S» *69.
4de Jaargang.
Vrijdag 8 September 1905.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Vreemde Histories.
OORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS
Per 8 maanden voor Amersfoort f 1.25.
Idem franco per pont1.75.
Afzonderlijke nummers0.05.
Deze Courant verschijnt Dagelijks, met uitzondering van
Zon- en Feestdagen.
AdvertentiSn, mededeelingen enz., gelieve men vóór 10 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Utrechtschestraat 1. intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERXENTIËN:
f 0.75.
0.10.
Van 1—5 regels
Elke regel meer
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan voordelige bepalingen tot
het herhaald adverteeteri in dit Blad bij abonnement..Een»
circulaire, bevattende de voorwaarden," wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgeving.
De Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gezien art. 203 der wet van 29 Juni 1851
(Staatsblad no. 85)
Doen te weten, dat de Begrooting der plaat
selijke inkomsten en uitgaven, dezer gemeente
voor het jaar 1906, door ken aan den Raad aan
geboden, gedurende veertien dagen, te rekenen
van heden, alle werkdagen van 10 tot 1 uur, op
ile Secretarie voor een ieder ter lezing zal lig
gen, en dat men van voormelde begrooting af
schrift kan bekomen tegen betaling dier kosten
Amersfoort, den 29. Augustus 1905.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Burgemeester,
WUIjnEKÖ.
,De Secretaris,
J. G. STENFORT KROESE.
Politiek Overzicht
Na den vrede.
Het tot stand komen van het vredesver
drag is te Peterliof gevierd met een plechtig
Te Dteurn, dat de Czaar en de geheele keizer
lijke familie bij woonde.
Uit Tokio komen andere berichten.; daar
uit zich de volkswoede met elementair re-
weld. Men vindt de vredesvoorwaarden blijk
baar te zacht. De opgewonden volksmenigte
is niet vatbaar om den geest van matiging
te waardeeren, die bij de Japansche regee
ring heeft voorgezeten; zij had den overwon
nen tegenstander do volle zwaarte van de
geleden nederlaag w'llen doen voelen, en nu
dat niet is geschied, geeft zij aan hare woede
daarover lucht. Maar de Japansche regee
ring is in volle vrijheid, zonder eenigen
dwang van buiten, tot het besluit gekomen
om den vrede te sluiten op de voorwaarden,
waarop Rusland bereid was hom aan te gaan.
Zijl zal daarbij zeker overwogen hebben, dat
dit besluit op een deel der bevolking geen
aangenamen indruk kon maken, en men mag
duts aannemen, dat ziji in staat zal zijn het te
handhaven, het aan de toekomst overlaten
de om aan de motieven, waarnaar zij' handel
de, de waardeering te versohaffen, die nu
schijnt, te ontbreken.
Frankrijk en Rusland.
Nu de oorlog in het verre oosten geëin
digd is, is men in Rusland slecht te spreken
over den Franschen bondgenoot. In de Rus
sische peis beklaagt men zich over de lauw
heid, die de Parijsche regeering aan den
dag gelegd heeft in het betuigen van sym
pathie met den rampspoedigen bondgenoot;
men mjaakt de regeering t-o Parijs ook een
grief van hare entente cordiale met Enge
land.
Wanneer men zich in Frankrijk over deze
klachten en grieven gevoelig toont, dan
heeft men daarvoor aille reden. Men zou dien
Russen zelfs ondankbaarheid voor de voeten
kunnen weipen, als zij thans aan Frankrijjk
verwijten gaan doen. D'e klagende Russen
vergeten, dat Frankrijk in den oorlog zich
niet. tot het in acht nemen van eene wel
willende onzijdigheid heeft bepaald. Zon
dier de overgroote welwillendheid van de
Franscbe autoriteiten zou de vloot van Rod-
jestwensky nooit de wateren van het verre
oosten hebben kunnen bereiken. In de Kam-
ranh-baai en de verdere inhammen van de
Fransch Achter-Indische kust is die welwil
lendheid zóó ver gedreven, dat het niet veel
scheelde of de goede betrekkingen tussohen
Tokio en Parijs zouden er ernstig door ge
stoord zijn. Achteraf beschouwd, zou 't mis
schien beter geweest zijn, dat de Franscbe
autoriteiten zicih stipt gehouden hadden aan
hunne onzijdigheidsplichten tegenover do
Russische vloot gedurende do maanden,
die zij noodig heeft gehad voor den
tocht door den Indisohen oceaan en
de Chineeeche zee; die vloot zou dan
bewaard gebleven zijn voor het lot
om bij Tsoesjima haren ondergang te vinden.
