384 Tweede blad. 6" Jaargang. Donderdag 21 Mei 1908. De berechting van de Zeister moordzaak. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: PRIJS DER ADVERTENTIËN: Idem franco per post- 1.30. Afzonderlijke nummers - 0.05. Deze Couranï verschyn dagelijks behalv. op Zon- en Feest dagen. Advertentiënmededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur 's morgens bij de Uitgevers in te zenden. Dienstaanbiedingen en aanvragen 85 cent* by vooruitbetaling. Groot* letter» naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad, by abonnement. E«ne circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. (Eerste dag). Schrille tegenstelling des levensdaar buiten, ginds, overal waar de lenteadem de aarde kust, het tintelend jubelend, kracht volle leven, een zwellen en barsten van bloemknoppen, toonend de heerlijke pracht van den naderenden zomer, die ons geoft ruischeude kolenvelden en dennenwouden, bij ochtendgloed en avondrood hier bin nen de vier grijze muren van de sombere rechtzaal met het hooge bovenlicht, ramen waarlangs de lindeboom heen en weer wuift, werend de blije zonneglans van den juichen den Meidag en vier levens van nog jonge jaien, voor wie de toekomst is als een vloek te midden van lentepracht en zonneschijn, llier in de zaal, waarin U de stemming drukt en het verlangeu naar buiten vaak plotseliug-heftig in den mensch opkomt, het pijnigende slot van dien ellendigen moord op een weerloozen jongen, die in zorgelooze jeugd op eenmaal is gewurgd, afgemaakt als een beest door gewetenloozo sujetten, niet in een oogenblik van bandelooze hartstocht, in een moment van grenzelooze opwinding maar na weloverlegd plan en beraad, ais een slachtoffer, waarop dagen en weken was geloerd, waarvoor de strikken met bereken de list waren uitgezet. Schrille tegenstelling van het levendaar buiten de lentezang, bruidstooi van de natuur allerwegen hier binnen de weedom van afschuwelijken moord, waarover de rechter zijn oordeel zal vellen. Drie dagen achtereen het doorleven van diepen rouw, het scherp omlijnd voor oogen zien van een schier ongelooflijken misdaad, een openlegging van gewetens en karakters, een oonstateeren van bijzonder heden en détails, wellicht een volledig over zien van het gebeurde en een klein weinigjo beter begrijpen, motioven hooren en <le duis ternis wellicht doorboord zien, het geheel misschien aanschouwen onder ander licht? Maar ondertusschen een openrijten van de wond voor velen, levendig herinneren aan de gruweldaad van November in het vorig jaar, op eenmaal weer al de jammer en de ollende. Na drie dagen, als weer andere din gen van het roerig leven onze aandacht- vra gen, jaagt de tijd weer voort en verflauwt de geschiedenis in onzen geest, bij wijlen nog even genoemd, maar vergeten al meer en meer voor hen, die de zaak hebben ge volgd uit louter nieuwsgierigheid en belang stelling. Aldus niet voor de ouders van don knaap, wier leven is en blijft gebogen voor altijd, aldus uiet voor de schuldigen, die in de eenzaamheid hunuer cel mogelijk de ge weldige aandoening zullen hebben te be kampen van waarachtig berouw over eeu daad, waarvan hun jeugd niet droomde. Zoo is dan heden voor de Utrechtsche rechtbank do behandeling dezer zaak aan gevangen. Zes maanden zijn sedert het ple gen van'de misdaad voorbijgegaan en voor velen is wellicht het geregelde verloop der dingen verbroken door het vergeten van de bindende bijzonderheden uit het geheel. Het is daarom dat -wij, om onze verslagen voor de lezers te verduidelijken, de hoofdpunten van het misdrijf en al wat daarmede ver band houdt, nog even kort op den voor grond brengen tot recht begrip van wat iu deze dageu zal worden besproken. Op den 17den November van het vorige jaar werden in liet stilde en landelijke Zeist, waar zeilden schokkende gebeurtenissen ver storing plegen te brengpn in het rustige dorpsbestaan, de gemoedereu in opschudding gebracht