M°. 3de Jaargang. Vrijdag 7 April 1905. BUITENLAND. FEUILLETON. EEN PRINSES. 377. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS P«5 maanden voor Amersfoortf 1.35. Idem franco, per post1.75. Afzonderlijke, nummers- 0.05. Doze Courgnt verschijnt Dagelijks, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen. Adrertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF O. Utrechtschestreat 1. Intercomxn. Telephoonnammer 66. PRIJS DER ADVERTENTIÈN: Van 1—5 regels Elke regel meer 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan roordeeUge bepalingen tèt het herhaald adverteéren in dit Blad bij abonnement. Bene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving. De Burgemeester van Amersfoort, Gezien artikel 41 dor gemeentewet, Brengt ter ikennis van de ingezetenen, dat do Baad dezer gemeente zal vergaderen op 'Maan dag, den 10. April aanstaande, des namiddags te 2 ure. Amersfoort, den 6. April 1905. De Burgemeester voornoemd, WUUTEBBS. Politiek Overzicht Duitschland in Marokko. t_fp last van zijne regeering, beeft de Duit- sche gegant te Washington aan den minister van oorlog, die staatsseertaris Hay tijdelijk vervangt gedurende het dezen tot herstel van zijne gezondheid verleende verlof, een memo randum overhandigd, waarin wordt betoogd, dat het doel van Duitschiand's optreden en kel is op te komen voor de handhaving van den thans bestaanden toestand en voor oe bescherming van de handelsbetrekkingen niet alleen van Duitschland, maar van alle handeldrijvende natiën der wereld. De National-liberale Korrespondenz drukt de meening uit, dat de wijke waarop Duitsch- land voor die belangen opkomt, er mogelijk toe kan leiden, dat over de geheele Marok- kaansche kwestie eene algemeene diploma tieke gedachten wisseling ontstaat. Die kwestie is in <ien grond der zaak eene zeer eenvoudige kwestie. De toestand is eenvoudig deze Marokko was en is een onafhankelijke sou- vereine staat, bij welks heerscher vertegen woordigers van bijna alle landen van eenige beteekenis geaccrediteerd zijn. Sommigen van deze landen hebben tengevolge van hunno geografische ligging, zooals Spanje en Frank- r:-1t. of om andere redenen, zooals Engeland, politieke belangen in Marokko, anderen slechts economische belangen. Tot de laatsten behoort Duitschland, welks economische be langen in de laatste jaren zeer zijn toege nomen en nog voor veel grooter toeneming vatbaar zijn. De binnenlandsche toestanden in het land laten veel te wensohen overmen het verlangen om daar meer rust en orde te zien heersoheu, is des te rechtmatiger, omdat zulk eene hervorming ongetwijfeld ook een voordeeligen invloed zou uitoefenen op de vre ïde economische belangen en die zou bevorder Den 8en April 1904 nu hebben Engeland en [Frankrijk zich met elkaar verstaan over een aantal punten, die tusschen hen meei of minder in geschil waren; daartoe behoor de naast Egypte, New-Foundlarud en Siam ook Marokko. De op laatstgenoemde land be trekking hebbende overeenkomst komt in hoofdzaak hierop neer, dat Ei geland ver klaart er in toe te stemmen, dat Frankrijk in Marokko rust en orde teweeg brengt eu hand haaft, terwijl het zich tevens de rechten en voordeelen op handelsgebied, die het onder het bestaande stelsel bezit, gedurende dertig jaren door Frankrijk laat garandeeren. En- geland heeft zich dus in Marokko politiek uitgesohakeld, terwijl het op handelsgebied 7 jne sohaapjes op het droge heeft gebracht. Voordat deze overeenkomst, tusschen