8"* Jaargang,
Dinsdag 25 April 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
EEN PRINSES.
RSFOORTSCH DAGRLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per S maanden roor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers- 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertontiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTESTIÉN:
Van 15 regels f 0-T*.
Elke regel meer0.15.
Oroote letters naar plaatsruimte.
Voor handel eu bedrijf bestaan voordeellge bepalingen MA
het herhaald adverteeren in dit Blad by abonnement Bene
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht
Het aanblijven van Delcaasé.
Minister Delcassé heeft rich bedacht; hij
blijft nu op den post, dien hij dacht te ver
laten, na hem gedurende zeven jaren een
merkwaardig lange tijd voor een Franschea
bewindsman te hebben vervuld. Het is
aan de gezamenlijke overredingskracht van
president Loubet en van den minister-presi
dent Rouvier gelukt, het hoofd van hot de
partement van buitenlandsche zaken tot blij
ven te bewegen. Blijkens de nota van Havas,
waarbij dit besluit bekend gemaakt is, heeft
minister Delcassé ingezien, dat de door den
minister-president voor de Kamer uiteenge
zette politiek op alle punten overeen kwam
met die, welke hij had gevolgd in overeen
stemming met de ge-heele regeering. Daaruit
blijkt dus, dat de heer Delcassé eerst van een
ander inzicht geweest moet zijn. Al is de uit
barsting van de crisis bezworen, zij zal niet
zonder invloed blijven op de buitenlandsche
politiek der Fransche regeering.
Men kan de redenen, die den heer Delcas
sé tot het aanbieden van zijn ontslag hebben
bewogen, zeer duidei.jk onderkennen, uit het
debat, dat in de vorige week in de Kamer is
gevoerd. De afgevaardigde Jaurès sprak daar
in niet enkel zijne persoonlijke meening uit,
maar vond den bijval van de geheele Kamer,
toen hij den minister van buitenlandsche za
ken verweet, dat hij zich in zijn beleid gaan
deweg van het parlement 11 ad afgescheiden.
Hij zeide„Dat is de parlementaire, consti-
tutioneele en nationale waarheid. Om onze
belangen in Marokko te handhaven,
mag men zich niet bepalen tot eene dilatoire
gedachtenw'sseling, maar men moet Duitsch-
la-nd duidelijk en openhartig vragen welke
bepaalde waarborgen het wenscht, en dan
moet men bepalingen maken, die een duur-
zamen vrede waarborgen. Evenzeer moet men
in Oost-Azië er voor waken, dat zonder schen
ding van onze plichten jegens een verbonden
land, de onzijldigheid van Frankrijk ernstig
verzekerd wordt. Ik spreek de ^voorden, die
gij gehoord hebt, op deze plaats, om hét on
heil te verhoeden, waaraan een avontuurlijke
politiek ons zou bloot stellen, en wanneer
sommige ministers vinden, dat onze politiek
niet voldoende beantwoordt aan de verheven
heid van hunne bedoelingen, dan kunnen zij
ons veilig aan de middelmatigheid van onze
bekwaamheden overlaten."
Uit den bijval, dien deze woorden hebben
gevonden, heeft de heer Delcassé kunnen
zien, dat zij de meening uitdrukten niet van
den spreker persoonlijk., maar van de groote
meerderheid der Kamer. Wanneer het niet
temin niet tot eene crisis gekomen is, dan
is de verklaring daarvan te zoeken in deze
opmerking van de Temps„Het nou in eene
zaak, waarin reeds al te veel onzekerheid
onze politiek heeft gekenschetst, de grootste
onhandigheid geweest zijn aan de tegenstan
ders van ons beleid (in Marokko) de voldoe
ning te geven, te meenen, dat er slechts een
wenk hunnerzijds noodig was, om 'n een
Fransch ministerie eene crisis van deze be-
teekenis uit te lokken. Het zou eene ernstige
fout geweest zijn op een tijd, waarop eene
teere onderhandeling staat te beginnen, den
minister te laten verdwijnen, die sints zeven
jaren door vreedzame middelen aan Frank
rijk eene veiligheid hééft weten te verzekeren,
steunende op de onveranderlijke handhaving
van zijne bondgenootschappen en op de lo
gische ontwikkeling van zijne vriendschap
pen." Maar de Temps laat daarop volgen, dat
er nu eene gedragslijn is aangenomen, die
door de Kamer is goedgekeurd en waaraan
men zich heeft te houden. Daarnaar zal de
in zijn ambt herstelde minister zich dus heb
ben te richten.
