I*. 988. Vrijdag 1 Maart 1907. BUITENLAND. De Kranige Chauffeur. 5-e J) mi »r« i jg. AMERSFOORTSGH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS Per 8 maanden roor Amewfeort 1.25. Idem franco per post Afzonderlijke nsmmers0.05. Deze Courant Terechgnt Dagel^ke, met uitzondering ran Zon- en Feestdagen. AdvertentiSn, mededeelingen en*., gelieve men vóór 10 nor morgens bij de Uitgever* in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Utreehtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTEHTIÈS: Van 15 regels0.75. Elke regel meer- 0.15. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan voordeelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De Duiteche rijksdag. Het algemeen delbat in den rijksdag over de Duitsölie rijkslhegrooting duurt nog altijid voort D© wijtze, waarop de rijksdag is samen gesteld, brengt dat mee. Alle fraétiën van den rijksdag en men weet dat die er velen zijn stellen er prijs op zióh in dit delbat te doen boo ren. Maar hoe langer bet delbat duurt, des te meer verflauwt de belangstel ling. Men kan vedlag beweren, dat d'e vrijwel was uitgeput na de beide eerste dagen, die de met spanning verwachte afrekening brach ten van den rijkskanselier met bet centrum en de sociaal-democraten, de 'beide hoofdlbe- standdee'len van de meerderheid, die ;n de vergadering van 13 Decemlber de regieering de door baar verlangde koloniale credieten weigerde en. die nu tengevolge van die ont binding minderlhedd geworden is. Op dde beide dagen stond vorst Biilow mid den in den strijd, en bij bleek strijdvaardi ger te zijn dan ooit. Na den 5en April 1906, toen do rijkskanselier in de zaal van den rijksdag bewusteloos neerzakte, zijn er maan den voorbijgegaan, waarin de geruchten niet wilden verstommen, dat vorst Biilow een ziekelijk man geworden was, die niet in staat zou zijn op dien duur zijn ambt te blijven vervullen. Indien er nog twijfelaars mochten zijn overgebleven, die niet wilden gelooven aan zijn volledig herstel, dan zijin zij door de debatten van deze week.'bekeerd. Nog nooit heeft de eerste staatsman van het Duitsohe rijk flinker en klemmender gespro ken dan bij deze debattennog nooit leverde hij duidelijker bewijs, dat hij van plan is zijn eigen weg te gaan bij liet sturen van het sobip van staat en dat biji dit doet in het volle bezit van zijne kracht. Den eersten dag trok vorst Biilow van leer tegen het centrum, den tweeden dag tegen de sociaal-democratie. De meerderheid van 13 December bad hare beste woordvoerders uitgekozen het centrum den heer Spahn, de sociaal-demooraiten don heer Bebol. Maai" als spreker toonde vorst Biilow za.dk tegen beiden opgewassen, en wat hij zedde schonk de over tuiging, dat inderdaad do richting een an dere geworden is, waarin Voortaan het re- geerinigsbeleid zal worden gevoerd. Dat het voorhij is met den overwegenden invloed, dien het centrum zoo lang heeft uitgeoefend, dat het centrum heeft opgehouden regieerend© partij te zijn, heeft vorst Biilow ondubbel zinnig kenbaar gemaakt. Zoo duidelijk, dat men hem niet kan misverstaan, gaf hij t© kennen, dat het motief van d© ontbinding was geweest, dat d© regeering niet langer zich den druk van het centrum kon laten welgevallen. Aan Bebel hield vorst Biilow zijne gebofte voor, op den partijdag der so ciaal-democraten te Dresden afgelegd, dat hij tot het einde van zijn leven de dbodsvijiand van de burgerlijke maat schappij zou blijven. De rijkskanselier knoopte daaraan een betoog vast, dat, zoo lang de sociaal-democratie principieel gekant is tegen de monarchie, zoolang zij niet in vrede wil leven met de bestaande orde in staat en maatschappij, zoolang zij niet in de eerste plaats op nationalen grondslag wil staan, eene verzoening met die partij niet mogelijk zal zijn. Maar, terwij|l hij den vori- gen dag had betoogd, d'at de strijd tegen het centrum niet beteefcende een strijd tegen het katholicisme, legde hij er thans den nadruk op, dat do strijd tegen de sociaal-democratie niet was een