M°. 350. Dinsdag 2 Maart 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. JaaryiiiiKt AMERSFOGRTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Por 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post1.50. Afzonderlijke nummers0.05. Daze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon* en Feest dagen. Advertentiênmededeelingon enz.gelieve men vóór 11 uur 's morgens by de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels f «.SO. EJke regel meer - - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen SS cents bij rcrnitbetating. Groote letters naar plnatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeolige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement. Eene circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. Het Servisclie gevaar. Het gevaar, dat uit Servië dreigt voor den vrede van Europa, laat zich minder ernstig aanzien dan eenige dagen geleden. Vooreerst blijkt Rusland gunstiger gestemd te zijn om meê te doen aan de pogingen tot behoud van den vrede, dan men aanvanke lijk dacht. De meer bezodigden onder de pan- slavistische elementen te Petersburg schij nen tot het inzicht to komen van de verant woordelijkheid, die Rusland op zich zou nemen, door Servië tot een onberaden stap aan te moedigen. En de Russische regee ring schijnt zich niet te zullen onttrekken aan den gezamenlijke© stap, dien de groote mogendheden, op initiatief van Frankrijk en Duitschland, te Belgrado willen onder nemen. Men weet nog niet in welken vorm deze interventie zal geschiedendaarover wordt nog onderhandeld Maar het beginsel van den gemeenschappelijken stap te Bel grado is aangenomen door alle kabinetlen, dat van Petersburg daaronder begrepen. Aan den anderen kant is de eerste daad van het nieuwe Servische kabinet, de ver klaring waarmeê het in de skoepschtina is opgetreden, meegevallen. In Weenen heeft de betrekkelijk gematigde toon van die ver klaring een goeden indruk gemaakt. Men erkent, dat de minister-president Novako- witsch thans gematigder gesproken heeft dan hij in Januari had gedaan. Hij komt vel is waar voor alle Servische aanspraken op, maar vermijdt ze allen met name te noemenook heeft hij zich onthouden van grove aanvallen tegen Oostenrijk-Hongarije Ook in dat opzicht is er dus reden om iets geruster te zijn, al valt het niet te ontken nen, dat de houding van het officieel e Rus land op de openbare meeuing in Servië nog weinig indruk heeft gemaakt. In de pers blijft zich eene oorlogszuchtige stemming lucht geven. Uit Belgrado wordt aan de Köln. Ztg. bericht, dat de beschouwingen van de dagbladpers op dezen toon zijn ge stemd ,,Wij hebben geen raadgevingen noodig om den vrede in acht te blijven ne men. Zooals wij beloofden, zullen wij niets tegen Oostenrijk-Hongarije ondernemen, tot dat de groote mogendheden hun oordeel heb ben geveld in ons geschil met Oostenrijk- Hongarije, en wel i-echtvaardig hebben ge veld. Wanneer de uitspraak op recht, niet op macht steunt, dan zal Servië de beste waarborgen voor het behoud van den vrede geven; anders blijft ons slechts de oorlog op leven en dood over. Moge Europa zich echter haasten met de rechtvaardige oplos sing van het geschil. Van economische con- cessiën van problematieken' aard willen wij niets hoorenmen moet ons tegemoet komen door aan onze eischen gehoor te geven." De memorie, die de vorige Servische re geering had opgesteld om Servie s aanspra ken bij de groote mogendheden toe te lich ten, zal door de nieuwe regeering, voordat zij wordt verzonden, hier en daar worden omgewerktop raad van den Russischen gezant, zullen de scherpste uitdrukkingen worden verzacht. Men behoeft intusschen daarop niet te wachten om Servië's wen- schen te leeren kennen. Dr. Vladan George- witsch, een Servische staatsman iu ruste hij is onder Koning Milan minister-pre sident geweest heeft onlangs in Berlijn eene voordracht gehouden, om die wenschen uiteen te zetten en daarvoor propaganda te maken. Hij zette de beteeke.nis en de groot heid van