3de Jaargang*
Dinsdag 30 Mei 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
EEN PRINSES.
B A". 327.
«J?
I1ERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.25.
Idem franco per post- 1.75.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Cf C<>.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummcr 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
f 0.75.
- O.IS.
Van 1—5 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrjjf bestaan voordeelige bepalingen tol
het herhaald adverteeren In dit Blad bij abonnement. l£*nm
circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgeving.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Brengen bij deze ter kennis van belangheb-
•benden, dat het Bureau vart den Burgerlijken
Stand voor het publiek geopend zal zijn op
Hemelvaartsdag, 1 Juni a. s., van des vóórmid
dags tot 9 uur, uitsluitend tot 'het doen van
aangiften van geboorten of overlijden voor hen,
die daartoe mondeling of schriftelijk aanvrage
doen aan het gemeentehuis, uiterlijk tusschen
des voormiddags 8 en 8j uur van dien dag.
Amersfoort, den 25. Mei 1905.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Burgemeester,
WUIJTCHH8.
De Secretaris,
J. G. STENiPHRT KROESK
Politiek Overzicht
De strijd tsgen het kabinet-Balfour.
In het Britsche lagerhuis heeft het in do
vorige week duchtig gestormd. ~*c eerste
mini ter Arthur Balfour heeft persoonlijk een
zwaren storm van de oppositie over zijn hoofd
moeten laten gaan, die, omdat hij weigerde
terstond zelf den leider van de overzijde to
woord t. staan en aan een der andere minis
ters die taak overdroeg, zich de beschuldiging
van politieke lafhartigheid moest laten wel
gevallen. Men liet zijn plaatsvervang r niet
aan het woord en ten s'otte moest de ver
gadering onverrichter zake gesloten wordeu.
Maar daarbij vonden regeering en oppositie
geen van beiden hunne rekening. De leider
van de Front Opposition Bench heeft daarom
e n anderen weg gekozen om den aanval te
hervatten hij heeft eene motie tot afkeuring
v?n het "egeeringsbeleid voorgesteld. Daar
over kon de regeering het debat net ontwij
ken, en na eene vinnige discussie, waarin de
ergenis over het incident van verleden Maan
dag nog natrilde, heeft de heer Balfour als
leider van het huis er in toegestemd, dat
<leze motie heden aan de orde zou komen.
Door ziekte van den premier zal dit debat een
paar dagen moeten worden uitgesteld j maar
dat is uitstel, geen afstel.
Het is over de fiscale kwestie, dat deze
debatten zullen loopen. Maar in werkelijk
heid gaat het om de kwestie van de macht.
To n de zitting van het parlement van dit
jaar geoper l werd, was de algem jcn« gedach
te, dat het kabinet geen lang leven -eer te
goed had. Men berekende, dat hei tijdstip
der ontbinding van het parlement slechts
enkele weken, hoogstens eenige maanden, ver
wijderd was, en als resultaat van die ontbin
ding zouden de liberalen aan het ewind
komen. Zoo was de algemeene verwachting.
Kaar nu zijn de berekeningen geheel anders.
Het kabinet zit nu veeleer vaster in het
zadel, de oppositie heeft geen terrein gewon
nen, en de kenners van het politieke strijd
perk zijn thans van meening, dat het niet
zeer waarschijnlijk is. dat het land zal worden
geraadpleegd vóór het volgende jaar, wanneer
dit lagerhuis aan het einde van zijn mandaat
za' zijn gekomen. In het Journal des Débats
wordt deze meening aldus toegelicht
„j--> heer Balfour heeft in zijn spel eene
uitmuntende troefkaartde nieuwe indeeling
van de kiesdistricten, die hij na t inksteren
aan het parlement zal onderwerpen. Dat is
e ne nationale kwestie van universeel be
lang, wel in staat om de fiscale kwestie op
zijde te zeiten, die de /urigste hervormers in
hunne binnenkamer beschouwen als verkeerd
opgezet en niet vatbaar voor onmiddellijke
oplossing. Bij den keer. oien de zaken heb
ben genomen, belooft dus de duur van het
ministerie nog tamelijk lang te zijn, wanneer
men let op den binnenlaudschen toestand.