Dat geldt niet alleen van de zaken in
Marokko, maar niet minder van de hand
having van Frankrijk's onzijdigl eiü in den
oorlog. De minister-president h ;e't in de
Kamer verklaard, dat er, nog kor', geleden,
stellige en herhaalde velen aan den ver
tegenwoordiger van Frankrijk in Ind-o-China
zijn gezonden 0111 de volledige onzijdigheid
van Frankrijk in de zee van Indoch'na te ver
zekeren Hoe die kon verzekerd worden, daar
over was verschil van opvatting mogelijk
I-aar i Frankrijk zelf hebben met steeds
grooter nadruk zich stemmen deen x>ren om
aan te toonen, dat de Fransche regeering zi
daaraan veel te weinig gelegen liet ziju.
Zco heeft de oud-minister de Lanessan, die
zelf gouverneur-generaal a Indochina is ge
weest, zich al-dus uitgelaten in de Siècle: „De
organen van de Quai d'Orsay wijzen er op,
dat er geen bepaalde grens getrokken is voor
het verblijf van de ussische vloot in onze
wateren, maar zij erkennen, dat de vergun
ning om te verblijven zich niet - uitstrek
ken tot schepen, die eene oorlogshandeling
voorbereiden. Kunnen zij beweren, dat de
Russische admiraal niet in de Kam Rank
baai vertoeft, met l»«t 1 >1, eene oorlogs-
1 andeling voor te bereiden? I de eerste
plaats is het van gewicht op te merhen. dat
de Kam Ran.h baai een werkelijke binnen
haven vormt. De Russische vloot bevindt zich
dus zeer zeker in Frankrijk, op eene geheel
Fransche plek. Op de reede van Brest zou
zij niet meer in Frankrijk zijn an in de
Kam Ranh baai. In de tweede plaats mag
men 'et uit het oog verliezen, dat de admi
raal in de baai binnengeloopen is, niet om de
averijen, die zijne schepen in den loop van
den tocht hebben beloopen, te herstellen, maar
om zich in alle veiligheid van leeftocht te
voorzien en zich op de hoogte te stenen van
wat in Petersburg, in Mandsjoerije en Japan
ge .eurt en van den weg. dien net hem ter
versterking nagezonden eskad heeft afge
legd. Eindelijk bevindt hij zich niet alleen in
de Fransche wateren, maar ook in eene
Fransche havenhij is volkomen beveiligd
tegen een aanval van de Japanners, voor zoo
ver deze niet de onzijdigheid van Frankrijk
schenden om hem op te zoeken en te bestrij
den. Uit dit alles vloeit een in dubb opzicht,
1. itair en diplomatiek, zeer ernstige toe
stand voort."
Uit de verklaring van den minist -presi
dent blijkt, dat de Fransche regeering nu ook
tot dit inzicht gekomen is. Zij heeft dit in-
z'cht niet enkel uitgedrukt in hare instruction
n de vertegenwoordigers van het Fransche
gezag in Indochina, mnar mk doeu gelden in
h. Petersburg. Of het aan de vloot van Rod-
jestwensky uit Petersburg gezonder, bevel om
de Fransche terriorale wateren in Oori-Azië
te verlaten, daarvan rechtstre.b iet gevolg
•is geweest, willen wij daarlaten. I11 ieder ge
val mag men aanncanc 1. dat de tijding "-ui
het daartoe strekkende bevel met are ver
lichting door d- Fransche regeering ontvan
gen zal zijn.
