UT. 975. Eerste «lad.
7" Jaargang.
Zaterdag 27 Maart 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Motorboot.
FOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Pm 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franao per post- 1.00.
Afxonderlflke nummersO.OO.
Deze Courant v#*oh|nt dagel^hs, behalve ep Zon- en Feeet-
dagen.
Adrertentiflnmedeieelingen enz.geUere men róór 11 uur
's morgens b$ de Uitgevers in te zenden.
Uitgever»: VALKHOFF C'.
Utr»cht«chestraat 1. Intercomm. TcIapHoonnammar 66.
PRIJS DSR ADVSRTBHTISN:
Tu 1_» refl.lt f O.aO.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 30 esnto bij v—raitbeteiwg.
Oroote letters naar plaateruimte.
Yoor handel en betk^jf bestaan zeer voordeeltje bepaling#» tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Bene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt ep
toegezonden.
Aan hendie met 1 April
a. s. op dit blad int eekenen,
•worden de nummers die ge
durende de maand Maart nog
zullen verschijnenkoste
loos toegezonden
Politiek Overzicht.
De Oostenrijkscii-Servische crisis.
De geschillen tusschen Oostenrijk-Hon-
garije en Servië zijn thans genaderd tot het
punt, waarop de beslissing zal moeten val
len. Het bemiddelingswerk, dat Engeland
en Frankrijk, in overleg met Rusland, heb
ben ondernomen, is gekomen aan zijn eind
punt. Eergisteren heeft de Engelsche ge
zant te Weenen eene nieuwe gewijzigde for
mule overgelegd van de verklaring, die
de drie regeeringen gezamenlijk aan Servië
willen voorleggen. Uit de wijze, waarop
Reuter's agentschap te Londen liet bericht
daarvan heeft verspreid, is af te leiden, dat
als Oostenrijk daarmee geen genoegen
neemt, de drie bemiddelaars hunne pogin
gen zullen opgeven. Dan zullen zij hunne
handen in onschuld wasschen en de zaken
verder hun gang laten gaan.
Maar het werk der bemiddelaars is niet
datgene, waarop 't het meest aankomt. De
hoofdzaak is hoe de twee in geschil zijnde
partijen zich zullen gedragen. Wat' de be
middelaars doen, is niet veel meer dan 't
den partijen gemakkelijk maken zich tegen
over elkaar uit te spreken. Die uitspraak
moet duidelijk en klaar zijn, opdat de par
tijen weten wat zij aan elkaar hebben. Wat
Oostenrijk-Hongarije van Servië verlangt,
wordt door diet Fremdenblatt, het officieuse
orgaan van net departement van buitenland-
sche zaken te Weensn, aldus uitgedrukt
Wanneer tot dusver een resultaat van
het bemiddelend optreden der mogendheden
niet verkregen is, dan ligt de schuld hier
aan, dat zij zich voor dit optreden een te
kort uitgezet doel gekozen hebben, waar
mee de politiek van Oostenrijk-Hongarije
onmogelijk hare instemming kan ver
klaren. De mogendheden willen, dat het
dreigende conflict voor 't oogenblik worde
afgewendwij willen, dat het duurzaam
uit den weg geruimd worde. De wensch naar
eene kortstondige en de behoefte aan eene
definitieve oplossing van de crisis kunnen
natuurlijk in de keus van de middelen niet
overeen stemmen, die voor het bereiken van
zulke geheel verschillende oogmerken deug
delijk zouden zijn. Om voor den eersten
tijd van de zorg voor ernstige gebeurtenis
sen te worden ontslagen en eene opper
vlakkige rust te krijgen, zouden palliatieven
voldoende zijn, namelijk verschoonende be
handeling van de meest opvallende ver
schijnselen eener ziekte, welker volle uit
barsting wij voor vijf maanden hebben waar
genomen, terwijl wij hare nadering reeds se
dert jaren met groote bezorgdheid gade
slaan. Ons voldoet eene schijnbare genezing
van deze ziekte niet, die eene grondige be
handeling behoeft. De Servische kwestie
mag niet voor 't oogenblik tot staan ge
bracht wordenzij moet voor goed uitge
maakt worden. Slechts in dit geval zal er
voor ons en voor Europa een duurzame vre
de zijn. In ieder ander geval zou slechts een
onbepaald uitstel verkregen worden, een
toestand waarmee niet veel gewonnen zou
zijn en die als eene eeuwig durende be
dreiging van onze levensbelangen hoofdza
kelijk en het gevoeligst ons zou moe
ten benadeelen. Men kan van ons niet ver
langen, dat wij ons heden in een gevoel van
veiligheid in slaap laten wiegen, waaruit
wij in de toekomst op ieder onverwacht
oogenblik kunnen worden opgeschrikt."