strijd tegen de arbeiders. In tegendeel, de regeering beschouwt het als hare eerste en voornaamste taak het groote werk der sociale wetgeving, dat reeds onder de regeering van den eersten Keizer is aan gevat, te verbeteren en te voltooien Daarmee gaf vorst Btilow een onderdeel aan van het programma van positieven ar beid, dat hij zich voorstelt met dezen rijks dag to verwezenlijken. Dat program luidt ongeveer aldus: Homogene meerderheden zijn bij de in den rijksdag bestaande ver houdingen niet mogelijk. Dat belet echter niet, dat conservatieven en liberalen tot positieven arbeid zioh kunnen aaneensluiten. Dat is de wensch van vorst Biilow. Hij wil niet, zooals hij tot geruststelling van de rech terzijde verklaarde, van een agrariër plotse ling een vrijhandelaar worden. Hij wil de economische politiek, die hij gevoerd heeft, niet te niet doen, hij wil den landbouw blijven beschermen, maar dat sluit niet uit, dat hij ook rekening wil houden met de wenschen van de burgerlijk© linkerzijde. Hij denkt b.v. aan eene hervorming van het recht van vereeniging en vergadering, aan een© hervorming van het strafrecht en de strafrechtsvordering, aan besparing ©n ver eenvoudiging in do verschil lende diensttak ken, ook bij het leger, aan verbetering van de ambtenaarsorganisatie en verhooging van d© ambtenaarstraktementen, en naast eene krachtige voortzetting van de sociale politiek verlangt hij ook eene verandering van de beui-swet, die den lianüel de mededinging op de internationale markt gemakkelijker z maken. Dit waren enkele aanwijzigingen, hce de rijkskanselier denkt met de nieuwe meerderheid eene vruchtbare politiek te kunnen voeren. Daarbij roemde hij den tijd, waarin de liberale met den conservatieven geest gepaard was, als het beste en vruoht- dragendst© tijdperk op wetgevend gebied in Duitschland. Hij oogstte hiermede, bet suc ces, dat de vergadering niet karig was met bijvalsbetuigingen. Misschien golden die in de eerste plaats den boeienden spreker en gevatten debater. Maar toch zeker ook den staatsman, die ditmaal met een nadruk op trad en van eene wilskracht deed blijken, zooals men tot beden niet van hem had. Wat :n deze debatten het minst de aan dacht schijnt te trekken, is de toestand van de rijks financiën, ofschoon die van een be- grootingsdehat eigenlijk den grondslag be hoort uit te maken. Die schade zal men later moeten inhalen, wat >d© financileele toe stand geeft tot ernstige beschouwingen alle aanleiding. Ondanks de aanzienlijke verhoo ging van lasten, waartoe in het vorige jaar besloten is, is er een bedrag van 57 millioen aan gewone uitgaven, dat door de gewone inkomsten niet gedekt is. Voor dit jaar wil men eene nieuwe belasting verliooging ver mijden het ontbrekende zal gevonden wor den door eene verbooging van de bijdragen der bondsstaten, de zoogenaamd© „Matri- kularbeitrage." Maar het bedrag van die bijdrage overtreft met 32£ millioen het cij fer, dat na de verleden jaar tot stand ge brachte hervorming van de rijks financiën werd aangenomen als het normale bedrag daarvan. Rooskleurig is de financieel© toe stand dus niet. De vredesconferentie. Renter's Agentschap te Londen zegt, dat het bericht, als zouden eenige staten vóór de Haagsche vredesconferentie trachten het over beperking van oorlogstoerastigen eens te worden, niet bevestigd wordt. Doltsehl&nd» Bei-lijn, 28 Febr. De bondsraad, die heden eene vergadering Meld onder voorzitterschap van vorst Builow, heeft heden oivereenfkamstig he; voorstel van de rapporteur Vitzhum van Eckstadt beslist, dat door de brieven van den hertog van GuimberiLand aan den Keizer van 2 October 1906 en aan het Brunöwijksche mi nisterie van 15 December" 1906 eene afdoende verandering in den zaikelijken en den rechts toestand, die de grondslag is van het besluit van den bondsraad' van 2 Juli 1885, niet is ingetreden. Dit besluit werd eenstemmig genomen, ter wij.i de vertegenwoordiger® van Brunswijk zich van medestemmen onthielden. In eene mededeeling van een