door een misdaad, welke, om de omstandigheden waarander ze gepleegd ou die wijze waarop ze voorbereid was een on gehoord gruwelstuk mocht heeten en dan ook heinde en verre, men mag zeggen door het geheele land, siddering en afgrijzen ver wekte In de Kerkhofsloot was namelijk 's mor gens het. lijk gevonden van den 16-jarigen llendlrik Drost, kantoorlooper bij den kas sier Prince aan den Driebergschen weg. Op eenigen afstand lagen zijn tasoh, met door gesneden riem en de portefeuille eruit ge nomen, en zijn cape; zijn rijwiel en pet werden vermist. Spoedig bleek dat men hier met een aller laagste» roofmoord te doen had. Een ijverig onderzoek door de politie ingesteld, deed al spoedig de verdenking vallen op den her bergier Van Vaalen aan den Van Reenen- weg, bij wieu de jongen 's namiddags om half één was geweest, waarna hij niet meer was gezien, en welke herbergier beweerde aan Drost f67.50 te liebben betaald. Eenige vragen aan Van VaaJen, van wien het, krap bij kas als hij steeds was, zonderling klonk te vernemen, dat hij zulk een groot bedrag ineens had betaald, gesteld omtrent de spe cificatie der betaalde som, brachten dezen man opmerkelijk in verwarring en gaven aanleiding hem in arrest te houden. Het door Van Vaalen herhaald noemen van den naam Van Eo, die 's middags ook in zijn herberg zou zijn geweest, gaven reden ook dezen in verhoor te nemen, en toen bleek dat deze van Ee, timmerman en (gefailleerd) aannemer, op een rijwiel, dat het zijne niet was, in de richting Utrecht was gereden, eveneens in arrest te houden. Later bleek nog dat van Ee onderweg een jongetje, dat op een bepaald punt te veel in de nabijheid bleef, met een kaartje de tram op had gestuurd, vermoedelijk om ge legenheid te hebben onopgemerkt het rij wiel in de bosschen te verbergen, waar het dan ook later is gevonden. Voorts werd nog de hand gelegd op den melkboer Kors, die op den middag van den misdaad oen afspraak bleek gemaakt te heb ben met Van Vaalen en van Ee om in Utrecht deze te ontmoeten, on wiens haan tje de voorste zijn overal waar over de mis daad gesproken werd, reeds de aandacht had getrokken. Tiet zullen 't energieke optreden der politie, de eenzaamheid der cel, de gedach te wellicht ook aan zijne vrouw en jonge kinderen, geweest zijn, die van Vaalen, na ernstig vermaan dcor de politie, ertoe zul len gebracht hebben eindelijk te bekennen, dat hij ,,een slecht mensch geweest was", ge volgd dcor een verhaal in bijzonderheden der misdiaad - en de aanwijzing der mede plichtigen. De vierde hiervan bleek te zijn zekere O verhorst, kassierslooper bij Labouchère Oyens en Co.'9 bank, welke, wetende dat een rijwielhandelaar te Zeist f 67.50 te vor deren had van Van Vaalen, eerstgenoemde bewoog den wissel daarvoor te doen incas- seeren door den kassier Prince en aldus be werkstelligde dat o.p een Zaterdag, een dag waarop Drost steeds voél geld inde, deze laatste bij Van Vaalen kwam. Op den bowusten morgen kwam Drost half e]f l'nnen bij Van Vaalen, doch werd, daar Van Vaalen en Van Ee toen nog voor de gruweldaad de moed in de schoenen zonfk en zij er eerst nog een 'borrel op moesten nementerug ontboden om half één. Toen do argelooze knaap alstoen de herberg aan don stillen Van Reen en weg binnen kwam, heelt, af te leiden uit bekentenis van Van Vaalen, Van Ee den knaap beetgepakt en achterover op den grond geworpen, en hem de keel toegeknepen, terwijl Van Vaa len zorg droeg dat de jongen zich niet meer kon bewegen en naar alle waarschijnlijkheid met Je in chloroform gedrenkte pert van den jongen, welk kleedingstuk niet teruggevon den is, de sectie van het lijk heeft chlo roform sporen aangetoond het treurige einde van het drama heeft verhaast. Het lijik werd, nadat de portefeuille inhou dende ongeveer f 1250.was losge sneden, toen in een ruimte onder den vloer geborgenVan Vaalen en Van Ee, benevens Kors begaven zricth ieder afzonderlijk naar Utrecht, 