131. 3"° Jaargang. Maandag 31 October 1904. J5UITENLAND._ FEUILLETON. MIJN GODFRIED. aURSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoort 1.25. Idem rranco.per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Doze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertcntiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens Bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C». Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADYERTENTEËN: Van 15 regels0.75. Elke regel meer- 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald advertoeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het Engelsch-Ruaeische geschil. 2 ,,Met groote voldoening zal men in thiitsöhland de tijding ontvangen, dat het kan de wijsheid der regeeringen van Enge- öW juid en Rusland gelukt is tot overeenstem- ning te komen over het bijleggen van het «schil wegens de beschieting van Engelsche isschersbooten en den vrede van Europa voor pbokken te bewaren". In deze woorden doet I le Nordd. Allg. Zeituiiig, het officieuse o<r- «aan van do Duitsche regeering, hare blijd- I ichap kennen over het feit, dat de oorlog onder oneer voor bedde betrokken partijen al worden vermeden. Men kan aan die woor- len gerust cene verdere strekking gevenzij «rukken de gevoelens van de gansohe be- «liaaide wereld uit. Men zou op heelwat ge- meliger wijze dan tot dnsver de gevolgen ran den oorlogstoestand gewaar worden, wan- ieer het mocht komen tot een oorlog tus- .en Engeland en Rusland. Over den grondslag van de regeling, die troffen is, heeft Renter's bureau bericht, ,t de artikelen 9, 10 en 32 van de Haag- io conventie de basis leveren voor de vast- lling van de détails der uitvoering. Wij •Dgen den inhoud van deze artikelen hier n herinneringzij luiden j Art. 9. Bij internationale geschillen, die jodh de eer noch gewichtige belangen raken ju uit eene verschillende waardeoring van feiten voortkomen, achten de contraotee- ende staten het nuttig, dat de partijen, voor ooveel de omstandigheden dit toelaten, eene jjjjj nternationale oommissie van onderzoek in- (tellen met de opdracht de oplossing van de ©schillen te vergemakkelijken, doordien zij een onpartijdig en nauwkeurig onder- iook de feiten ophelderen. Art. 10. De internationale oommissiën van nderzoek worden door bijzondere overeen- omst van de in geschil zijnde partijen ge ormd. Deze overeenkomst bepaalt de te inderzoeken feiten en den omvang van de Z bevoegdheden der commissieleden. Zn regelt ie procedure. Het onderzoek geschiedt door Z het hooren van beide partijen. De in acht te tomen vormen en termijnen worden, voor Z pover zij niet door de overeenkomst gere- fceld zijn, door de commissie zelve bepaald. Art. 32 regelt de wij'lze van samenstelling van een scheidsgerecht en art. 11 bepaalt, lat eene commissie van onderzoek, voor zoo ver niet anders is overeengekomen, volgens 8at. 32 wordt gevormd. De commissie moet de uitkomst van haar onderzoek in oen rap- Z port aan de in geschil zijnde staten voorleg- gen. Verder zegt art. 14Het rapport van Z de internationale oommissie van onderzoek, lat zich bepaalt tot het vaststellen van de eiten, heeft in geen enkel opzicht de betee- ;enis van eene scheddsreohtelijike uitspraak, "et laat aan de in geschil zijnde partijen >lledige vrijheid ten aanzien van het gevolg, lat aan de vaststelling van de feiten zal >rden gegeven. Met de instelling enkel van eene com- missie van onderzoek voor dit geval, zou men Z dus nog niet veel verder komen. Maar uit 1371'de verklaringen, die de Engelsche eerste mi- Z bister te Southampton heeft afgelegd, volgt nog iets meer. Daaruit blijikt namelijk, dat niet alleetn overeengekomen is, dat een on- ierzoek zal worden ingesteld, maar dat ook bevel gegeven is, dat het gedeelte