den gemeenteraad overgelegd het ini art. 2
bedoeld! schriftelijk advies van den deskun
dige.
De gemeenteraad, na zidhi zoo noodig nog
door een of meer deskundigen te hebben
doen voorlichten, beslist zoo spoedig moge
lijk en dealt zijne beslissing terstond aan
den belanghebbende mede."
De heer van Voorst Vader. Mijn
heer de voorzitter, zooi het niet de voorkeur
verdienen, in plaats van „aanslag" te lezen
„schatting'? In andere artikelen wordt van
schatting gesproken. Men blijft dan in de
zelfde terminologie.
De V o o r z i 11 e r. Het komt mij voor,
dat in de eerste alinea het woord „aanslag"
moet worden behouden. De belanghebbende
kan bezwtaar indienen tegen den aanslag,
niet tegen do schatting.
De heer Plomp. Ik kan daaraan nog
toevoegen, dat de derdie alinea van art. 2
spreekt van aanslag.
De heer van Voorst Vader. Dank u.
Dte Voorzitter. BI. on W. nemen het
voorstel vaar den hecir Plomp o<ver.
Artt. 7 (nieuw), 8 en 9 worden z. li. o'.
voorloopig goedgekeurd.
Van do verordening op de invordering
wordt art. 1 z. li. o. voorloopig goedgekeurd.
Art. 2.
De heer Plomp. Mijnbeer die voorzitter,
ik heb oene kleine wijziging van dit artikel
voor te stellen. Art. 20 bepaalt, dat. de ver-
gunuing vervalt- wanneer de aanslag niet is
voldaau. Invordering van een aanslag kan
dus alleen voorkomen bij eene vergunning,
vastgesteld door Gedeputeerde Staten voor
logementhouders wat hunne logeergasten be>-
treft. Zou het daarcni niet wensoheliik zijn
het artikel aldus te lezen
„Van bean die nalaat het ingevolge art-, 1
al 2 der verordening enz."
De V oio r zit te r. B. en W. nemen dit
amendement over.
Art. 2 wordt z. h. o. voorloopig goedge
keurd, en daarna- artikel 3.
De beide verordeningen worden met alge
meen© stemmen vastgesteld!.
11. Voorstel van B. en W. omtrent loous-
regeling van het personeel bdjj de gemeente-
reiniging, met advies.
Bij de gewijzigde loonsregeling wordt, in
gaande 1 Januari 1905, die bezoldiging van
alle aan. de gemeentereiniging verbonden
werklieden, onverschillig hun leeftijd en of
zij gehuwd' dan wel ongehuwd zdjn, bepaaJd
op f 8.50 per week met- dieu verstande, dat
de bestaande hoogere loonen niet- zullen wor
den verminderd.
De heer van Kalken. Mijnheer de
voorzitter, ik heb met voldoening gezien,
dat B. en W. zijin meegegaan met het voor
stel, dJat indertijd doc>r mij is ingediend.
Dat komt hierop neer, dat ment bij de bepa
ling van het loon niet moet vragen naar
den Leeftijd en niet moet in aanmerking
nemen of de meu&ohon gehuwd zijn of niet,
hetgeen zou zijn het stellen van eene premie
op het huwelijkmaar .alleen heelt te vragen
naar dien arbeid, die wordt verricht, en daar
naar het loon heeft te regelen. Er is niet
geheel voldaan aan mijne wanschen, ornaat
de arbeid, die verricht wOrdt, niet gelijk
is; maar ik kan er voor voelen, dat men
een uniform loon gewenscht acht. Een kleine
verandering zou ik echter in het voorstel
gebracht willen zien. B. en W. stellen voor
heb loon te bepalen op f 8.50 per week. Ik
zou er voor zijn, dat het gebracht werd op
f 9. Nu reeds is er een van de werklieden
die f 9 heeft, en een ander hoeft f 8.80. Af
gescheiden daarvan acht ik een loon van f 9
voor de werklieden va-n de gemeentereimging
niet overdreven. Deze werklieden hebben een
arbeid, die hen gedurende tal van uren in
dienst houdt, waarin zij doorloopcnd moe
ten arbeiden. Dat as heel iets anders dan
bij vele andere werklieden, die onder hun
werk nu en dan -rust em verpozing hebben.