Berlijnsch eoinrespondenitiebureaudli© kennelijk geïnspi reerd is, wordt verzekerd, dat het nog niet vaststaiait, of de Pruisische regeering bij den landdag een wetsontwerp zal indienen, waar door aan de vol kplanitingscommisSie in de Poolsche landstreken een recht tot onteige ning zal worden verleend. Ben correspondent vian de Fraukf. Ztg. toekent daarbij aan Dat is juist. Het laatst© besluit is nog niet genomen. Men ondier handelt er over met die vertegenwoordigers van de partijen dei" meer derheid. De bedoelde mededieeling wil slechts geruststellend verzekeren, dat de wets voor dracht niet een onbeperkt omtedgeuingsrecbt 'tegen alle Poolsche bezitters zal inhouden. Dat heeft ook niemand verwacht, maar de principieel© 'bedenkingen tegen de voorgeno men inbreuk op den bij zonderen eigendom worden niet uit dien weg geruimd doordat men haar tot bepaalde gevallen wil' bejierkien en slechts wil gebruiken om de aankoopen van de volkpl anhingecomnLissie af te ronden,, d. w. z. Poolsche grondeigenaars door dwang te onteigenen, wier binnen een volkpliamtings- complex gelegen goederen ander? niet te krijl- gen zijn. Frankrijk. De Messider maakt eenige stukken uit de voormalige pauselijke nuntiatuur in be slag genomen papieren publiek. Zij bestaan uit brieven van staatssecretaris Merry del Yal aan den secretaris van de nuntiatuur Montagnini en bevatten raadgevingen be treffende de voeling, die moet worden on derhouden met het comité der action li bérale" bij de laatste verkiezingspropagan da en betreffende den aankoop van de bla den Patri© en Press© door een clerioaal con sortium. Mgr. Merry del Yal beklaagt zich verder over de gematigde houding .van den secretaris van den Parijschen aartsbisschop mgr. Amette. Engeland. Londen, 28 Febr. De begroeting van ma rine wiijst eene vermindering aan vian 1,427,091 pd. st. en 1000 man. In de begroeting wordt voor naetfwen aan bouw uitgetrokken8,100.000 pd. st. tegen 9,235.000 pd. st. in het vorige jaar. Daar voor zullen werden gebouwd1 twee, of indien de zeemogendheden op de Htagsohe confe rentie naet tot overeenstemming geraken, over vermindering van die toerustingen, drie verbeterde, eenigszin? grootere „Dread noughts", een zwaar gepantserde kru/iser, vijf oceaan-torpediojagers, twaalf torpedéboo- ten en twaalf omderzeesche 'booten. Het lagerhuis heeft een besluit genomen, waar bij de effectieve Sterkte van het staande leger wordt bepaald op 190.000 man, zooals door de regeierimg bij: die1 begroeting was voor gesteld. In het debiat, dat aan dit besluit voorafging, werd' het plan van minister Hal- dam over 't geheel gunstig beoordeeld. Londen, 28 Febr. In antwoord op de vra gen over de samenstelling van het. Hooger- huis van de Transvaalsohe wetgevende macht, waartegen „het Volk" en die Transvaalsohe nationalisten waren opgekomen., verklaarde die vice-minister OhurcMll, dat de minister van koloniën Lord Elgin ten volle overtuigd! was dat die benoemdén behoorlijk vertegen woordigen de verschillende politieke richtin gen en dat de gouverneur Lord Selbomne ge seand had, dat het zijn vaste overtuiging is, dait de Tweede Kamer hare taak rechtvaar dig en onpartijdig zal vervullen. Elr ikan thans geen sprake zijn van herziening der benoemingende regeering neemt de volle verantwoordelijkheid' voor deze benoemingen op zich. Lord Curzon, de gewezen onderkoning van Indië, heeft een brrief geschreven aan lord Newton, die door de bladen bekend wordt 'gemaakt en waarin' hij zijine volle instemming uitdrukt met diens plan tot hervorming van het hoogerhuds. Hij is van oordeel, dat liet belang van de unionistische partij meebrengt deze hervorming te steunen, die beslist nood zakelijk geworden is. Hij zou aan de door lord Newton voorgestelde maatregelen willen toevoegen de toekenning van het recht aan de regeering om een aanzienlijk aantal peers voor hun leven te benoemen, ten einde meer gelijkheid 'te brengen in de politieke richting van de beide Kamers. Bij de in Brigg gehouden aanvullingsver- kiezing