M°. 350.
Dinsdag 2 Maart 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Motorboot.
JaaryiiiiKt
AMERSFOGRTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Por 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post1.50.
Afzonderlijke nummers0.05.
Daze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon* en Feest
dagen.
Advertentiênmededeelingon enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens by de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels f «.SO.
EJke regel meer - - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen SS cents bij rcrnitbetating.
Groote letters naar plnatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeolige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
Het Servisclie gevaar.
Het gevaar, dat uit Servië dreigt voor
den vrede van Europa, laat zich minder
ernstig aanzien dan eenige dagen geleden.
Vooreerst blijkt Rusland gunstiger gestemd
te zijn om meê te doen aan de pogingen tot
behoud van den vrede, dan men aanvanke
lijk dacht. De meer bezodigden onder de pan-
slavistische elementen te Petersburg schij
nen tot het inzicht to komen van de verant
woordelijkheid, die Rusland op zich zou
nemen, door Servië tot een onberaden stap
aan te moedigen. En de Russische regee
ring schijnt zich niet te zullen onttrekken
aan den gezamenlijke© stap, dien de groote
mogendheden, op initiatief van Frankrijk
en Duitschland, te Belgrado willen onder
nemen. Men weet nog niet in welken vorm
deze interventie zal geschiedendaarover
wordt nog onderhandeld Maar het beginsel
van den gemeenschappelijken stap te Bel
grado is aangenomen door alle kabinetlen,
dat van Petersburg daaronder begrepen.
Aan den anderen kant is de eerste daad
van het nieuwe Servische kabinet, de ver
klaring waarmeê het in de skoepschtina is
opgetreden, meegevallen. In Weenen heeft
de betrekkelijk gematigde toon van die ver
klaring een goeden indruk gemaakt. Men
erkent, dat de minister-president Novako-
witsch thans gematigder gesproken heeft
dan hij in Januari had gedaan. Hij komt
vel is waar voor alle Servische aanspraken
op, maar vermijdt ze allen met name te
noemenook heeft hij zich onthouden van
grove aanvallen tegen Oostenrijk-Hongarije
Ook in dat opzicht is er dus reden om iets
geruster te zijn, al valt het niet te ontken
nen, dat de houding van het officieel e Rus
land op de openbare meeuing in Servië nog
weinig indruk heeft gemaakt. In de pers
blijft zich eene oorlogszuchtige stemming
lucht geven. Uit Belgrado wordt aan de
Köln. Ztg. bericht, dat de beschouwingen
van de dagbladpers op dezen toon zijn ge
stemd ,,Wij hebben geen raadgevingen
noodig om den vrede in acht te blijven ne
men. Zooals wij beloofden, zullen wij niets
tegen Oostenrijk-Hongarije ondernemen, tot
dat de groote mogendheden hun oordeel heb
ben geveld in ons geschil met Oostenrijk-
Hongarije, en wel i-echtvaardig hebben ge
veld. Wanneer de uitspraak op recht, niet
op macht steunt, dan zal Servië de beste
waarborgen voor het behoud van den vrede
geven; anders blijft ons slechts de oorlog
op leven en dood over. Moge Europa zich
echter haasten met de rechtvaardige oplos
sing van het geschil. Van economische con-
cessiën van problematieken' aard willen wij
niets hoorenmen moet ons tegemoet komen
door aan onze eischen gehoor te geven."
De memorie, die de vorige Servische re
geering had opgesteld om Servie s aanspra
ken bij de groote mogendheden toe te lich
ten, zal door de nieuwe regeering, voordat
zij wordt verzonden, hier en daar worden
omgewerktop raad van den Russischen
gezant, zullen de scherpste uitdrukkingen
worden verzacht. Men behoeft intusschen
daarop niet te wachten om Servië's wen-
schen te leeren kennen. Dr. Vladan George-
witsch, een Servische staatsman iu ruste
hij is onder Koning Milan minister-pre
sident geweest heeft onlangs in Berlijn
eene voordracht gehouden, om die wenschen
uiteen te zetten en daarvoor propaganda te
maken. Hij zette de beteeke.nis en de groot
heid van het Servische volk uiteen, dat op
de internationale congressen is miskend, ten
gevolge van de belustheid op macht van de
groote mogendheden en de geringschatting
van de nationale belangen.