Duitschland.
Bad Nauheim, 22 April. De Amerikaan-
sche staatssecretaris van buitenlandsche zaken
Hay is gisterenavond met zijne echtgenoote,
van Nervi komende, hier aangekomen 0111
eene kuur te ondergaan.
Frankrijke
Bordeaux, 2Jf April. President Loubot
kwam hier om 12 uur aan. De burgemeester,
omringd door alle burgerlijke en militaire
autoriteiten. heette hem welkom. De offi-
cieele receptie was in h.t gebouw der prefec
tuur. De groote volksmenigte die daar was
samengestroomd, toonde vee. geestdrift. De
minister van marine stelde den president den
Nederlandschen consul voo*- don kapitein ter
zee Tydeman en den luitenant ter zee De Ra-
nitz van den Nederlandschen kruiser „Piet
Hein", die gekomen waren om den president
der republiek te begroeten. De president on
derhield zich eenige oogenblikken met de Ne-
dcrlandsche marine-officieren, en betuigde
hun zij,u dank.
Parijn, 22 April. Naar aanleiding van een
onderhoud, dat gisteren plaats had tusschen
den minister-president en den minister
van buitenlandsche zaken, werd de ne^
Delcassé heden morgen op het Eiysée
ontboden door den president der vepu
bliek. Nadat hij daar was ontvangen dooi
het hoofd van den staat, heeft hij zich bege
ven naar den minister-president. .11 dit nieu
we onderhoud legde minister Rouvier er we
derom nadruk op, dat, daar zich geen enkel
meeningsverschil had voorgedaan tusschen
den minister van buitenlandsche zaken en
den ministerraad, de heer Delcassé geen re
den had te blijven volharden bij zijn voorne
men 0111 af te treden. De heer Delcassé er
kende, dat de politiek, die door den minister
president aan de Kamer was blootgelegd, vol
komen in overeenstemming was met die,
welke hij had gevoerd in overeenstemming
met de geheele regeering. Hij, verklaarde,
dat hij, gevolg gevende aan den wensch, door
den minister-president geuit namens de ge
heele regeeriug, zijne functie zou blijven ver
vullen.
Het parlement heeft de begrooting voor
1905 definitief aangenomen. De Senaat heett
zijne zittingen tot 23 Mei verdaagd.
De Kamer heeft, na verwerping van eene
reeks amendementen, de eerste alinea van
artikel 4 van het wetsontwerp tot regeling
van de scheiding van Kerk en Staat aange
nomen en daarna hare zittingen verdaagd
tot 15 Mei. Onder de verworpen amende
menten was een van Leygv 3, oud-minister
van onderwijs 111 het kabinet Waldeck-Rous-
seau, dat strekte om aan de toekomstige
kerkgenootschappen de erkenning als instel
lingen van openbaar nut te verzekeren en
hun bevoegdheid te verleenen met volledige
rechtspersoonlijkheid over de kerkelijke
goederen te beschikken.
Italië.
Home, 22 April. De minister van buiten
landsche zaken 'Ai.jtoni zal op 29 April te
Venetië een bezoek ontvangen van den Oos
tenrijk scüen minister van buitenlandsche za
ken Goluchowsky.
De beide regeeringen zijn op alle punten
tot overeenstemming gekomen.
Het door de Kamer aangenomen wefsCnt
werp tot regeling van de spoorwegexploitatic
door den staat, is door den Senaat, op verzoek
van de regeering, urgent verklaard en naar
eene bijzondere oommissie verwezen. Reeds
heden zal het in de openbare zitting behan-
?ld worden.
De staking verloopt meer en meer en, in
verband daarmede krijgt het verkeer op de
spoorwegen zijn gewoon aanzien meer en
meer terug. De socialistische KamergToep en
het socialistische comité van agitatie hebben
het spoorwegpersoneel den raad gegeven de
algemeene staking niet af te kondigen, maar
liever de reeds uitgebroken stakingen te be
ëindigen.