der Oosfc- zeevloot, dat in den aanslag op de Engelsche visschersvloot betrokken ge weest i9, te Vigo zal achterblijven dat de officieren, die voor het gebeurde ter verantwoording kunnen worden geroepen, niet zullen gaan naar het verre oosten en dat de schuldig bevonden personen behoorlijk, zul len worden gestraft. Er zijtn dus maatregelen genomen om te waarborgen, dat de uitspraak van de commissi© van onderzoek niet zal zijn eene papieren beslissing; Rusland heeft zich bij voorbaat verbonden, dat er zal worden gehandeld naar de oonclusiën, waartoe de commissie van onderzoek komt. De proef op de som, hoe Rusland de toezegging, die het heeft gedaan met betrekking tot de schul dige officieren denkt gestand te doen, zal overigens spoedig geleverd worden. Uit de verdere bewegingen van de Oostzeevloot zal dat blijken. Dat het tot deze oplossing van het drei gende geschil gekomen is, is behalve aan de gezindheid, die aan beid© kanten bestond om vrede met eere" te bewaren, toe te schrijven aan do bemoeiingen van een derde, die de partijen tot elkaar heeft weten te brengen. Zoowel in Londen als in Petersburg is de Fransche diplomatie in den zin van het behoud van den vrocle werkzaam geweest, al schijnen hare bemoeiingen zich ook bepaald te hebben tot vriendschappelijke raadgevingen en moreelen steun. Maar ook mag men aan nemen, dat het slagen van deze bemoeiin gen in de hand gewerkt is door het voor en kele jaren te 's Gravenhage tot stand ge brachte work. Dit is het eerste enstige ge schil tussohen twee gtroote mogendheden, dat naar de regelen, in de Haagsohe conventie vastgesteld, tot oplossing zal worden ge bracht. En dat is zeer zeker een feit, dat de aandacht verdient en mag worden gerele veerd naast de in 't belang van den vrede verkregen uitkomst. Frankrijk. In de Kanier heeft het Vrijdag zeer ge spannen. Do minister van oorlog liep groot gevaar, eene nederlaag te zullen lijden bij 3 stemming aan het einde van de tegen hem gerichte interpellation. Do dissidenten aan de linkerzijde verbonden zich met de rechter zijde om hem te doen vallen. Doumer kwam op de tribune om zich te verklaren tegen de door den minister van oorlog aanvaarde mo- tiie-Maujan hij achtte 't niet mogelijk om zuiver politieke redenen ee<n minister van oorlog aan het hoofd van het leger te laten, die dit leger desorganiseert en tot ongehoor zaamheid opleidt. Jaurès antwoordde hierop met een krach tig beroep op de eensgezindheid van de lin kerzijde. Hij herinnerde aan den tijd van de Dreyfuszaak en aan den vijfjarigen strijd, dio was gevoerd, aan don gevaarlijken toestand onder eFlix Faure en den aanslag op ub in 1899. Nu liep men gevaar, op het oogen- blik dat de hervorniingsoiit werpen gereed zijn, door den afval van ontrouwe elementen verraden en bedragen te worden. Maar de verraders vergisten zich, want niet Doumer zou de aanvoerder van de meerderheid van morgen zijnwanneer de regeering viel, dan zou de geheele meerderheid uiteenvallen cn een noodlottige chaos ontstaan. De prioriteit voor de motie-Maujan werd met 282 tegen 278 stemmen aangenomen. Het gedeelte van deze motie, dat vertreur, en uitdrukte in de regeering, werd aangenomen met 278 tegen 274 stemmen, dus eveneens met vier stemmen meerderheid. Daarmede was het gevaar afgewendde motie in haar geheel werd met 294 tegen 263 stemmen aan genomen. De toestand leek zoo gevaarlijk voor den minister van oorlog, dat de leiders van do partijen c' r meerderheid zioh tijdens do stemming vereeuigden om, wanneer generaal André de uedlerlaag mocht lijiden, eene andere motie voor te bereiden, die Oombes en do overige ministers zooi hebben veroorloofd aan het bewind te blijven. In de couloirs van de Kaaner rekende men na de zitting op <Se mogelijkheid van een