De vraag waarom Servië niet reeds voov.
3D jaren tegen de bezetting van Bosnië
door Oostenrijk heeft geprotesteerd, beant
woordde dr. Georgewitsch aldus, dat Servië
de bezetting altijd slechts als eene voorloo-
pige had beschouwd en dat Koning Milan
steeds ieder verzet tegen de bezetting had
gesmoord, omdat hij uit dankbaarheid voor
den steun, die tot de vergrooting van Servië
ha 1 geleid, een trouwe vriend van Oosten
rijk was geweest. Milan had gemeend, dat
Oostenrijk de agrarische kwestie in Bosnië
zou oplossen'en het land van het Turk-
schc wanbeheer ontsmetten. Als de Oosten
rijkers dan het bezette gebied verlieten, dan
zouden zij het, zoo meende Milan, aan
den Servischen bondgenoot overlatenin
dien echter de bezetting in eene inlijving
veranderd werd, dan had Milan, wanneer
slechts het bestuur in nationalen geest ge
voerd werd, en zich de sympathie van de ge-
heele bevolking had verworven, zich
met de stelling willen tevreden stel
len. zooals b.v. Beieren, Wurtemberg
en Saksen in het Duitsche rijk innemen
In dat geval zouden naar Milan's gedach
te 10 millioen Serven in een nationalen
staat vereenigd en zou de nationale zending
van het koninkrijk Servië vervuld zijn
Maar Milan heeft zich verbloed aan Oos
tenrijks vriendschap. Oostenrijk heeft in
Bosnië en Herzegowina niets gedaan. Eerst
toen de Jong-Turken in Turkije succes had
den, werd er aan eene grondwet voor de
beide landen gedacht. De inlijving heeft een
kreet van verontwaardiging in de beide Ser
vische staten doen opgaan, die terstond hun
ouderlingen naijver hebben vergeten en e>en
of- en defensief verbond met elkaar hebben
gesloten. Zij verderen den afstand van een
strook Bosnisch land om hun beider gebied
te verbinden en zij verlangen, dat de Keizer
van Oostenrijk van Bosnië en Herzegowina
een zelfstandig koninkrijk met Servisch-na-
tionale regeeriiig en eigen parlement maakt;
bovendien willen zij den vrijen doorvoer voor
hunne producten naar alle zijden gewaar
borgd hebben. Wanneer deze eischen niet
worden vervuld, dan komt het, zoo betoogde
dr. Georgewitsch, waarschijnlijk tot een oor
log. Daarin is de overwinning van Oosten
rijk niet zoo zeker, want de Servische en
Montenegnjnsche legers zijn uitmuntend uit
gerust. Maar ook ee: e overwinning zou
slechts eene Pyrrhus-overwinning zijnge
slagen zou Servië misschien nog meer krij
gen dan de gebiedsstrook tot aan de Adriati-
sche zee, die het nu als voorloopige oplos
sing eischt. Eene definitieve oplossing zou
slechts mogelijk zijn door eene vereeniging
van alle Serven. Dr. Georgewitsch geeft ver
schillende oplossingen daarvoor aan. De bes
te zou zijn, dat de Habsburgschc monarchie
uit, hare Servisch-Kroatische landen een
nationalen autonomen staat maakt met eene
nationale regoering en een nationaal parle
ment, waarna Servie en Montenegro een
tolverbond en eene militaire conventie met
Oostenrijk-Hongarije zouden sluitenzelfs
Bulgarije zou toetroden en zoo zou eene
Balkon-confederatie onder Oostenrijk-Hon
garije tot stand komen. Gebeurt dat niet,
dan zal men eene Balkan-confederatie met
Turkije als hoofd oprichten, die den Oosten
rijkers Bosnië met geweld van wapenen zou
ontnemen. Ook zou eene Balkan-confederatie
tot verzekering \an de toekomst der Balkan-
staten als eene Russische schepping denk
baar zijn, waarhij dan ook Rumenië zich zou
aansluiten. In ieder geval, zoo besloot dr.