Duidelijker nog stelt de Neue Freie Presse
de kwestie. „Oorlog of klaarheid was het te
genover Servië gestelde alternatief. Daar de
klaarheid tot dusver niet le ki*ijgen was,
stijgt het gevaar van den oorlog.... De on
derhandelingen over het nieuwe voorstel
moeten worden afgewacht. Maar wij gaan
zeer ernstige tijden tegemoet «en moeien moe
dig en vast, in het vertrouwen op het Oos-
tenrijksch-Hongaarsche leger, eene van ge
wichtige gebeurtenissen zwangere toekomst
tegemoet zien. Binnen weinige dagen kan er
klaarheid heerschen."
Eene dergelijke taal pleegt men niet te
voeren, als niet het vooruitzicht inderdaad
donker is. Intusschen er zijn een paar licht
punten waar te nemen. In de eerste plaats
de veranderde houding, die de Russische re
geering heeft aangenomen. Rusland heeft
zich onvoorwaardelijk bereid verklaard,
de inlijving van Bosnië en Herzegowi-
na bij het gebied der monarchie Oos
tenrijk-Hongarije te erkennen. Als gevolg
daarvan wordt thans tusschen de mogend
heden oyerleg gepleegd over een in Belgrado
af te leggen verklaring. Die verklaring zal,
volgens de inlichtingen die de Köln. Ztg.
officieus uit Berlijn bekend maakt, een zoo
danig karakter dragen, dat zij aan de Servi
sche regeering elk uitstel en een eventueele
verwijzing naar eene conferentie onmogelijk
maakt. Wanneer de zaken zoo gaan als men
naar den geheelen toestand mag hopen, dan
zullen de vertoogen van de mogendheden in
Belgrado het karakter dragen van een defi
nitief positie nemen van Europa, waardoor
elke twijfel wordt uitgesloten, dat de Bos
nische kwestie daarmede in den zin der in
lijving bij Oostenrijk-Hongarije geregeld is.
Het tweede lichtpunt verschaft eene ge
beurtenis in Servië zelf, waai' kroonprins
George door zijne onberaden ruwheid zich
in een toestand heeft gebracht, die hem
dwong zelf zijn politieken levensdraad af te
snijden. Het gaat in Servië raar toe, en men
moet dus voorzichtig zijn in het trekken van
conclusiën uit hetgeen men daar ziet gebeu
ren Maar als deze koningszoon verdwijnt
van het politieke tooneel, dan verliest de
oorlogspartij in Servië daarmee haar hoofd
en dan vermeerdert de kans, dat het geluk
ken zal Servië van onberaden stappen, die
den vrede in gevaar brengen, nog op het
laatste oogenblik terug te brengen.
Duitschland.
B e r 1 ij n, 2 6 Maart. Uit Algiers
wordt geseind, dat de groothertog en de
groothertoging van Mecklenburg-Sohwerin
incognito daar zijn aangekomen. Zij bezich
tigden de stad en de omstreken en zetten
daarop de reis voort naar Gibraltar.