't zij om hun aandeel uit de schanddaad verkregen hij anderen in bewa ring te geven, 't zij om eventueel een alibi te kunnen voorwenden, 's Avonds waren al len weer in de heiberg met andere bcooekers bijeen en boven op hot luik, waaronder het lijk ia# van den zoo afgrijs© ij(k vermoorden knaap draaide tot 'savonds 12 uur lustig een gramophoon Te middernacht word het lijk onder het luik vandaan gehaald en dwars door het nachtdonkere veld naar de KeiMiofsloot ge dragen en daarin geworpen. Het word daar 's morgens gevonden overeind staande in de sloot met het hoofd naar beneden en de handen op den rug. Na een langdurige en moeilijke instruc tie, geleid door den rechter-commisaaris m r. S c h e p e 1 men donke aan de door latere mededeelingen van een als verpleger van Van Vaalen gefun geerd hebbenden en op mindering van straf hopenden landlooper, uitgekomen simulatie van krankzinnigheid door Van Vaa'en is dan eindelijk heden morgen deze geruchtmakende zaak voor de rechtbank in behandeling gekomen, onder enorme be- langsto'ling van het publiek. Reeds dagen te voren is voor de gereserveerde tribune geen plaats meer te krijgen geweest. Wat de personen der beklaagde» betreft, aan a'len, behalve aan Overhorst, van wien tot dusver niets bekend was. is wat men noemt een luchtje. Van Vaalen heeft o.a. eens wegens brandstichting in voorarrest ge zeten, Van Ee wegens bedriegolijko bank breuk Kors diens aandeel in de mis daad lestaat in het versohaffen van chlo roform wegens inbraak. Voor den laatste wa9 men in Zeist zóó bang. dat men hem noode de melklcvcrantio durfde opzeg gen! Van Vaalen is do eenige die bekend heeft, alle drie de andere beklaagden blijven, voor zoover het ons althans op het moment dat wij dit schrijven bekend is, hunne mede- p'iehtigheid loochenen. Men voelt de moei lijkheid der bewijslevering in deze zaak, waar niemand dan do beklaagden bij hot. misdrijf aanwezig zijn geweest, tenzij do ge tuigenverklaringen ter terechtzitting daar omtrent méér iiaht zullen verspreiden. Niet minder dan 85 getuigen zijn dan ook gedagvaard tot het geven van aanwijzingen, zoodat de zaak zeker drie dagen in beslag zal nemen Onder de getuigen zijn vijf deskundigen, nl. Prof. Sprondk, Prof. Wofers Bettinck en Dr. Th. M. van Leeuwen, welke de lijk schouwing hebben verridht on Dr. W. H. Cox en arts Breuk ink, die den van krank zinnigheid verdachte Van Vaalen onder zochten. Ve-dedigers zijnMr. Gerlings voor Van Vaalen, Mr. Duijzings voor Van Ee, Mr. Van Noppen voor Kors en Mr. Van Woel- deren voor Overhorst. Aanvankelijk waren voor de verdediging van de drie laatstgenoemde verdachten aangewezen de advocaten mrs. De Vries, Albbing en Hamburger, die allen wegens onvoorziene omstandigheden, de hun opge dragen taak aan anderen moeeten overge ven. De rechtbank was als volgt samenge steld president m r. Baart de la Faille; rechters jhrs. mrs. Schuur- beque Boeye en De Marees van Swinderen; ra r. Claringbould, plaatsvervangend rechterofficier van jus titie mr. baTon A. A. van der Feltz; griffier m r. II averse h m i d t. Zoowel de gereserveerde tribune waar voor speciale toegangskaarten waren be schikbaar gesteld als de publieke tribune waren stampvolhedenmorgen vroeg werd reeds queue gemaakt voor de Hofpoort aan de Runuebaan, waar het publiek, dat een plaatsje wilde hebben, in drommen stond saam gepakt. Er werd zorg gedragen dat niet méér personen binnenkwamen dan er plaatsen zijn op de tribune, zoodat velen teleurgesteld moesten heengaan. Nadat de rechtbank is binnengetreden wordt aangevangen met de voorlezing van verschillende stukken uit bet dossier; daar toe behoorde o.a. ook de dagvaarding, des tijds in haar geheel door ons medegedeeld, maar die wij thans volledigheidshalve her halen Als de beklaagden worden genoemd 1. Hendrik van Vaalen, 31 jaar, bierhuishouder, geboren te Helder; 2. Teun is van Ee, 28 jaar, zonder beroep, geboren te Zeist 