Enge land en Frankrijk gesloten werd, zijn even min Marokko als de andere bij Marokko poli tiek of commercieel betrokken staten daar over geraadpleegd of er van verwittigd. Te genover sommigen van deze staten is die leem te later aangevuldmet Spanje door het slui ten van een verdrag, waarvan de inhoud nog niet volledig bekend* geworden is, met Ma rokko door onhandelingen, waartoe zich thans een Fransch gezantschap in Fez bevindt. Nu spreekt het van zelf, dat bepalingen, die tus schen Engeland en Frankrijk zijn overeen gekomen, voor Marokko en voor derden niet bindend zijn. Dit standpunt wordt van Duit- sche zijde ingenomen en daarop is, terwijl van don aanvang af elke gedachte alsof het ge munt, zou zijn op het verkrijgen van politie- ken invloed of van gebied in Marokko met zorg is geëcarteerd, in den loop van het afge- loopen jaar meermalen gewezen met vermel ding van de beteekenis van Duit.sohla.nds eco nomische belangen in Marokko. Eindelijk heeft de rijkskanselier in de vergadering van 'den rijksdag van 29 Maart j.l. verklaard, dat Duit jchland, om zijne economische belangen in Marokko zeker te stellen, zich in de eerste plaats met den Sultan, die over dat land re geert, in verbinding zal stellen. Aan die ver klaring heeft de Keizer zijnerzijds kracht bij gezet door zijn bezoek aan Tangen van verle den Vrijdag en door de gesprekken, die hiji dlaar heeft, gevoerd. De bestaande betrekkingen tusschen Duitschland en Marokko werden geregeld door een handelsverdrag, dat gesloten is den 1. Juni 1890 en waarvan de ratificatiën den 10. Juli van dat jaar zijn uitgewisseld. Krachtens dit verdrag bestaat er tusschen de beide sta ten wederzijdsche handelsvrijheid en de ver plichting om elkaar de rechten toe te staan van de meest begunstigde natie. In art. 5 van dit verdrag is uitdrukkelijk bepaald, dat de bepalingen van de Madridsche conventie van kracht blijven. Deze overeenkomst heeft betrekking op de bescherming van vreemde lingen in Marokko; zij is gesloten den 3. Juni 1880 en de ratificatiën zijn den 1. Mei 1881 uitgewisseld. Met het Duitsche rijk zijn bij deze conventie betrokken Oostenrijk - Hongarije, België, Spanje, de Vereenigde Sta ten van Noord-Amerika, Frankrijk, Groot- Brittannië, Italië, Marokko, Nederland, Por tugal, Zweden en Noorwegen. De voorwaarden waaronder bescherming mag worden verleend, zijn volgens deze conventie die, welke in de Britsche en Spaansche verdragen met de Ma- rokkaaiusobe regeering en in de tussclieu deze regeering en Frankrijk en andere staten in het jaar 1863 gesloten overeenkomst zijn bepaald, behoudens de bij de genoemde Ma dridsche conventie overeengekomen wijzigin gen. et recht om grondeigendom in Marok ko te verkrijgen, komt aan alle vreemdelin gen toe, maar de aankoop kan slechts geschie den met voorafgaande toestemming van de regeering. Te rekenen van het zesde jaar na de rati ficatie van dit handelsverdrag, hebben beid© partijen het recht de herziening van het. v-sr drag aanhangig te maken. De bestaande over eenkomst blijft echter van kracht totdat de op grond van zulk eenp herziening gesloten nieuwe overeenkomst is tot stand gekomen. Duitschland. In de Wuitemberigsche Kamer heeft de minister van binnenlandsche zaken v. Pischek verklaa:d, dat hij persoonlijk de opvatting was toegedaan, dat slechts na wijziging van de Rijksgrondwet scheepvaarttollen op den Rijn geheven konden worden en dat hij zich tegen de invoering er van zou verzetten, ten einde een