Het „blok", de samenwerking van con
servatieven en liberalen in den rijksdag tot
ondersteuning van den rijkskanselier vorst
Bülow, gaai uit zijne voegen. De afgevaar
digde von Normann, voorzitter van de con
servatieve fractie, heeft aan 'den voorzitter
van de nationaal-liberale fractie Basser-
mann verklaard, dat de conservatieven in
de hervorming van de rijksfinanciën eene
meerderheid zoeken voor bet volgende pro
gramma 400 millioen mark indirecte be
lastingen, geen directe belastingen, maar
vtrhooging van de „Matrikularbeitrage".
Op de vraag van den afgevaardigde Basser-
mann of deze mededeeling eene opzegging
van het blok beteeken de, werd geantwoord
Eene opzegging niet; in nationale vragen
kunnen wij immers ook verder nog samen
gaan.
Het schijnt, dat de conservatiever^ den
rijkskanselier vooraf geen mededeeling hier
van hebber, gedaan. Het standpunt van den
bondsraad i; met dat van de conservatieven
in lijnrechten strijd. De Nordd. Allg. Zei-
tung heeft dat nog nader bevestigd door de
verklaring, dat de verbonden regeeringen
er aan vasthouden, dat de behoefte aan
nieuwe inkomsten ook door eene algemeene
belasting van het bezat moet worden ver-
vuld, die niet moet geschieden door verhoo
ging van de „Matrikularbeitrage" of op
eene ander-, wijze, die de belastingbronnen
aantast, welke de bondsstaten voor hunne
eigen behoef1 en noodig hebben. Zij blijven
ir de uitbreiding van de belasting op de
nalatenschappen den doelmatigsten vorm
der belasting van het bezit zien en vertrou
wen er op, dat het zal gelukken op den
grondslag van hun program in gemeen-
schappelijken arbeid met den rijksdag in
den financieelen nood van het rijk te voor-,
zien.
België.
Brussel, 26 Maart. De Kamer
heeft het wetsontwerp tot goedkeuring van
de te 's Gravenhage gesloten internationale
overeenkomst betreffende <le civiele proce
dure aangenomen.
Frankrijk.
P a r ij s 2 6 Maart. In antwoord op
eene interpellatie verklaarde minister Bar-
thou, 'dat de regeering heeft beloofd niemand
te zullen ontslaan wegens feiten, bij de sta
king-bij post en telegraaf voorgekomen. Na
dat het werk was hervat, is er echter eene
kennisgeving aangeplakt, die beleedigend
was voor de regeering.
Wat de regeering naar aanleiding daar
van zal besluiten, zal afhangen van de «uit
komsten van bet ingestelde onderzoek.
Minister-president Clemenceau, die het
woord nam ter beantwoording van de op
merkingen van verschillende leden, ver
klaarde, "dat hij niet 'heeft toegegeven en
niet kan dulden, dat ambtenaren zicli het
recht aanmatigen hunnen minister ten val te
brengen. „Een ïjegeering, die een vrede aan
nam, waarbij het gezag van het parlement
werd uitgeleverd, zou u verraden".
Minister Clemenceau deelde nog mede,
dat de onderteekenaars van het aanplakbil
jet vervolgd zullen worden voor den raad
van tuchtdaarna zal de minister van open
bare werken zijn besluit nemen.
Violette zegt, dat de regeering erkend
heeft, dat hel aanplakbiljet een stakingsfeit
uitmaakt; het heeft zich dus verbonden dat
biljet niet te vervolgen. Clemenceau wil
'hierop antwoorden, maar de uiterste linker
zijde jouwt hem uit.
Na een persoonlijk incident tusschen Jau-
rès en Simyan brengt de voorzitter in stem
ming eene motie-Ohaigne, die door de regee
ring is aanvaard. Het eerste gedeelte, uit
sprekende dat de Kamer besloten is aan de
beambten een wettig statuut te geven, werd
aangenomen met algemeene stemmen. Het
tweede gedeelte, dat hét recht van staking
uitsluit, wordt aangenomen met 470 tegen 63
stemmen. Het derde gedeelte luidt, dat de
Kamer, vertrouwen stellende in de regee
ring, overgaat tot de orde van den dag.