3. Hendrikus Kors, 30 jaar, melk- slijter, geboren te Stcenwijkerwold 4Johannes O v er h o r s t, 36 jaar, loopknecht, geboren te Zeist en allen wo nende te Zeist, thans gedetineerd iu het. Huis van Bewaring te Utrecht. De verdachten staan terecht ter zake: de eerste en de tweede be klaagde: dat zij in den namiddag van 16 No vember 1907 te Zeist, in de woning van den eersten beklaagde aan de Van Reen en weg no. 50, te zamen en in ver- eeniging, opzettelijk, met voorbedach ten rade na te voren gemaakte af spraak, en in gemeen en kalm overleg met het oogmerk om Hendrik Drost, van het leven te berooven. dezen jongen opzettelijk gewelddadig hébbeu aange grepen, op den grond geworpen, vast gehouden, diens keel dichtgeknepen en door worging, benevens door hein chlo roform te doen inademen, deen stik ken en gedood; waarna zij, onmiddel lijk daarop, eveneens te zamen en in vereeniging na te voren daartoe ge maakte afspraak, van het lijk van ge noemden jongen, met het oogmerk tot wederrechtelijke toeëigening, hebben weg en tot zich genomen ongeveer f 1326.90i of althans ongeveer f 1250 aan bankpapier en zilvergeld, toébehoo- rende aan den kassier C. Prince, al thans aan een ander dan aan hen, be klaagden, hébbende zij boven omschre ven gewelddadige levensberoovnng die voorschreven diefstal vooraf ging, volg de of althans vergezelde, geploegd met het oogmerk om de uitvoering van dien voorgenomen diefstal voor te bereiden en gemakkelijk te maken. De derde en de vierde be klaagde: dat zij te Zeist omstreeks de maand November 1907 opzettelijk, de uitvoe ring van liet misdadig opzet en voorne men van den eersten 011 den tweeden beklaagde, althans van één hunner, tot het plegen van boven omschreven mis drijven of althans du ieder geval tot het plegen van boven omschreven diefstal, voorafgegaan, vergezeld of gevolgd van geweld tegen genoemden Drost, ge pleegd mot het oogmerk om dien dief stal voor te bereiden en gemakkelijk f© maken, welk feit werd gepleegd door den lsten en '2den beklaagde te zamen en in vereeniging, terwijl dit opzet en voornemen om die feiten of althans één of meer dier feiten te plegen toen reeds bij die beklaagden of althans bij één hunner bestond, hebben bevorderd. De derde beklaagde: door aan den eersten beklaagde opzettelijk het middel te verschaffen tot het plegen van die feiten of althans van één of meer dier feiten, door aan d'ien be klaagde eene hoeveelheid chloroform te verstrekken met nader te melden doel en oogmerk; De vierde beklaagde: door aan den eersten beklaagde opzettelijk inlichtingen te versohaffen tot hot ple gen van die feiten of althans van één of meer dier feiten, door &an dezen be klaagde mede te deelen, dat de koopman Schaap op hem beklaagde Va» Vaalen een wissel getrokken had of wel hem een quitantie ter betaling zoude doen aanbieden, dat dezo wissel of quitantie door Schaap ter incaas-eering was ge zonden of wel zoude worden gezonden aan den kassier Prince te Drieborgen, dat diens looper, zijnde do verslagene H Drost, zich met dien wissel of die quitantie dan aan zijn Van Vaa len's woning zoude aanmelden, ten einde op dien wissel of die quitantie be taling te erlangen hebbende beklaagde Kors dat middel en beklaagde Overhorst die inlichtingen aan beklaagde Van Vaalen en Van Ee of althans aan één hunner verschaft, op dat deze hetzij alleen, hetzij in veree niging met anderen, alsdan meorgiemél- den Drost zouden kunnen vermoorden, do odenmet geweld berooven en de gel den, die deze bij zich zoude hebben ©n die aan een ander dan aan hen, be klaagden, toebehoorden, met het oog merk tot weder ree hbéli jko toeëigening zouden kunnen wegnemenwaarna dan ook, met behulp van dit opoettelijk daartoe verstrekte middel en geholpen door deze eveneens opzettelijk daartoe gegeven inlichtingen, en overeenkomstig doze laatste, de eerste beklaagde, in ver eeniging met den tweeden beklaagde, aan wien die eerste