vrijwillig aftreden van den minister van oorlog. Daarover is echter nog niets nadere bekend. Waarschijnlijk zal Combes eene partieele cristi trachten te ver mijden. Spanje. Madrid, 30 Oct. De Kamerzitting werd gisteren hervat en duurde den geheelen nacht. De voorzitter werd door een der op positie-afgevaardigden met een wandelstok bedreigdde politie moest tusschenbeiden komen. Het rumoer was onbeschrijfelijk. De afgevaardigde Vinoent sloeg met rijn stok het Christusbeeld neder. De afgevaardigde Romanones sloeg met zijn stok alle voor werpen van de tafel van den president, die met inkt bemorst werd. De zitting is permanent verklaard. Rusland. Petersburg, 30 Oct. Het hoogverraadspro- ces tegen den voormaligen Finsohen senator Schaumann, den vader van den moordenaar van generaal Bobrikow, is te Abo begonnen. Het voornaamste bewijsstuik van de aan klacht is een document, dat gevonden is on der de papieren van Schaumann en dat een ontwerp bevat tot organisatie van geheime scherpschutters-vereenigingen ter bevrijding van Finland. Daaruit wordt afgeleid, dat in Finland een gewapende opstand zou worden voorbereid, Pchaumann erkende dat dit stuk door hem is geschreven en dat de in het stuk nedergelegde oedoelingen misdadig zijnhij verklaarde echter geen oogenblik te hebben geloofd aan de practische verwe zenlijking. Marokko. Een stoomboot, die uit Larasech is aange komen, bericht dat «laar een opstand is uit gebroken. De consuls zij» in het Belgische oonsulaat gevlucht. Uit Tanger wordt bericht, dat daar Zater dag de Engelsche stoomboot Hercules van Larasech is aangekomen onet het bericht, dat de naburige stammen de stad belegeren en dat er zelfs schoten zij» gelost op de stoom boot. Het schip kwam zonder lading en brac] t een brief van den Engelschen vice-consul aan den Engelschen zaakgelastigde te Tanger. Deze zond den brief aan den Engelschen krui ser Diana, vermoedelijk met de uitnoodiging naar Larasech te gaan om daar de Engelsche belangen te behartigen. Vereenigde Staten. Washington, 30 Oct. Staatssecretaris Hay zond heden de nota aan de staten om uit voering te geven aan den last, door president Roosevelt gegeven om eene twee Haagsche conferentie voor te stellen. De nota behandelt- niet alleen het weder bijeenroepen van de conventie met het doel de vraagstukken to overwegen, die door do oorspronkelijke con ferentie zijn opgenoemd als de aandacht waardig. Zij geeft een plan aan voor een al gemeen stelsel van arbitrageverdragen en do instelling van een internationaal congres, dat periodiek zal bijeenkomen in het belang van den vrede. De oorlog in Oost-Azië. Van den oorlog zijn de volgende berichten De D'aily Telegraph bevat een uit Port Arthur van 22 October gedateerd telegram van zijn correspondent, dat eene beschrij ving bevat van do Russische verdedigings werken. Hij beschrijft die werken als bui tengewoon sterk cn is van meening, dat rij zoodanig met elkaar verbonden rijn en aan de manschappen zco goede dekking verlee- nen, dat eene poging om ze met storm te neinen, de vreeselijkste gevolgen zou moeten hebben. De Japanners rijn nog altijd niet in het bezit van de buitenwerken, welker verovering alleen hun reusachtige offers aan menschen zou kosten, terwijl de hoofdwer ken, zelfs al wildon de Japanners 30,000 man opofferen, haast niet te nemen zou zijn. Het zware belegeringsgeschut richt betrek kelijk weinig schade onder het garnizoen aan, maar het garnizoen is numeriek zwak en door de eeuwige inspanning vermoeid. Bij do nachtelijke aanvallen van de Japan ners bedienen de Russen zich van uit mor tieren afgeschoten lichtkogels en van zeven groote zoeklichten, die over de westelijke en oostelijke versterkingen verdeeld zijn. Zij kunnen door middel van deze verlicht in gs- toestelleu