het Servische volk uiteen, dat op de internationale congressen is miskend, ten gevolge van de belustheid op macht van de groote mogendheden en de geringschatting van de nationale belangen. De vraag waarom Servië niet reeds voov. 3D jaren tegen de bezetting van Bosnië door Oostenrijk heeft geprotesteerd, beant woordde dr. Georgewitsch aldus, dat Servië de bezetting altijd slechts als eene voorloo- pige had beschouwd en dat Koning Milan steeds ieder verzet tegen de bezetting had gesmoord, omdat hij uit dankbaarheid voor den steun, die tot de vergrooting van Servië ha 1 geleid, een trouwe vriend van Oosten rijk was geweest. Milan had gemeend, dat Oostenrijk de agrarische kwestie in Bosnië zou oplossen'en het land van het Turk- schc wanbeheer ontsmetten. Als de Oosten rijkers dan het bezette gebied verlieten, dan zouden zij het, zoo meende Milan, aan den Servischen bondgenoot overlatenin dien echter de bezetting in eene inlijving veranderd werd, dan had Milan, wanneer slechts het bestuur in nationalen geest ge voerd werd, en zich de sympathie van de ge- heele bevolking had verworven, zich met de stelling willen tevreden stel len. zooals b.v. Beieren, Wurtemberg en Saksen in het Duitsche rijk innemen In dat geval zouden naar Milan's gedach te 10 millioen Serven in een nationalen staat vereenigd en zou de nationale zending van het koninkrijk Servië vervuld zijn Maar Milan heeft zich verbloed aan Oos tenrijks vriendschap. Oostenrijk heeft in Bosnië en Herzegowina niets gedaan. Eerst toen de Jong-Turken in Turkije succes had den, werd er aan eene grondwet voor de beide landen gedacht. De inlijving heeft een kreet van verontwaardiging in de beide Ser vische staten doen opgaan, die terstond hun ouderlingen naijver hebben vergeten en e>en of- en defensief verbond met elkaar hebben gesloten. Zij verderen den afstand van een strook Bosnisch land om hun beider gebied te verbinden en zij verlangen, dat de Keizer van Oostenrijk van Bosnië en Herzegowina een zelfstandig koninkrijk met Servisch-na- tionale regeeriiig en eigen parlement maakt; bovendien willen zij den vrijen doorvoer voor hunne producten naar alle zijden gewaar borgd hebben. Wanneer deze eischen niet worden vervuld, dan komt het, zoo betoogde dr. Georgewitsch, waarschijnlijk tot een oor log. Daarin is de overwinning van Oosten rijk niet zoo zeker, want de Servische en Montenegnjnsche legers zijn uitmuntend uit gerust. Maar ook ee: e overwinning zou slechts eene Pyrrhus-overwinning zijnge slagen zou Servië misschien nog meer krij gen dan de gebiedsstrook tot aan de Adriati- sche zee, die het nu als voorloopige oplos sing eischt. Eene definitieve oplossing zou slechts mogelijk zijn door eene vereeniging van alle Serven. Dr. Georgewitsch geeft ver schillende oplossingen daarvoor aan. De bes te zou zijn, dat de Habsburgschc monarchie uit, hare Servisch-Kroatische landen een nationalen autonomen staat maakt met eene nationale regoering en een nationaal parle ment, waarna Servie en Montenegro een tolverbond en eene militaire conventie met Oostenrijk-Hongarije zouden sluitenzelfs Bulgarije zou toetroden en zoo zou eene Balkon-confederatie onder Oostenrijk-Hon garije tot stand komen. Gebeurt dat niet, dan zal men eene Balkan-confederatie met Turkije als hoofd oprichten, die den Oosten rijkers Bosnië met geweld van wapenen zou ontnemen. Ook zou eene Balkan-confederatie tot verzekering \an de toekomst der Balkan- staten als eene Russische schepping denk baar zijn, waarhij dan ook Rumenië zich zou aansluiten. In ieder geval, zoo besloot dr. Georgewitsch, is er geen macht ter wereld, die in staat zou zijn een volk van tien millioen menschen tot den politiekeu moord te veroovdeelen, en zelfs wanneer zulk een vonnis in het volgende internationale ver drag der Europeesche groote mogendheden mocht worden opgeteekend, dan zou Europa niet in staat zijn het te doen eerbiodigen. Dit is de voorstelling, die dr. George witsch heeft van de Servische toekomstplan nen. In Berlijn zijn die