Het uitvoerende comité van de Italiaan-
sche spoorwegambtenaren heeft besloten de
staking te laten ophouden. De postdienst
naar Indië heeft volstrekt geen vertraging
ondergaan.
De Senaat heeft het door de Kamer aan
genomen wetsontwerp tot regeling van de
exploitatie der spoorwegen door den staat,
aangenomen met 109 tegen 8 stemmen.
Rusland.
Petersburg, 28 April. (Petersburgsch tele-
graaf-agentschap). Eene keizerlijke ukaSe
draagt aan minister Boelygin op. tijdelijke
com missiën te benoemen in de door de boeren-
beweging aangegrepen streken, ten einde edn
onderzoek in te stellen naar de personen die
in de onlusten betrokken waren, en de mate-
rieele sohade vast te stellen en tevens om
van alle leden der dorpsgemeenten, die déél
hebben genomen aan de onlusten, schadever
goeding te eiscben, zoo noodig invorderbaar
door verkoop van hunne eigendommen. Ook
zal een pi n worden uitgewerkt om aan land-
beeren. die door deze troebelen schade heb
ben geleden, van staatswege geld te leeneta
om hunne gebouwen te kunnen herstellen
en zich nieuwe bedrijfsbenoodigdheden aain
te schaffen.
Petersburg, 22 April Van den 18en tot
den 21en April is hier in alle stilte een con-
gTes van vertegenwoordigers van de liberale
pers vergaderd geweest. Er waren 140 gede
legeerden aanwezig, die 120 dagbladen en
tijidschriften vertegenwoordigden.
Het voornaamste resultaat van he: cor.gies
bestaat in de aaneensluiting van 74 persor
ganen tot eene persvereeniging voor politiek
doeleinden.
Petersburg, 2Jf April. Heden is hier de
eerste vergadering gehouden van de vereeiri-
ging „de Russische wedergeboorte". DeZe
vereeniging heeft ten doel de regeering te
nopen zoo spoedig mogelijk de keizerlijke
aanschrijving van 3 Maart ten uitvoer te leg
gen en tevens het terrorisme te bestrijden.
Moskou, 2Jt April. 20.000 bakkersknechts
hebben het werk gestaakt. De broodprijs
stijgt belangrijk. De arme bevolking ver
keert in zeer treurigen toestand. Er worden
plannen beraamd om de stad van brood te
voorzien uit de naburige steden en uit Pe
tersburg.
Odessa, 23 April. De havenarbeiders zijn
hier gisteren eene algemeene werkstak'ug be
gonnen.
De Nowoje Wremja denkt, dat de confe
rentie ter beraadslaging over eene volksver
tegenwoordiging in Juni zal bijeenkomen, na
dat de zemstwos en gemeenteraden zulten
hebben heslist, wie namens hen naast de ver
tegenwoordigers der regeeriug aan de confe
reutie zuilen deelnemen.
Onder leiding van den gematigden liberaal
Schipow en van den gematigden couservai:el
prins Troebetskoi is een gematigd progressis-
tische partij 111 wording, die bestemd xs een
middelpunt te worden voor de beweging ten
gunste van het toekomstige Russische parle
ment. De partij wil streven naar bevestiging
en uitbreiding van het zelfbestuur en overi
gens naar politieke ontwikkeling zonder
slaafsche navolging van de West-Europeesc ie
modellen. De ultra conservatieven, waartoe
ook de minister van binnenlandsche zaken
Boelygin behoort, zoeken thans aansluiting
met elkaar, voorloöpig echter zonder stiCöes.
De ultra-liberalen waartoe een groot deel van
de zemstwo-voorzitters behooren, die in Nov.