hét voor de vesting gelegen ter rein over een verren afstand verlichten. Zoo boden de Japansche posten, die omstreeks 5 K.M. van de vestingwerken af liggen, bij het schijnsel van deze zoeklichten een doel wit, dat met succes kon v orden beschoten. De Japanners bedienen ridh hunnerzijds van een groote ballon, die telephonisch —et de verschillende belegeringsposten in verbin ding staat. De in deze ballon aanwezige offi cieren besturen telephonisch het indirecte vuur van het groote belegeringsgeschut. Uit Tokio wordt aan de Times bericht, dat een vreeande correspondent van Port Arthur in een bericht van 17 October meldt, dat de strijd van bet garnizoen in kracht af neemt. Men gelooft daarom dat het einde nabij is. De Standard verneemt uit Sjanghai, dat Port Arthur den 25en October den gehee len dag in vlammen gestaan heeft. Tokio, 29 Oct. Eien telegram uit het hoofd kwartier van Koeroki bericht1, dat de Japan ners dien 27en Waitaoshan hebben vermees- terd na een scherp gevecht. De aanval begon om acht uur 's morgens en eindigde om vier uur 's namiddags, toen de Russen terugtrok ken. De Japanners maakten zich meester van twee maxims. De Russische verliezen worden geschat op 200 man, die van de Japanners op 170. De Russen hielden sedert den 14«n Waitaoshan bezet met acht compagnieën en waren begon nen met verschansingen aan te leggenzij gingen terug over de Saho. Petersburg, 29 Oct. Naar generaal Sacharof aan don generalen staf meldt, hebben op 28 October bij het 1ste Mandsjoorijsche leger geen gevechten plaats gehad. Zoowel de Rus sische als de Japansche batterijen onderhiel den over het geheele front een zwak artil lerievuur. Het vuur der Japanners had weinig uit werking, zoodat de verliezen der Russen on- betcekenend waren. Gedurende den nacht van Vrijdag op Za- terdag keerschte er rust. Berichten omtrent gevechten zijn niet ingekom&n. Petersburg, 30 Oct. Een telegram van ge neraal Koeropatkin van den 29en aan den Keizer meldt j Heden zijn geen berichten over gevechten /ontvangen. Bij cene verkenning door do ca valerie op Vrijdag is, na een gevecht door de afgestegen ruiterij en onze artillerie ge leverd, het dorp Tsjientousjan door ons be zet. De Japanners ontruimden Landpoe. Vrijdag beproefden de Japanners onze vrij willigere te verdrijven uit een dorp, een werst ten westen van Tsjanliapoe. De vijand beschoot het dorp den geheelen dag lievig met zijn geschut. De vrijwilligers hielden het echter bezet; hunne verliezen waren on beduidend. Eeno vijandelijke afdeeling van twee com pagnieën met maxims en twee escadrons be proefde onze voo*-hoede te verdrijven uit het dorp Thajoe, zes wersten ten zuiden van den Wasfoelin-pas, doch werd teruggeslagen. In den nacht op 29 October deden de vrijwilligers eene verkenning naar den berg met den tempel, twee wersten ten zuiden van Sausinsoen. De vrijwilligers bezetten de onderste verschansingen, doch werden uit de hooger gelegen versterkingen bpvig met ge weervuur beschoten. De geheele afdeeling trok, dit vuur beantwoordende, op hare eigen stellingen terug. De vrijwilligers, die het dorp Tynsin, een werst ten zinden van Lioedjiatoen, bezet hielden, werden des nachts aangevallen door een overmachtigen vijandelij'ken troep en trek ken terug op Lioedjiatoen. Bij het aanbre ken van den dag gingen «ie vrijwilligers tot den aanval over en bezetten opnieuw het dorp Tynsin, dat door de Japanners in brand was gestoken. De oorrespondent van Reuter bij het leger van Koeroki bericht, dat wins Karei Anton van Hohenzollern te Liaojang is aangeko men en binnen kort naar het front zal ver trekken. De officieele Russische rapporten erken nen, dat 43,000 man buiten gevecht gesteld rijn in de reeks van gevechten, die samen den slag aan den Sja-ho vormen. Dio