Georgewitsch, is er geen macht ter wereld,
die in staat zou zijn een volk van tien
millioen menschen tot den politiekeu moord
te veroovdeelen, en zelfs wanneer zulk een
vonnis in het volgende internationale ver
drag der Europeesche groote mogendheden
mocht worden opgeteekend, dan zou Europa
niet in staat zijn het te doen eerbiodigen.
Dit is de voorstelling, die dr. George
witsch heeft van de Servische toekomstplan
nen. In Berlijn zijn die plannen niet zeer in
den smaak gevallen. De Vossische Ztg. maakt
de opmerking, dat de naïveteit der plannen
van Milan nog wordt overtroffen door de
naïveteit van de tegenwoordige Servische
plannen, en laat daarop volgen„Fanta
sieën, anders niet. Twe* veldtochten, een
tegen Turkije, een tegen Bulgarije, hebben
de Serven in den laatsten menschenleeftijd
verloren. De derde, (lie met eene nederlaag
moet eindigen, schijnt voor de deur te staan.
Dat verloren oorlogen den juisten weg tot
het verkrijgen van de nationale eenheid zijn,
is blijkbaar de jongste Servische wijsheid.''
Duitschland.
B e r 1 ij n, 1 Maar t. Bij het op heden
vallende eeuwfeest van het ministerie van
oorlog hield de Keizer een toespraak.
Drukkender dan ooit veeft in het jaar 1808
het juk van den veroveraar op den ge-
teisterden staat gedrukt. In dezen tijd der
diepste vernedering heeft Frederik Wilhelm
III een departement van oorlog in liet leven
geroepen, tot dusver had het leger centrale
leiding en bestuur gemist. Heden kon de
Keizer met blijde trots getuigen dat het aan
zijn verhoven voorganger idler weg e betoonde
vertrouwen ten volle zich heeft gerechtvaar
digd. Daarvoor uitte hij diep bewogen zijn
koninklijken dauk. Zijn blik richt zich hier
bij in 't bijzonder op Scharnhorst en Roon,
wapensmeden, gene van de bevrijding van
Pruisen, deze van de eenheid Duitschland's.
Moge de noodlottige tijd waarin het minis
terie van oorlog werd gegrondvest immer
een waarschuwing vormen, om nooit te ver
tragen in den arbeid voor het vaderland,
dan zal de zegen des Almachtigen op de
werken van het ministerie van oorlog rus
ten, dan zal Duitschland alle stormen die
het raadsbesluit der Voorzienigheid moge
brengen, zegerijk doorstaan Dat geve God I
De Keizer verleende een groot aantal on
derscheidingen, o. a. de orde van den Zwar
ten Adelaar aan den minister van oorlog Von
Einem.
Engeland.
Londen, 1 Maart. De Koning ver
trekt Donderdagmorgen naar Biarritz Hij
zal één of twee nachten te Parijs doorbren
gen en eene ontmoeting hebben met presi
dent Fallières, alvorens zijne reis te vervol
gen.
Rusland.
Het debat in de rijksdoema over de inter-
pellatiën in de zaak-Azew is geëindigd met
de aanneming van eene motie, ingediend
door de uiterste rechterzijde, de nationalis
ten, de gematigde'rechterzijde en de okto-
bristen, waarin' gezegd wordt, dat de ver
klaringen der regeering als voldoende licht
verspreidend en bevredigend zijn aan ie mer
ken, en tevens de overtuiging wordt uitge
sproken, dat de regeering alle wettelijke
middelen zal aanwenden tot bestrijding van
het terrorisme.
Servië.
Belgrado, 1 Maart. De Koning
heeft gratie verleend aan alle officieren, die
indertijd wegens deelneming aan eene samen
zwering te Kragujewatz tot verscheidene ja
ren gevangenisstraf waren veroordeeld.