plannen niet zeer in den smaak gevallen. De Vossische Ztg. maakt de opmerking, dat de naïveteit der plannen van Milan nog wordt overtroffen door de naïveteit van de tegenwoordige Servische plannen, en laat daarop volgen„Fanta sieën, anders niet. Twe* veldtochten, een tegen Turkije, een tegen Bulgarije, hebben de Serven in den laatsten menschenleeftijd verloren. De derde, (lie met eene nederlaag moet eindigen, schijnt voor de deur te staan. Dat verloren oorlogen den juisten weg tot het verkrijgen van de nationale eenheid zijn, is blijkbaar de jongste Servische wijsheid.'' Duitschland. B e r 1 ij n, 1 Maar t. Bij het op heden vallende eeuwfeest van het ministerie van oorlog hield de Keizer een toespraak. Drukkender dan ooit veeft in het jaar 1808 het juk van den veroveraar op den ge- teisterden staat gedrukt. In dezen tijd der diepste vernedering heeft Frederik Wilhelm III een departement van oorlog in liet leven geroepen, tot dusver had het leger centrale leiding en bestuur gemist. Heden kon de Keizer met blijde trots getuigen dat het aan zijn verhoven voorganger idler weg e betoonde vertrouwen ten volle zich heeft gerechtvaar digd. Daarvoor uitte hij diep bewogen zijn koninklijken dauk. Zijn blik richt zich hier bij in 't bijzonder op Scharnhorst en Roon, wapensmeden, gene van de bevrijding van Pruisen, deze van de eenheid Duitschland's. Moge de noodlottige tijd waarin het minis terie van oorlog werd gegrondvest immer een waarschuwing vormen, om nooit te ver tragen in den arbeid voor het vaderland, dan zal de zegen des Almachtigen op de werken van het ministerie van oorlog rus ten, dan zal Duitschland alle stormen die het raadsbesluit der Voorzienigheid moge brengen, zegerijk doorstaan Dat geve God I De Keizer verleende een groot aantal on derscheidingen, o. a. de orde van den Zwar ten Adelaar aan den minister van oorlog Von Einem. Engeland. Londen, 1 Maart. De Koning ver trekt Donderdagmorgen naar Biarritz Hij zal één of twee nachten te Parijs doorbren gen en eene ontmoeting hebben met presi dent Fallières, alvorens zijne reis te vervol gen. Rusland. Het debat in de rijksdoema over de inter- pellatiën in de zaak-Azew is geëindigd met de aanneming van eene motie, ingediend door de uiterste rechterzijde, de nationalis ten, de gematigde'rechterzijde en de okto- bristen, waarin' gezegd wordt, dat de ver klaringen der regeering als voldoende licht verspreidend en bevredigend zijn aan ie mer ken, en tevens de overtuiging wordt uitge sproken, dat de regeering alle wettelijke middelen zal aanwenden tot bestrijding van het terrorisme. Servië. Belgrado, 1 Maart. De Koning heeft gratie verleend aan alle officieren, die indertijd wegens deelneming aan eene samen zwering te Kragujewatz tot verscheidene ja ren gevangenisstraf waren veroordeeld. Bulgarije. Over den beraamden aanslag op Koning Ferdinand, wordt uit Belgrado nader aan de Vossische Zeitung bericht Sinds ge- ruimen tijd reeds liepen er te Belgrado zoo wel als te Sofia geruchten over een samen zwering tegen Koning Ferdinand. Uit het thans gebeurde blijkt, dat deze geruchten niet van grond ontbloot waren. Toen eenige weken geleden te Sofia een Russisch anar chist, dien men verdacht daarheen te zijn gekomen met het doel Koning Ferdinand te vermoorden, in hechtenis werd genomen, kon worden vastgesteld, dat hij gedurende eeni- gen tijd te Belgrado had vertoefd. Sindsdien hield de Bulgaarsche regeering met behulp van het diplomatiek agentschap te Belgrado en van agenten, die zij naar Belgrado zond, alle uit Sofia komende of zich naar die plaats begevende personen in 't oog en liet ze op deze streng toezicht houden. Deze maatregelen nu hebben geleid tot inhechte nisneming van twee personen, die na een langdurig verhoor bekend hebben deel te hebben genomen aan een samenzwering tegen Koning Ferdinand en naar Belgrado te zijn gezonden om daar materiaal voor het maken van een bom bijeen te brengen. Een te Belgrado woonachtig meisje, dat zij voor hun plan hadden gewonnen, zou de