UT. 975. Eerste «lad. 7" Jaargang. Zaterdag 27 Maart 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. FOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Pm 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franao per post- 1.00. Afxonderlflke nummersO.OO. Deze Courant v#*oh|nt dagel^hs, behalve ep Zon- en Feeet- dagen. Adrertentiflnmedeieelingen enz.geUere men róór 11 uur 's morgens b$ de Uitgevers in te zenden. Uitgever»: VALKHOFF C'. Utr»cht«chestraat 1. Intercomm. TcIapHoonnammar 66. PRIJS DSR ADVSRTBHTISN: Tu 1_» refl.lt f O.aO. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 30 esnto bij v—raitbeteiwg. Oroote letters naar plaateruimte. Yoor handel en betk^jf bestaan zeer voordeeltje bepaling#» tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Bene circulairebevattende de voorwaarden, wordt ep toegezonden. Aan hendie met 1 April a. s. op dit blad int eekenen, •worden de nummers die ge durende de maand Maart nog zullen verschijnenkoste loos toegezonden Politiek Overzicht. De Oostenrijkscii-Servische crisis. De geschillen tusschen Oostenrijk-Hon- garije en Servië zijn thans genaderd tot het punt, waarop de beslissing zal moeten val len. Het bemiddelingswerk, dat Engeland en Frankrijk, in overleg met Rusland, heb ben ondernomen, is gekomen aan zijn eind punt. Eergisteren heeft de Engelsche ge zant te Weenen eene nieuwe gewijzigde for mule overgelegd van de verklaring, die de drie regeeringen gezamenlijk aan Servië willen voorleggen. Uit de wijze, waarop Reuter's agentschap te Londen liet bericht daarvan heeft verspreid, is af te leiden, dat als Oostenrijk daarmee geen genoegen neemt, de drie bemiddelaars hunne pogin gen zullen opgeven. Dan zullen zij hunne handen in onschuld wasschen en de zaken verder hun gang laten gaan. Maar het werk der bemiddelaars is niet datgene, waarop 't het meest aankomt. De hoofdzaak is hoe de twee in geschil zijnde partijen zich zullen gedragen. Wat' de be middelaars doen, is niet veel meer dan 't den partijen gemakkelijk maken zich tegen over elkaar uit te spreken. Die uitspraak moet duidelijk en klaar zijn, opdat de par tijen weten wat zij aan elkaar hebben. Wat Oostenrijk-Hongarije van Servië verlangt, wordt door diet Fremdenblatt, het officieuse orgaan van net departement van buitenland- sche zaken te Weensn, aldus uitgedrukt Wanneer tot dusver een resultaat van het bemiddelend optreden der mogendheden niet verkregen is, dan ligt de schuld hier aan, dat zij zich voor dit optreden een te kort uitgezet doel gekozen hebben, waar mee de politiek van Oostenrijk-Hongarije onmogelijk hare instemming kan ver klaren. De mogendheden willen, dat het dreigende conflict voor 't oogenblik worde afgewendwij willen, dat het duurzaam uit den weg geruimd worde. De wensch naar eene kortstondige en de behoefte aan eene definitieve oplossing van de crisis kunnen natuurlijk in de keus van de middelen niet overeen stemmen, die voor het bereiken van zulke geheel verschillende oogmerken deug delijk zouden zijn. Om voor den eersten tijd van de zorg voor ernstige gebeurtenis sen te worden ontslagen en eene opper vlakkige rust te krijgen, zouden palliatieven voldoende zijn, namelijk verschoonende be handeling van de meest opvallende ver schijnselen eener ziekte, welker volle uit barsting wij voor vijf maanden hebben waar genomen, terwijl wij hare nadering reeds se dert jaren met groote bezorgdheid gade slaan. Ons voldoet eene schijnbare genezing van deze ziekte niet, die eene grondige be handeling behoeft. De Servische kwestie mag niet voor 't oogenblik tot staan ge bracht wordenzij moet voor goed uitge maakt worden. Slechts in dit geval zal er voor ons en voor Europa een duurzame vre de zijn. In ieder ander geval zou slechts een onbepaald uitstel verkregen worden, een toestand waarmee niet veel gewonnen zou zijn en die als eene eeuwig durende be dreiging van onze levensbelangen hoofdza kelijk en het gevoeligst ons zou moe ten benadeelen. Men kan van ons niet ver langen, dat wij ons heden in een gevoel van veiligheid in slaap laten wiegen, waaruit wij in de toekomst op ieder onverwacht oogenblik kunnen worden opgeschrikt." Duidelijker nog stelt de Neue Freie Presse de kwestie. „Oorlog of klaarheid was het te genover Servië gestelde alternatief. Daar de klaarheid tot dusver niet le ki*ijgen was, stijgt het gevaar van den oorlog.... De on derhandelingen over het nieuwe voorstel moeten worden afgewacht. Maar wij gaan zeer ernstige tijden tegemoet «en moeien moe dig en vast, in het vertrouwen op het Oos- tenrijksch-Hongaarsche leger, eene van ge wichtige gebeurtenissen zwangere toekomst tegemoet zien. Binnen weinige dagen kan er klaarheid heerschen." Eene dergelijke taal pleegt men niet te voeren, als niet het vooruitzicht inderdaad donker is. Intusschen er zijn een paar licht punten waar te nemen. In de eerste plaats de