Voordat hierover gestemd wordt, verklaart
Clemenceau, dat het zijn plicht is de rechten
van de regeering te beschermen. Hij zou
willen, dat men hem hielp in dit werk, m
plaats van de opwinding van eene algemee
ne staking in uitzicht te stellen. Minister
Barthou zegt, dat men in de enquête de ge
machtigden van de vakvereenigingen zal
hooren. Hij is besloten de aansprakelijkheid
van alle betrokkenen vast te stellen. Hij
zal aan de gemachtigden vragen of het aan
plakbiljet dateert van vóór de hervatting van
den arbeid. Naarmate van het antwoord zal
de regeering 'hare beslissing nemen.
Het derde gedeelte van de motie wordt
aangenomen met 341 tegen 247 stemmen,
waarna de geheel e motie zonder hoofdelijke
stemming aangenomen en de vergadering ge
sloten wordt.
Italië.
Rome, 2 6 M a a r t. In de rede, waar
mee Mavcova het voorzitterschap aanvaard
de, weidde hij uit over de nieuwe taak, die
de Kamer wacht, meer bepaaldelijk wat be
treft den hertvouw van Reggio en Messina,
Hij bracht een eerbiedigen groet aan den
koning en de koningin, die de liefde des
volks zoo ten volle waardig zijn.
Portugal.
Lissabon, 26 Maart. De Kamer
van afgevaardigden weigerden met 74 tegen
55 stemmen in de tweede lezing het voorstel
te behandelen tot het instellen vaii eene en
quête naar de daden van den minister van
financiën De oppositie protesteerde met
kracht. De voorzitter sloot de zitting we
gens obstructie; onderwijl werd herhaalde
lijk geroepen Onderzoek!
In de Kamer der pail's verklaarde Vil-
hena, namens de oppositie, dat na het in de
Kamer van afgevaardigden gevallen votum
de oppositie zich zou onthouden van deel
neming aan den parlementairen arbeid. De
minister-president zeide, dat hij niet wil ge-
looven aan de verklaring van Vilhena Het
kabinet dien'de een voorstel in, ondertee
kend door aille ministers. Alles wat gebeurt,
is eene politieke kwestie, waarvoor de minis
ter van financiën als voorwendsel dienst
doet.
Oostenrijk.
W een en, 26 M aart De Kamer van
afgevaardigden heeft het wetsontwerp aan
genomen, dat strekt om de regeering te
machtigen voorloopig de handelsbetrekkin
gen met Bulgarije, Mexico en andere sta
ten te regelen op den grondslag van behan
deling ,-ls meest begunstigde natie.
In de discussie verklaarde den minister
van handel, dat hij thans niet kon zeggen
welke concessiën aan Servië gedaan zullen
kunnen worden. Hij wees, onder een salvo
van toejuichingen, op het feit, dat alle par
tijen de handhaving van den vrede wen-
schen. Oostenrijk doet alles om den vrede
te handhaven, maar de eer en het recht van
Oostenrijk moeten ongeschonden blijven.
Hij drukte zijne voldoening uit, dat de vól
kernen correcte handelwijze van Oostenrijk-
Hongarije gesteund door zijne bondgenoo-
ten, erkend is door alle groote mogendhe
den, hetgeen de hoop toelaat, dat de vrede
zal worden gehandhaafd.
Tweede telegram. De Kamer be
handelde daarna het voorstel tot urgentver-
klaring van de motie der socialisten, die do
regeering uitnoodigt haren invloed aan to
wenden ten gunste van den vrede. De mi
nister-president verklaart, dat alle bevoegdo
factoren in de monarchie zonder ophouden
werkzaam zijn voor de handhaving van
den vrede. Het recht van Servië wordt vol
strekt niet geschonden. Wij hebben de uiter
ste lankmoedigheid betraoht, met de vaste
overtuiging van onze kracht als het onmo
gelijk .werd den vrede te handhaven. Do
regeering is vast overtuigd, dat een beroep
op de vaderlandsliefde van het Oostenrijk-
sche volk een geestdriftvollen weerklank zou
vindon in de Kamer.
