N°. 847. Eerste Blad. Donderdag 9 Maart 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. 3d* Jaargang. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden toot Amersfoortf 1.35. Idem franco, per post- 1.75. Afzonderlijke nummers- 0.05. Dqze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering ?an Zon- en Feestdagen. Advertcntiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 nur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF ft C». UtrecHtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnammer 66. PRIJS DER ADVERTENTIÉN: /•-TB. - 0.15. Y*n 1—»5 ragela Elke regel meer Groote letters naar plaatarufmte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeellge bepalingen tót het herhaald adverteeren in dit Blad bjj abonnement. Bene cireulaire, bevattende de Voorwaarden, wordt ep aanvraag toegezonden. Kennisgevingen. RIJKSSERUMINRICHTrNG. Onderzoek van. melk en slijm op tu berlcel'baci Men. De 'Burgemeester van Amersfoort Gelezen de missive van den directeur-generaal van den landbouw, d-d. 18 Februari 1905 (Pro vinciaal blad no. 43 van 1905) brengt ter kennis van belanghebbenden, dat met ingang van 1 Maart 1905 aan de Rijksseruminrichting te Rot terdam voor landbouwers en veehouders koste loos onderzoekingen zullen worden gedaan naar het voorkomen van tuberkelbacillen=in slijm of melk, afkomstig van in ihun bezit zijnde runde ren. Zij, die van het onderzoek wenschen gebruik te maken, moeten liet desbetreffend verzoek richten aan de Rijksseruminrichting, Vinken- dwarsstraat no. 15 te Rotterdam. Nadere inlichtingen omtrent het verzamelen en verzenden zullen worden gegeven door den directeur der Rijksseruminrichting, •Na afloop van het onderzoek ontvangt de aan vrager een schriftelijk rapport, en wanneer tu berkelbacillen worden gevonden, zullen nadere aanwijzingen worden gedaan omtrent de bestrij ding der tuberculose onder zijn vee. Amersfoort, 4 Maart 1905. De Burgemeester van Amersfoort, "WTJIJTIEBS. OPLROBPIN/Q. De Burgemeester van Amersfoort brengt ter kennis van Johannes van Eeden, Willem van Pluren Thdmotheus van NienburgJohannes Verhoef en Jan Berg, milicien-verlofgangers der lichting van 1901, ibehoorende tot het le regi ment veld-artillerie, dat het ihen verleend ver lof wordt ingetrokken, met last om, voorzien van hunnen verlofpas en al de voorwerpen van klee ding en uitrusting, door hen bij hun vertrek met groot verlof medegenomen, rechtstreeks naar hun korns, in garnizoen te Utrecht, zich te be geven en aldaar op Maandag den 3en April aan staande, vier uur des namiddags, aan te komen. Amersfoort, den 7. Maart 1905. De Burgemeester voornoemd WUUTCBRS. Politiek Overzicht Oe strijd bij Moekdsn. Weder is ia Mandsjoerije de strijd ten nadeele van de Russen beslist. De oorrespon dent van Reuter bij het leger van Koeroki seint, dat de Russen de getheede linie vain de Sjaho hebben verlaten en thans in vollen terugtocht naar het noorden zijn. Deze cor respondent is met zijne mededeeling de offi- cieele berichtgevers vooruit, wier berichten heden morgen nog niet verder gingen dan eergisteren, dus den 7en. Maar een ander telegram, ook van Reuter, bevestigt zijdelings het eerste. Het ge waagt van den hevigen strijd, die gisteren woedde bij Moekden en bij de keizergraven in de buurt van die stad. Als de Russen daar moeten vechten, dan ligt het in den aard der zaak, dat zijl hunne zooveel verder naar voren liggende stellingen aan de Sjaho hebben ontruimd. Die stellingen zijn dan onhoudbaar geworden. In den loop van den voormiddag ontvin gen wij het officdeele bericht uit Tokio, dat gisteren de terugtocht van de Russen begon nen is. Onverwacht komt deze tijding niet. Ook in Petersburg verwachtte men niet anders, te oordeelen naar de stemming, die daar de berichten over den loop van den strijd had den verwekt. De omtrekkende beweging, die de Japansohe legers in het laatst van de vo rige maand waren begonnen, richtte zich voornamelijk tegen de beide flanken van het vijandelijke leger en liet het centrum vrijwel ongemoeid. Maar