verhooging van de kolenprijzen in Wurtemberg te verhinderen en omdat een plan in bewerking was om door kanaliseering van den Neokar eene verbonden scheepvaart verbinding met den Rijn in het leven te roe pen Duitschland en Frankrijk in Marokko. Londen6 April. Lord Percy, vice-staats- secretaris van buitenlandsohe zaken, deelde in antwoord op eene vraag medé, dat de En- gelscli-Fransche overeenkomst niet officieel aan de Duitsche regeering was medegedeeld en dat ook tusschen de'Briteche en de Duit sohe regeering geen nota's daarover waren ge wisseld. In de overeenkomst voor zoover zij betrekking had. op Marokko, was Duitsch land ook geen partijhet betrof hier eene zelfstandige regeling tusschen de Britsche en Fransohe regeeringen over hunne wederzijd sche ilangen in Marokko. De vez'dragen tu& soben Duitschland en Marokko van 1890 waren gelijkluidend met het verdrag van 1856 tusschen Engeland en Marokko. Op de vraag van Gibon Bowles of andere punten van de overeenkomst wel waren mede gedeeld, antwoordde lord Percy, dat men zich niet in verbinding bad gesteld met Duitsch land, behalve voor zooveel het decreet van den Khedive betrof. Washington, G April. De Fransche gezant Jusserand verzekerde minister Taft, dat de opendeur-politiek in Marokko thans de heer- schende politiek is en dat Frankrijk niet de bedoeling heeft deze politiek te wijzigen. Minister Taft deelde den gezant Jusse rand mede, dat hiji de nota "an den Duit- schen gezant Sternburg aan president Roose- veT heeft gezonden. Frankrijk. Calais, 6 April. Koning Eduard kwam hier te 1.40 aan en werd begroet door den president van de Kamer van Koophandel, die den wensch uitdrukte, dat de vriend schappelijke betrekkingen nog inniger moch ten worden. De Koning bedankte den sp;o-j ker voor zijne vriendelijke woorden. Daar de Koning incognito reisde, werden geen an dere toespraken gehouden. De trein ver volgde de reis naar Parijs onder de toejui chingen der menigte. Parijs, 6 April. President Loubet en de Engelsche gezant kwamen om 5 u. 50 te Pier- refitte aan, waar de koninklijke trein 'o 5 u. 53 aankwam. President Loubet stapte in den trein, waar een zeer vriendschappelijk gesprek tusschen de beide staatshoofden werd aange knoopt. De Engelsohe gezant nam eveneens plaats in den trein, die te 5 u. 55 naar Parijis vertrok. De menigte begroette het booge ge zelschap zeer sympathiek. Parijs, 6 April. De trein met Koning Eduard en president Loubet kw-m te 6 u. 25 aan de Gare de Lyon aan. De Koning kwam met den president op het perron. Z. M. drukte president Loubet de hand en betuigde hem zijn vreugde, dat hij hem had mogen ontmoeten. Hij dankte hem voor zijne komst. President Loubet sprak de hoop uit den Koning weldra te zullen terugzien. Te 6 u. 45 nam president Loubet afscheid en de Koning onderhield zich verder met den .En- gelscben gezant tot het vertrek van zijn trein om 7 u. 10. De Parijpcbö politie heeft eene bewaar plaats ontdekt, waar 500 infanterie-unifor- men geborgen waren, en eene andere be waarplaats van eenige duizenden pakjes pa tronen. Ook de bewaarplaats van de gewe ren, waarbij die patronen behooren, is be kend. In verband met deze ontdekking zijn een gewezen officier, kapitein Taimburini, en diens schoonvader, een koffiehuishouder, in hechtenis genomen. Volgens de Temps meent men eene zaak op het spoor te zijn. die wat den opzet betreft herinnert, aan het mis lukte complot van generaal Malet in 1812 tegen het eerste keizerrijk. Parijs, 