Maar daarvan kan Rusland) aan Frankrijk
geen verwijt maken; de verantwoordelijk
heid voor het ondernemen van dezen onge-
lukstocht moeten geheel voor Rusland blij
ven
Ook tegen de Fransch-Engelsche entente
cordiale kunnen redelijkerwijs van Russische
zijde geen grieven worden ingebracht, die
met- den oorlog verband houden. In een bij
zonder netelig geval is deze entente den
Russen zelfs van groeten dienst geweest,
want daaraan is het te danken, dat het Dog-
gersbank-iucident niet de uitbreiding heeft
gekregen, die er van werd gevreesd. De goede
verhouding, die bestond tusscben den heer
Delcassé eu lord Lansdowne, heeft het Frank
rijk gemakkelijk gemaakt zijne goede dien
sten aan te bieden om dat incident in dor
minne te schikken. Zonder de entente cor
diale zou Rusland groot gevaar hebben ge-
loopen, dat het in Europa met eon tweeden
vijand te doen had gekregen.
Wanneer men intusschen in Rusland
voortgaat de billijkheid; tegenover den Fran
schen bondgenoot uit het oog to verliezen,
dan moet dit tot gevolg hebben, dat in
Frankrijk de terugslag daarvan wordt onder
vonden. Het Franoch-Russische bondgenoot
schap is vroeger voor Frankrijk van groot
nut geweest; het heeft de Fransche repu
bliek in staat gesteld zich los te maken uit
het isolement, waarin zij zich bevond! in den
raad der volken. Maar dat voordeel is ver
kregen in een tijd, die nu reeds verscheiden©
jaren achter ons ligt; het is daarbij vau
geheel moreel en aard. Rusland heeft in hoof d
zaak praktische voordeden uit het bondge
nootschap getrokken. Maar steeds krachtiger
doen zich de stemmen hooren van hen die
meenen, dat het voordeel, dat Frankrijk van
de alliantie met Rusland heeft gehad, vol
doende betaald is met de door Rusland tot
dusver genoten voordeelen.
De senator Henry Maret betoogt in de
Rappel, dat het Frarusch-Russische bondge
nootschap eigenlijk tob eene bespotting ge
worden is. Frankrijk heeft toegekeken bij de
zware slagen, die Rusland heeft gekregen, en
Rusland zou in een dergelijk geval tegen
over Frankrijk precies dezelfde houding in
acht, nemen. Niet Frankrijk, maar Noord-
Amerika heeft, aan den oorlog een eind ge
maakt. Welke waarde, welke beteekenis
heeft onder zulke omstandigheden het wan
kele bondgenootschap
Hot ligt voor de hand, dlat die vraag in
Frankrijk bij velen opkomt, naar aanleiding
van den toestand, zooals hij geworden is
door dezen oorlog, waaruit Rusland versla
gen en verzwakt is voortgekomen. En men
zal des te eerder gezind zijp daarnaar te
luisteren, wanneer men in Rusland; voort
gaat- den Franschen bondgenoot grieven voor
te houden eu verwijten te doen, die te ver
klaren zijp uit den geest van ontstemdlheid,
die uit den ranipspoedigen oorlog is overge
bleven, maar niet op billijkheid zijn ge
grond.
Dultschland.
Berlijn, 7 SejH. Do „Reichsanzeiger" be
richt, dab in de 24 uren, eindigende in den
middag van den 7en, in Pruisen aangifte
is gedaan van vijftiten nieuwe ziektegeval
len en zes sterfgevallen aan cholera.