1904 te Petersburg bijeen kwamen, bil
len voorloopig van eene beperking van hun
programma niet hooren. Het is te verWach-
t 1 dat een deel van hén met de radicalen
gemeene zaak zal maken.
Behalve de nationale progressisfcenpartij in
Moskou, die alle gematigde conservatieven en
1 rale elementen in zich wil opnemen, is
daar ook in wording een „bond van gelijkge
zinden van alle standen," die ook op den
grondslag der handhaving van het zelfbestuur
en van het keizerlijk besluit van 3 Maart
staat maar zich daarbij ook ten doel stelt de
pogingen, die streven naar de invoering van
een Rusland vreemde staatsinrichting, te be
strijden. Ock de ultra-liberalen van verschil
lende scha' ering streven naar vereeniging.
De vakvereenigingen willen zich vereenigen
tot een oentralen bond onder den naam
O; .oboschdenige (bevrijding)het program
ma bevat de békende politieke en sociale
eischen en verre strekking.
Uit Warschau wordt bericht, dat in vijftig
dorpen van de districten Kamenetz-Podolsk
en Proskorow een togen de landheeren ge
richte boérenbeweging is Ontstaan. Er zijn
troepen gezonden naar de bedreigde plaatsen.
Petersburg, 2J+ April. De scheepvaart is
weer geopend.
Creta.
Kanea, 23 April. De prins heeft aan de
afgevaardigden het antwoord der mogendhe
den laten mededeelen, waarin zij bhjven vol
harden bij hunne besluiten. De afgevaardig
den besloten overleg te plegen met- het volk,
ter vaststelling van hunne gedragslijn.
Kanea, 23 April. l>e Kamerleden vaardig
den eene commissie van tien leden af om met
het revolutionaire comité van Therisso in
overleg te treden ovei eene gemeenschappe
lijke g dragslijn.
Athene, 22 April. In antwoord op eene in
terpellatie over ue gebeurtenissen op Kreta,
deelde minister-president Deiyanms mede, dat
politieke personen uit Krete den steun der
regeering nebben ingeroepen om de vereem-
g-ug met Gnekea-iana m a verandering van
ae tegenwoordige wijfze van onineulanuscii
cv.- verkrijgen.
Hij had hun geantwoord, dat die vereeni
ging de bekende door alle Grieken gekoester
de wen9ch was, maar dat hij nieuwe betoo
gingen nutteloos achtte en beslist weigerde
steun te verleenen aan eenige Handeling, die
teil doel had wijziging te brengen i-n het bin-
nenlandsch bestuur, omdat een dergelijke wij
ze van doen zou leiden tot omverwerping van
de bed uiten der mogendheden.
Venezuela.
De ooi-zaak van het tegenwoordige geschil
tusschen Venezuela en üe Vereémgde ötatein
15, zooals 'bekend is, het beslag, dat gelegd is
op bet eigendom van Amenkaansche asfalt-
maatschappij „New-York and Bermudez Com
pany". De consul-generaal van Venezula voor
net Duitscbe rijk, den heer Pimentel Coronel
48 JRoman van
MORITZ VON REICH EN BACH.
HOOFDSTUK XVI.
Zomer en herfst waren voorbijgegaan en
in de maand November bevond de prinses
Mascha zich te Rome.
Zij had de bezwaren, dit tante Anna ge
poogd had te opperen, terstond uit den weg
geruimd door te zeggen, dat de zachtere
lucht van het zuiden de gezondheid zeer zou
bevorderen en verder beloofd de maanden
April en Mei weder in tante Anna's villa bij
den Th-ergarteu te zullen doorbrengen.
Zoo hadden dan de beide dames het ver
blijf op de Poolsche bezittingen tot den la
ten herfst gerekt en waren toen naar Italië
gegaan, ditmaal onder 't geleide van den
heer von Lewosky.