Bulgarije.
Over den beraamden aanslag op Koning
Ferdinand, wordt uit Belgrado nader aan
de Vossische Zeitung bericht Sinds ge-
ruimen tijd reeds liepen er te Belgrado zoo
wel als te Sofia geruchten over een samen
zwering tegen Koning Ferdinand. Uit het
thans gebeurde blijkt, dat deze geruchten
niet van grond ontbloot waren. Toen eenige
weken geleden te Sofia een Russisch anar
chist, dien men verdacht daarheen te zijn
gekomen met het doel Koning Ferdinand te
vermoorden, in hechtenis werd genomen, kon
worden vastgesteld, dat hij gedurende eeni-
gen tijd te Belgrado had vertoefd. Sindsdien
hield de Bulgaarsche regeering met behulp
van het diplomatiek agentschap te Belgrado
en van agenten, die zij naar Belgrado zond,
alle uit Sofia komende of zich naar die
plaats begevende personen in 't oog en liet
ze op deze streng toezicht houden. Deze
maatregelen nu hebben geleid tot inhechte
nisneming van twee personen, die na een
langdurig verhoor bekend hebben deel te
hebben genomen aan een samenzwering tegen
Koning Ferdinand en naar Belgrado te zijn
gezonden om daar materiaal voor het maken
van een bom bijeen te brengen.
Een te Belgrado woonachtig meisje, dat
zij voor hun plan hadden gewonnen, zou de
ontplofbare stoffen naar Roestsjoek brengen
en daar zou Koning Ferdinand dan op zijn
terugreis uit Rusland vermoord worden. De
beide beschuldigden stonden, zooals nader
is gebleken, in betrekking tot het comité
voor landsverdediging te Belgrado. Uit het
onderzoek zal moeten blijken, of ook dit
comité, waarvan de Servische kroonprins
George beschermheer is, bij de zaak betrok
ken is.
Sofia, 1 Maart. In regeeringskrin-
gen heeft men tot dusver volstrekt geene in
lichtingen ontvangen, die strekken tot be
vestiging van het bestaan van eene samen
zwering tegen Koning Ferdinand.
De Balkancrisis.
P a r ij s, 1 Maart. Een berichtgever
van de Temps, die een onderhoud gehad
heeft met den Servischen minister Milowa-
nowitsch, voordat de Russische gezant zijn
\ertoog richtte tot de Servische regeering,
berioht, dat de minister tot hem zeide
„Servië is bereid den stap, die door de mo
gendheden gemeenschappelijk zal worden
gedaan, met deferentie op te vatten en zal
trachten er aan te voldoen, maar met inacht
neming van de belangen en de waardigheid
van het land."
Hij voegde hieraan toe, dat Servie zijn
eisch omtrent débouché's aan de Adriatische
Zee met nadruk blijft handhaven.
Weenen, 1 Maart. In de politieke
kringen en de bladen wordft de stap van Rus
land te Belgrado met sympathie beoordeeld
Thans is de vraag, wat de Serviërs zullen
antwoorden, want het is noodig, om het Ser
vische vraagstuk voorgoed te kunnen rege
len, dat Servië alle voorwaarden, die Oos
tenrijk-Hongarije stelt, aanneemt.
Uit Belgrado wordt gemeld, dat de bladen
zich zeer ontstemd betoönen over Rusland,
omdat het Servië wil dwingen van zijne
eischen af te zien.
W eene», 1 Maart. De Zeit ver
neemt uit bevoegde bron, dat het kabinet
te Weenen betreffende de economische con-
cessiën, die aan Servië zullen worden ver
leend. de volgende punten heeft opgege
ven Het kabinet te Belgrado zal uitdruk
kelijk aan de Oostenrijksch-Hongaarsche
regeeving moeten verklaren, dat het eene
correcte en vriendschappelijke politiek
tegenover Oostenrijk-Hongarije wil volgen.