Lettende op den buiten 1 andschen toestand,
is hij eveneens gunstig voor het ministerie,
dat de Fransch-Engelsche overeenkom t heeft
weten tot stand te brengen, den vrede heeft
kunnen handhaven, heeft kunnen weerstand
b:eden aan de Duitsche aanspraken en naar
buiten het prestige van Groot-Brit tan niö
heeft weten te verhoogen.
Wat het intermezzo van de rumoerige ver
gadering van verleden Maandag betreft, is
men in de politieke wereld van meening, dat
daardoor niets veranderd is -in den binnen-
landschen politieken toestand. Er '9 slechts
een incident meer, een incident dat natuur
lijk te betreuren is. Het was lang geleden,
dat men had bijgewoond, dat de oppositie
een minister gedurende een uur belette het
woord te nemen en de voorzitter de vergade
ring moest sluiten „wegens ernstige wanorde
lijkheid."
De oppositie heeft, niet zonder eenige re
den, gemeend eene tegenstrijdigheid te zien
tusschen de in den namiddag van Maandag
door den heer Balfour afgelegde verklaring,
dat de koloniale conferentie van 1906 de fis
cale kwestie zal kunnen behandelen, en zijne
rede te Edinburg in de vorige maand Octo
ber, waarin de eerste minister had gezegd,
dat men aan eene koloniale conferentie eerst
na de algemeene verkiezingen zou vrag?n di?
zaak te behandelen. Het feit is, dat de heer
Balfour te Edinburg geheel vergeten was, dat
de koloniale conferentie automatisch om dj
vier jaren bijeenkomt en dat er in 1906 eene
conferentie moet plaats hebben. Hij beeft dat
overigens openhartig erkend.
Het is onbetwistbaar, dat de beer Balfour
z:ch door dit verzuim in een moeielijken toe
stand heeft gebracht, maar het is niet min
der onbetwistbaar, dat dit slechts een verzuim
is en niet, zooals de oppositie voorgeeft te ge-
looven, eene weinig loyal handeling. De
henr Balfour heeft, niet denkende aan de
vierjaarlijksche conferentie, te Edinburg ge
zegd „Mijne meening is dus, dat de politiek
van deze partij, wanneer wij weer aan het be
wind komen na de algemeene verkiezingen,
moet zijn aan de koloniën te vragen deel te
nemen aan eene conferentie op deze grond
slagen, van welke conferentie de debatten vrii
zullen zijn, maar welker conclusiën geen en
kele der betrokken staten zullen binden
tenzij de kiezers hunne toestemming verleïud
hebben aan het ontworpen plan." Dat brachl
m e twee verkiezingen en twee trappen in
de fiscale onikeering: 1. eene verkiezing die
toestemming verleent tot de conferentie, 2.
eene tweede verkiezing, die het besluit van
de confrentie al of niet goedkeurt. Wanneer
de conferentie in 1906 de fiscale kwestie be
handelt, dan zal een van deze beide trappen
opgeheven worden, en dat ergert de opposi
tie, te meer omdat de heer Chamberlain het
goedkeurt, die vindt, dat een van de beide
verkiezingen overbodig is.
Het gebrek aan memorie van den heer Bal
four heeft hem een leelijke part gespeeld,
maar hij heeft zeker niet de bedoeling gehad
het land of het huis te misleiden. Er is in
d;t. alles veel overdrijving. De heer Balfour
had ophelderingen kunnen geven, en de op
positie had hem daartoe gelegenheid moeten
geven, al moest zij daarop een uurtje langer
wachten.