beklaagde de van den beklaagde Overhorst ontvangen in lichtingen had medegedeeld, inderdaad op de wijze, als boven omschreven, op tijd en plaats vermeld, die vorenver- meldc- misdrijven hebben gepleegd de derde en vierde beklaag de bovendien ter zake dat zij op of omstreeks November 1907 te Zeist, ieder voor zich opzettelijk van de be klaagden Van Vaalen en Van Ee, al thans van één hunner, een bedrag aan geld en wél Kors een bankbiljet van driehonderd guldon en Oveihorat een bankbiljet van honderd gulden ten ge schenke hebben aangenomen, wetende althans moetende begrijpen en begrij pend, dat deze bankbiljetten door ge noemden Van Vaalen en Van Ee of één hunner door één dier boven omschreven misdrijven waren verkregen on in ieder geval afkomstig van den boven om schreven diefstal. Ruim kwart voor tienen warden de be klaagden, ieder afzonderlijk door tweo rijks veldwachters geëscorteerd, bijna onopge merkt de zaal binnengeleideerst Van Vaa len, vervolgens Van Ee, welke beiden plaats nomen op de eerste bank, achter hen wordt een veldwachter geposteerdDaarna komen Kors en Overhorst, achter wie eveneens een veldwachter plaats neemt. Van Vaalen doet dadelijk het hoofd steunen in de rechter hand, de drie anderen staren onverschillig voor zich uit; Kors noemt met aandacht de verslaggevers op e» kijkt zoo nu en dan ter sluiks in de zaal. Vóór do gereserveerdé tri bune zijn vijf rijen banken geplaatst voor de getuigen en de deskundigen. Achter de rechtbank nemen eenige leden van de rech terlijke macht plaats; wij zagen daar o.a. op de gereserveerde fauteuils zitten mr. Schepel, den recihter-comraissaris, die de be langrijke instructie in deze zaak leidde, mr. Jordens, griffier der Rechtbank, mr. Hooft Graafland, substituut-griffier. De advoca- tenbank stroomt geheel vol. In de zaal, die te tien uur tot in alle hoeken is gevuld, heb ben op verschillende punten rijksveldwach ters post gevat, ter bewaring van de orde. Op verzoek van den president geven alle vier de verdachten met duidelijke stem hun namen, ouderdom en beroep op, waarna de griffier voorlezing doet van het vonnis van verwijzing. De bank der advocaten wordt ten slotte zóó vol, dat vele loden der balie daarin moe ten blijven staan. Voor de pers is uitnemend gezorgdacht verslaggevers hebben plaats gekregen tusschou de advocatenbank en die der beklaagden. De overig© journalisten zitten aan afzonderlijke tafeltjes, verspreid langs de muren van de zaal. Va» de be schikbare ruimte is zoo practisck mogelijk gebruik gemaakt. Van Vaalen en Overhorst zijn gekleed in colbert-costuum met boord Van Ee en Kors in boezeroen met blauw-ge streepte halsdoek. Van Vaalen ziet er hot meest heerachtig uitliet smalle. Woeke ge laat is omgeven door een dunnen zwarten baard, het hoofdhaar is met zorg gekamd. Dc anderen zien er meer of .minder noncha lant uit en hebben aan Iran toilet en uiter lijk minder zorg besteed. De officier van justitie requireert thans voorlezing van tal van authentieke stukken, welke op het geding betrekking hebben alsde rapporten van de professo ren Spronck c. s. en Wefere Bettinck en dr. Cox, het loopersboekjo van den vermoorden Hendrik Drost, de benceming en de bc- eediging van deskundigen, verschillende proeessen-veihaal. als: van de inbeslag name van het lijk, de bekentenis van Van Vaalen, afgelegd voor den adjunct-inspec teur van politie Tenckiuk, van de inbeslag name bij Kors van een bankbiljet van f 100, bij Overhorst van f 97, verder bij Kors f 17 en Overhorst f 37van de inbe slagname van f 415 door den commissaris van politie Dammers bij de wod. Van Beu- sekom te Utrecht; van f 373.62 bij bode Veenhofvan een bankbiljet Van f 300 bij de firma Peek en Oloppenburg; van f 22.40 door den rechter-commissaris bij bode Veen- hof; van een brief van mr. Gerlings aan Klinghardt te Zeist; van een bankbiljet van f IOO bij Labouchère Oyens en Co.'s bank te Zeistvan een verklaring