6 April. Do afgevaardigde van Loi- ret, Rabier, heeft aan eenigen zijner collega's mededeelingen gedaan met betrekking tot de jongste ontdekkingen van wapenen en am munitie. Hij verklaarde, dat hij brieven had ontvangen van een officier, waarin wordt aan gegeven dat er in sommige regimenten een complot wordt gesmeed tegen de republiek. Minister-president Rouvier zou soortgeLijlke aangiften hebben ontvangen, die tot het ver moeden leiden, dat men te dom heeft met eene samenzwering om de republiek omver te werpen ten gunste van prins Victor. Het com plot had een aanslag ten doel op het Elysée, de ministerieele departementen en de voorzit ters van Kamer en Senaat. De aan Rabier gerichte brieven, dio van buitengewoon belang sohijnen te zijn, zijin ter hand gesteld aan den minister van justi tie, en de schrijver is opgeroepen om te ver schijnen voor den rechter van instructie. Engeland. Londen, 6 April. De Koning is heden voor middag om 10.40 vertrokken naar Marseille via Parijs. Ten vervolge van de pogingen van de op positie, om het kabinet tot uitingen en de meerderheid tot stemmingen over de fiscale kwestie te bewegen, beeft Sir Joseph Leese in het Lagerhuis een "oorstel ingediend, strek kende om te verklaren, dat het huis de be lasting van graan, vleesch en zuivelproducten in beginsel verwerpt als drukkend voor de armere standen en nadeelig voor de welvaart van de natiedat verder een verlaging van de bestaande rechten op thee, suiker, koffie en cacao goen ver goeding zal zjjn voor de belasting van levensmiddelenen dat eindelijk elke gedachtenwisseling met de koloniën over het tarief-vraagstuk op een anderen grond slag dan van den vrijen invoer van graan, vleesch en zuivelproducten in het Vereenig de Koninkrijk bij voorbaat moest mislukken De unionistische vrijhandelaar Lambton steunde het voorstel, dat evenals vroegere van die strekking werd aangenomen, zonder dat de regeering en bare aanhangers zich in de beraadslaging mengden of eestemden. Zweden en Noorwegen. Stockholm, G April. De Staatscourant be vat eene verklaring, die de kroonprins-regent in de gisteren gehouden vergadering van den gemeenschappelijiken Staatsraad heeft afge legd. Daarin worden de Staatsraden van beide koninkrijken uitgenoodigd, onverwijld de be raadslagingen over een nieuwe regeling van alle gemeenschappelijke aangelegenheden te hervatten op den grondslag, dat eene volledige gelijkstelling van de loeide landen gezoöht en verwezenlijkt worde. Als leiddraad om te 'komen tot eene voor alle partijen bevredigen de oplossing, geeft de kroonprins-regent het volgende- aan een gemeenschappelijke minis ter van buitenlandsche zaken, afzonderlijke consuls voor elk koninkrijk, die echter in alle zaken, die de betrekkingen tet vreemde mogendheden raken, aan ,den minister van buitenlandsche zaken ondergeschikt zullen zijn. Indien in den loop van de besprekingen .©en ander vorm voor de regeling der gemeen- sbhappeJjjke aangelegenheden gevonden moei t worden, natuurlijk met behoud der gemeen schappelijkheid voor zooveel de behandeling van de buitenlandsche zaken betreft, dan zal de kroonprins ook de daarop gebaseerde voor stellen in ernstige overweging nemen. Italië. Napels, G April. De Koning i3 hier te il uur 53 minuten aangekomen en begaf zich aan boord van de „Hohenzollern", waar hij ontvangen werd door Keizer Wilhelm. De vorsten omhelsden elkander hartelijk. Ve. volgens had een dejeuner plaats. Napels, G April. >ertig