Zij wil nu eene motie van afkeuring voor
stellen. Het zij zoo. Die motie zal worden
verworpen, evenals de vorigen, en de regee
ring zal de meerderheid hebben."
Dultschland.
Berlijn, 29 Mei. Het huis van afgevaar
digden heeft bet wetsontwerp tegen het
stop zetten van mijnen bij derde lezing aan
genomen overeenkomstig die voordracht der
regeering, behoudens geringe veranderingen.
Engeland.
Londen29 Mei. Acland Hood deelde
in het Lagerhuis mede, dat Balfour lijdende
is aan een hevige verkoudheid, die hem nood
zaakt het bed te houden. Hij zou niet in
staat zijn om de eerste twee of drie dagen
in het Huis fe verschijnen, zoodat daarom
de debatten over dc motie van afkeuring
moeten worden uitgesteld.
Zweden en Noorwegen.
De zitting van den staatsraad, waarin de
Koning de bekrachtiging van de wet op den
Noorweegschen consul ai ren dienst weigerde,
werd in het slot te Stockholm gehouden.
Nadat ieder lid van de Noorwecgsohe afdee-
linsr van den staatsraad1 den Koning dringend
had aangeraden de wet te bekrachtigen, laa
de Koning eene verklaring voor, waarin met
een beroep op het in de zitting van den
staatsraad van 5 April door den kroonprins-
regent gedane voorstel om nieuwe onder
handelingen over de consulaat kwestie te be
ginnen, gezegd werd, dat de gemeenschap
pelijke consulaire dienst niet zonder we
de rzijdscbe overeenkomst kan worden opge
heven en dat de bestaande regeling door
een besluit van den gemeensahappelrïken
staatsraad is ingesteld. De Koning wijst er
verder op, dat de grondwet hem het redht
toekent de wet niet te bekrachtigen, en ein
digt „Het is mijne en-en groote liefde voor
mijne beide volken, die 't mij tot plicht
maakt dit recht uit te oefenen."
Nadat de Koning deze verklaring had
voorgelezen, boden de leden van den staats
raad hun ontslag aan, waarop de Koning
antwoordde, dat hij dit niet aannam, om
dat het duidelijk was, dat er thans geen
andere regeering kon worden gevormd. De
leden van den staatsraad verklaarden daar
op, dat zij bij hun verzoek volhardden.
Servië.
Belgrado, 29 Mei. Kolonel Massa Anto-
nitch is tot minister van oorlog benoemd in
de plaats van Giglovitch. die ziek is.
De ukase, waarbijl het nieuwe kabinet wordt
benoemd, is heden versohenen.
Rusland.
Over de moordtooneelen te Nakitschewan
wo- Jt aan de Temps bericht, dat zij nog ver
schrikkelijker zijn dan die te Bakoe. Al de
Armenische winkels, in den strikten zin van
het woord, zijn in brand gestoken en ge
plunderd. De stad verkeert in staat van
beleg en die levensmiddelen ontbreken. De
moorden breiden zidh uit tot de naburige
dorpen. De politie weigert elke ondersteu
ning aan de Armeniërs. Hun nood is hart
verscheurend; eene invasie van sprinkha
nen 's dien nog komen vermeerderen.
Kreta.
De Kamer van Kreta heeft een oommis
sie benoemd, die zal moeten onderhandelen
met de leiders der opstandelingen en deze
tot het neerleggen der wapens zal moeten
bewegen.
De opstandelingen hebben in bet buiten
land eene leening van 1000 j>. st. gesloten
en waar zij maar kunnen, heffen zij belaa
tingen.
Volgens den Times-oorreaponodent wordt
de toestand ernstiger en worden nieuwe En
gelsohe oorlogsschepen verwacht.
De oorlog in Ooot-Azië.
Van den oorlog «ju de volgende berichUn
De correspondent van de Times te Pe
tersburg beroht, dat, volgens de door hem
aan het departement van buitenlandsche za
ken bekomen inlichtingen, de krijgsverrich
tingen in Mandsjoerije weldra een geheel
nieuwe phase zullen intreden. De Russische
troepen zullen Mongolië binnendringen, om
aan do omtrekkende beweging, die de Ja
panners zouden zijn begonnen, te ontkomen.
