38. 4de Jaargang. Maandag 7 Augustus 1905. BUITENLAND. FEUILLETON.^ Speelbal van Wind en Golven. ABONNEMENTSPRIJS Per 3 maanden voor Amersfoort f 1.25. Idem franco per post- 1.75. Afzonderlijke nummers0.05. Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Advertentiën, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur 'b morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PKIJ8 DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels0.75» Elke regel meer- 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement -Eena circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De vredesonderhandelingen. Het heeft verscheidene weken geduurd, voordat het voorbereidende werk voltooid was, dat de aanneming meebracht van de uitnoodiging, door president Roosevelt tot de beide strijdende partijen, gericht, om samen van gedachten te wisselen over de mogelijk heid om tot het herstel van den vrede te geraken. Maar nu zijn de gevolmachtigden van Rusla.no en Japan dan toch bijeen in de Amerikaanfche havenstad Portsmouth, om te onderhandelen over het sluiten van den vrede. Heden houden zij daar hunne eerste samen komst. Met spaaning wordt uitgezien naar het resultaat van deze onderhandelingen. Niet omdat men al te ongerust behoeft te zijn, hoo do einduitslag zal zijn Voor Japan is het einde van den oorlog in liooge mate ge- weuficht. Voor Rusland is het ecne droevige noodzakelijkheid vrede te sluiten. De weinige weken, die verloopen zijn sedert de aanneming van Roosevelt's uitnoodiging, hebben dat voor ieder duidelijk gemaakt. In dien tijd valt de verovering van het eiland Sachalin door de Japanners. Schier zonder slag of stoot hebben de Russen zich hier *n het on vermijdelijke moeten schikken den 31en Juli heeft de gouverneur van het eiland zich met wat hem aan troepen restte, overgegeven. Ook wat op het tegenover Sachalin gelegen vaste land voorvalt, duidt aan, dat als de oorlog nog langer duurt het gebied van den Amoer- moud spoedig het lot van Sachalin zal volgen. Slechts door zoo spoedig mogelijk vrede te sluiten, of althans de officieele staking van de vijandelijkheden te bewerken, kan Rus land ontkomen aan het voldongen feit, dat zijn kustgebied aan den Grooten oceaan go- heel in Japansck bezit is overgegaan. De schoonste overwinningen, die Linewitsch mo gelijk nog zou kunnen behalen in Mandsjoe- rije, zouden niet in 9taat zijn dat feit te niet te doen. De toestand is dus deze, dat als de oorlog onverhoopt mocht worden voortgezet, voor Rusland nieuwe verliezen met zekerheid zijn te verwachten, en daartegenover de voordeelen, die bet zou kunnen behalen van slechts twijfelachtig nut zijn. Inderdaad, het gezond verstand schrijft Rusland gebiedend voor dezen oorlog, waarin het niets dan rampen heeft ondervonden, te beëindigen. Wanneer men dit in het oog houdt, dan zal men niet te veel gewicht hechten aan de pessimistische berichten, die in de laatste da gen uit New-York en uit Petersburg zijn gekomen Van Japansche zijde tracht men den indruk te verwekken, dat Japan zeer matige vredesvoorwaarden zal stellen en dat het dus niet de schuld van. Japan zal zijn, wanneer de vrede niet mocht tot stand komen. In Rusland kan men zich nog niet schikken n de gedachte, eene oorlogsschadevergoeding te moeten betalen, en de Czaar zelf heeft voor een paar dagen nog verklaard, dat hij nooit „een vernederenden of het groote Rusland on- waardigen vrede zal sluiten". De vraag is echter wat als „vernederend" en als „onwaar dig" is te beschouwen. Prins Mestsjerski merkt in de Grashdanin op, dat Peter do Groote toch zeker de eer van Rusland beter begrepen heeft, dan de „bouillants Achilles" van de pers, maar dat dit hem toch niet heeft belet, zich bij Narwa en aan de Pruth voor overwonnen te verklaren en toe te stem men in vredesvoorwaarden, omdat hij begreep, dat Rusland niet beleed'gd is en dat het door een enkelen ongeluikkigen oor log niet