inzake het koopen van chloroform bij een apotheker te Zeist door Korst; van de inbeslagname van het rijwiel van Drost en van een bank biljet van f 400 te Amsterdam. Uit de voorgelezen medische rapporten noteerden wij o.m. dat de dood van llendlrik Drost reeds eenige uren moest zijn ingetre den, alvorens het lijk met het hoofd naar beneden in de Kerkhofsloot te Zeist werd gevonden. De dood is volgens de schouwing veroorzaakt door acute verstikking. De af wezigheid van water in de mondholte en in de maag wijet er op, dat het slachtoffer reeds was overleden, voor het stoffelijke overschot in het water werd gelegd. Sporen van ster ken drank werden in het lijk niet gevonden. De conclusie van het rapport van prof. Wefere Bettinck méldt dat in de hersenen van den vermoorden Hendrik Drost eene hoeveelheid bedwelmende stof is aangetrof fen, welke ook in eenige mate in het bloed aanwezig was. Deze bedwelmende stof was chloroform. (Wij vermeldden een en ander reeds uitvoerig in ons nummer van 9 De cember j.l.) De conclusie van het rapport dor psychia trische deskundigen ia, dat Van Vaalen waarschijnlijk in oen abnormalen, hysteri sche» droomtoestand aan de misdaad heeft medegewerkt. Blijkens mededeelingen van de verdedi gers komen bij hot aantal der getuigen nog negen getuigen a décharge. Van Vaalen wordt nu door den president ondervraagd of hij bekent wat hem is ten laste gelegd, zooals dat in do dagvaarding is omschreven. Van Vaalen: „Neen". De president: ,,Hoe is het. dan vol gens u gegaan?" Van Vaalen: ,,Toen Drost kwam om den wissel te presentooren ten mijnen name, ben ik met dien wissel naar boven geloo- pen. Toen ik terug kwam, lag Drost op den grond, en Van Ee boven op hein. Ik schrok hier geweldig van en moest mij aan het buffet vast houden om staande to blij ven. Dat staat mij duidelijk voor den geest. Ik weet niet of ik Drost mede heb vastge.- grepen, want van het verder gébeurde lub ik allerlei verwarde denkbeelden en v or stellingen in mijn hoofd". D© prosident: „Maar in de instruc tie hebt U een en ander maal medegod oei il dat Van Ee den jongen vast greep toen hij binnen kwam. U sloot de voordeuren hebt daarna de handen van het slachtoffer vast gegrepen. Van Ee kneep do keel dicht van Drost, totdat geen tcekeu vau leven meer te bespeuren was". Van Vaalen: „Daar weet ik mij niets meer vau te herinneren." De officier van justitie- „Dan verzoek ik voorlezing van het verhoor van Van Vaalen voor den rechter-oommissaris." Uit dit verhoor blijkt omstandig de toe dracht van dc zaaJk, door den president in het kort samengevat. De president: „Beklaagde, wat 2©g je daar nu op?" Van Vaalen: „Ik weet daar niets meer van." Dc president: „Dat is nu wel heel gemakkelijk." 'ran Vaalen: „Het is teoh de waar heid. Ik was naar boven gegaan om geld to balen voor den wissel, althans dat zou ik voorwenden. Toen ik beneden kwam, lag Drost op den grond, de oogen puilden uit. het hoofd en daar schrok ik geweldig van. Wat er verder gebeurd is, zou ik niet pre cies kunnen zeggenslechts in flauwe trék ken staat het mij voor." De president: „Ben je niet in don kelder van je huis geweest, toen het lijk er reeds in lag, eu heb je toen geen chloroform op den neus vau het lijk geetrooid?" Van Vaalen: „Daar staat mij wel iets van voor, want er druppelde bloód uit den neus en de oogen." De president-, „Heb je mede ge holpen om het lijk in den kelder te slee pen t" Van Vaalen: „Daar weet ik niets van. Wel weet ik dat het lijk in den kelder is gesleept, maar dat moet Van Ee hebben gedaan." Er worden Van Vaalen verder tal van vragen gedaan, waarop de beklaagde bijna voortdurend antwoordt: „Dat zou ik niet met zekedheid durven zeggen, het staat mij niet precies meer voor den geest, ik weet daarop geen stellig antwoord te geven, ik ■weet het me niet te herinneren." (De zitting duurt voort).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1908 | | pagina 1