toen de Russische vleugels, zoowel aan de oostzijde als aan de westzijde, zoover waren teruggedrongen, dat de linie van terugtocht ernstig werd be dreigd, moesten de stellingen in het centrum van zelf prijs gegeven worden om aan het gevaar van insluiting te ontkomen. Wat thans om Moekden wordt afgespeeld, heeft veel overeenkomst met den strijd, die verleden najaar, in de eerste helft van Octo ber, in den omtrek van Liaojang heeft ge woed. Ook toen was het een strijd van dagen achtereen, die tusschen de beide legers werd gevoerd. Dezo oorlog kenmerkt zich door den langen duur van de veldslagen, die er in worden geleverd, waarmee natuurlijk het aantal slachtoffers, die de strijd aan beide zijden vordert, in evenredigheid is. Ook in de vorige eeuw zijn veldslagen geleverd, die niet in één dag waren uitgevochten. Maar zoo min de slag bij Leipzig als een der veld slagen in den Duitsch-Fransohen oorlog heb ben zoo lang geduurd als de strijd om Liao jang en nu die om M- ekden. Drie dagen werd er bij Leipzig gestreden en een gelijk aantal dagen duurde de beslissende strijd om Metz met zijne beroemde fuiter-aanval- len bij Mars-la-Tour en Gravelotte. Maar de veldslagen in Mandsjoerije hebben een duur van meer dan eene week. Gedurende acht dagen werd er gestreden om het bezit van Liaojang, totdat de Russen het moesten prijs geven. Toen reeds was Moekden het doelwit van den strijd. Maar door een meesterlijken terugtocht bracht Koeropatkin zijn leger in veiligheid en wist hij de vrucht van de overwinning voor de Japanners te verkleinen. Halverwege tus schen Liaojang en Moekden werd de voort gang van het Japansche leger gestuitaan de Sjaho moest het halt maken, en die rivier is gedurende den ganschen winter de grens geweest, die de Japansohe stellingen van de Russische scheidde. Nu staat men weer voor de vraag, of het den Russische opperbevelhebber zal gelukken zijn geslagen leger door een met beleid uit- gevoerden terugmarsch - van den dreigenden ondergang te redden. Maar ook wanneer dit gelukt, dan beteekent het verlies van Moek den voor de Russen een slag oneindig veel zwaarder dan destijds het verlies van Liao jang. De loop der gebeurtenissen heeft sedert niet stil gestaan. Port Arthur is gevallen. Nu volgt daarop het verlies van Moekden, en do moreele indruk van dit feit zal niet geringer, maar misschien beslissender zijn dan die van den val van Port Arthur. Port Arthur was, voordat het door de Ja panners in puin geschoten en veroverd werd, het bolwerk en het kenteeken van Ruslands macht, die tot naar den Grooten oceaan was doorgedrongen. Moekden, de oude begraaf plaats van de dynastie dier Mandsjoes, is in Ruslands bezit het historische monument, dat het zichtbare bewijs levert van Ruslands overmacht over China en van zijn opperge zag in Oost-Azië. Die glorieglans, die Rus land omstraalde, wordt het thans ontnomen. Hoe ook het lot moge zijn, dat het uit Moek den aftrekkende leger is beschoren, het ver lies van Moekden brengt voor Rusland het verlies mee van zijin militair en politiek prestige in Oost-Azië. Generaal Koeropat kin heeft, voordat hij als opperbevelhebber van het Mandsjoerijsohe leger naar het oor- logstooneel ging, de hoop uitgedrukt, dat hij, al was aanvankelijk het oorlogsgeluk hem on gunstig, ten slotte toch den vijand zou kun nen verslaan. Kan hij ook na het verlies van Mbekden die hoop nog koesteren Of is daaraan de bodem ingeslagen, nu hij ander maal als geslagene den terugtocht heeft moe ten aannemen en van Moekden moet terug gaan naar Tieling? Maar er is alle kans, dat hier niet de per soonlijke stemming van den Russischen op perbevelhebber den doorslag zal geven. Na den val van Port Arthur heeft de oorlogs partij in Petersburg zich getroost met het vooruitzicht op de redding, die de in Mand sjoerije te verwachten beslissing zou brengen. Met den val van Moekden moet haar die hoop ontzinken. Daarmede stijgt dus de kans, dat de strooming, die streeft naar het herstel van den vrede, de overhand zal krij gen, De val van