te niet kan gaan. Alexander I heeft den vrede van Tilsit, Alexander n den vrede van Parijs gesloten. De Japanners heb ben Rusland niet beleedigd e.n het op deze wijze tot den oorlog gedwongenintegendeel, zij hebben, terwijl zij zicb tot den oorlog voor' ereidden, naar de mogelijkheid gezocht hem to vermijden door zich vreedzaam met Rusland te verstaan. Bijgevolg kan, wanneer het oorlogsgeluk aan hunne zijde geweest is, de eer van Rusland niet alleen niet lijden onder een vrede, die steunt op de erkenning, dat Rusland overwonnen is, maar zij zal zich integendeel verhooge.n als nationaal gevoel, „wanneer wij voor de gansche wereld onze verplichting erkennen, ons tot redding van den staat en tot zijne wedergeboorte te onder werpen aan den last van den vrede, om door de zwaarte van het oogenblik eene lichte toe komst te koopen." Het is niet zonder beteekenig, wanneer een goed conservatief Russisch blad, zooals de Grashdanin is, verklaart, dat Rusland door Japan volstrekt niet beleedigd is. En in ver band daarmee verdient de verklaring a© aan dacht, die de Russische vedesonderhandelaar, do heer Witte, toen hij den voet zette op den Amerikaanschen grond om daar over het herstel van den vrede te onderhandelen, door tusschenkomst van prof. von Martens aan -Je tot zijne ontvangst gereed staande dagblad schrijvers heeft afgelegd. Daarin komen deze zeer opmerkelijke woorden voor: „Ik merk uitdrukkelijk op, dat het mijn ernstigste wensch is, dat elke der beide ridderlijke na tiën, die hunne eerste nadere kennismaking op net slagveld maakten., bij de andere eigen schappen, die te waardeeren zijn, moge heb ben ontdekt, waardoor zij zullen worden be wogen deze kennismaking verder aan te hou den, totdat zij zich tot duurzame vriendschap ontwikkelt." Bedriegen wij ons niet, dan is dat de hand der verzoening, die door Rusland aan Japan wordt toegestoken en die, nog voordat de vrede is gesloten, het uitzicht opent op de betere toekomst, die daarachter ligt en waarin een duurzame vriendschap» betrekking de beide voormalige vijanden zal vereenigen. Wanneer dat de gezindheid is, waarmee Ruslands eerste gevolmachtigde zich begeeft naar de zaal, waar hij de Japansche vredesgemaehtigden zal ontmoeten, dan mag men aannemen, dat de formule wel te vinden zal zijn. die het herstel van den vrede moge lijk zal maken. Frankrijk en Rusland. Het bericht, dat Frankrijk en Rusland het samen eens geworden zijn over een nieuw han delsverdrag, kan nog aangevuld worden in dien zin, dat Fraukrijk zich verbindt de rech ten, bestaande op de goederen, waarbij Rus land belang heeft, onveranderlijk vast te stel len en geen rechten te heffen op die, welke t-hans vrij worden ingevoerd. Rusland doet verschillende concession op het tarief betref fende wijnen, geestrijke dranken, reukwaren en aromatische wateren, zeep, handschoenen, schoenen, hoeden en kaas, uit Frankrijk 'n- gevoerd. Noorwegen. Volgens een bericht uit Kopenhagen komt de candidatuur van prius Karei van Dene marken voor den troon van Noorwegen meer op den voorgrond. Verscheidene Noorwegers, waaronder Nansen, zijn te Kopenhagen in dien zin werkzaam. Van eene beslissing kan echter vooreerst geen sprake zijn, reeds om dynastieke redenen, zoolang Koning Oskar niet do aanbieding van don troon voor een prius uit het Zrweedsche koningshuis defini tief geweigerd heeft. Rusland. Over de beraadslagingen, die thans te Pe terhof gevoerd worden over het gewijzigde plan tot samenstelling eener nationale ver gadering, bericht de correspondent van de Temps Den len Augustus heeft in het paleis te Peterhof de eerste zitting plaats gehad van eene buitengewone vergadering, die onder voorzitterschap van den Keizer is bijeenge roepen tot behandeling van het ontwerp- Boelygin. Zeven grootvorsten, het geheele minister-comité met graaf Solski als voorzit ter, bijna alle leden van den rijksraad, drie senatoren en de professoren