ontplofbare stoffen naar Roestsjoek brengen en daar zou Koning Ferdinand dan op zijn terugreis uit Rusland vermoord worden. De beide beschuldigden stonden, zooals nader is gebleken, in betrekking tot het comité voor landsverdediging te Belgrado. Uit het onderzoek zal moeten blijken, of ook dit comité, waarvan de Servische kroonprins George beschermheer is, bij de zaak betrok ken is. Sofia, 1 Maart. In regeeringskrin- gen heeft men tot dusver volstrekt geene in lichtingen ontvangen, die strekken tot be vestiging van het bestaan van eene samen zwering tegen Koning Ferdinand. De Balkancrisis. P a r ij s, 1 Maart. Een berichtgever van de Temps, die een onderhoud gehad heeft met den Servischen minister Milowa- nowitsch, voordat de Russische gezant zijn \ertoog richtte tot de Servische regeering, berioht, dat de minister tot hem zeide „Servië is bereid den stap, die door de mo gendheden gemeenschappelijk zal worden gedaan, met deferentie op te vatten en zal trachten er aan te voldoen, maar met inacht neming van de belangen en de waardigheid van het land." Hij voegde hieraan toe, dat Servie zijn eisch omtrent débouché's aan de Adriatische Zee met nadruk blijft handhaven. Weenen, 1 Maart. In de politieke kringen en de bladen wordft de stap van Rus land te Belgrado met sympathie beoordeeld Thans is de vraag, wat de Serviërs zullen antwoorden, want het is noodig, om het Ser vische vraagstuk voorgoed te kunnen rege len, dat Servië alle voorwaarden, die Oos tenrijk-Hongarije stelt, aanneemt. Uit Belgrado wordt gemeld, dat de bladen zich zeer ontstemd betoönen over Rusland, omdat het Servië wil dwingen van zijne eischen af te zien. W eene», 1 Maart. De Zeit ver neemt uit bevoegde bron, dat het kabinet te Weenen betreffende de economische con- cessiën, die aan Servië zullen worden ver leend. de volgende punten heeft opgege ven Het kabinet te Belgrado zal uitdruk kelijk aan de Oostenrijksch-Hongaarsche regeeving moeten verklaren, dat het eene correcte en vriendschappelijke politiek tegenover Oostenrijk-Hongarije wil volgen. Servië moet afzien van politieke pretentiën, die niet te verwezenlijken zijn. Het moei het verlangen naar gebied scorn pen satiën en de vestiging van de autonomie in Bosnië prijs geven. Servië moet begrijpen, dat ei volstrekt geen verband bestaat tusschen de Servische en de Bosnische kwestie. Wan neer Servië economische voordeelen wenscht te verkrijgen, dan is de regeering van Oos tenrijk-Hongarije genegen daarover recht streeks in besprekingen te treden met het kabinet te Belgrado. Weenen, 1 Maart. Volgens inlich tingen, uit goede bron geput, blijkt uit een onderhoud, dat baron Aehrenthal gisteren met den Hongaarschen minister-president Wc-kerle heeft gehad, dat de toestand thans volstrekt niet kritiek is. Uit Budapest wordt bericht, dat de Oos- teurijksche gezant in Servië graaf Forbach, die gisteren daar is aangekomen, over twee dagen zijn post weer zal bezetten. De Koning van Bulgarije is gisteren op zijne terugreis uit Petersburg te Weenen aangekomen. Belgrado, 1 Maart. Eene offi- cieuse mededeeling verklaart, dat Servië, steunende op zijne correcte politiek en hou ding tegenover Oostenrijk, door Europa tri. uwens erkend, een onwrikbaar vertrou wen stelt in de rechtvaardigheid en de wel willendheid van Europa, want de regeering is overtuigd, door hare houding aan de ver wachting van de mogendheden te hebben voldaan Tegelijk vertrouwt de Servische re geering, dat het Servische volk slechts mot do grootste reserve de berichten zal aan nemen, die in staat zijn ongerustheid te ver wekken en die dikwijls uit de meest ver dacht© bronnen voortkomen. Servië onder houdt tot heden correcte betrekkingen met Oostenrijk-Hongarije en verlangt, dat zij in de toekomst zoo zullen blijvenhet ver wacht, dat de houding van ieder burger in ieder opzicht door volkomen gematigdheid een steun zal zijn voor de regeering in de crisis, die thans wordt ondergaan. Budapest, 1 Maart. De Pester Lloyd *gt in een uit Weenen afkomstig