personen namen, deel aan bet déjeuner, dat. de Keizer aan boord van de „Hohenzollern" Koning Victor Emanuel aanbood. De Koning begaf zien na het déjeuner aan boord van het pantserschip „Margherita", waar de Keizer hem te 2 u. 40 een bezoek bracht. De Keizer keerde vervolgens naar de Hohenzollern" terug en de Koning begaf zich naar het paleis, waar Keizer Wilhelm te 3 u. 20 aankwam. De beide Souvereinen deden daarna een rit door de stad, door de menigte toegejuicht. De vorsten zullen nog -;eri uitstapje per auto mobiel maken. Aan het diner in net koninklijke paleis zaten aan de Keizer, do Koning, generaal Brusati, Tittoni, minister van "buitenlandsche zaken, graaf Eulenburg, prins Adalbert van Pruisen, de Duitsche getzant, de minister van marine e. a. De Koning bracht- een dronk uit in het Ita- liaansch. Hiji betuigde ziine blijdschap over de aanwezigheid van den Keizer, de Keizerin en twee van hunne kinderen op den Italiaan- schen "bodem. Zoo worden de innige banden van wedereijdsche toegenegenheid verduur zaamd, die ook voor de twee verbonden vol ken een waarborg voor den vrede en een ge lukkige toekomst zijn. Z. M. dronk op de ge zondheid van den Keizer cn de Keizerlijke famlie aan den vooravond van liet huwelijk van den kroonprins, tevens op den voorspoed van het edele Duitsche volk. de trouwe bond genoot en vriend van Italië. In antwoord op den feestdronk van den Koning zeide de Keizer, dat hij en de Keizerin en de pnnses zicb verheugden over hun ver blijf in Italië. Hij betuigde zijne blijdschap over de geboorte van een Italiaanscben prins, bij wien hij tot zijne vreugde peet had ge staan. De driebond is een waarborg voor een solic- den vrede en onder de bescherming daarvan zullen de verbonden natiën gelukkig voort schrijden op den weg van den bestendigen vooruitgang. Vast vertrouwende in het trou we bondgenootschap en de innige vriendschap van Italië en zijn doorluebtigen vorst, dronk de Keizer op den voorspoed van den Koning, de Koningin en den troonsopvolger, en bracht hij een groet aan het Italiaansche volk, waar voor hij levendige sympathie koestert. Oostenrijk. De Duitsche partijen zullen, naar ver luidt, de obstructie in den landdag van Bo- hemen staken, nadat de regeering heeft toe gelegd de door de Duitsohers verlangde wets ontwerpen tot waarborging van hunne poli tieke rechten in Boheraen te ziullon indie nen. Hongarije De laatste pogingen om een compromis tot s' .nd te brengen, zijn o. a. ook mislukt om financieele redenen, omdat bleek, dat van de 450 millioen kronen, t—j in de laatste zitting van de delegatiën den minister van financiën werden toegestaan, meer dan 350 deels reeds zijin uitgegeven, deels binnen kort moeten worden besteed aan sedert gedane bestellin gen., Deze millioenen had de oppositie, inge- 58 Poman van MORITZ VON REICHENBACIL Jozef zwleeg. Hiji wist, dat hiji thans door tegenspraak zijn broeder maar zou verbitte ren, doch hij rekende iutusechen op diens zwakheid en toegevendheid voor 't vervolg. Aan zijn neef echter schreef hij nog den- zelfden dag: „Ge hebt ons daar een mooie poets gebak keen Uw oude is woedend en, oprecht gezegd kan ik hem geen ongelijk geven. In tusschen, hij zal die zalak in ordie brengen, en ik nu, ik weet, wat er inj bet leiven van een tweeën twintig jarig jongmensch te koop is en diat het ronde geld verduiveld gemakkelijk weg rolt Maar wees een beetje voorzichtig, mijn jongen, en spring niet verder dan uw stok lang is, tot onze