Kloetsjewinski en Paw low namen deel aan de conferentie. Na het opdragen van eene mis, waarin vader Johannes van Kroonstad voorging, ver- k'aarde de Keizer de zitting voor geopend; hij noodigde de aanwezigen uit zich vrij uit to spreken over het voorgestelde ontwerp. De meerderheid der leden verklaarden zicli aan stonds ten gunste der hervorming, maar do hedren Pobjedonoszew, Manoektin en graaf Lamsdnrff hebben zich verklaard tegen de bijeenroeping op dit tijdstip van de rijks- dcema. De beraadslagingen van de volgende dagen zullen slechts loopen over detailpunten, en aan de beginselen, waarop het verkiezings stelsel van den heer Boelygin rust, zal niet meer getornd worden. Om het einde van de werkzaam heden te verhaasten, zullen de leden van do conferentie niet naar Petersburg terug- keerenzij zullen te Peterhof blijven tot aan den dag der afkondiging van de ukase, <"e steeds wordt verwacht op den 12en Augus tus, den dag der geboorte van de Cesarewitsch. Nader bericht deze correspondent, dat de hoeren Pobjedanoszew en Stichinski er tot dusver niet in geslaagd zijn de debatten in een reactionairen zin te sturen. Naar verluidt, zou de kiesoensus nog verminderd zijn. Op deze verzekering is men in Petersburg hoopvol ge stemd men beschouwt de samensteling als verzekerd van eene nationale vergadering, waardoor het land zonder schokken en zon der binnenlandsche rampen zal komen tot ©ene grondwet en tob den vooruitgang. In- tusschen doet de Birshewija Wjedomosti op merken, dat de agrarische kwestie dreigend zal blijven, en constateert de Russ, dat een zoo verschrikkelijke hongersnood als die van 1891 den toestand zeer ingewikkeld zou ma- k.n. Volgens een bericht van Reuter uit Peters burg, is in deze beraadslagingen het plan in hoofdzaak onveranderd gebleven. Dé krach tige bestrijding van het ontwerp door Pobjc- donoszew, die aanvoerde dat het den genade slag zou toebrengen aan het autocratiscl 3 stelsel, heeft niet mogen baten. Als een warme verdediger van de invoering van hervormin gen heeft zich doen kennenTrepow. De Czaar blijft bij zijn gevoelen, dat alleen het begin van een tijd van vrijheid den binnen- landschen vrede zal herstellen. Het dagelij ksch bestuur van het zemstwo- congres heeft de oproepingen verzonden voor het oongres, dat den 24en Augustus te Mos kou zal worden gehouden. Aan dit congres zullen, behalve de gemachtigden van de zemstwo's en de steden, vier afgevaardigden deelnemen van iedere provincie, die nog goen zemstwo bezit. Het doel van het congres is, dé door het plan-Boelygin voorgestelde her vormingen te onderzoeken en de logische ge volgen, die het zal hebben, te bespreken. Volgens de Slowo zullen de oonferentiën te Peterhof nog een dag of veertien aanhou den. Het keizerlijke manifest, dat daaruit zal voortvloeien, zal niet op den verjaardag van den kroonprins verschijnen, maar eerst den 19en Augustus. Dus in ieder geval nog vóór het congres van 24 Augustus. Do Nasha, Shisn, opkomende tegen do pogin gen van regeeringswege tot vergoelijking van do berichten der dagbladen over den slechten oogst, deelt nader mede, dat verscheidene provinciën, inzonderheid Woronesoh, geheel met hongersnood geslagen zijn en de zomstwo van de provincie Rjasau de noodzakelijkheid erkend heeft de slachtoffers van leeftocht te voorzien. Talrijke districten in de provinciën Toela, Orel en Saratow zijn getroffen door misge was van winter- en voorjaarskoren; ook daar heersoht een ware hongersnood. Moskou, 5 Aug. De moordenaar van den Moskouschen prefect van politie Schoewalow, Koobkowsky, is heden door den krijgsraad tot den dood door ophanging veroordeeld. Hclsingfors, 5 Aug. Do senaat van Finland had in een verzoekschrift aan den Keizer er op g -wezen, dat de door de regeering voor- gr nomen onttrekking van de politieke mis drijven aan do competentie van de plaatse lijke rechtbanken, om ze te verwijzen naar R .