De motie is aangenomen met groote meer
derheid met eene wijziging, waarbij de re
geering wordt uitgenoodigd hare pogingen
tot handhaving van den vrede voort te zet
ten onder het natuurlijke voorbehoud, dat
de belangen van de monarchie niet worden
geschonden. Aan de soldaten, die een moei
lijken dienst aan de grens vervullen, wordt
de sympathie van de Kamer betuigd.
Het heerenhuis heeft het wetsontwerp tot
naasting van spoorwegen aangenomen.
Servië.
W eenen, 26 Maart. De bladen be
vatten een telegram uit Belgrado, dat men
onlusten vreest in de hoofdstad. De oorlogs
partij valt heftig de partij en de samen
zweerders aan, die zij beschuldigt de abdi
catie van den kroonprins te hebben uitge
lokt.
Belgrado, 26 Maart. De Serbski
Novine zegt dat de afstand den Kroon-
pinns wordt toegeschreven aan pressie van
den president van den ministerraad en van
de minister van buitenlandsche zaken, daar
zijn oorlogszuchtige houding dreigde nood
lottig te worden voor Servië,
Belgrado, 26 Maart. In de
skoepschtina op eene desbetreffende vraag
antwoordende verklaarde de president van
den ministerraad dat de Staatscourant een
uiteenzetting bevat over den dood van den
bediende van den Kroonprins. Deze kondig
de hem aan af te zien van het recht op de
troonsopvolging, doch de ministerraad is on
bevoegd te dezer zaïke. Dat is alleen de Ko
ning. Aan hem werd de brief des Kroon
prinsen overhandigd.
Belgrado, 26 Maart. Uit de door
de regeering gegeven inlichtingen blijkt, dat
de kamerdienaar van den prins het slacht
offer is geweest van een ongeluk en dat het
onmogelijk was uit te maken, of iemand
daaraan schuld had of er voor ter verant
woording kon worden geroepen. De bediende
heeft in het ziekenhuis verklaard, dat hij
van de trappen was gevallen en dat hij,
vreezen.de dat zijn breuk zou verergeren,
had verzocht naar liet hospitaal overgebracht
te worden.
Het proces-verbaal constateert, dat het
slachtoffer deze verklaringen bij volle be
wustzijn heeft afgelegd.
Belgrado, 26 Maart. De Koning
ontving heden namiddag de 'eiders van de
verschillende politieke partijen en besprak
met hen den toestand, voortvloeiende uit den
afstand door den kroonprins van zijn recht'
op de troonopvolging. Er zijn aanwijzingen,
dat eene schikking zal worden verkregen en
dat de prins zijne abdicatie zal intrekken.
Knmr h*t Mn/elich
61 van
N. W. M. WILLIAMSON.
„Niet één," zeide ik. „Zij zijn niet dood-
sclier dan Monnikendam, dat eens de speel
tuin was van vorstelijke kooplieden. Mij
cunkt, dat (liet doodsch genoeg is."
„Niet genoeg, om mij te behagen," ant
woordde zij met liet air van een Madame
Befarge met blauwen bril.
De Zeeman fleurde op, eer wij in de open
zee waren Voor bet oogenblik sloegen de
drie dames Tibe gade, die in zijn jasje in
slaap was gevallen en met alle pooten trok
in den een of anderen wildendroomzijne
spieren bewogen zich krampachtig en de
rimpels van zijn zwarten saiOét verwrongen
zich.
„Luister eens, zeide Starr omzichtig,
„zou je denken, dat wij den naam Lorelei
kunnen overschilderen, als wij te Vo'lendam
komen, of moeten wij er een mannetje voor
nemen? Natuurlijk, als wij bet zelf konden
doen, zou 'het minder opzien baren, vooral
wanneer wij bet in den vroegen morgen of
's avonds laat doen."