voor liet lagerhuis is de unionist Sir BerlceLey Sheffield gekozen met 5389 stem men. De liberale tegen,candidiaat Guest kreeg 5273 stemmen. Deae uitslag is een succes voor de unionisten, die een zetel winnen. Servië. Te Kragoejewatz is de degradatie voltrok ken van 4 officieren en 29 onderofficieren, die betrokken zijn geweest in eene samen zwering, welke onder leiding stond van den kapitein Maotimovics, den schoonzoon van den gewezen minister-president generaal Zinzar Markowics. De samenzweerders had den plan alle bevelvoerende officieren van het garnizoen te Kragoejewatz af te zet ten, zioh meester te maken van het' mili taire en het burgerlijke bestuur in de stad en dan naar Belgrado op te trekken. Door verraad werd dit complot ontdekt, voordat het tot rijpheid was gekomen. Na eene in structie, die maanden heeft geduurd, wer den deze 4 officieren en 29 onderoffi cieren tot zware straffen veroordeeld, som migen zelfs tot 20 jaren gevangenisstraf in boeienEen aantal anderen werden tot lich tere straffen veroordeeld, ai© geen degrada tie tengevolge hadden. De Koning maakte van zijn recht om gratie te verleenen, geen gebruik. Dit was wel geschied in het geval van de samenzwering te Niscih in 1903. Men schrijft de harde straffen, die in dit geval zijn uitgesproken, toe aan den invloed van de koningsmoordenaars, die zich op deze wijze onvoorwaardelijke gehoorzaamheid in het leger willen verschaffen. Ruftland. Volgens offieiecle berichten is de bedrij ver van den mislukten aanslag op den Kei zerlijken spoorweg met behulp van een val se hen sleutel op het station Zarskoje Solo gekomen en legde hij de bom enkele minu ten voor het vertrek van grootvorst Nico- laas Nicolajewitech, den chef van het Pe- tersburgsche militaire district o,p de sporen van het naar het Keizerlijke paviljoen voe rende baanvak. De hoof doen ducteur van den trein, waarmee de grootvorst zou reizen, ontdekte den mam. De man werd vervolgd, maar ontkwam in eene gereedstaande slede. Grootvorst Nicolaas, ©en neef van den Czaar, is meermalen genoemd als dictator voor het geval, dat de Clzaar de revolutie niet mocht kunnen bedwingen. Graaf Witte ontvangt, volgens de Rirshe- wija Wjedomosti, na den laatste® aanslag, aanhoudend dreigbrieven, waarin hem wordt aangeraden terstond naar het buitenland te vertrekken, omdat het hem anders slecht zal gaan. Het werk van de krijgsraden gaat onver poosd zijn gang. Die krijgsraad te Witau heeft in een groot proces tegen d© revolu tionairen van Altautz van de 60 beklaagden zes tot dén dood door ophanging veroor deeld. Achttien personen werden veroordeeld tot zwaren dwangarbeid of naar Siberië ver bannen. De overigen werden vrijgesproken. Te Warschau werden den 26. Februari negen pier son en door den krijgsraad ter dood veroordeeld. De socialistische partij aldaar heeft officieel verklaard, dat de laatste over val van een postkantoor het werk van ban dieten geweest is. Vier medeplichtigen moe ten gevangen genomen zijn. Marokko. De Portugeesche regeering heeft voldaan aan den wensch van den Zwitserschen bonds raad en er in toegestemd, dat de inspecteur- generaal van de Marokkaansche politie en zijn adjudant onder de jurisdictie van den consul van Portugal te Tanger worden ge steld, doch alleen voor de persoonlijke aan gelegenheden van de beide officieren. Wan neer er verschillen tusschen hen en hot maghzen mocht ontstaan over hunne be voegdheden of over de uitlegging van hunne akte van aanstelling, dan zal de inspecteur - generaal daarvan bericht moeten geven aan den bondsraad, die zich in dait geval do noo- dige stappen voorbehoudt. Te Parijs os de constitu%erende vergadering van de Mairokkaanscke staatsbank gehouden. Daarna kwamen de leden van den raad van bestuur bijeen, om hun bureau te kiezen. Tot voorzitter werd gekozen Leopold Re- no'uard, tot ouder-voorzitters Ffisclieluit Berlijm, Amezquieta y Nieto on Sydney Peel. Vereenigde Staten* Nadat de vraag of het Panama-kanaal een niveau- of een