gou,dbron aan 't vloei en zal zijn gegaan dan zult ge u naar harte lust zulke kleine buitensporigheden kunnen veroorloovenIk heb Ines van Castor uit Lucretia gekocht, ge kent het paard, zwart bruine merrie, onberispelijke taille, heeft alle kansen voor, maar heeft nog nooit go loopen, is derhalve nog onbekend en zou an ders ook zeker niet te koop zijai geweest tenzij voor oen Croeeas. Ik heb het dier nu in han den gegeven van den trainer Smith, zie er af en toe maar eens naar om. We willen in Mei bij onze kleine wedrennen met Ines de- buteeren en als ze 't goed maakt, wat ik stel lig geloof dat het geval zal zijn, later stou ter met haar optreden. Van mijjn „hoogheid" krijg ik wiel het noodige verlof en ik zal u omtrent alle eigenaardigheden van de ren baan behoorlijk onderrichten. Dö duivel zelf zou ons den voet dwars moeten zetten, als wij' niet gelukkig slaagden en het geldver- dienen op de renbaan is toch eigenlijk het eenige geld-verdienen, waarover een echt car valier zich niet behoeft te schamen. En nu good by oude jongen, uw oude heer stuurt het geld en wees nu ook verstandig, tot Ines u zal toestaan ook eenmaal onverstandig te zijn. Uw n toegenegen oom Jozef von Lewosky. N. B. Uw vader spreekt van demissie nemen of een verplaatsing naar een infante rie-reg1 ment. Schrijf hem berouwvol en on derdanig, hij zal wel niet zoo hard ingrijpen en wanneer de eerste storm maar geweken is, zal, denk ik, alles wel blijven zooals het is. Wacht u voor tegenspraak., doe slechts verbittert. ge hebt mij begrepen, niet. waar? Ik heb den brief nog eens opengebroken om u te zeggen, dat er zooeven een schrijven van de prinses is gekomen, met de mode- deelizig, dat zij tot het. einde van Mei te Ber lijn blijft, d!an een kleine badplaats in Sile- zië denkt te bezoeken in 't belang voorna melijk voor mevrouw Hollede, die veel aan hoofdpijp, m et lijden, en dat. zij derhalve eerst in Juli hier zal wezen. We zullen dus ruimschoots den tijd hebben on onze plan nen uit te voeren. In den loop der volgende maand kom ik naar u toe om het verdere mondeling met u af te handelen. J. L." HOOFDSTUK XIH. De klokken van Neurenberg hadden het Paaschfeest ingeluid eni de vrouiwi van den antiquaar Berger had zicli' vruchteloos alle moeite gegeven het oude, sombere huis een vriendelijker aanzien te verkenen, teneinde de terugkomst van haar Nanni van de kost-, school eenigszins feestelijk te vieren. Zij had een bescheiden pogimg gewaagd om witte gordijnen in 't kantoor op te hangen, maar ze op Bergers verklaring, dat hij dan aan zijn lessenaar niet meer zou kunnen zit ten eehrijjven, weder moeten wegnemen. Zoo moesten zich dan de voorbereidselen tot- N'an- ni's feestelijke ontvangst bepalen tot een schaaltje met. viooltjes, dat op de rooooolata- fel stond, toen heb meisje de kamer harer moeder binnenkwam. Nanni was na de zomervaoantie niet meer thuis geweest en zij kreeg thans weder het zelfde drukkende gevoel, dat haar de vorige maall bijt het bet-reden der ouderlijke woning bad) overvallen, in nog grooter mate terug. In 'teerst was hef. haai-, ais kon ze nauwelijks aidem halen in die enge, volgepropte vertrek ken. Ook de levenswijze en do bekrompen be grippen harer ouders was zij geheel ontwend geraakt. Zij was aan den, omgang met fijaibe- sckaafde leeraren en leeittressen op 't pensio naat, wier lieveling zij was geworden, gewoon geraaikt, alsmede aan dien harer medescho lieren,, voor verreweg de meesten, udt» den aan zienlijken