Te Peking worden hieromtrent diplomar
tieke onderhandelingen gevoerd. Rusland
zou nl. sedert de krijgsverrichtingen ten
noorden van Moekden zijn begonnen, tot
de opvatting zijn gekomen, dat de grens
van Mongolië die op zijn eigen stafkaarten
90 K.M. ten westen van Tjeling loopt, te
onbepaald »s, en het drong er daarom bij
de Chineesche regeering op aan de grens
vast te stellen op een afstand van 30 K.M.
ten westen van Tjeling. Hierdoor zou
den Japanners het omtrekken van den
Rusischen linkervleugel zoo goed als on
mogelijk worden gemaakt. Japan nam
eerst van dit Russische voorstel niet de
minste notitie, maar Rusland had later te
Peking weder op antwoord aangedron
gen en de Chineesche regeering dezer
dagen kennis gegeven, dat het tegenover
het stilzwijgen van Japan zich gerechtigd
acht de noodige stappen te doen tot behar
tiging van zijn belangen en ook Russische
troepen dus het Mongool9ohe gebied te la
ten inrukken. Te Peking zou door deze hou
ding van Rusland in diplomatieke kringen
groote ongerustheid zijn gewekt, daar men
vrees dat dit een eerste stap zou zijn ter
yerdeeling van China, die tot ernstige ge
volgen zou kunnnen leiden
Washington, 29 Mei.. In den loop van dezen
morgen werd geseind, dat. Togo Zaterdag oen
groote overwinning heeft behaald. Een slag
schip van het type Borodino is gezonken. Vier
andere groote schepen zonken eveneens, eni
twee of drie schepen zijn genomen.
Er wordt bijgevoegd, dat alle groote sche
pen der Japanners ongedeerd uit den slag
zijn gekomen.
Tokio, 29 Mei. 2.15 namiddags. (Regeerings-
bericht.) De vloot van Rodjes-
twensky is feitelijk vernie
tigd- Twaalf oorlogsschepen zijn in den
grond geboord of vermeesterd. Twee trans
portschepen en twee torpedojagers zijn even
eens in den grond geboord.
Tokio, 29 Mei(2 uur s nachts). De vol
gende Russische schepen zijn in den grond
geboordde pantserschepen Borodino en Im
perator Alexander ill; de gepantserde krui
sers Admiraal Nakhimoff, Dimitri Donskoi en
Vladimir Moncmakhhet kustverdedigings
vaartuig Admiraal Onbkahoff; de be.cherm-
de kruisers Svietlana en Zemcbug en de
transportschepen Kamchatka en Irtessim.
De Japanners namen tv.ee pantserschepen,
de Orel en de N»colaas II en do kust"erdedi-
gingsvaartuigen Admiraal Seniavin en Gene-
raal-admiraal Aprascin, totaal 10 9dhepen in
den grond geboord en 4 genomen.
Petersburg, 29 Mei. (Petersburgsch Tele
graaf-agentschap). Uit Sjanghai wordt v»a
■heden avond half aciht bericht, dat daar
tijding is ontvangen, dat zeven Japin«che
schepen, waaronder twee pantseredhepen, en
vier Ruseiadhe schepen in den grond zijn
geboord. Hier heerscht de overtuiging, dat
de Japanners de officieele berichten van
Rodjestwensky uit Wladiwostok afwachten
en zoolang de bekendmaking van hiunme
verlieaeD achterwege laten.
Parijs, 29 Mei. Het bureau Havaa ontving
een telegram uit Tokio, van 3 uur in den
namiddag, luidende, dat admiraal Nebogatow
en drie duizend schepelingen! krijgsgevangen
zijn gemaakt.