-ssische militaire rechtbanken, in strijd is met de grondewt- van Finland, daar de dood straf, zooals de militaire rechtbank kan uit spreken, sedert 1825 niet is toegepast. Toen bede- bekend werd, dat de Keizer het ver zoekschrift had geweigerd, kwamen vertegen woordigers van de arbeiderspartijen bijeen en besloten eenstemmig, na een aantal scherpe, verbitterde redevoeringen, te zullen protestee ren tsgen de maatregelen van de regeering, waaruit ernstige en noodlottige gevolgen drei gen te ontstaan. Eerstdaags zal eene groote oetooging worden gehouden. Turkije* De Bulgaarsche regeering heeft hare toe stemming verleend tot de opneming van het woord Oost-Rumelië in de met Turkije te sluiten post- en telegraafovereenkomst. De weigering van Bulgarije om Oost-Ru mei ië af zonderlijk te vermelden, had tot dusver het tot stand komen van de overeenkomst ver traagd. Een man van Finsche nationaliteit, die ge houden wordt voor den dader van den moord aanslag op den Sultan van Turkije is, in weerwil van do zorgen der politie te Belgra do, er in geslaagd de grens tusschen Servië en Hongarije te passeeren. Een ander bericht, uit Wecnen afkomstig, zegt daarentegen weer, dat een der als ver dacht gearresteerden heeft medegedeeld, dat de daders een Russisch Armeniër, een Bulgaar en een Turk geweest zijn, en dat ze na den aanslag op een Engelsch schip gevlucht zou den zijn. Het rechte weet men er nog altijd niet van. Vereenigde Staten. New-Orleam, 5 Aug. De chef van het marine-hospitaal verklaart, dat er minstens veertig geneesheeren nood-ig zijn om maatrege len te nemen tegen de gele koorts. Washington, 5 Aug. De chef van den genees kundigen dienst Wyman heeft ee,n telegram van president Roosevelt ontvangen, waarin hem wordt bevolen alles te doen wat in zijne macht is om aan den toestand in New-Orlcans het hoofd te bieden. Afrika. Berlijn, 5 Aug. De Norddeutsche Allgem. Ztg. schrijft: Volgens een telegram van den Ke'zerlijkon gouverneur van Duitsoh-Oostr Afrika zijn onder de inboorlingen van do Matoembis, noordelijk van Kilwa, onlusten uitgebroken, waarvan de oorzaak nog niet volledig opgehelderd is. In het aan de kust gelegen plaatsje Sa- manga zijn verscheidene huizen door de in boorlingen verbrand. Tot onderdrukking der onlusten, die, naar de gouverneur met na druk verklaart, van lokaal karakter zijn, zijn de beide compagnieën uit Lindi on Dar-es- Salam naar Kilwa gezonden. De oorlog in Oost-Azië. Van den oorlog sijn de volgende berichten Het reeds vermelde adres van de doema van Chabarowsk (Siberië) waarin den Czaar wordt verzocht niet eerder vrede te sluiten „dan tot het taaie verzet van den vijand gebroken is", zegt tot ondersteuning van dit verzoek „Wij zijn overtuigd, dat deze vij and reeds de laatste krachten inspant en de laatste eigen en geleende middelen verbruikt terwijl de krachten van Rusland nog lang niet uitgeput zijn. Zooals ons bokend is, dorsten uwe troepen naar de overwinning en zijn gereed te zegevieren. Wij, uwe trouwe, onderdanige inwoners van Chabarowsk, zijn, ondanks de nabijheid van het gevaar en zwaro ontberingen, gezind tot het einde lijdzaam to zijn, en goed en bloed op te offeren voor het welzijn van het vaderland. Wij kunnen ons de gedachte niet voorstellen, dat het Russische rijk zich voor overwonnen verklaart en in gaat op gobiedsafstand en op de bepaling van eene oorlogsschadevergoeding. Geen voet breeds Russischen grond en geen roebel schadevergoeding dat is de eenigo moge lijke grondslag voor het begin van vredes- o nderhandelingen Op dit adres heeft de Czaar den 3öen Juli eigenhandig de kantteekening gezet..1 - deel geheel de gevoelens, die de doema van Chabarowsk bezielen, en ik dank haar." De Japansche legatie ontving heden het volgende telegram ut Tokio: Het leger op Sachalin rapporteerteen ca- valeriekorps, onafhankelijk van de hoofd macht opereerende, viel den vijand» aan en dreef hem op de vlucht ten zuiden van