Zij- zijln altijd1 aan. dien publiekcn weg en
moeten immer vaoatwerkem. Ik stel dus
voor het loon te bepalen op f 9 voor allen
zonder uitzondering.
De heer Veis II e y -n. Mijnbeer de voor
zatter, ik stal voor deze zaak ook in de af-
deelingen te bespreken.
De V oo rzitter. De zaak is, dunkt mij,
voldoende toegelicht.
De heer P 1 o m p Er is toch wel iets voor
te zeggen, mijnheer de voorzitter. Als het
voorstel van B. en W. onveranderd werd
aangenomen, dan zou het niet noodig zdjn,
maar als men wijzigingen wil brengen in
dat voorstel, dan is het niet anders dan bil
lijk, dat de directeur en de oommissie voor
de gemeentere:niging daarover hun advies
geven.
De Voorzitter. Het voorstel van B.
en W. is na rijp beraad ge-daian, naar aan-
leidling van een voorstel van de commissie
voor de gemieemteneiniigi ng. De financieel e
gevolgen van het voorstel zijn aan den raad
medegedeeld. Wairn-eer men verder wil gaan
en het loon nog meer wil verhoogendan be
hoeft da.t geen aanleiding te ai jol om 'het
voorstel van B. en W. naar de afdcelingen
te zenden. Wanneer !het loon op f 8.50 vöor
allen gebracht wordt, dan is het in over
eenstemming mot de te verrichten werkzaam
heden. Stel de heer van Kalken voor het loon
te brengen op f 9?
De heer van Kalken. Ja, mijnheer de
voonait-ter, dan is het voor allen gelijk.
De Voorzit t er. Ik moet er bij blijven,
dat het wenschelijk is dc zaak nu te behan
delen. Do menschen komen anders met 1
Januari a.s. niet in het bezit van het hoogere
loon.
De heer Gerritsen. Mijnheer de voor
zitter, ik geef in overweging af te zien van
de verzending naar idle afdcelingen. Wanneer
dat gebeurt, dan gaat er een geruamen tijd
■heen voor dlab clo mentscbeai in heb bezit-
komeai van het hoogere loon.
De heer Vols H e y n. Ik zou niet ge
dacht hebben aan verzending naar die af
deel ingen*. als de heer van Kalken niet met
een voorstel tot verhoogimg gekomen was.
De heer Gerritse nLaat- de heer van
Kalken dan in deze zitting een voorstel in
dienen om het loon met 50 cent te verhoo
gen. Dat kan dan naar de afdeelingen ver
zonden woirdc-n en do behandeling van het-
voorstel van B. en W. behoeft daarom niet
te worden opgehouden.
De heer van Kalken. Mijaiheer de voor-
zitter, ik heb geen bezwaar nu alvast het
voorstel van B en W. aan te nemen. Met
tertijd zal ik dan een nieuw voorstel in- -
dienen.
De Voorzitter. De vergadering zou
zich met het- voorstel van B. en W. kunnen
vereenigen en dan bij de begrooting voor
1906 nader o-p de zaak terugkomen.
Wordt met algemeen© stemmen besloten
ouiform het voorst 1 van B. en W.
12. Wijziging van jaarweddeni era pen
sioengrondslag van personeel aam de Burger
avondschool.
Wordt z. h. conform besloten-.
13. Nadere regeling der jaarwedde van
personeel bij het lager onderwijs.
Het voorstel strekt tot bepaling van de
jaarwedde van den ouder wijzer Noorden
bos op f 750.
Wordt z. h. o. conform besloten.
14. Regeling van het gymnastiekonder
wijs voor medsje6 aan de Hoogere Burger
school.
B. en W. stellen voor buiten de gewone
schooluren aan de vrouwelijke leerlingen der
II B. school onderwijs in de gymnastiek te
doen geven door vrouwelijke leerkracht en
dit onderwijs naar den leeftijd in twee af
deelingen te splitsen, zoodanig dat elke af
deel ing twee uur per week onderwijs kan
ontvangen.