Engeland en Japan.
De Times bericht, dat de tekst van het
Engelsch-Japanscho traktaat van bondge
nootschap zal worden bekend gemaakt, zoo
dra alle noodige toebereidselen zijn gemaakt
voor de gelijktijdige bekendmaking in'Lon
den eu Tokio.
Zweden en Noorwegen.
Karhtadt, 7 Sept. De gedelegeerden, die
hebben te onderhandelen over de ontbinding
dier Unie, hielden heden in den voor- en in
den namiddag vergaderingen. Wat behan
deld wordt, wordt steedia geheim gehouden.
Rusland.
Ti f lie7 Sept. De stadhouder heeft den
gouverneur-generaal van Bakoe order gege
ven, met behulp van de uit Tiflis gezonden
batadllons krachtig tegen de opstandelingen
op te treden.
Van overheidswege wordt de toestand in
Bakoe als zeer 'ernstig voorgesteld. Gister
avond braken de onlusten in versterkte mate
uit. De opstandelingen beschoten het huis
van den gouverneur-generaal. Te Balakhani
bleek het aantal troepen te gering te zijn. De
artillerie moest vuur geven. In de stad woedt
bij hevige n wind, een vxeeselijke brand.
Bakoe, 7 Sopt. In de stad kwam heb heden
tot geen uitgebreid gevecht, maar wel op
liet terrein der petroleum-mijnen te Bala-
hany, waar eene aanzienlijke strijdmacht met
artillerie bijeengetrokken was om de verder
felijke beweging t© onderdrukken. Daar ont
stond een ware veldslag. Troepen werklie
den, die zich in het hospitaal verschanst
hadden, werden met geweervuur en met de
bajonet verdreven. Andere benden vielen het
'kamp der soldaten en het dépot van voorra
den aan. Zij werden door do troepen terug
gedreven, die meer dan duizend personen
doodden of verwondden. Er heerscht gebrek
aan levensmiddelen.
In Kaukaizië zijn, sedert de schrikbarende
moordtooneelen in Bakoe (19 tot 23 Februari
,1903), telkens bewijzen van gisting voorge
komen maar nooit hebben de berichten een
zoo bedroevend beeld van den algemeenen
toestand geleverd dari thans. Russische ele
menten ontbreken bijna geheel in do bevol
king van KaukaziëTartaren en Armeniërs
wonen er naast elkander in bittere vijandig
heid, natuurlijk gevolg van het ras- en gods
dienstverschil. Die vijandigheid komt telkens
tot uiting in botsingen, die eene bijzondere
heftigheid aannemen in de middelpuin ten der
nijverheid, Bakoe b.v., waar de bevolking
half uit Tartaren en muzelmannen bestaat.
De bevolking van Georgie, ofschoon ortho
dox, is al even onrustig; revolutionaire woe
lingen vinden in de agrarische misstanden,
die er heerschen, een vruchtbaren bodem.
Men heeft dus te doen met drieërlei oor
zaken van twist en strijd. Een rassenstrijd
heerscht in het gouvernement Elisabetpol
die strijd vindt een echo in Bakoe en in
Georgie viert de agrarische beweging hare
orgie a.
Uit de berichten blijkt, dat de beide volks
stammen, Tartaren en Armeniërs, ware veld
tochten tegen elkander voeren. De overhe
den, die onmogelijk verrast kunnen zijn door
deze uitbarstingen, omdat dergelijke toonee-
len reeds meermalen zijn voorgekomen, zijn
niet in staat de anarchie meester te worden
en liet, bloedvergieten tegen te houden. Te
Schuscha schijnen middelen tot onderdruk
king van de onlusten in 't geheel niet te
zijin aangewend. Te Bakoe zijn wel is waar
troepen opgetreden, maar uit de berichten
blijkt niet, of zij niet, zooals onder den sedert
vermoorden gouverneur pr'ns Nakaschidse
gebeurd is, partij voor de Tartaren en tegen
de Armeniërs gekozen hebben. Men weet
'niet, wat onder de gegeven omstandigheden
te verkiezen zou zijndat Tartaren en Ar
meniërs elkaar wederkeerig omJbrengen, zon
der dat de soldaten zich er mee bemoeien,
of dat ook nog de troepen er op los schieten.