Servië moet afzien van politieke pretentiën,
die niet te verwezenlijken zijn. Het moei
het verlangen naar gebied scorn pen satiën en
de vestiging van de autonomie in Bosnië
prijs geven. Servië moet begrijpen, dat ei
volstrekt geen verband bestaat tusschen de
Servische en de Bosnische kwestie. Wan
neer Servië economische voordeelen wenscht
te verkrijgen, dan is de regeering van Oos
tenrijk-Hongarije genegen daarover recht
streeks in besprekingen te treden met het
kabinet te Belgrado.
Weenen, 1 Maart. Volgens inlich
tingen, uit goede bron geput, blijkt uit een
onderhoud, dat baron Aehrenthal gisteren
met den Hongaarschen minister-president
Wc-kerle heeft gehad, dat de toestand thans
volstrekt niet kritiek is.
Uit Budapest wordt bericht, dat de Oos-
teurijksche gezant in Servië graaf Forbach,
die gisteren daar is aangekomen, over twee
dagen zijn post weer zal bezetten.
De Koning van Bulgarije is gisteren op
zijne terugreis uit Petersburg te Weenen
aangekomen.
Belgrado, 1 Maart. Eene offi-
cieuse mededeeling verklaart, dat Servië,
steunende op zijne correcte politiek en hou
ding tegenover Oostenrijk, door Europa
tri. uwens erkend, een onwrikbaar vertrou
wen stelt in de rechtvaardigheid en de wel
willendheid van Europa, want de regeering
is overtuigd, door hare houding aan de ver
wachting van de mogendheden te hebben
voldaan Tegelijk vertrouwt de Servische re
geering, dat het Servische volk slechts mot
do grootste reserve de berichten zal aan
nemen, die in staat zijn ongerustheid te ver
wekken en die dikwijls uit de meest ver
dacht© bronnen voortkomen. Servië onder
houdt tot heden correcte betrekkingen met
Oostenrijk-Hongarije en verlangt, dat zij in
de toekomst zoo zullen blijvenhet ver
wacht, dat de houding van ieder burger in
ieder opzicht door volkomen gematigdheid
een steun zal zijn voor de regeering in de
crisis, die thans wordt ondergaan.
Budapest, 1 Maart. De Pester
Lloyd *gt in een uit Weenen afkomstig be
richt over den buitenlandschen toestand, dat
Oostenrijk-Hongarije niet ontroostbaar zou
zijn als de mogendheden er van afzagen in
Belgrado den voorgenomen gemeenschappe
lijken stap te doen. Oostenrijk-Hongarije
heeft nooit eene bemiddeling van de mogend
heden voorgesteld en men weet in Weenen,
dat alleen naar de stem van Rusland in
Belgrado geluisterd wordt. Wanneer Rus
land er in slaagt de oorlogszuchtige stem
ming te wijzigen, die op het oogenblik in
Belgrado heerscht, dan zal het aan de
Servische regeering staan eene uitdruk-
Naar het Engelsch
39 VAN
C. N. kn W. M. WILLIAMSON.
Ook de jonge meisjes hadden daar waar
schijnlijk van gehoord en moesten zich op
dat oogenblik afvragen, hoe het mogelijk
Icon zijn geweest 'het portret van dit kleine
gebrilde wezen te schilderen. Wreede tante
Fay! Op de een of andere wijze moest het
haar ter ooren zijn gekomen, welk een mees
terstuk Starr van het portret van haar alter
ego had gemaakt en zij genoot nu van zijne
verlegenheid, zooals slechte jongetjes ge
nieten van de s'u'ptrekkingen van vlinders,
door hen op spelden geprikt.
Uit medelijden kwam ik hem te hulp,
door, nog voordat de vraag omtrent het
portret, die ik op de lippen van Misfr Van
Buren zag branden, kon worden geuit, te
zeggen
„Ja, het is de Rijn. Verder op wordt de
rivier de Oude Rijn, en nog verder de
Kromme Rijn. Maar zoo gij haar hier niet
bewondert, zult gij te Katwijk uit de
hoogte op haar nederzien. Aldaar ein
digt zij zoo armzalig, dat men er nauwe
lijks meer over spreken kan. Maar mis
schien is het u bekend men moet haar
in zee pompen."