De heer J o rissen Mijnbeer de voor
zitter, ik vind bet zeer wenschelijtk, dat aan
meisjes op de H. B. school lea zal worden
gegeven in de gymna iiek. Maar daarvoor
eene aparte vrouwelijke leerkracht aan te
stellen, acht ik niet noodig'. De oudere, die
hunne kinderen naar de II B school sturen,
weten vooruit, dat zi' daar onderwijs ont
vangen van bepaalde leeraren eene enkele
leerares is er ook bij aangesteld door
don raad Nu is het moeielijk aan de jongens
en de meisjes van do H. B. school gezamen
lijk gymnastiekles to geven daarom vind
ik het zeer prijzenswaardig en goed, dat er
voor de meisjes aparte uren zullen worden
gesteld, waarop zij: onderwij in do gym
nastiek zullen ontvangen. Maar ik zie niet
in, waarom er juist ecno aparte- leerares in
do gymnastiek moet komen. Wijl hebben
een, leeraar ini de gymnastiek aan de H. B.
scho-ol, en voor de enkele of misschien vele
miaisjes, die van diem leeraar gieen onderwijs,
wenschen, eene leer area aan, te stellen, vind
ik niet noodig,. Wanneer voor die meisjes
absoluut eene leerares wordt verlangd, dan
meet dat geschieden op eigen gelegenheid',
en dan mag mem blij -zijnals de gemeente
vrijstelling geeft van dc gymnastieklessen,
die aan «de school gegeven worden. Ik zie
dus geen reden om een© leerares aan te stel
len.
De heer Kleber. Mijnheer de voorzitter,
heb heeft mij ook bevreemd dat B. en W. in
hun, voorstel geheel zijn afgeweken van het
advies van den inspecteur bij' het middel
baar onderwijs. Die beveelt met nadruk aan
het onderwijs aan de meisjes te doen geven
door den leeraar, en in tegenstelling daar
mee stellen B. en W. voor cr eene leerares
mee to bolaste-n. Is daartoe ecra bijzondere
aanleiding?
De heer Celossc. Mijaiheer de voorzit
ter, het voorstel berust, zooals bekend! is, op
eem verzoek, dat door tal van mo-ediers van
meisjes, die de H. B. school bezoeken, bij
den raad is ingediend. Dat is niet ged'aon
omdat dé tegenwoordige! leeraair zijn vak
niet verstaat. Maar het is tegenwoordig de
richting, dat men wenscht, dat de meisjes
het onderwijs in die gymnastiek ontvangen
van daimes. Ik kan mijl zeer goed voorstellen,
dat men dat wenscht-. Het is wel wensche
lijk. cp de gronden d-'e in het verzoekschrift
zijn uiteengezet, dat aan dit- verlangen
wordt, voldaan. Wanneer de meisjes de les
sen moeten volgen, die door den leeraar
worden gegeven, dan kunnen zij daarvan
vrijgesteld worden als zij kunnen overleggen
eene geneeskundige verklaring Men zal de
meisjes langzamerhand uit de gymnastiek
lessen zien verdwijnen en zij zullen niet
terugkomen. Het is daarom wenschelijk te
voldoen aan het verzoek e'n aan de meisjes
het onderwijs dn gymnastiek te laten geven
op -die wii,ze, zooails wij dat vragen.
Do heer J o r i; s s e n. Mijnheer de voor
zitter, ik heb van den heer Celosse geen
wederlegging gehoord van mijtne bewering,
dat als de ouders apart gymnastiekonderwijla
voor hunne meisjes vragen, zij: dat zelf moe
ten betalen. Ik zie niet in, waarom die gemeen
te daarvoor apart zou moeten betalen. Da
ouders kunnen het zelf betalen. De meisjes
kunnen onderwijs krijgen van den leeraar,
die is aangesteld Wij voldoen dus aan do
wet. Waarom nu de gemeente die uitgave
moet- deen voor menscheu, die 't heel goed
aelf kunnen betalen, begrijp ik niet-.
De beer Celosse. Mijnheer de voorzit
ter, het is valkomen juist, dat wij voldoen
aan de wet. Maar de ouders van de meisjes,
de moeders, wenschen niet, dat de kinderen
les ontvangen van een2 leeraar, maar van
eene leerares. Nu zou heb eene- vreemde om
standigheid zijn, als men te doen heeft met