Neemt men daarbij nog in aanmerking, dat
er ook in den omtrek van de beide steden
hevig gevochten wordt en dat het platteland
van Kaukazië door hevige agrarische onlus
ten wordt geteisterd, dan komt men tot de
slotsom, dat de geheele Kaukasus thans in
lichte laaie staat. Een jaar geleden leefden
Armeniërs en Tartaren, al konden zij elkaar
uiet uitstaan, toch betrekkelijk vreedzaam
naast elkander; thans zijn zij zóózeer tegen
elkaar in het harnas gejaagd, dat men haast
zou gaan betwijfelen of het nog kan geluk
ken het land duurzaam tot rust te brengen.
Iu Petersburg heeft het treurspel van
Bakoe eene ware paniek veroorzaakt. De
Russ zegt, dat de petroleum-industrie ten
ondergang is gebracht, en met haar alle be
drijvers, die er mee verbonden zijn, zooals
b.v. de schipperij op de Wolga, die leeft van
liet vervoer van de petroleum, welke ge
schiedt over de Kaspische zee en de Wolga;
die tak van bedrijf verkeert in krisis van de
eerste gebeurtenissen te Bakoe af.
De liberale b'aden breken den staf over
een re geer i ngsste 1 se 1dat zulk een ramp niet
heeft kunnen beletten na de waarschuwingen
van d? eerste oordtooneelen in de maand
Februari. Mem zegt overigens, dat het door
den senator Koezminsky uitgebrachte rap
port duidelijk de rol uiteenzet, die gespeeld
is door de mohammedaansche ambtenaren,
welke, met medeweten van de autoriteiten,
de Perzen en de Tartaren van wapenen zou
den hebben voorzien, om hen op te bitsen
tegen de Armeniërs.
Turkije»
Volgens officieele mededeelingen, heeft de
politie te Smyrna tot dusver 1500 kilogram
men dynamiet opgespoord.
Het totale verlies, dat door den brand van
Adriacopel veroorzaakt is, wordt op niet
minde- dan twintig millioen francs gesoliat.
De oorzaak van den brand moet werkelijk
aan eene misdaad te wijten zijn. De brand
moet zijn aangestoken door een Armeniër
met het doel het bedrag, waarvoor hij ver
zekerd was, te ontvangen. De brandstichter
is gevangen genomen.
Marokko.
Parijs, 7 Sept. Het ministerie van buiten-
landsche zaken heeft bericht ontvangen, dat
het raaghzen in de zaak van Boe Mzian vol
ledige oldoening aan Frankrijk heeft ver
schaft.
Brltsch-Indifi.
Uit Lahore wordt gemeld, dat de Et.
gelsch-Indische regeering ten langen leste
heeft ingezien, dat hongersnood aanstaandi
is. Er worden nu groote toebereidselen ge
troffen tot hulpverschaffing.
Oost-Afrika.
Berlijn7 Sept. Volgens een telegram van
den gouverneur graaf Goetzen zijn. de ste
den Kilwa en Mohorro niet meer bedreigd.
De onlusten breidden zich uit stroomop
waarts lang de Rufidji-rivier, tot op twee dag-
marschen ten zuiden van Kiloaso. Het deta-
chement-Fouck ia daarom naar Morogoro ge
zonden. Alle Europeanan in het Sindi-district,
behalve de vermiste zusters der zending, be
vinden zich te Sindi.
Bij de overvalling van de zending-stations
Lukuledi, Massassi en Nyangoro werden pater
Lang en broeder Cypriaan gewond.
Bij Gfakaraföhre tus&chem Kilossa en Ma-
henge, zijn verscheidene nederzettingen van
inboorlingen verwoest en verscheidene Arabi
sche kustbewoners werden vermoord.