Rodjestwensky schijpt ontkomen te zijn.
De slag begon Zaterdagmorgen.
De vervolging wordt voortgezet.
Londen29 Mei. Het Japanache gezant
schap maakt een reeks telegrammen van ad
miraal Togo bekend, waarin wordt bericht
dat de vereenigde Japansche eskaders de
Oostzee vloot aanvielen den 2 7sten dicht bij
Okosjima. Zij boorde minstens vier schepen
in den grond, terwijl de Japansche schepen
slechts weinig belangrijke schade leden. Na
zonsondergang werden torpedo-aanvallen on
dernomen. Den 28ston begon het hoofdeska
der een nieuwen aanvalverscheidene Russi
sche schepen werden toen genoodzaakt zich
over te geven.
De Russische verliezen bedragen twee linie
schepen, een kust verdediger, vijf kruisers,
twee schepen voor speciale diensten, drie tor-
pedonvernielers, die gezonken zijnvoorts
twee linieschepen, twee kustverdedigers, eem
schip voor speciale diensten en een torpedo-
vernieler, die genomen werden.
Washington, 29 Mei. De Japansche ge
zant Takahira ontving van zijne regeering
een kabeltelegram, inhoudende, dat, hoewel
nadere bijzonderheden nog ontbreken, toch
reeds vaststaat, dat de overwinning der Ja
panners volkomen en overweldigend is.
Washington, 29 Mei. Een aan het departe
ment van marine ontvangen telegram meldt,
dat den 27., om 6 uur 's ochtends, tusschen
Goto-eiland en Quelpart-eiland bij Korea, de
Russische vloot is gezien. De „Zemtsjoeg"
voer voorop, leidende in dubbele colonne de
„Borodino", „Orel", ..Soewarof„Alexan
der", „Osljabja", „Veliky", „Navarin", „Nico-
lai" aan stuurboord, en de „Nakhimof",
„Oesjakof", „Senjawin", „Apraxin" en an
dere kruisers aan bakboord.
Washington, 29 Mei. De gezant van de
Vereenigde Staten te Tokio Griscom, seint
heden morgenAdmiraal Togo beriaht over
een groote overwinning, die Zaterdag werd
behaald. Een schip van het Borodino-type
benevens vier andere groote re schepen zon
ken, twee of drie anderen werden genomen.
Alle groote Japansche slagschepen bleven on
gedeerd. De heer Griscom deelt verder mede,
dat het gevecht Zondag nog voortduurde.
Een officieel telegram uit Tokio bericht:
Togo meldt aan de regeering, dat de totale
verliezen, die de Russische vloot Zaterdag en
Zondag leed, waren: twee linieschepen, één
gepantserde kustverdedigcr, vijf kruisers,
twee schepen voor speciale dienstan, drie tor-
depovernielers, die alle zonken. Verder wer
den nog genomentwee linieschepen, twee
gepantserde kustverdedigers, één schip voor
speciale diensten, één torpedovernieler. Er
72 Roman van
MORITZ VON REICIIENBACH.
Dc klerk verdween eu trok de deur toe.
Het maakte hem zoo gelukkig, een geheim
met juffrouw Nanni te hebben, dat hij daar
door al het vreemde, dat er in 'fbesluit zelf
om zoo opeens op reis te gaan, gelegen was,
gelieel over het hoofd zag. Hij kon iets doen
om juffrouw Nanni welgevallig te zijn en zij
had hom geheimhouding gevraagd. Dat was
geiiceg om al zijn gedachten bezTg te hou
den
In vliegenden haast pakte Nanni nu een'g
linnengoed in en wat zij verder meende
noodig to hebben, stak haar geld bij zich,
en spoedde zidh toen de trappen af can zich
door het park naar het koetshuis te begeven.
De koetsier stond juist gereed om op den
bok te klimmen, de paarden stampten onge
duldig op den grond en de gedienstige klerk
opende haastig het portier en zag nog even
naar juffrouw Nanni om, toen deze, bu'ten
adem van het harde loopen, op den reiswa
gen toetrad.