sluizenkanaal zou wor den, opgelost was ten gunste van een slui zenkanaal, moest uitgemaakt worden door de regeering der Vereenigde Staten of de regeering zelf den aanleg zou ondernemen dan wel den aanleg aan particuliere aanne mers zou opdragen. De regeering heeft nu besloten geen aanbiedingen voor den aanleg te aanvaarden. Het werk zal dus worden van C. N. en W. M. WILLIAMSON. Naar het Amtrikaanseh 7 DOOR Mbtroüw HEUVELINCK. „Ik geloof dat die afschuwelijke kruk-as weer warm loopt," zei ik. „Weet je zeker dat ze niet gesmeerd moet wérden?" „Zeker, juffrouw. De kruk-as scheelt niets. Dat gepiep is van geen beteekends; miaak u niet ongerust." Dus zette ik mijn angst op zij|; wij rolden1 nog iwel een twihltilg minutentoen bintneniin iets brak en de wiagen stopte. Het was de kruk-ap, die 'bijna roodgloeiend stond. De kruk was afgeknapt als een wortel. Ik was te ontmoedigd en ik geloof ook te hooghar tig, om zelfs maar een, enkele aanmerking tegen Rattray te maken, ofschoon de raimp riet gebeurd zou zijn, wanneer hij; gezorgd bad, dat de smeerinriobting behoorlijk had kunnen werken. Gelukkig waren we even te voren, biji de Pont de Suresues, een groote garage gepas seerd, daar gleden we heen den heuvel af 'Uaar natuurlijk was onze machine verlamd Voor den eorSten keer toondi© Rattray zich onderwerpen. -Hij wist dat de schuld aan hem lag, en ©enigszins verlege'i stelde hij1 voor met de electrische tram naar Parijs terug te gaan en te trachten een nieuwe kruk-as te koopen; kon dat niet, dan' moest er een gemaakt worden wat minstens twee a drie dagen tijdverlies zou kosten. Ijskoud en uit dè hoogte zeide ik hem, dat wij' in dat geval de reis niet zouden voortzetten eni hij' naar Engeland kon terugkeeren. Gewoon lijk geeft hij, als ik maar een schijn van on genoegen' laat blijken, een scherp antwoord, ditmaal echter vroeg hij onderdianig of ik hem geld wou geven otm een nieuwe as te fcoopen, als hij er een krijgen kon. Mijn gewisseld gel'd! had ik uitgegeven op een paar goudstukjes na en een bankbiljet van vijfhonderd1 franc, dus dat gaf dk hem en hij beloofde over één, 'hoogstens twee uur terug te zijn. Somber gestemd gingen tante Mary en ik op pad' en. kwamen terecht in een klein., derde-klas restaurant, wiaar we koffie da én ken eni wat alten. Langzaam, kroop de tijd om, maar geen Rattray verscheen. N:ai twee uur gewacht te hebben' liep ik terug naar de garage, maar de eigenaar ervan had evenmin iets van hem gehoord. Die auto stond' nog op diezelfde plaats waar ze hem gezet hadden, ik steeg in «n ging op die ach terbank zitten, met een' allesbehalve aange naam gevoel en overtuigd1, dat ik niet naar, tante Mairy kom teruggaan, voor er iets ge beurd was. En er gebeurde iets, maar niet diatgeen waarnaar ik verlangde. Dezelfde auto, die meer dan, een week geleden, en heel aan dén anderen kant van Parijs, gestopt had, teen wij. op dien lieuvel tegenover de smederij in moeilijkheden zaten, glééd nu zonder gedruisch en heel behaaglijk de remi se binnen.. Dezelfde twee met leeren petten' en jassen uitgedoste mannen zaten er in, vermoedelijk de eigenaar en zijn chaffeur. De mevrouw van de inrichting hield een vriendelijk praat- I i je met me, wat niet wegnam dat ik de stem hoorde van den mam (hem had ik voor dén eigenaar aangezien) die zijn hulp had! aange boden, en nu in heb Fransch informeer dé naar een bizonder soort benzine. Verder ver stand ik niets meer, omdat hij en de eige naar van ,dë garage op gedempten. toon- spra ken en de mevrouw met eeiri, schelle stem eri een stortvloed' van woorden mij haar deelne ming in, het ongeval betuigde. Met nadruk gaf ze als haar meening te kennen, dat mijn chauffeur met mijn geld was weggeloopemi en ik nooit meer zijn gezicht zou weerzien, ten zij er kans bestond hem achterna te zet ten. Ik wenschte vam harte dat ze haar mond zou houden, tenminste tot dé fortuinlijke, alls koningen in 'hun. wagen gezeten automo bilisten vertrokken waren. Maar ik kon haan het zwijgen niet opleggen