be richt over den buitenlandschen toestand, dat Oostenrijk-Hongarije niet ontroostbaar zou zijn als de mogendheden er van afzagen in Belgrado den voorgenomen gemeenschappe lijken stap te doen. Oostenrijk-Hongarije heeft nooit eene bemiddeling van de mogend heden voorgesteld en men weet in Weenen, dat alleen naar de stem van Rusland in Belgrado geluisterd wordt. Wanneer Rus land er in slaagt de oorlogszuchtige stem ming te wijzigen, die op het oogenblik in Belgrado heerscht, dan zal het aan de Servische regeering staan eene uitdruk- Naar het Engelsch 39 VAN C. N. kn W. M. WILLIAMSON. Ook de jonge meisjes hadden daar waar schijnlijk van gehoord en moesten zich op dat oogenblik afvragen, hoe het mogelijk Icon zijn geweest 'het portret van dit kleine gebrilde wezen te schilderen. Wreede tante Fay! Op de een of andere wijze moest het haar ter ooren zijn gekomen, welk een mees terstuk Starr van het portret van haar alter ego had gemaakt en zij genoot nu van zijne verlegenheid, zooals slechte jongetjes ge nieten van de s'u'ptrekkingen van vlinders, door hen op spelden geprikt. Uit medelijden kwam ik hem te hulp, door, nog voordat de vraag omtrent het portret, die ik op de lippen van Misfr Van Buren zag branden, kon worden geuit, te zeggen „Ja, het is de Rijn. Verder op wordt de rivier de Oude Rijn, en nog verder de Kromme Rijn. Maar zoo gij haar hier niet bewondert, zult gij te Katwijk uit de hoogte op haar nederzien. Aldaar ein digt zij zoo armzalig, dat men er nauwe lijks meer over spreken kan. Maar mis schien is het u bekend men moet haar in zee pompen." „Dat komt mij volstrekt niet armzalig voor," verzekerde tante Fav, „ik veronder stel, dat zij eenvoudig niet verkiest de zee in te gaan en liever van haar arbeid uit zou rusten, als een mooi, klein meer, om te droomen van de plek, waar zij op dë Splü- gen ontstond, of de wijze waarop zij bulde rend over de rotsblokken te Schaffhauson zich stortte, om zich voort te kronkelen tus schen de wijnbergen en bouwvallen van ka- steelen, langs den Drachenfels en Keulen Indien men haar tegen wil en dank verkiest over te pompen, is dat hunne zaak, tenmin ste, zoo zou ik er over denken ais ik de Rijn was." „Hoe echt Schots van u, tanie Fay!" riep Starr vol bewondering; maai- hij zag er uit, aibof iets hem geweldig hinderde en ik vroeg inij af, of hij ook soms bij toeval aan de jonge meisjes verteld had, dat Lady Mac Nairne nooit in Duitschland was geweest. Het lijdt geen twijfel of hare dubbelgangster heeft dat land bezocht en herinnert zioli wait zij er zag. Ik ben niet bijzonder nieuwsgie rig naar de zaken van anderenmaar ik moet bekennen, dat ik gaarne wat meer om trent tante Fay's verleiden weten wilde; want zij schijnt zoo onwetend omtrent som mige dingen en zoo bijzonder goed op de hoogte van andere zaken Plotseling keek Miss Van Buren op van een rood boek, waaraan zij al haar aandacht had gewijd, sedert wij te Alphen uit de nauwe vaart in den breederen waterweg der rivier kwamen. „Dit boek vertelt je alles, behalve wat men graag zou willen weten 1" klaagde zij. Waarom zegt het niet, wat St. Joris in Engeland is? Hij moet daar do een of ande re heilige zijn en ik zag zijn naam boven die aardige kleine herbeTg met den tuin to Alpben." „St. George," zeide ik. ofschoon zij het mij niet had gevraagd. „Dat had ik ook kunnen weten," zuchtte zij, „en ongetwijfeld hebben de Hollanders den draak ook in hun taal gedaan, welke krioelt van die ,,i's" en „j's", die mij een gevoel geven, zoo vaak ik ze gedrukt, zie, alsof mijn haar tie stijf gebonden was, of inijne tanden te groot voor mijn mond wa ren Rijnwijn bijvoorbeeld. Wie zou ooit denken, dat dit zoo iets aangenaams betee- kende als Rhine wine?" „Waarom niet?" vroeg ik. „Wij spreken he: bijna eveneens uit." „Dat komt omdat ge niet den moed uwer overtuiging hebt. Ge gooit links en rechts taiet de ,,i's" en „j's" en dan beweert ge, diat zo er niet zijn." „Ziet u dan niet, dat het slechts ,,ij's' zijn?" protesteerde ik en het is