„Wat? Heb je mijn idee dan als ernst op
gevat?" vroeg dk.
Zeker. Het is prachtig."
„Ik twijfel of Miss Van Buren er in zal
toestemmen."
„Dat heeft zij reeds."
„Drommels' Onder welk voorwendsel
hebt gij 't haar gevraagd?"
„Ik niet. Ik 'bracht eenvoudig mijn lieve
tante op liét idee. Ik wist, dat de zaak nu
iu orde was. Ik merkte zoo terloops op, dat
bet nog een wonder mocht--beeten, dat Tibe
of eenig minder belangwekkend lid van het
gezelschap geen ongeluk had gekregen aan
boord van een boot, die de Lorelei heette
Ik zeöde wel niet ronduit dat het een onge-
luksnaam was, maar toch was zij geheel on
der dien indruk aan het einde van ons ge
sprek. Toen had zij een gesprek met Miss
Van Buren; en het gevolg was, dat hoe eer
der de naam Lorelei veranderd wordt in de
„Mascotte" hoe liever de eigenares het
heeft; verder wordt er niet van gerept."
„Drommels!" zei'de ik weer. „De aange
nomen bloedverwante van den Zeeman heeft
iets uitgeslapens. Ik zou wel eens -willen we
ten, wat zij van plan is voor mij te doen;
want als zij besloten is, dat mijn naam ge
grift zal worden in het hart van hare ken
nis, of daaruit gewis ebt, dan gebeurt het."
Eenmaal buiten de sluis, waren wij dade
lijk op de Zuiderzee, wier gele golven de
Lorelei deden hobbelen als ware zij een wieg,
de trekschuit rolde ook hevig in ons zog.
Mocht het weder eens ruw worden, als wij
zeehavens hebben te bezoeken, dan moeten
de Lorelei en haar wedeihelft rustig in de
haven blijven liggen en ons gezelschap moet
zich vergenoegon de reis op een gewone boot
te maken. Maar op een dag als deze was er
hoegenaamd geen gevaar, zelfs geen voor
wendsel om zeeziek te worden,, hoewel ik half
en half verwachtte, dat de dames mij zou
den vragen of er geen gevaar was Blijkbaar
kwam de gedachte niet bij haar op. Tot nu
toe hébben wij geen enkel ongelukje gehad,
want het is een Trusscott, zij denken er zelfs
niert aan, dat er iets met den motor kan ge
beuren.
Marken, met zijn hoogen kerktoren kwam
weldra in zicht; 'liet dicht bebouwde eilan
den-stadje scheen op de baren te drijven,
zooals San Giorgio Maggiore te Venetië bij
zonsondergang
Hoe ik ook den spot Oiad gedreven met
het tooneel-eiland en zijne acteurs, toch wa
ren mijne pasagiers bijzonder nieuwsgierig,
toen wij met vollen stoom Marken nader
den
„Men ziet ons al'" riep ik, toen wij dicht
genoeg genaderd waren om te kunnen onder
scheiden, dat een menigte hooge groene en
gele bergen, die wij bij elkander in de ha
ven zagen, hooischepen waren. „Zij verheu
gen zich reeds op een on verwachten oogst
nu de groote schare van toeristen, voor wie
zij 's morgens en 's middags voorstellingen
houden, voor vandaag reeds vertrokken is
Als wij komen, zal er een tooneelsclvikkin'g
en toon eel-gr.oepeering plaats hebben, dat
een schema kon zijn voor een eerste acte te
Londen."
Toen wij dichteroij kwamen, konden wij
zien hoe mannen en vrouwen en kléine kin
deren de 'hooivorken hanteerden, en het hooi
van de groote en kleine schepen haalden.
Het was een allerbekoorlijkst tafereel en
men gevoelde, dat er slechts een zachte mu
ziek van een verborgen orkest aan ontbrak.