veld slag is derhalve de bloedigste, die do ge heele Russische oorlogsgeschiedenis kent. De Japanners geven een veel geringer verlies op, 14,000 man. De groote omvang van do aderlating en de volslagen uitputting van alle voorraden zijn, naar de Temps opmerkt, op zich zelf voldoende tot verklaring van de zonderlinge onbewegelijkheid, waarin de beide legers ge lijktijdig vervallen zijn. Zij staan neus aan neus, en beiden in eene verdedigin gastel ling, onmachtig niet alleen om zioh op elkaar te wei-pen, maai' ook om elkaar een 3tukje ter rein te ontnemen. Deze toestand kan moeie- lijk gewijzigd worden door eene combinatie van manoeuvres, want de beide legers zijn gedoemd om te blijfven staan dwars op den gemeensthapsweg, dien de spoorweg van Charbin naar Port Arthur voor beiden vormt; zij kan ook slechts langzame veran deringen ondergaan wat het numerieke even wicht der strijdkrachten betreft. Die veran deringen zullen later in 'iet voordeel van de Russen zijn, maar zij zullen eenigen tijd onderbrokerf worden door do noodzakelijk- 18 Naar het Engelsch, VAN JOHN STRANGE WINTER. Mij» lachlust dus bedwingende, gelukte het mij een. ernstig gezicht te zetten. „Ik weet het niet," antwoordde ik; „al leen weet ik, dat rij' erg op «lien dubbelen taam gesteld is." „Menschen met dubbelen naam raken er aan gewend," zeide zij. „Wat is mijnheer FoplinBrowne voor een man?" Ik had wel gewild, dat rijl die vraag aeta ta Twege gelaten had'. Had ik oprecht moe ten antwoorden; dan had ik moeten zeggen, dat hij eigenlijk buiten de beschaafde wo rld stond. Nu moest ik er eeni mouw aan passen en zeide: „O, hij is heel vriendelijk, ecu zeer goed echtgenoot en huisvader, en... zoo heelemaal een man van zaken, riet u." „Ah," zeide mevrouw d'Ecie op eeni toon, die mij nu juist niet aanmoedigde, om met mijne beschrij,ving voort te gaan. Ik was er haar dankbaar voor." „Had uwe moedër mij maar eerst geschre ven," zeide zij na eenige oogenblikken, „dan had ik waarschijnlijk wel een passender be trekking voor u gevonden. Maai- enfin, wij zullen zien. Hoe lang kunt ge blijven?" „Ik moet vóór het oteoi weer thuis zijn." „Mooi. Ik moet van avond uit dineeren, dus kan ik u niet vragen te blijlven, maar we zullen een rijtoertje maken, en ik zal U het ipark en de winkels laten zien. A propos, ge weet misschien, dat mijn zoon Godfried bij mij woont?" „Neen," antwoorddë ik. „Ja, zeker. Ik weet niet, of bijl thuis zal komen om te lunchen. Als ik zeg, dat hij hier woont, dan bedoel ik, dat «iit rijn te huis is, als hij lust heeft te komen. Gewoon lijk is hij natuurlijk bij rijn regiment." „Hij is dus officier?" informeerde ik. „Ja, hij is bij het 6e regiment huzaren, binnen twee jaar gaat het regiment naar Indië en," voegde zij er zuchtende bij, „ik ben erg bang, dat Godfried met alle geweld mee wil." „U zult wel aan rijn afwezigheid gewen nen," zeide ik troostend. „Wij w'aren alle» vreeselijk onder don indnuk, toen Gerard voor het oerst naar zee ging en moeder treurde wekenlang. Maar nu is zij: er ook al aan gewend." „Maar uwe moeder heeft acht kinderen," zeide mevrouw d'Ecie treurig. „Ik heb maar twee zoons, en dé oudste, Lord d'Ecie, is gehuwd. Zijne vrouw noemt hem Lord d'Elcie, tegenover mij. Ik zie hem bij»a nooit, soms komt hij mij alleen eens opzoeken., soms ga ik naar een groot diner, dat zij geven. Ah, de bel luidt. Kom kind, we zul len maar niet op Godfried wachten." Maar toen wij de eetzaal binnentraden, die er werkelijk als zoodanig uitzag, en niet als een poppenkamertje, was de lieer d'Ecie er reeds. „Wel, Godfried," riep! rijjn moeder uit, „ik hadl niet gehoopt je te zien. Ik ben blij, dat ge terug rijt. Laat ik je voorstellen aan mejuffrouw Nugent. Van morgen heb ik ]e al verteld van onze onverwachte