„Dat komt mij volstrekt niet armzalig
voor," verzekerde tante Fav, „ik veronder
stel, dat zij eenvoudig niet verkiest de zee
in te gaan en liever van haar arbeid uit zou
rusten, als een mooi, klein meer, om te
droomen van de plek, waar zij op dë Splü-
gen ontstond, of de wijze waarop zij bulde
rend over de rotsblokken te Schaffhauson
zich stortte, om zich voort te kronkelen tus
schen de wijnbergen en bouwvallen van ka-
steelen, langs den Drachenfels en Keulen
Indien men haar tegen wil en dank verkiest
over te pompen, is dat hunne zaak, tenmin
ste, zoo zou ik er over denken ais ik de
Rijn was."
„Hoe echt Schots van u, tanie Fay!" riep
Starr vol bewondering; maai- hij zag er uit,
aibof iets hem geweldig hinderde en ik vroeg
inij af, of hij ook soms bij toeval aan de
jonge meisjes verteld had, dat Lady Mac
Nairne nooit in Duitschland was geweest.
Het lijdt geen twijfel of hare dubbelgangster
heeft dat land bezocht en herinnert zioli wait
zij er zag. Ik ben niet bijzonder nieuwsgie
rig naar de zaken van anderenmaar ik
moet bekennen, dat ik gaarne wat meer om
trent tante Fay's verleiden weten wilde;
want zij schijnt zoo onwetend omtrent som
mige dingen en zoo bijzonder goed op de
hoogte van andere zaken
Plotseling keek Miss Van Buren op van
een rood boek, waaraan zij al haar aandacht
had gewijd, sedert wij te Alphen uit de
nauwe vaart in den breederen waterweg der
rivier kwamen.
„Dit boek vertelt je alles, behalve wat
men graag zou willen weten 1" klaagde zij.
Waarom zegt het niet, wat St. Joris in
Engeland is? Hij moet daar do een of ande
re heilige zijn en ik zag zijn naam boven
die aardige kleine herbeTg met den tuin to
Alpben."
„St. George," zeide ik. ofschoon zij het
mij niet had gevraagd.
„Dat had ik ook kunnen weten," zuchtte
zij, „en ongetwijfeld hebben de Hollanders
den draak ook in hun taal gedaan, welke
krioelt van die ,,i's" en „j's", die mij een
gevoel geven, zoo vaak ik ze gedrukt, zie,
alsof mijn haar tie stijf gebonden was, of
inijne tanden te groot voor mijn mond wa
ren Rijnwijn bijvoorbeeld. Wie zou ooit
denken, dat dit zoo iets aangenaams betee-
kende als Rhine wine?"
„Waarom niet?" vroeg ik. „Wij spreken
he: bijna eveneens uit."
„Dat komt omdat ge niet den moed uwer
overtuiging hebt. Ge gooit links en rechts
taiet de ,,i's" en „j's" en dan beweert ge,
diat zo er niet zijn."
„Ziet u dan niet, dat het slechts ,,ij's'
zijn?" protesteerde ik en het is vreemd, dat
zij in het oog van een vreemdeling, al staan
ze naast elkaar, todh twee verschillende let
ters lijken."
Maar de Chaperonne kwam 'hier tusschen
beiden. Zij zeide,.dat wij al genoeg te doen
hadden om aan onze p's en q's in het leven
'te denken, zonder nog over „i's" en „j's"
te redekavelen liet debat eindigde hiermee
en de beide meisjes begonnen nu te zorgen
dat wij een kopje thee kregen.
Zij deden «lit op allerbekoorlijkste wijze,
tooverende met den inhoud van een thee-
inamdje, dat door Starr op dek werd ge
bracht en op een vouwtafel'tje neergezet.