Bij Kilossa werd een plunderende roover-
bende vernietigd. Kilossa ia veilig.
Zuld-Af rlka
De Chineesche koelies, die in, Transvaal
zijin ingevoerd, blijken geen zeer gunstig
element te vormen. In het geheel bevinden
zich in de voormalige Boerenrepubliek thans
bijna 47,000 Chineezen, van wie er ruim
2500 een vonnis he' (ben opgeloopon. Bijna
2000 hebben zich schuldig gemaakt aan con
tractbreuk.. Ei* leven ruim 900 Chineezen in
gevangenschap, van wie 70 tot meer dan zes
maanden straf zijn veroordeeld. Er worden
krachtig© maatregelen tegen de buitensporig
heden van deze ongewensaht© inwoners aan
gekondigd.
De vredè.
De oor respondent van de Matin te Ports
mouth bericht, dat nadat de onderteekening
van be* vredesverdrag was geschied, de heer
Witte op baron Komoera toeging en hem
gcruimen tdjd zwijgend de hand drukte. Ba
ron Rosen nam het woord en zeide:
„Uit naam van den eersten gevolmachtig
de van Z. M. den Keizer der Russen en uit.
mijn eigen naam moet ik u zeggen, dat wij
zeer verheugd zijin, dat wij er in geslaagd
zijn dit stuk tc teekenen, dat voor u en
voor ons beteekent het einde van een oorlog,
waaronder onze volkeren en die geheele we
reld zoozeer hebben geleden."
Baron Komoera antwoordde:
„Ik dank u hartelijk voor uw woorden.
Ook ik ben zeer verheugd, dat wij heden
den vrede hebben '-unnen teekeaien."
Deze woorden werden met handdrukken
bezegeld.
In de kerk van Portsmouth werd later
eene godsdienstoefening gehouden, die de
Russen hij woonden en waaraan de Russische
archimandriet uit New-York deelnam met
een aantal popen en zangera
De aan de Russische gevolmachtigden ge
richte dankbetuiging van den Czaar is den
len September te Portsmouth aangekomen.
De Keizer geef daarin zijine toestemming tot
het overeengekomene, keurt do wijze goed,
waarop de onderhandelingen zijn gevoerd, en
betuigt dank aan de vertegenwoordigers van
Rusland voor de door hen bewezen diensten.
De uitvoering vaan het vredesverdrag van
Portsmouth zal een geruimen tijd vorderen.
Vooreerst is voor de ratificatie van het ver
drag een termijn van 50 dagen na de onder
teekening bepaald. Al is dus de onderteeke
ning den 5en September geschied, do termijn
voor de uitwisseling van de ratificatiën reikt
tot 25 October. Voor de ontruming van
Naar het Engelsch tan Grant Allen
4 door
J. L. VAN DER MOER.
„Toen 'k ontwaakte, had de pausodyne
uitgewerkt, en ik verbeeldde me dat 'k ze
ker wet 'n week, of missohion veertien da
gen, bedwelmd was geweest.De kaam was
uitgegaan en m'n tondeldoos kon 'k niet
vinden. Langzaam en met moeite stond 'k
op. De lucht in 't vertrek was onwelriekend
en benauwd. In dien donker zocht 'k naar de
deur. Tot m'n verbazing was 't slot zóó ver
roest, dat er aanhankelijk geen. beweging in
te krijgen was., Na heel veel moeite getinkte
't me toch de deur te openen eni nu stond ik
ini de gang. M'n weg vervolgende naar die
valdeur in, den kelder, bemerkte ik weldra
dlat een of ander zwaar voorwerp me den
doortocht belette. Met ontzettend: veel in
spanning m'n krachten schenen erg ver
zwakt wist 'k eindelijk 'tluik omhoog te
krijgen en, 'toen kwam 'k tot do omtdlekking
dat er 'n hoop steenkolen op lag. Zoo kwam
'k in den kelder, waar 'n nieuwe verrassing
me wachtte. Er was 'n andere deur gemaakt,
waaidioor 'k in eens op straat kwam in
plaats van op de trap maar de keuken. En
toen, 'k m'n huis van, buiten wilde bekijken,
•kon 'k m'n oogeti niet gelooveu. 'tWas
totaal van aanzien veranderd op de plaats
waar vroeger de deur was, zag 'k nu 'n soort
overdekten ingang, en in den gevel waren
ook andere vensters aangebracht. Ik begon
te begrijlpem, dat 'k veel langer ges'apen had
dan 'tmiji aanvankelijk toegeschenen had',
misschien, was 't wel 'n heel jaar of nog
langer, 'n Geheimzinnige vroos weerhield' me
m'n eigen woning binnen te gaan. Misschien
had m'n broer, mij! dood wanend', de huur
aan iemand over gedaan:; 'n vreemde zou 't
me wellicht kwalijk nemen, waneer ik 't
huis binnen ging, dat toch 't zijne niet was.