De koetsier nam zijn hoogen zetel in,
Nanni verdween in 't rijtuig, de klerk sloot
iliet portier, groette met een diepe buiging,
die helaas niet werd opgemerkt of althans
niet werd gewaardeerd, en weg rolde het voer.
tuig.
Op de wanhoop over het verlies van den
geliefde wa& bij Nanni een stijfhoofdige wre
vel gevolgd, een wilde drang tot verzet.
Egbert had niet eens bemerkt, dat zij
plotseling was weggeloopen, terwijl hij met
de prinses, wier handen hij drukte, maar
aanhoudend stond te praten welnu, hij
zou nu dan toch genoodzaakt worden oan
over de drijflveeren van haar, Nanni's doen
en laten, altihans eenigermate na te denken.
Hoe die twee zouden schrikken, hij zoowel
als de prinses, wanneer 'thun bleek, dat zij
hen had doorgrond, dat zij hen had voorko
men Ze hadden zeker gedacht, dat zij maar
rustig zou toezien, 'hoe gelukkig anderen wa
ren O neen, neen, liever met één slag aan
die wanhopige geschiedenis een einde ge
maakt, dan onder angstig wikken en wegien
zich nog nader te moeten overtuigen van
iets, dat zij reeds al te goed wistHoe slecht
was .het geweest van Eigbert en van de prin
ses, haar zoo lang te hebben bedrogen al
te slecht' Maar zij zouden nu ervaren, dat
Nanni hun. spel geheel en al had doorzien
Zij ruimde het veld, zij ging hun uit den
weg, naar Matthcs toe, die naar haar verlangt,
de er mocht dan met haar gebeuren, wat
er wilde, misschien zou zij ziek wordeni en
sterven: wat kon. 'thaar schelen? Beter
do'd uan zoo ongelukkig!
Met al de kracht die in haar was, streed zij
tegen haar verdriet en dan overviel haar
plotseling weder het bewustzijn van al haar
leed met overweldigende macht en sprongen
haar de tranen in de oogen. Dtan viel zij ach
terover tegen de kussens van het rijtuig en
kon zij niet meer helder denken en. tot geen
bepaald besluit geraken. Zij vond niets dan
tranen, altijd weer opnieuw.
Het ratelen der wielen over het hobbelig
plaveisel der stad dwong haar, zich op te rich
ten.
De koetsder wendde het hoofd om en vroeg
haar, waar zij wilde uitstappen en waai- hij
haar moest komen afhalen. Hij. noemde haar
daarbij het logement, waar hij gewoonlijk uit
spande.
„Ga dam daar maar naar itoe, over een uur
zal ik wel met mijim boodschappen klaar zijn,"
antwoordde Nanni.
Het rijtuig h;eld stil en zij stapte er uit.
met haar reistaschje in de hand. En toen zij
zoo eensklaps weder genoodzaakt werd te
handelen, was 'took met haar besluiteloc*-
he:d gedaan. Thans nog terugkeeren, weder
voor de prinses en E|gbert te mioeten ver
schijnen o neen, dat was onmogelijk, dat
kon zij1 niet doenVoorwaarts dus, voor
waarts, zonder zich om 't verladen te bekom
meren.
HOOFDSTUK XXVII.
Genadige heer Graaf!
Alleronderdanagst vraag ik om verschoo
ning, oat ik de vrijheid neem mij tot miju-
heer te wlenden, maar ik; weet er geen andefrt
middel op, en mijnheer zou zeker zelf zeg
gen „ja, hier moet ik helpen 1" als mijnhoor
namelijk hier was. Maar de zaak is deze, dat
het, zooals 't nu gaat, niet langer gaan kan,
of mijn „hoogheid" gaat er zelf onderdoor.