Moekden, die aanstaande is, mag dus worden begroet als eene gebeur tenis, die ons dichter brengt bij het einde van den oorlog. Het is echter nu nog niet het oogenblik om daarop en op de terug werking, die deze gebeurtenis zal hebben op de binnenlandsohe beweging in Rusland, in te gaan. DuItschlancL Berlijn, 8 Maart. Bij het huis van afge vaardigden is een wetsontwerp tot wijziging van de mijnwet ingediend, waarbij o. a. de eischen van de arbeiders (bij de staking in het Ruhrgebied) betreffende het „nullen" van wagens, den arbeidstijd, het rekenen van den tijd om in de mijn neer te dalen bij den arbeidstijd, het instellen van permanen te arbeiders-commissiën op de mijnwerken en de verplichte overuren geregeld worden. Frankrijk. De Kamer heeft bij de "behandeling van de wet op de middelen een. voorstel van de regeering behandeld tot afschaffing van de nog bestaande majoraten. De regeering ver langde de goedkeuring van eene door haar met de bezitters van majoraten meer en deels dateerende uit den tijd van het eerste keizerrijk gesloten overeenkomst, volgens welke de majoraten tegen eene schadevergoe ding van in !t geheel 16 millioen frs. bin nen vijftien jaren zullen worden opgeheven. Dit voorstel werd aangenomen, nadat vooraf een voorstel tot afschaffing van de majora ten zonder schadevergoeding verworpen was. Engeland. Londen, 8 Maart. In het Lagerhuis diende Winston Churchill eenemotie in, de verklaring inhoudende dat de duurzame eenheid van het rijk niet verzekerd zal worden door rech ten van voorkeur, steunende op beschermen de rechteoi op voedingsmiddelen. De regee ring stelde voor, dat over deze motie niet gestemd zoude worden. Minister Balfour her haalde zijne vroegere verklaring, dat hij geen voorstander was van beschermende rechten, maar hij verklaarde, dat de motie zou prejudicieeiien op de koloniale oonferen- tie, die in 190G gehouden zal worden. Na een levendig Jebat werd het voorstel der regeering om over de motie niet te stem men, aangenomen met 302 tegen 260 stemmen. Deze uitslag werd op de banken van de regce- ringspartij levendig toegejuicht, omdat de meerderheid van het kabinet greoter was dan werd verwacht Bij de behandeling van de 'begrooting van marine in het Lagerhuis vroeg een lid of het juist was, dat Wei-hai-wei aan China terug was gegeven en, zoo ja, of Engeland dan een vergoeding zou krijgen voor de groo te sommen, die het aan die haven ten koste had gelegd. De secretaris der admiraliteit antwoordde, dat er geen. verandering was gekomen in de politiek van de regeering op dit stuk, maar dat de admiraliteit, wegens de onzekerheid die ten aanzien van den toestand in het verre oosten heerschte, besloten had geen uit gaven te doen voor de haven van Wei-hai-wei. Noorwegen. De kroonprins-regent heeft den minister van financiën Michelsen belast met de sa menstelling van een nieuw kabinet. Michel sen antwoordde, dat hij om gezondheidsrede nen groot bezwaar had de opdracht te aan vaarden. Indien echter het overleg met de mannen van invloed in «de storthing hem tot de overtuiging bracht, dat het zijn plicht was de opdracht aan te nemen, dan zou hij zich daartegen niet verzetten. De speciale commissie voor het consulaat wezen van de Noorweegsclie Storthing heeft met 16 tegen 3 stemmen de volgende le;d- draad aangenomen voor de behandeling van dezo aangelegenheid: In de tegenwoocdige zitting van de Storthing wordt een besluit genomen over een ontwerp van wet, waarbij een afzonderlijk consulaatwezen voor Noor wegen wordt ingesteld en dat de hoofdpun ten dezer organisatie vastlegt; het tijdstip van instelling is echter uiterlijk April 1906. Zoodra dit besluit genomen is, moet de re geering bet gemeenschappelijk consulaatwe zen met Zweden opzeggen. Drie Leden van de commissie, waaronder de president, stelden voor, dat de daarvoor noodige wijzigingen in de grondwet zoo spoe dig mogelijk ingediend zouden worden. Italië. Do afgevaardigde Aiessandro Fortis is, blijkens een bericht van de Agenria Stefani, met de samenstelling van een nieuw