Paleo, in den namiddag van* den 28sten, waarbij twee stukken veldgeschut, benevens ammuni- tiewagens, geweren en schietvoorraad worden buitgemaakt. Den 29sten trok dezelfde macht, samenwer kende met versterkingen, op vervolging van den vijand uit naar het zuiden van Tauran. Om 5 uur 's namiddags van den 30sten kwam een parlementair van den vijand met een schrijven van generaal Liapunov, militair gou verneur, geadresseerd aan oen bevelhebber van het leger, waarin stond» dat gebrek aan kleederen, medicijnen, en de onmogelijkheid om de gewonden te verplegen, generaal Liapu nov dwong, om redenen van humaniteit be ëindiging der vijan de 1 ijk heden te verzoeken. De commandant van het leger antwoordde dat alle militaire voorraden, alle roerende en on roerende goederen behoorende aan de regee ring en alle bescheiden met betrekking tot 37 BOHAN VAN ANNA WAIILENBERG. Hiji ging er been 'n de lioop dat zijne moe der d'e stoornis in hunne verhouding te hin derlijk vond en daarom ecne toenadering wenschte; maar reeds bij zijn binnenkomen zag hiji dat dit niet het geval was. Na een kort© wedei-zijdsche .begroeting, ging zij: naar de schrijftafel en nam daaruit een opengebroken brief, dien zij beon niet een stroeve uitdrukking op het gelaat over handigde. „Dezen wilde ik je laten lezen; dan kun je allthans ook van een andere zijde dan van Svanelund hooren wie zij) is, die jij, voor een arm, vervolgd onsichuldje houdt." Zijtn eenig antwoord bestond uit een min achtend schouderophalen hij nam dén brief aan anet het voornemen dien ongelezen op die tafel te werpen. Maar 'het zou toch niet kwaad zijn te weten wie de nieuwe lasteraar of lasteraarster was; en na een© kortston dige aarzeling haalde hij den brief uit het omslag en las de onderteekening. Deze was van eene der tantes van Karl Edwin von Ilelert, van de ongetrouwde, uit zijne geboorteplaats. „Zoo-oo," zeidc hij, zijne moeder veront waardigd aanziende, „dus tot haar hebt u uw toevlucht genomen?" Hiji badi baar doorzien. De families von Helert en Grabe waren oude bekenden, en vooral was er voorheen een druk verkeer ge weest tusschen Sven's moedor en de beide tantes van Karl Edwin, in de kleine provin ciestad. Mevrouw Grabe wist dat Ada een poos bij hare vriendinnen in huis geweest was, en natuurlijk had zijl de gelegenheid, om over het jonge meisje iets naders te weten te ko men, niet ongebruikt willeu laten. Zij scheen nu eok door zijne opmerking getroffen te zijn en zat met het hoofd over haar borduur werk gebogen, terwijl hij dén brief keerde en wendde en dien ook inzag; want hij wil de nu toch weten wat die oude juffrouw to vertellen had. „Het is prachtig het is prachtig!" her haalde hiji onder het lezen, telkens met groo- ter verontwaardiging in zijn toon, tot hij ten laatste heb papier als ecu bal in elkaar frommelde en op den grond wierp. „Het is edelmoedig!" barstte hij uit. „Maar doe van mij de boodschap aan uwe lieve vriendinnen, die zooveel zorg hebben voor bet welzijn van jonge mannen, dat do wereld hare hulp waarschijnlijk minder noo- dig heeft dan zij denken. En u bedank ik nog eens bijzonder voor uwe welwillend heid Zoo ging hij nu teu tweedenmale, zonder afscheid te nemen, van zijne moeder, terwijl hij haar vroeger nooit verliet dan met lief kozingen, alsof hij nog een kleine jongen geweest was. Maar zij. liet hean zeer bedaard uit. „Ik wist wel dat je er boos om zoudt we zen, Sven," zeide zij; maar je zult er tooh nog wel eens over denken, en dat was alleen mijne bedoeling." „Er over deuken! Neen, lieve dames, die eer zal ik u niet bewijzen!" Hij» had den knop van de deur nog in de hand, toen hij dat zeide, etu nu sloeg hij deze met een bons achter zich dicht en sprong de stoep af, met een gevoel alsof hij stikken zou van boosheid en van walging. Maar met hoe veel wilskracht hij ook de gedachte aan dien afschuwelijken brief van zich afzette, toch kreeg zijne moeder in