ontmoeting van gisteren." „O ja, hoe maakt u het, juffrouw Nu gent?" zeide hij, terwijl hij mij zijn krach tige hand vriendelijk toestak. „Heel blij u te zien. Wilt u niet hier ritten?" vervolgde hij, mij de plaatst, het dichtst bij het vuur aanwijzende. „Heel graag, dank u", zeide ik, terwijl ik den stoel aannam. Ik kon geen goed ge zicht op hem krijgen, vóór do soep was op gediend. Hij was in één woord een knap man. Wat een contrast met mij»heer PoplinBrowne en met den smachtende» jongeling op me vr oUvv PoplinBrowne's „visite". Hij' was niet zeven voet lang, zooals knappe jonge mannen altijd verondersteld worden te zijn hij was nog geen zes, maar wel gevormd en slank, en juist mooi genoeg voor een man nelijk voorkomen. Hij had kort krullend haar en mooie tanclen, die hij bij lederen glimlach toonde, dat is vrijl dikwijls, ©en paar blauwe vroolijUce oogenj en een fij» besneden mond en kin, die voordeelig uit kwamen, daar hij geen baard droeg. „Mijn moeder vertelde mij, dat u prach tig ringt, juffrouw," zeide hij, toen de soep afgenomen was. „Prachtig is nu juist het woord niet; men zegt, dat ik nogal goed ringt," zeide ik be scheiden. „Nu, ik hoop, dat u nu en dan eens voor ons zingen wilt; ik houd dolveel va» mu ziek," zeide hij, zijn armen op den rand van de tafel leggende en mij met stralende oogen aanziende. „Ik heb er niets tegen, maar ik geloof, «lat mevrouw van plan is mijl op een toertje mee te nemen." antwoordde ik. „En mag ik ook van de partij zijn, moe der?" „Als ge lust hebtzeker", was het ant woord. Zij had: mooie fijne blanke handen, mot enkele kostbare ringen versierd. Nu rustten ze over elkander geslagen op den rand van de tafel, en ik m<ïrkte, dat, als rij zoo zat, hare oogen gewoonlijk de zijne zochten. Klaarblijkelijk was mijn zoon Godfried" de uitverkorene. „Ik ga altijd graag met u rijden," zeide hij; „behalve als u die verschrikkelijke, oude «lame meeneemt met «lat schoothondje." „Foei, Godfriedzeide zij. „Ik verzeker u, juffrouw Nugent, mijn moeder is de best vrouw in dc heelc wereld. Zij heeft een vriendin, die ecu beetje ach teruitgegaan is en geen rijtuig meer kan houdenen nu twee- of driemaal in de week „Eenmaal in de week., Godfried," viol me vrouw in de rede. I „Twee of drie keer in de week, juffrouw Nugent" ging hij lachend voort, „gaat moe der haar afhalen. Maar daar spreek ik niet van; het is zelfs aangenaam te weten, dal moeder zoo is. Maar die oud© dame heeft ©cn sokoothondje, eu dat beest moet absoluut mee. Eerst zit het te blaffen naar iedereen en. alles, dat voorbij komt. Dan wordt het slaperig ©n instaLleert rich op den best ge- stoffeerden schoot in het rijtuig. Dan weer begint het to beven en te sidderen, en moet het op de bonten deken ritten om warm te blijven. Ter afwisseling rolt het en jankt het cn krabt zich (met verlof), tot ieders hu meur voor den heelen dag bedorven is. Tot slot wordt het nijdig en bijit beele stukken uit allo kleedingstukken, die in zijn bereik komen. Niet minder «lan drie pakken van mij' zijn hopeloos door «lat verfoeiolijke dier bedorven." „Ik vraag jo nooit om mee te gaan, als ze gaat beste jongen," zeide de oude dame zacht verwijtend. „Lieve moeder, dat weet ik en ik acht u er des te meer om; maar waarom zegt u haar nietdat ze dat dior thuis laat „Zij zou het zoo onaardig vinden." „Ik zie niet in waarom. Gelukkig, «lat juf frouw Nugent iet met zoo'n vervelend aan hangsel is bchebthet zal mij werkelijk een groot genoegen wezen, mee te toeren van middag." „Daar ben ik blij, om Godfried. Ik zal juffrouw Nugent het park laten zien, en dan de winkels, cn dan naar huis. „Maar eerst krijgen we een liedje," zeide hij, met een glimlach aan mijn adres. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1904 | | pagina 1