kabinet belast. De geheele liberale en democratische peis begroet dit met groote voldoening en wenscht Fortis veel sucoes bij zijne pogingen om een kabinet te vormen. Volgens de Tribuna zal Fortis in het nieuwe kabinet de elementen, die het mi- nisterie-Giolitti vormden, grootendeels over nemen. In de politiek zal geen verandering plaats hebben. Krachtens eon besluit van de Italiaansche regeering is te Rome een voorloopig bureau opgericht, dat belast is met de werkzaamhe den tot oprichting van het internationale landbouw-instituut. Tevens is een uit dertig leden samengesteld comité ingesteld, dat den minister voorstellen zal doen voor het pro gramma. van de internationale conferentie, dio in deze zaak in Mei a.s. zal worden bij eengeroepen, en de regeering zal ondersteu nen bij de werkzaamheden tot voorbereiding van deze conferentie. Oüstenrijk-Hongarije, Graaf Tisza, de Hongaarsche minister president ad interim, heeft in een onderhoud met een medewerker van de Ujsag ver klaard, dat Hongarije aan de Duitsche re geering heeft medegedeeld, dat het handels verdrag met Duitsohland eerst na de ver nieuwing van het compromis tusschen Hon garije en Oostenrijk kan worden goedgekeurd, zoodat Hongarije, wanneer het een zelfstan dig tolgebied wil inrichten, niet eens mo reel verplicht is het verdrag aan te nemen. Daar echter een ander verdrag met Duitsch- land thans niet te krijgen is, de Duitsche markt als débouchc echter voor Hongarije juist in het geval der inrichting van het zelfstandige tolgebied van dubbel gewicht is, zou het een noodlottige misslag zijn, liet verdrag niet aan te nemen. Wanneer men het echter aanneemt, dan moet men ook ge noegen nemen met de handhaving van het gemeenschappelijke tolgebied tot het jaar 1917. Rusland. Petersburg, 8 Maart. Het Petorsburgsehe Telegraaf-agentschap verneemt, dat de ge ruchten omtrent d© riekte van den troonop volger eiken grond missen. De Keizer heeft den staatssecretaris graaf Folsky opgedragen bij de vergaderingen van den ministerraad, die de Keizer niet per soonlijk presideert, het voorzitterschap waar te nemen. Dit strekt tot bevestiging van het berioht, dat Witte, die als voorzitter van het minister-comité de aangewezen man was om de vergaderingen van den ministerraad ter vervanging van den Keizer te presidee- ren, in ongenade is. De Russ leidt uit het verlecnen van het recht van petitie de noodzakelijkheid af van het recht van vergadering en van openbare bespreking van politieke vraagstukken. Voorloopig berust de taak om petitiën voor te bereiden, zooals de tijd ze verlangt, bij de zemstwo's. Van het verleende recht van pe titie maakt intusschen ook de andere partij aanstonds gebruik. Uit de gouvernementen Moskou, Koersk en Kaloega wordt bericht, dat de oonservatieven bij de boeren ha.nd- teekeningen verzamelen voor eenie petitie ten gunste van de voortzetting van den oor log tot het uiterste en van de handhaving van de autocratie. De correspondent van de Vossische Ztg. te Petersburg 'bericht over de ontvangst van de ukase van den Czaar van 4 Maart door de bevolking, dat die zeer skeptisch is ge weest. Wat deze ukase aan vreugde en ont spanning had kunnen brengen, had het voor afgegane manifest r^eds bij voorbaat vernie tigd. Het vertrouwen in den eerlijken goe den wil van den Czaar en van de regeering is geheel te niet gegaan. Iedereen vraagt bij 't lezen van de uitingen van 's Keizers wil „Welke van de twee in den Ozaar huizende zielen moet men vertrouwen?" Prins Mestsjerski waarschuwde in zij nu bespreking van de aan den minister van bin nenlandsohe zaken gerichte ukase voor eene gelijkstelling van de begrippen „beste elemen ten" en „intelligentie". Hij verlangt, dat de boiTen enkel boeren van het eigen district zullen kiezen en dat de regeering strenger dan ooit zich aan hare bevoegdheden zal houden, opdat de hervorming niet den schijn zal opwekken van toegeven aan de liberalen. De Nowosti staat skeptisch tegeno/cr de ukase, omdat het manifest, dat is voorafge gaan, herinnert aan dat in 1881, dat den grondslag vormde van de politiek van Alexan der LEI. De Börsenzeitung verlangt waarbor gen voor het vrije woord in de pers en is van meening, dat de volksvertegenwoordiging zich aan de eigenaardigheden van Rusland moet aanpassen, want de westersche model len zijn niet toepasselijk. Geen blad, in Pe- tersburg en in Moskou, wijfst er op, dat het enkel van de gedragingen van de leiders der beweging onder het volk zal afhangen of de principieels breuk met het oude stelsel tot eene praktische bevrijding zal leiden. 