zekeren zin gelijk. Die brief vervolgde hem als een schaduw. Hij had zicb aan hem opgedrongen, zooals een valso' e toon in een gevoelig muziekaal oor blijft hangen om een telkens verdubbelde kracht te ontwikkelen. Men had toch niet meer of minder beweerd dan dat Ada, zijne Ada, het lieve meisje met het bekoorlijke, onschuldige gezichtje, dat hem kon aanzien alsof zij- zich met hart en ziel aan hem gaf, men had' beweerd, dat die een anderen man had1 liefgehad, en wel zóó innig dat zij er diep ongelukkig door geworden was; zóó hartstochtelijk, dat zelfs anderen het hadden opgemerkt. En niet een jaar geleden.; neen, vóór enkele maanden pas. Er werd1 gezegd dat zij hare liefde zóo duidelijk toonde, dat de bloedverwanten van het jonge mensch er zich mede hadden moeten bemoeien, en om zijnentwil maatregelen tot hare verwijdering hadden moeten nemen. Zij was toen zoo be droefd geweest, dat Ruth, die anders niet van een weekhartige natuur was, medelijden miet haar gekregen en haar mee naar Svane luud genomen had. O, had hij die schandelijke kwaadspreek ster, die dezen brief geschreven had, maar onder zijn bereik gehadHoe zou hij op deu grond hebben gestampt en haar voor „Leu genaarster" en „Lastertong" hebben uitge scholden Maar dit was nu niet zoo. Dde geheele ge schiedenis was 't niet waard dat hij er zich boos over maakte, en hij! zou er met gee n levende ziel over praten. Met dit flinke voornamen liep hij vlug naar een van zijne vrienden, met wien hij over zaken spreken moest, en ondér hun druk gesprek werd die onaangename geschie denis allengs naar den achtergrond gescho ven. Maar op straat teruggekomen, schoot hem plotseling iets in de gedachte. Wat had Ruth toch gezegd, dien middag, toen zij; op den sohommel gezeten haldden Ada was ben voorbij gegaan en hij kende haar toen nog niet en had haar voor een on- noozel gansje gehouden. Toen was Ruth boos geworden, en had haar verdédigd. Zij was „hartstochtelijk" had zij» immer gezegd, en wel op een toon alsof, volgons haar, de genegenheid van Ada levendiger en dieper waren dan die van andere monsclien. En zij had toen ook den schijn aangenomen of zij iets meer bepaalds van Ada wist. Wat was dat bepaalde iets geweest? Mis schien het zelfde geval waarop die gemeene brief zinspeeldè? Als hij het Ruth eens vroeg? Maar zoodra hij er aan dacht, hoe stijf zij hem voor een paar dagen, toen hij haar op het station tegenkwam, was voorbijgoloopem, begreep hij dit niet te kunnen doen. Zij was met een ijskoude buiging doorgeloopen en had onaniddéllijk een damescoupó opgezocht, zoodat hij niet bij haar kon instappen. Na tuurlijk wist zij wel waarom hij zoo dikwijls naar de stad ging en nooit meer op Svane- lund kwamen hoe zij: hierover dacht, stond duidelijk op haar gelaat te lezen. Neon, zij was de laatste aan wien hiji zijn twijfel kon mededeelen. „Twijfel I" Ruw schoof hij zijn hoed ver- dor achterover om aan het gloeiende voor hoofd meer lucht te gunnen. Wat had hij toch voor twijfel? Hij was immers een fatsoenlijk, ridderlijk man, dio eene vrouw of een meisje altijd in bescher ming nam, wanineer zij zijne hulp behoefde? En nu liep hij waarlijk zijn eigen meisje in zijn hart te beleedigen, in plaats van die ge heele geschiedenis eenvoudig over boord te wespen. Want natuurlijk moest die op een misverstand berusten. Dat moest nu uit zijn Met geen enkel woord zou hij haar la ten vermoeden, wat hij onlangs gehoord liad en hij zou ook wel oppassen dat zij heb niet aan hem zien kon. Toen hij op de afgesproken plaats kwam, waar Ada reeds op hean wachtte, was hiji we der even opgewekt ails voorheen. „Weet je wat, Ada," zeide hij in Óen adem met zijn groet, „vandaag heb ik besloten je te schaken. Vooruit, hier in de tram instap pen en niet vragenJe mag .niet weten waar wij! heen gaan. Toe, vlug instappen! Anders zet ik je er in. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1905 | | pagina 1