Hetzij Miss Van Buren mij vergat,
toen de thee gezet was en de kopjes door
haar werden rond gerei ktof zich slechts
zoo hield, zooveel is zeker, dat ik overge
slagen werd. Hare stiefzuster herinnerde
haar aan haar verzuim en nu gaf zij mij
tiiiee zonder suiker. Ik vroeg haar nu nede
rig om een klontje, waarop zij, al pratende
met Starr, er drie in mijn kopje liet vallen.
Robert zou waarlijk in de verzoeking zijn
gekomen haar te schudden, indien hij dat
theepartijtje had bijgewoond
HOOFDSTUK XII.
Mijne moeder had mij naar Oxford ge
zonden, omdat zij meende geen belang te
kunnen stellen in een jongmensch, dat niet
vier jaar te Oxford of Cambridge had gestu
deerd. Maar daarna bracht ik, uit trouw aan
mijn vaderland, twee jaren aan de Hooge-
s oh ooi van Leiden door en aangezien de ka
mers, welke ik al'daar bewoonde, herinnerin
gen aan Olivier Goldsmith bevatten, hield
ik ze sedert altijd aan. Ik was vier en twin
tig jaar t->en ik Leiden vaarwel zeide en ge
durende de vijf daaropvolgende jaren heb ik
die kamers verhuurd aan een neef, die zijn
graad van Meester in de Rechten zocht te
verwerven Ik wist, dat hij thans op het
punt stond te promoveeren en hoopte aan
mijne vrienden (en één© vijandin) een paar
zaken mijner oude Universiteitsstad te kun
nen toonen, die niet veel touristen zullen
zien.
De theekopjes waren juist omgewassclien
en eene beraadslaging omtrent nieuwe plan
nen, waaraan Miss Van Buren mij niet ver
gund had deel te nemen, was op niets uit-
gcloopen, toen i-k de Lorelei eon van Lei
den's tallooze groene grachten binnenvoerde.
„Geen van u allen schijnt 'te weten wat
hij bet eerst, liet laatst of tussehentijds
wenscht te doen," waagde ik het op te mer
ken, „missohien wilt gij dus wel, tor voor
koming van tijdverlies, toestaan, dat ik u
hel een en ander voorstel. Ik heb Hendrik
reeds opgedragen een huurrijtuig te halen,
en hij is al weg. Zoodra het rijtuig er is,
gaat dan kamers bespreken in het Hotel
Levedag, rijdt de stad eens door, kijkt in het
voorbijgaan naar de kerken en begeeft u
naar het Stadhuis. Het torentje en do voor
gevel zullen u bevallen. Beide dagteekenen.
uit 'de zestiende eeuw, toen wij voorspoed
genoten en tijd hadden kunstlievend te zijn.
Boven den ingang aan de Noordzijde is een
zonderling opschrift betreffende het beleg.
Het vormt een chronogram en gij moogt dat
niet missen. Ik kan u niet vergezellen, om
dat ik iets in orde wil brengen voor vair
avond, dat naar ik hoop in uw smaak vallen
zal. Maar ik vind u weer in de Archiefzaal
van hét Stadhuis, waar gij intusschen de
paneelen kunt bewonderen. Ik zal u niet
lang laten wachten en u daarna zelf naar de
gebouwen der Hoogeschool brengen. Ik heb
daar gestudeerd, zoodat ik misschien nog
beter gids dan Baedeker zal zijn."
Toen dit plan tot aller genoegen was vast
gesteld, behalve dat van de persoon, wie ik
aangenaam weuschte te zijn, keende Hendrik
terug met een vigelante en vijf minuten la
ter bevond ik mij alleen en vrij mijne voor
nemens tot het bezoden eener verstrooiing
voor dien avond uit te voeren.
Van uit Gouda bad ik een lelogram aan
mijn neef Jan van Hol gezonden, met ifet
verzoek thuis te blijven en mij tusschen vie
ren en vijven te wachten. Ik koos de kortste
dwarswegen, mij zoo wel bekend en beklom,
ui spoedig de smalle trappen van het oude
buis, waarvan ik twee jaar de bovenste ver
dieping had bewoond.
Wordt i\y.-vol gé