Hoe 'tzij, ik vond 't maar veiliger den. weg
op te gaan en me naar Londen te begeven,
waar m'n broer bij St. iMray le 'bono woonde.
Op weg hierheen werd m'n verbazing an
dermaal (gewekt en ondervond! 'k 'm niet te
beschrijven, afschuwelijke, angistago gewaar
wording. Geen enkel voorwerp kwam me
eenigszins beleend voor. Ik begreep dat 'k
op den weg van iHampstead was, maar toch
was 't lang niet de zelfde weg, dii^ni 'k vóór
(tn'-n noodlottige proefneming had gekend.
'Er stonden veel meer huizon en de hoornen
'waren veel ouder en g,rooter. Niet één jaar,
maar 'n groot aantal jaren waren moodig ge
weest voor zoo'm verandering. Ik begon wer
kelijk bang te worden, dat 'k minstens wel
tl n jaren bewusteloos was geweest.
't Was nog vroeg in dien morgen en er wa
lram dus maar weinig meuscheni op den weg.
Maar de kleeren van diegenen, die 'k ont
moette, schenen mij, zonderling en fantas
tisch toe. Bovendien merkte ik op, dat zo
me allen vreemd en. met verwondering aan
keken, alsof mijm, kleeren hun even eigen
aardig voorkwamen, als de hunne aan mij|.
Ik had m'n gewone snuifkleurig© jas en kor
te broek met zijden kousen en eenvoudig©
gospschoenen aan, en natuurlijk hadJ 'k geen
hoed op; maar 'k begreep dat m'n verschij
ning algemeen veel meer onrust en verba
zing veroorzaakte dan 't toevallig gemis van
li hoofddeksel kon lechtvaardigen. Langza
merhand beving me do vrees, dat 'k eigen
lijk m'n hëele loven geslapen had.
Was Amelia er nog? En zoo ja, zou zij
can nog dezelfde zijn als haar, die 'k enkele
weken vroeger gekend had? Of zou 'k haai
weervinden als 'n bejaarde vrouw, die nog
slechts 'n izoete herinnering had overgehou
den van haar vroegere liefde; of zou ze mis
schien reeds lang dood en vergeten zij|n, ter
wijl ik eenzaam achterbleef iu 'n wereld, die
mij niet kende?
Ongehindlerd liep 'k verder door de stra
ten, die miji hoe langer hoe meer onbekend
'bleken, en 'b hoofd draaide me om, toen 'k
den Stl. Mary le bonoweg naderde. Toen 'k
op dit kruispunt 'n weinig aarzelde en <1©
'boenen me onder 't lichaam begonnen, te
waggelen, trad 'u man op me too in 'n zon
derling» blauwe kleeding, met 'n grooten
vilten helin op 't hoofd, die me naderhand
"n konstabel van die politie bleek te zijn, en
die me de hand familiaar op deu schouder
legde."
„Hoor 's effen," voegde hij! me ruw toe,
„waar moet dat heen in zoo n maskerade
pak en dat zoo vroeg in den morgen? Je
'bent zeker don weg maar huis kwijt geraakt,
hé?"