19 lioman van MORITZ VON BEICHENBACH. Dat was echter nog niet dikwijls gebeurd, want Mascha's edele en reine natuur was vreemd aan elk gevoel van wantrouwen, en, hoe scherp haar blik ook menigmaal kon zijn, in zake® miste riji de zoo hoog noodige erva ring bijina geheel. Toch vond Lewosky het zeer onaangenaam dat hij ziji 't ook af en. toe dioor de prin ses werd gecontroleerd', want daardoor werd het spoedig bereiken van. zijn doel hem moei lijk gemaakt. „Het is immers niet veel wat ik verlang," vond Lewosky, „en ik denk er niet aan, de prinses te ruineeren of zelfs ernstig te bena- deelen. Als ik ben, waar ik wezen wil, zal ik g*een penning meer aanraken, die mij, niet toekomt, maar die kleine hindernissen maken miji ongeduldig." Wat aan de volvoering van het door hem beoogde plan den voorn aamsten stoot had gegeven, was riin kennismaking met den graaf von Lantzau. De graaf interesseerde zich niet voor han delszaken, hij was zwak cn gemakkelijk on der dozen of genen invloed te "brengen., hij coquetieerde met een hartstocht voor sport zaken, dien hij in waarheid niet bezat eu was daarbij een innemend man, die zeer verliefd op de prinses scheen te rijn. „Als graaf Lantzau eenmaal met haar trouwt, zal 't niet moeielijk zijn, zijn volle vertrouwen te winnen; rij zal als jonge vrouw en later als jonge moeder veel te veel in haar liefde' opgaan om rich nog om reke ningen te bekommeren, en daar rij toch wel eens trouwe^, zal, is 't beter dat zij: hem neemt dan een ander." Zoo ongeveer was Lewosky's zienswij'^e ge weest. die hem er toe had gebracht om op goeden voet met den graaf te geraken en om dezen tot het wederzien van dè priuses bei- li ulpzaam. te zijn. Zijln slechte luim, toen hij zich in zijn plan nen gedwarsboomd zag, was derhalve wel ver klaarbaar, te meer, daar de baron, naar 't hem) toescheen, een, zeer gevaarlijke medemin- uaar kon worden. Diens plotseling vertrek uit Dresden stelde hem in d'at opricht wel eenigsrina gerust, maar graaf Lantzaiu was eveneens afgereisd en dat viel minder in zijn geest. Nu zou er wel vroeg of laat een ander komen opdagen, die 'them moeielijk kon maken om het benoodigde kapitaal in dienst van dè prinses oijeeu te krijgen hiji had derhalve geen tijd te verliezen en voortaan moest van elk voordeel zoo veel mogelijk par tij worden getrokken. De hem opgedragen paarden-aankoop bood' hem een gunstige gelegenheid, en hij was be sloten, deze niet ongebruiki/ te laten voor bi jr gaan. Van al die gedachten vervuld, was hij uit de drukke straten naar de oude stadswallen, tegenwoordig in een wandelpark herschapen, opgeloopen. Do frissche lucht welke hij Mer inademde, deed hem goed, en zoo liep hij voort, zonder veel acht te slaan op den weg, langs vroolijk verlichte speeltuinen, altijd verder, tot het stil en eenzaam om hem heen geworden was en hij een der voormalige ba stions had bereikt, dat nu een schaduwrijke tuin geleek. De maan spiegelde zich in het water aan rijn rechterhand. Ze verlichtte scherp de torens en de steenmassa's, die aan gene zijde van het water zich verheffen en het eiland bedekken, hetwelk in den volks mond den naam draagt van „het Zand" en dat een afzonderlijk stadje vormt in de stad, met ziin kerken, den bisschopszetel en de oude, burchachtige huizen, welker bijina al tijd gesloten, middeleeuwsch versierde deu ren slechts met een zeker gevoel van beschei denheid schijnen geopeud te worden. Zoo vindt men, geheel afgescheiden van de joe lende handelsstad, wat de hoofdplaats van