De prinses vond, dat hij den vorigen win
ter veel te weinig had uitgevoerd eu ook niet
naar haar zin had geleefd en zij durfde hem
daarom niet meer zoo lang achtereen aan
zijn lot over te laten. Dat klonk al zeer
vreemd, als men haar jeugdige, tengere ge
stalte beschouwde naast het zware lichaam
van Lewosky met zijn grijnzend hoofd, maar
Mascha meende het in vollen ernst.
Lewosky was thans officieel tot haar sec
retaris benoemd, want de prinses dachthoe
meer vertrouwen zij in hem stelde, des te
meer daardoor zijin eergevoel geprikkeld wor
den en des te ijyeriger zou hij leeren wer
ken. Hij bezorgde haar min of meer offici-
eele correspondentie, alsmede haar finan-
aieele aangelegenheden, en zoodoende maak
te zij hem meer en meer tot haai- rechter
hand.
„Ja, ik zou 'tzelf wel kunnen doen," zeide
Mascha tot tante Anna, „maar wat moest er
dan van Lewosky worden? Het is 'tvoor
recht van de rijken can aan minder bedeel
den bezigheid te kunnen verschaffen en hen
voort te helpen, als zij 'tzich zelf niet kun
nen doen."
Tante Anna was 'tin dit opzicht volko
men met Mascha eens en vond haar hierin,
evenals in zooveel andere dingen, bepaald
bewonderenswaardig.
In 't begin had de goede dame haar vele
Berlijnsche vrienden erg gemist, maar wel
dra was zij te Rome geacclimatiseerd en ver
zekerde zij, eerst nog een weinig zuchtend,
maar van lieverlede met toenemende tevre
denheid. dat Rome eigenlijk zoo goed als
een Duitsche stad was.
Zij had dan ook inderdaad meer Duitsche
families ontdekt en meer D'uitsoho conver
satie gevonden, dan Masoha lief was, want
deze had haar omgang gaarne beperkt ge
zien tot een kleineren kring van mcnschen,
met wie ze sympathiseeren kon, van welken
landaard zij dan ook mochten zijn. Maar zij
had spoedig keren inzien, dat aan een der
gelijke beperking met tante Anna niet to
denken viel. Dc oude dame, die anders altijd
Mascha's zienswijze volgde cn in Polen zelfs
het liefst met haar alleen was, werd door
haar landslieden in den vreemde magnetisch
aangetrokken en zij, rustte niet-, voor zij
gelijk de prinses het noemde als een far
miiielid van de geheele Duitsche kolonie
werd beschouwd,
Met en lac' end hoofdschudden legde Ma
scha z,ck hierbij neer, maar besloot toch, zich
de onafhankelijkheid, die zij te Rome gezocht
had, met geheel en al te laten ontnemen. Chn
met een sleep van mensohen een monument
of een andere bezienswaardigheid te gaan be
zoeken, vond zij niet aangenaam, en wanneer
zij er van tijd tot tijd in toestemde om aan
een corsotocht op den Monto Pincio deel te
nemen, geschiedde dit alleen ter wille van
tante Anna.
Wel hield zij bijzonder veel van1 de wande
lingen op den Monto Pmcio met zijn sierlijk
aangelegde tuinen, hoewel deze in dit jaar
getijde nog den neerlijken bloemenpracht mis
ten, maar zij gaf er de voorkeur aan om des
morgens daar rond te dwalen, als er slechts
enkele wandelaars waren en haar ontmoetin
gen zich vrijwel bepaalden tot een „monseig
neur" in zijn violetkleurig kleed of tot een
'bisschop met zijn groenen gordel on groene
kwasten aan den hoed, of mensohen, in één
woord, die, evenals zij, de eenzaamheid had
den gezocht.