De mannen waren gekleed' in zwarte en
donker-blauwe jerseys of lange buizen met
zilveren knoopen en zeer wijde broeken,
waardoor elke broekspijp er uitzag als een
half-geleegde luchtballon. Tegen hunne brui
ne kielen glinsterden zilveren of gouden
ronde knoopen en aan den gordel schitterde
eveneens iets van édel metaal. Hun haar
was recht langs hét voorhoofd afgeknipt,
over de ooren en achter in dén nek, alsof
eeu 'barbier er een kom over had gezet, en
'het haar rondom had afgeknipten van on
der de randen van brutaal-uitziendé mutsjes
gloeiden kleine, wantrouwende blauwe
oogen.
Maar ofschoon de mannen zich wel mogen
laten zien, zoo hébben de vrouwen en kinde
ren van Marken het eilandje fortuin aange
bracht, als de bezienswaardigheiden van
daag waren zij op haar mooist, het goudgele
hooi op hare hooivorken nemend, haar vlas
blond haar, hare roode koonen en schitte
rend costuum blonken in hert licht der na
middagzon
Wij gingen aan land, en niemand scheen
m het minst op ons te letten.. Dat behoort
'bij de dagelij'ksche vertooningmaar ik was
de éénige, die dit wist, en toen mijne reis-
genooten zagen, hoe deze bekoorlijke, won
derbare wezens rustig voortgingen met hun
nen landelijken arbeid, alsof geen enkel
vreemd oog naar hen keek, verweet men mij
mijne lage zwartmakorij
„Hoe kon u hen nu „fortuinzoekers" noe
men riep Phyllis. „Het zijn engelen. Ik
zou elk hunner een kus kunnen geven. Zij
hebfben een engelachtig gezicht, en de kin
deren wel 't zijn cherubijntjes.
Zij had gelijk. Het was een idyllisch tafe
reeltje, al was het ook wait sterk gekleurd.
Geen vrouw of ze was mooien wie zou dat
ook niet in het schilderachtig costuum van
Marken. De 'blanke gelaatstint met de roode
wangen, de hemelsblauwe oogen, de gou
den franje en twee lange lichtblonde krullen
aan iedere zijde van liet gelaat, die van on
der de nauwsluitende, met kant bedekte kap
pen, tot op den boezem afhangen de korte,
wijde, zwarte en blauwe rokken, de rijk ge
borduurde lijven, schitterend als de borst
van een papagaaide gaasachtige doeken en
witte mouwen de -zwarte klompen met ge
schilderde rozentakken, veranderden de ha
ven van Marken in een zeldzameq bloemen
tuin. De uitdrukking van hun gelaat was
zeer goedaardig en hét was niet vreemd Miss
Rivers de vrouwen engelen en de kinderen
cherubijntjes te hooren noemen.
De groep bij de hooischepen vormde het
koor; maar wij waren nauwelijks eenige mi
nuten op den vasten wal of de hoofdpersonen
der vertooning begonnen te voorschijn te ko
men. Een jong meisje, dat men de aanvoer
ster kon noemen, trippelde naar de haven
met een klein kind aan iedere hand. Alle
drie waren blijkbaar eender gekleed in rijke
borduursels, en wijde rokken tot aan hare
enkels, gedragen over een onnoemelijk aan
tal onderrokken, maar ik kon zien aan een
kleine rozet op de muts van het middelste
kind, dat het een jongen was.
Het drietal naderde met een engelachtigen
glimlachen ik behoef nauwelijks te zeggen,
dat de drie dames de twee fantastische ba-
bies begonnen te li-efkoozen.
„Hoe vaart u? Zoutd u gaarne liet inwen
dige van een Marker huis willen zien?"
vroeg het aardige meisje, Engelsch spreken
de met de stem van een kleine sirene.
De dames antwoordden natuurlijk„Heel
graag
„Ik zal u ons huis laten zien. Komt u
maar mee."
Wordt vervolgd.