Nu wil ik mijnheer vertellen, wat voor on
gelukken wij gehad heibbcn. Om te begin
nen moet ik u zeggen, dat ik goed en wel
met mijn hoogheid, met mevrouw Von Hol
lede en met de jonge juffrouw Nanni, d'"e
wijl uit Neurenberg hadden medegenomen,
alhier 'ben aangekomen en dat hier op het
oog alles ook scheen in orde te zijn en dat
mijnbeer de secretaris Lewoeky, die uit Ber
lijn was vooruit gestuurd, ons ontving en als
altijd eem vloed van woorden had om de
prinses zijn respect te betuigen. Nu, dat Was
nog geeu ongeluk, maar dat komt zoo met
een.
Toen wij /hier een paar dagen waren, vond
ik toch, dat alles n>et zoo heel mooi in orde
was en verbeeldde ik mij al, dat het met de
zaken van den paohter Lewoaky in 't bijlzon
der niet recht plui6 moest zijn. Niet waar,
een mensch, die zijn oogen en zijn ooren
den kost geeft, vangt zoo nu en dan wel
eens iets op, dat hom veel te denken geeft!
Maar onze hoogheid merkte daarvan niets,
want zij had mijnheer Eglbert uit Rome bij
haar gevraagd en had het aldoor even druk
met de verrassing, die zij juffrouw Nanni,
die zooveel als de aanstaande van mijbheer
Egbert is, wilde bereiden. Hoogheid bemoei
de zich du3 maar zoowat allecm met dat ge
heimpje, waarbij zij mij evenwel toch ook in
het vertrouwen nam en ik moest den koet
sier waarschuwen, dat hij met het rijtuig
langt? de eikenlaan en het eiken-pniëcl lcwam
waar dan juffrouw Nanni door de komst
van den jongen schilder zou verrast, worden.
Nu, de verrassing kwatm Wel, maar heel
anders dan wij gedacht hadden. Om het kort
te maken, de pachter Lewoeky had zich
dienzelfden morgen voor het hoofd gescho
ten en mijnheer de secretaris had over de
grenzen het hazenpad gekozen. „Familieaan
gelegenheden" zegt mijn hoogheid, omdat
zij een engel van een mensch is en op den
famil:enaam van de LeWosky'6 geen scnande
wil laden, maar ik weet het beter. De een
pleegde zelfmoord en de ander is gevlucht,
omdat zij alle twee mijn hoogheid bedrogen
hadden en op stuk van zaken geen raad
meer wisten. En de jonge beer von Lewosky
is een heeil lichtzinnig heerschap geweest,
die als luitenant zijn ontslag uit den dienst
heeft moeten nemen, en d>e kwam ook al op
Chlopodwticko, zoo maar op eens, en volgen»
het zeggen, moet hij zien voor onze hoog
heid op de knieën geworpen en haar, de
hemel nrag weten wat al niet, bezworen heb
ben.
Het eind van de geechiedenis was, dat
mijn hoogheid hem en zijn moeder, die zidh
niet van haar zoo wilde sdhedden, een zekere
som voor reisgeld heeft gegeven en dat die
twee naar Amerika zijn vertrokken.
Van de Lewiosky's zijn we dus voor goedi
vcrloet, maar nu zit mijn hoogheid met al
het land. de pachthoeven, bet werkvolk en
al de administratie en de rekeningen in
haar maag en het een is al grooter warboel
dan het andere. Zoo oppervlakkig gezien,
zou men zeggen, dat het niet te doen is voor
een mensch om dat alles weer op orde te
brengen. Den moed verliest mijn hoogheid
er evenwel niet zoo gemakkelijk bij, maar
wat kan zij dben? Zij roept de opzichters,
de bazen en de onderbazen bijl elkaar en
.bespreekt dan met hen de verschil lende
werkzaamheden op het land en in de schu
ren zij zit te paard en rijdt den ganschen
dag rond om overal orde op zaken te 9t«IIen.
Wordt rsnolgd.