, u hadt wat moeten, eten. Zoudt
u het nog uithouden, tot we thuis zijn? We
zijn er gauw het is vlak bij/ hot station."
„O, zeker", zeide ik, zoo opgewekt moge-
„A, want ik vond het niet geschikt om te
beginnen met last te veroorzaken,; ook be
greep ik, dat het niet wel mogelijk was, nu
aan een kop thee te komen.
Het duurde nog een heelen tijd voor wij
Rosediamond Road bereikten:. Het was na
tuurlijk geheel dónker, en toen we ten laat
ste aan het station West-Kensington aan!kwa
men, beval mevrouw PoplinBrowne een
kruier mij^i koffers thuis te bezorgen.
„Het is niet meer dan twee minuten loo-
pens" verklaarde rij mij „en met een
cab heb je altijd last de koffers in huis
te krijlgen. Neem uw handkoffer mee; ik zal
uw reisdeken dragen. Hij zóu er extra voor
rekenen."
Het was de langste wandeling van twee
minuten, die ik ooit maakte. Later kon ik
liet nooit in minder dan acht doen. Maar
geen noodhet leven is niet altijd rozengeur
cn maneschijn, ook niet voor een gezelschaps
juffrouw. cn het voornaamste was: Mevr.
PoplinBrowne was vriendelijk en lief voor
mij, en deed/ klaarblijkelijk slechts, zooals zij
het voor haar zelf giewoon was. Zoo kwamen
wij toch eindelijk, in de Rosediamond Road
aan. Gelukkig!
In haar eersten brief had mevrouw Poplin
Browne mij meegedeeld, dat haar huis niet
groot was; maar nu merkte ik pas hoever
dat „niet groot" kon uitgestrekt worden. In
derdaad, het was het kleinste huis, dat ik
ooit betreden had; ik bedoel .natuurlijk .het
kleinste „heerenhuis." Ik spreek niet van de
knutse kleine optrekjes in Dene en de villa'
tjes in den omtrek.
Binnentredende bevond men, rich in een
uiterst beknopte vestibule, eiudelijik was
er juist ruimte genoeg voor de mat en een
kleine, met snij/werk versierde kist van don
ker eikenhout, waarop een groote gutta-per-
cha plant in een gelen pot. Aan de andere
zijde stond een nietig tafeltje met een geel
koperen blaadje, waarop ecu, paar visitiekaar-
tjes, Aan beide rijden, waren kapstokken, en
bij de trap, waarvan de leuning en dé balu
strade met hoezen bedekt waren, stond! een
kleine bank met gedraaide rugleuning. De
muren waren geheel overdekt met schilderij
en, waaiers en aardewerk, en onder aan de
trap stond een groot-, met gele bloemen be
schilderd) stuk draineerbuis, dienstdoende als
parapl uie-standaard'.
„Is de thee klaar, Marshall?" vroeg me
vrouw PoplinBrowine.
„Alles staat klaar in de eetkamer, me
vrouw," antwoordde Marshall; „ik heb nog
maar even thee te zetten."
„Juffrouw Nugent snakt naar een kop
thee," zeide de dame des huizes; „dus maak
wat haast."
Het wias letterlijk waar: ik versmachtte;
ik gunde mijl nauwelijks den tijd mijn hoed
en mantel af te leggen in de miniatuurslaap
kamer, waar men mij gebracht had; haas
tig waschte ik mijn gezicht en mijn handen
en bracht mijn liaar wat in orde.
De eetkamer paste geheel bij do vestibule
het was een klein vertrek, juist groot genoeg
voor de tafel en de stoelen; een klein buf
fet stond rechts van dón haard en een klein
dientafeltje links. Ook hier waren tal van
schilderijen en waaiers, en bij het vuiur stond
een schommelstoel.
Alles was netjes en met smaak gerang
schikt, maai- zoo popperig, een echt speel
goedhuisje. Ik voelde grooten angst om mij
te bewegen; ik was zeker bang het een of
andër te breken.
„En laten we nu beginnen," zei Mevrouw
Poplin'Browne, vroolij|k. „Als ik alleen ben
of met de kinderen, dnnk ik hier 'gewoonlijk
thee. Zijn er bezoekers, dan natuurlijk in
het salon."
Kwamen er veel bezoekers? Dat had' ik
wel eens willen weten.
De theetafel zag er netjes uiteen hel
der wit tafellaken, een mooi theeblad, een
fraaie trekpot-, een jampot met deksel, een
bord met waterkers en dunne boterhamme
tjes. Ook was er oen bord' met dikkere boter
hammen en twee kopjes voor de kinderen.
„Daar hoor ik de kinderen," zeidé rij» en
het volgende oogenblik stormden twee kleine
meisjes de kamer in en omhelsden haar moe
der met de grootste teederheid.
„Zeg juffrouw Nugent goeden dag, liefjes,"
zeide mevr. Poplïii'Browne. „Dit is Alice,
juffrouiw," op de grootste wijzende, „en dat
ia Ethel."
Het waren twee kleine heidinnetjes, bruin
en blozend als haar moeder, en op weg om
slank en voornaam te worden evenals rij,
want mevrouw Poplin'Browne was een voor
name verschijning; jammer maar, dat haar
manier van doen daarmee niet geheel in
overeenstemming was. Do kinderen waren
ook zeer gehoorzaam en staken mij hun brui
ne gezichtjes toe, en de kleinste keek mij
strak aan en vroeg plechtig: Hoe heet
u?"
„Mijn naam lijkt veel op den uwen," anti
woorddo ik. „Ik heet Etheldroda."
Mevrouw PoplinBrowne zuchtte. „Bbhol-
dreda Nugent," zeide ze zacht bij ach zelve.
„Wat een geluk zoo te heeten
Ik kon niet nalaten te lachen, ofschoon ik
versmachtte van honger en dorst. „Bevalt
mijn naam u?" vroeg ik.
„Mijn beste," zeide zc, ernstig; hij is in
één woord heerlijk, heerlijk. Ik zou er alles
voor over hebben, om zoo genoemdl te wor
den."
Ik vond het niet noodig haar naam te
vragen, en juist op dat oogenblik herinner
de rij zich, dat ze nog niet had ingeschon
ken. „Ik vergeet geheel uw honger on dorst,"
zeide ze lachend. „Gebruikt u suiker cn
melk?"
„Heel graag," was mijn antwoord.
Zij gaf mij een kop thee ik had ze met
kop en al in eens kunnen inzwelgen, maar
ik moest natuurlijk mijn thee met kleine
teugjes gebruiken en deen voorkomen, als
of ik heel ordinairen dorst en honger had.
Ik had' driemaal zooveel boterliommen kun
nen verslindenals er op de tafel stonden,
maar die twee paar nieuwsgierige kinder-
oogen, die op mij gericht waren om niet
te spreken van de dame des huizes maak
ten, dat ik maar een .paar dunne sneetjes
durfde nemen.
„Laten wc nu in het salon gaan,'" zeide
mevrouw PoplinBrowne, toen ze opstond
nadat de kleine meisjes liet bord met dikke
boterhammen geledigd hadden. „He rit hier
alleen voor do maaltijden."
Wordt vervolgd.