stand afkomstig, en nu zag zij zich eensklaje in zulk een geheel andere omgeving geplaatst-. Haar vroegere speelmakkertjes waren schuw voor haar of noemden haar «pottend ,,de geleerde." Haar moeder was haar, als al tijd, we,L liefdevol tegemoet getreden, maar i<n haar omgang met Nanni iwias toch' aets vreemds gekomen, als beschouwde zij het meisje uiet meer ais iemand, die haar toebe hoorde; en het ruwe, steeds knorrige uiter lijk-van. haar stiefvader was er niet beter op geworden) in den tijd, die Naninii buitenshuis had doorgebracht. Geheel vertrouwelijk kwam haar alleen het kleine broertje te gcamoet, voor wien de „groote mooie zus" steeds een, soort van ideaal was geweest en op wiens aandrang dan ook het, schaaltje niet- de viooltjes op de rococo- latafel Was gezet. De kleine Matthes was lang een sukkelend ventje geweest en moest ook. nu nog zeer ont zien worden. Zijin verstandelijke ontwikke ling scheen evenwel die van het- lichaam ja ren vooruit te tijn. rtIk ben zoo dikwijls alleen,' klaagde hij zijn nood aan zijn zuster, toen deze, getrof fen .door het smalle, bleeke gezichtje, waar uit. die groote oogen haar zoo droevig aan keken, hem spoedig ma haar komst in 't ouderhuis op ,de knieën nam en medelijdend het zachte lichtblonde haar glad streek. „Ik ben zoo dikwijls alleen en. dan ver blijdde ik mij al in 't vooruitzicht, van uw komst. Gij zult stellig niet altijd koken en -wasscben zooals moeder, en ook niet telkens op reis -gaan, zooals vader, wel?" vroeg hij heel vertrouwelijk, en Nanni vroog hem daarop, zonder hem eigenlijk te antwoorden op hetgeen.''hij haar gevraagd had, of hij d'an niet naar school ging en met andere jongens speolde. Droevig scliude de knaap het hoofd. „Neen," zeide hij. „sinds mijn ziekte zijn mijn beenon zoo zwak. dat ik niet. vei' kan loopen. Ik word dadelijk moe, als ik buiten ben. on als iemand maar even tegen mij aan stoot, val ik .omver. Toen zo me naar school hadden gebracht, begon ik weer leelijk to hoesten en deden mijn hoofd, mijn armon en mijn beonon mij zoo zeer. Toen vond de dokter het maar beter, dat ik thuis bleef." „En speet, je dat niet.?'' vroeg Nanni. „Ja, heel erg! Ik leer graag wat en ik lees dolgraag mooie geschiedenissen. Maar, zie je, dat kan ik ook nier doen, en dat is goed. Ik heb een wonderlijke geschiedenis van den roo verhoofdman Ba mbo en van de sohoone Adelgonde en van de wilde Indianen, dio monschen levend braden je weet. niet, wtat voor prachtige verhalen dat zijn Die lees ik, zoolang hot, nog licht is maar dan. na tuurlijk, als heb donker wordt, en moeder brengt niet dadblijk de lamp, dan word ik een beetje bang. Dan kruip ik in moeders bed en trek de dekens over mijn hoofd, en dan lig ik heel stil, heel stil..." Zijn gezichtje was koortsachtig rood ge kleurd en zijpi oogen waren onder 't vertellen gaan glinsteren. Nanni schudde het hoofd.. Die rooverver- tel'liugen en die zichtbare opgewondenheid van het kind wilden haar maar niet beval len. „Denk ie nooit aan den goeden God en do lieve engelen, die je beschermen, als je alleen bent?" vroeg tij. Matthes zag haar zeer oplettend aan. „Ja, tic je, ik weet niet. zoo goed, of de engelen wel beschermen tegen Indianen en de goede God 'bekommert zich ook niet. om hen, want het zijn heidenen', weet je!" „Maar bij ons zijn toch geen Indianen, Matthes." „Dat kan men toch niet weten," meende Matthes wantrouwend. Wordt vervolgd,

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1