Op een zekeren helderen, zonnigen morgen
stond, die veeleer een mooiou lentedag dan
een dag in 't late najaar scheen aan te kondi
gen, vervolgde Mascha haar lievelingst-ocht op
den Monte Pincio, langs marmeren bustes, die
den voorbijgangers beroemde namen uit de
oadhoid zoowel als uit den nieuweren t-ijd in
dc gedachten riepen, tot een hoogte, vanwaar
do blik een vrij uitzicht had over de beroem
de St. Pieterskerk. Hoe schitterden de torens
en de koepeldaken in den- vroegen zonneschijn
en welk een heerlijk panorame ontrolde zich
daar vorder voor haar oogenDe zeer verval
len, maar schilderachtige villa Madama, het
klooster van Santa Maria del Rosario en de
Apua Paola lagen duidelijk voor haar en ver
derop dwaalde haar bl'k over het- gebergte,
uit welks glooiende hellingen de met blauwe
lucht omgeven toppen' van de Lionessa en van
de Soracte tegen een zonnigen hemel opwaarts
stegen.
Mascha haalde diep adem. Het was haar te
moede, alsof niets kleins haar hier bereiken
kon, alsof haar ziel, op dit oogen blik slechts
voor het groote en schoone ontvankelijk, zich
in licht en reinheid baadde.
„Als op zulk een oogeublik een vijand
voor u stond, zoudt ge hem vergiffenis moe
ten schenken elke beleediging en elk on
recht komt mij nu zoo klein en onbeduidend
voor," zeide zij, en plotseling verrees daar
voor haar geestesoog, omgeven door dien
stralen den morgenglans, het beeld van Kurt
Mellow.
„Dat ben ik te boven," mompelde zij,
maar dit nam niet weg, dat toch een floers
het- helder oog verduisterde. 2/ij zette zich
op een witte marmeren bank iangs dén weg
en haar gedachten vlogen terug naar de
Noord-Doiitsohe residentie, die zij ontvlucht
was en die zij vermeed, omdat- omdat
Kurt Mellow zich daar bevond.
„Ben ik dan zoo zeer op hem verbitterd?"
vroeg zij zichzelf af.
Ze had hem sinds die ontmoeting in het
Berlijnsche magazijn niet weder gezien,
maar mo vrouw Wangerow, „de generaal-
sche," had haaa- toch verteld, dat zijl hem op
de stoep had gezien en hem naar de prinses
had gevraagd. Hij moest dus weten, dat zijn
verdenking ongegrond was geweest en hij
had nochtans geen poging gedaan om Ma
scha te zien en zich bij haar te verontschul
digen.
Zij vond wel, dat hij daarin eigenlijk ge
lijk had gehad, want een bede om veront
schuldiging zou in dit geval een nieuwe be
leediging zi.jm geweest, maar juist omdat zo
als kwade vrienden elkander verlaten had-
den, keerden hare gedachten zoo dikwijls tot
hem terug.
„Hadden wij elkaar in vrede een vriend
schappelijk vaarwel gezegd, ik zou. hein ge
makkelijker -hebben kunnen vergoten,"
meende zijl, „maar ik wil, in gedachten al-
j thans, vrede met hem sluiten. Ik ben "niet
meer boos op hem, neen, waarlij-k niet, ik
kan zeer vriendelijk aan hem denken."
Wederom beschouwde zij het stadsgezicht
J aan haar voeten. l>e helderheid van t mor
genlicht scheen alle schaduwen te hebben
verbannen en zonnig was het 'ook in Ma
scha s ziel. Doch to vergeefs beproefde zij,
j geheel op te gaan in al het schoone, dat zij
met dc oogen genoot, en daarbij rich zelf en
Kurt Mellow te vergeten.
Nee>n, ze gevoelde geen wrok moer tegen
hem, maar zijn beeld, dat haar daar zoo
plotseling levend voor den geest was geko
men, wilde ook niet meer vei-dwijnen. Lang
zaam, in gedachten verdiept, nam zij den
weg huiswaarts aan.
j Bij het inslaan van de via Sistina zag zijj
J op. Z«j verwonderde zioh zóó ver te rijn go-
gaan, want zij had, sedert zij het terras van
i den Pine*o verliet, nauwelijks op den weg
i gek*--
Wordt verv-tgd