„Ik begaf me juist- maar den i9t. Mary le
bonoweg," gaf ik ton antwoord.
„Je verbeelding schijnt wat sterk te wer
ken," zei hij. brutaal, „als je Marribon be
doelt, waarom zeg je dan ook niet Marribon
En in welk huis moet je dan wezen?"
„M]'n broer woont bij De Lamb, in de
buurt van dó Mariakerk, ik wilde juist naar
'm toegaan."
„De Lamfb!" riep hij spottend, lachend,
„er woont niemand van dien naam aan den
weg. Maar ik geloof dlat je dronken bent,
man," gimg hij na eenige oogenblikken
voort, „en andei's gek, of je hebt die kllee-
ren gestolen. In elk geval moet je maar 's
mee gaan naar 't bureau, vooruit
„Pardon," zei ik, „ik veronderstel dat u
'ii mam van die web is, en ik zou 't niet willen
wagen uw gezag ste weerstreven" da's je
maar geraden ook, sprak hiji bij zich zelf
„maar toch zou 'k liever naar de woning
vain m'n broer gaan, waar 'k u zou kunnen
lx)wijzen dlat 'k 'n respectabel persoon bon.
„Welnu, ik zal' met je meegaan, als je
wilt," hernam hij onbeschaamd, „en als do
zaak in orde is, dan zul je toch zeker 'oii bob
niet willen, weerstaan?"
„Wat zegt u?" vroeg 'k.
„'n Bob," hernam hiji lachend. 'bKan je
maar m shilling kosten."
„Om van z n onbeschaamdheden af te zijn,
haalde 'k m'n beurs te voorschijn en gaf don
man 'm shilling, 't Was er een met de beelte
nis van George II, met gekartelden rend, ge
heel anders dan de munten die u, zooals k
zie, tegenwoordig gebruikt Hiji liieldl 't- geld
stuk op de hand, bekeek 't eens goed en zei
toon: „Kijk 's even, je weet zeker dat 't niet
deugt? 't Was beter dat jo maar regelrecht
met me meegegaan was, in plaats van al
die drukte te maken. Nu is 'teimdl van 't
lied, dat ik wegens drie verschillende feiten
proces-verbaal tegen jo moet opmaken. Ten
oorsbo ben jo dronken, ten tweede gek, en
tem derde heb je getracht valsch geld uit te
gievem. Elk van de drie geeft me al 't recht
jo op te pakken."
Ik zag wel, dati 't nutteloos was langer to
gen te stribbelen, dus ging 'k maar mee.
Ik zal u niet vervelen met u alle bijzon
derheden te vertellen maar 'teiind van de
zaak was, dat ze me voor den magistraat
brachten.
Op dit oogeaiblik begon 'k 't verschrikke
lijke van den toestand eigenlijk pas goed in
te ziien, en 't stond me dbidelijik voor de
oogem, dat 't grootste gevaar voor me zat i»
de niet te vermijden vermoedens van krank
zinnigheid, waaraam 'k «ou lijdbm.
Toen 'k eenmaal in 't gebouw van de
rechtbank was, vertelde 'k den magistraat
m'n geschiedenis, beknopt em eenvoudig,
zooals 'k die ook aan u heb verteld. Hij| hoor
de me aan zonder een woord! te zeggen, en
toen, 'k geëindigd had, wendde hij zich tot
z'n klerk, met de woordl&u„Dit is klaar
blijkelijk 'n zaak voor dokter Fit»J©nke&.
„Meneer," zei ik, „vóór u me naar 'm gek
kenhuis zendt, wat 'k meen uit uw woorden
te mogen opmaken1 vertrouw 'k, dlat u do
mogelijkheid van m'n geschiedenis zult wil
len onderzoeken. Ziet u s maar m'n. kleed'ing,
naar deze geldstukken, kortom 'bekijk alles
goed wat u aan. me ziet. En ik overhandigde
hem m'n beurs, opdat hij| zich zelf zou kun
nen overtuigen.
Wordt vervolgd.