Silerië inderdaad is, een veel kleinere stad, die niets van handel of straatrumoer weet en met kalme rust haar eigenaardig bestaan door tal van eeuwen heen onveranderd schijnt te hebben bewaard. Maar het was niet de tegenstelling tus schen het al te stille Zanderla.nd en het ge- druisvolle Breslau, waardoor Lewosky thans bewogen werd om stil te blijven staan en naar de torens van den overkant to zien. Die torens zeiden hem alleen, hoever hem zijn eenzame wandeling had gevoerd en maanden hem aan terug te koeren. Weldra had hij het veel drukker gedeelte van de promenade met de vele bier- en kof fiehuizen weder bereikt, en sloeg hiï, daar het heen en weer geloop van zooveel men- sohen ham hinderlijk was, een rijpad in, dat hem op een aderen weg bracht, die, met den grooten weg evenwijdig loopende, meer aan don waterkant was gelegen, een weg, waarop hij bijna niemand tegen kwam. De prinses had intusschen baar eerste plan, om dien avond naar den schouwburg te gaan, laten varen en tot Anna gezegd, dat rij er na zulk een warmen, stoffigen dag de voorkeur aan gaf om den avond in do vrijp natuur door te brengen. Tante Anna had' het wel niet goed gevonden om in den avond zonder Lswoslcy uit te gaan, maar was toch geëindigd, zooals altijd, met Mascha haar zin te geven. Zoo waren dan de beide dames eveneens gaan wandelen naar een der vroegere bastions, thans insgelijks in een tuin herschapen en bij de vermaak zoekende bewoners algemeen bekend onder den naam van „Liebichshoogte." Het is daar een ele gante uitspanningsplaats, met lommerrijke „ritjes", berceaus en breede terrassen rond om een fantasohtisohen toren, die beneden verschillende lokalen heeft, waar men het ean en ander kan gebruiken, en die op zijn koepelvormig dak het sinds de oorlogen van '66 en '70 onvermijdelijk geworden beeld der „Overwinning" draagt-. Do prinses koos een plaatsje op het breede terras met springende fonteinen en sierlijk aangebrachte uitheomsahe plantengroepen, maar weldra werd het krioelen van al die menschen om haar heen to vermoeiend, en de etensluoht. welke af en toe tot haar door drong, was zoo ondragelijk, dat rij na ver loop van eon klein half nur opstond en tot Anna zeide: „Ge hebt gelirk, dat is hier niets voor ons, we zullen dadelijk vertrekken." Op den terugweg kreeg zij een pad in 't oog, dat glooiend naar den waterkant afliep. „Daar moet het heerlijk zijn I" riep zii uit. „Kom mee, tante Anna, dien kleinen omweg willen wij toch eens maken." Taute Anna had er weder veel tegen, in aar deed niettemin, wat Mascha verlangde „Ha, hier hebben wij eindelijk, wat ik zocht," sprak de prinses, met verhaaste schreden voortloopend, „frissche lucht en eenzaamheidIk ben toch werkelijk, voor het landleven gepraedostineerdnaar hot schijnt, daar het verlangen naar frisscho lucht en eenzaamheid altijd met verdubbelo kracht in mij opkomt, als ik beide een tijd lang heb gemist." „Ja," zeide tante Anna, met een rijdeling- schen blik naar een eenigsrins afgelegen bankje, waarop een minnend paar, dat zeker ook naar de eenzaamheid had verlangd, in 't half duister gezeten was, „ja, maar ik ge loof baast, Mascha, dat men hier op dezen tijd van den dag niet goedschiks komen kan, dat het ons niet voegt." „Wat wij beiden doen, tante Anna., is al tijd voegzaam, dat weet- ge ook wel, en aan kleingeestige vooroordeelen stoor ik mij niet." Een jonge man kwam met rassche schre den langs den eernamen weg de beide dames te gemoct. Kort voor de prinses gekomen, bleef hij als verrast stilstaan, breidde zijn armen 'uit en riep haar toe, terwijl hij plot seling zijn half geneuried gezang staakte: „Halt, hier wordt tol betaald één kus, tegenstribbelen helpt niet anders komt komt go niet voorbij „Groote hemelgilde tante Anna, ver stijfd van schrik, terwijl de prinses vol toorn uitriep „Onbeschaamde knaap, maak dnt je weg komt „Wat? Onbeschaamde knaap? Neen, uit schelden laat ik me waarachtig niet. Nu moet ik zeker oen zoen van je hebben, be grepen Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1