vreemd, dat zij in het oog van een vreemdeling, al staan ze naast elkaar, todh twee verschillende let ters lijken." Maar de Chaperonne kwam 'hier tusschen beiden. Zij zeide,.dat wij al genoeg te doen hadden om aan onze p's en q's in het leven 'te denken, zonder nog over „i's" en „j's" te redekavelen liet debat eindigde hiermee en de beide meisjes begonnen nu te zorgen dat wij een kopje thee kregen. Zij deden «lit op allerbekoorlijkste wijze, tooverende met den inhoud van een thee- inamdje, dat door Starr op dek werd ge bracht en op een vouwtafel'tje neergezet. Hetzij Miss Van Buren mij vergat, toen de thee gezet was en de kopjes door haar werden rond gerei ktof zich slechts zoo hield, zooveel is zeker, dat ik overge slagen werd. Hare stiefzuster herinnerde haar aan haar verzuim en nu gaf zij mij tiiiee zonder suiker. Ik vroeg haar nu nede rig om een klontje, waarop zij, al pratende met Starr, er drie in mijn kopje liet vallen. Robert zou waarlijk in de verzoeking zijn gekomen haar te schudden, indien hij dat theepartijtje had bijgewoond HOOFDSTUK XII. Mijne moeder had mij naar Oxford ge zonden, omdat zij meende geen belang te kunnen stellen in een jongmensch, dat niet vier jaar te Oxford of Cambridge had gestu deerd. Maar daarna bracht ik, uit trouw aan mijn vaderland, twee jaren aan de Hooge- s oh ooi van Leiden door en aangezien de ka mers, welke ik al'daar bewoonde, herinnerin gen aan Olivier Goldsmith bevatten, hield ik ze sedert altijd aan. Ik was vier en twin tig jaar t->en ik Leiden vaarwel zeide en ge durende de vijf daaropvolgende jaren heb ik die kamers verhuurd aan een neef, die zijn graad van Meester in de Rechten zocht te verwerven Ik wist, dat hij thans op het punt stond te promoveeren en hoopte aan mijne vrienden (en één© vijandin) een paar zaken mijner oude Universiteitsstad te kun nen toonen, die niet veel touristen zullen zien. De theekopjes waren juist omgewassclien en eene beraadslaging omtrent nieuwe plan nen, waaraan Miss Van Buren mij niet ver gund had deel te nemen, was op niets uit- gcloopen, toen i-k de Lorelei eon van Lei den's tallooze groene grachten binnenvoerde. „Geen van u allen schijnt 'te weten wat hij bet eerst, liet laatst of tussehentijds wenscht te doen," waagde ik het op te mer ken, „missohien wilt gij dus wel, tor voor koming van tijdverlies, toestaan, dat ik u hel een en ander voorstel. Ik heb Hendrik reeds opgedragen een huurrijtuig te halen, en hij is al weg. Zoodra het rijtuig er is, gaat dan kamers bespreken in het Hotel Levedag, rijdt de stad eens door, kijkt in het voorbijgaan naar de kerken en begeeft u naar het Stadhuis. Het torentje en do voor gevel zullen u bevallen. Beide dagteekenen. uit 'de zestiende eeuw, toen wij voorspoed genoten en tijd hadden kunstlievend te zijn. Boven den ingang aan de Noordzijde is een zonderling opschrift betreffende het beleg. Het vormt een chronogram en gij moogt dat niet missen. Ik kan u niet vergezellen, om dat ik iets in orde wil brengen voor vair avond, dat naar ik hoop in uw smaak vallen zal. Maar ik vind u weer in de Archiefzaal van hét Stadhuis, waar gij intusschen de paneelen kunt bewonderen. Ik zal u niet lang laten wachten en u daarna zelf naar de gebouwen der Hoogeschool brengen. Ik heb daar gestudeerd, zoodat ik misschien nog beter gids dan Baedeker zal zijn." Toen dit plan tot aller genoegen was vast gesteld, behalve dat van de persoon, wie ik aangenaam weuschte te zijn, keende Hendrik terug met een vigelante en vijf minuten la ter bevond ik mij alleen en vrij mijne voor nemens tot het bezoden eener verstrooiing voor dien avond uit te voeren. Van uit Gouda bad ik een lelogram aan mijn neef Jan van Hol gezonden, met ifet verzoek thuis te blijven en mij tusschen vie ren en vijven te wachten. Ik koos de kortste dwarswegen, mij zoo wel bekend en beklom, ui spoedig de smalle trappen van het oude buis, waarvan ik twee jaar de bovenste ver dieping had bewoond. Wordt i\y.-vol gé

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1