en wist zeker dlat hét tweetal heel de jammerklacht hoordé. Zelfs verbeeldde ik. miij, dat ziji heb gesprek over eigen aangelegenheden' hadden laten va ren, terwiïl© van de mijne, want tersluiks zag ik dat de eigenaar in het vuur van zijn rede meermalen met een hoofdbeweging mijn auto aanwees, waarin ik zonder eenige glorie op mijn Rooge bank zat als een. soort gevan gen Zenohaa. Het scheen ©en gewichtige zaak om' ben zine te koopens, het kostte tenminste heel I wat itijid; hoe het ook zij, plotseling werdl mijin vrees 'bewaarheid. De mam die op dien moodlottigen heuvel tegeni mij' gesproken had kwam nader en. nam zijn. pet af, precies op| dezeflfd© manier en met, precies dezelfde half schuwe, half bdlanigsteHendo uitdrukking op het gelaat. Hij. zeide eens of tweemaal „hm", eu deelde me toen mee, d!at de eigenaar hem had verteld in wélke verlegenheid' ik mij be vond of zoo iets dergelijks. Hij bood me aan) met zijn auto uaar Parijs te rijden, wat maar een rib van eenige minuten was naar de plaats te gaan waar mijn chaffeur van plan was de kruk-as te ltoopen, te 'hooien' of hij er geweest was, en zoo ja, te vragen wat hem weerhield terug te komen. Mocht er iets niet iti den haak zijn, dan zou hij terugkeeren) om miji op de hoogte stellen. Ik zeide da.t ik hean niet zooveel moeite wilde veroorzaken, maar hij wilde nauwelijks naai* me luisteren. Do garage-man' had hem het adres opgegeven, want hijzelf had het aan Rattray .gerecommandeerd, en. 'haast voor ik wist wat er gebeurde waren, de auto en de bestoven, in leer gekleed© mannen, verdwe nen. Voor mij zat er niets ander» op da.n naar tante Mary terug te keeren, wat ik in een verre van gelukkige gemoedsstemming deed'. Die „Spyker" moet gevlogen hebben alsof de duivel haai" achterna zat, want eer nog een uur voorbij was, r:eed ze voor heb restau rant. Eén van dé twee mannen sprong er uit en betrad de kamer waar tante Mary en ik, om den tijd te korten, oude Fransche cou ranten zaten te lezen. „Het spijit me u te moeten meedeelen," zei hij met zijn beschaafde stem, „d'at uw chauffeur een schurk schijnt t© zijni. Hij is niet bij. Le Sage geweest, noch bij iemand' ander?, waar ik naar lieni; informeerde. Ik vrees dab hij met uw geld op den> loop is, en de eenige manier om het terug te krijgen zal wézen om hem door een detectieve te laten opsporen." „Ik begeer hem niet ie laten opsporen!", luidde mijn antwoord, „en evenmin hem j weer te zien en het geld kau me .niet sche len, Ik zal een .anderen chauffeur engagee- ren te Parijs zullen er genoeg zijn. I Terwijl ik. dit zeide kwam een eigenaardige l trek op zijn gezicht, toen begreep ik dien niet-, later wel. „Ik vrees dat er maar enke- j len zijn due de constructie van uw rijtuig kennen.," 'begon hij opeens, „het :s Duitséh) fabrikaat en - en nu j.uist niet van den allerlaatst©!! tijd." j „Ik geloof alles wat u er van zeggen zult. Maar aangezien de krukas stuk is en..." „Ik was zoo vrij een andere mee te brein- gen, die wij uit een zelfde soort wagein heb- ben genomen," viel de man mij in do rede. „De eigenaar van de garage aan den over- kamt van den weg gelooft wel, dat hij: ze er j kan inzetten, zoo niet, dan zal ik hem hel- I pen, want indertijd heb ik niet een auto ge- reden als de uwe en heb alle reden me dat j te .'herinneren Ik overstelpte hem met een vloed van dankbetuigingen, en toen ik ongeveer alle I bijvoeglijke naainwoordén had gebruikt, die mij ini den zin kwamen', vroeg ik hoe laai» de reparatie wel duren zou. Hij; dacht oen paar uurtjes en meende dat wij in den. namidag onzen tocht, zouden kunnen voortzetten I Van blijdschap klapte ik in mijn. handen; j een moment later voelde ik mijn gezicht be- trekken. (Een grappige uitdrukking, niet? j bijna zoo belachelijk als: „Ik sloeg mijn O'ogan neertoch den kik dat ik ook dat deed). „Hoe heerlijk-" riep ik uiit. En toen: „maar wat helpt het als ik geen. chauffeur kan krijgen?" Word vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1907 | | pagina 1