veranderde houding, die de Russische re geering heeft aangenomen. Rusland heeft zich onvoorwaardelijk bereid verklaard, de inlijving van Bosnië en Herzegowi- na bij het gebied der monarchie Oos tenrijk-Hongarije te erkennen. Als gevolg daarvan wordt thans tusschen de mogend heden oyerleg gepleegd over een in Belgrado af te leggen verklaring. Die verklaring zal, volgens de inlichtingen die de Köln. Ztg. officieus uit Berlijn bekend maakt, een zoo danig karakter dragen, dat zij aan de Servi sche regeering elk uitstel en een eventueele verwijzing naar eene conferentie onmogelijk maakt. Wanneer de zaken zoo gaan als men naar den geheelen toestand mag hopen, dan zullen de vertoogen van de mogendheden in Belgrado het karakter dragen van een defi nitief positie nemen van Europa, waardoor elke twijfel wordt uitgesloten, dat de Bos nische kwestie daarmede in den zin der in lijving bij Oostenrijk-Hongarije geregeld is. Het tweede lichtpunt verschaft eene ge beurtenis in Servië zelf, waai' kroonprins George door zijne onberaden ruwheid zich in een toestand heeft gebracht, die hem dwong zelf zijn politieken levensdraad af te snijden. Het gaat in Servië raar toe, en men moet dus voorzichtig zijn in het trekken van conclusiën uit hetgeen men daar ziet gebeu ren Maar als deze koningszoon verdwijnt van het politieke tooneel, dan verliest de oorlogspartij in Servië daarmee haar hoofd en dan vermeerdert de kans, dat het geluk ken zal Servië van onberaden stappen, die den vrede in gevaar brengen, nog op het laatste oogenblik terug te brengen. Duitschland. B e r 1 ij n, 2 6 Maart. Uit Algiers wordt geseind, dat de groothertog en de groothertoging van Mecklenburg-Sohwerin incognito daar zijn aangekomen. Zij bezich tigden de stad en de omstreken en zetten daarop de reis voort naar Gibraltar. Het „blok", de samenwerking van con servatieven en liberalen in den rijksdag tot ondersteuning van den rijkskanselier vorst Bülow, gaai uit zijne voegen. De afgevaar digde von Normann, voorzitter van de con servatieve fractie, heeft aan 'den voorzitter van de nationaal-liberale fractie Basser- mann verklaard, dat de conservatieven in de hervorming van de rijksfinanciën eene meerderheid zoeken voor bet volgende pro gramma 400 millioen mark indirecte be lastingen, geen directe belastingen, maar vtrhooging van de „Matrikularbeitrage". Op de vraag van den afgevaardigde Basser- mann of deze mededeeling eene opzegging van het blok beteeken de, werd geantwoord Eene opzegging niet; in nationale vragen kunnen wij immers ook verder nog samen gaan. Het schijnt, dat de conservatiever^ den rijkskanselier vooraf geen mededeeling hier van hebber, gedaan. Het standpunt van den bondsraad i; met dat van de conservatieven in lijnrechten strijd. De Nordd. Allg. Zei- tung heeft dat nog nader bevestigd door de verklaring, dat de verbonden regeeringen er aan vasthouden, dat de behoefte aan nieuwe inkomsten ook door eene algemeene belasting van het bezat moet worden ver- vuld, die niet moet geschieden door verhoo ging van de „Matrikularbeitrage" of op eene ander-, wijze, die de belastingbronnen aantast, welke de bondsstaten voor hunne eigen behoef1 en noodig hebben. Zij blijven ir de uitbreiding van de belasting op de nalatenschappen den doelmatigsten vorm der belasting van het bezit zien en vertrou wen er op, dat het zal gelukken op den grondslag van hun program in gemeen- schappelijken arbeid met den rijksdag in den financieelen nood van het rijk te voor-, zien. België. Brussel, 26 Maart. De Kamer heeft het wetsontwerp tot goedkeuring van de te 's Gravenhage gesloten internationale overeenkomst betreffende <le civiele proce dure aangenomen. Frankrijk. P a r ij s 2 6 Maart. In antwoord op eene interpellatie verklaarde minister Bar- thou, 'dat de regeering heeft beloofd niemand te zullen ontslaan wegens feiten, bij de sta king-bij post en telegraaf voorgekomen. Na dat het werk was hervat, is er echter eene kennisgeving aangeplakt, die beleedigend was voor de regeering. Wat de regeering naar aanleiding daar van zal besluiten, zal afhangen van de «uit komsten van bet ingestelde onderzoek. Minister-president Clemenceau, die het woord nam ter beantwoording van de op merkingen van verschillende leden, ver klaarde, "dat hij niet 'heeft toegegeven en niet kan dulden, dat ambtenaren zicli het recht aanmatigen hunnen minister ten val te brengen. „Een ïjegeering, die een vrede aan nam, waarbij het gezag van het parlement werd uitgeleverd, zou u verraden". Minister Clemenceau deelde nog mede, dat de onderteekenaars van het aanplakbil jet vervolgd zullen worden voor den raad van tuchtdaarna zal de minister van open bare werken zijn besluit nemen. Violette zegt, dat de regeering erkend heeft, dat hel aanplakbiljet een stakingsfeit uitmaakt; het heeft zich dus verbonden dat biljet niet te vervolgen. Clemenceau wil 'hierop antwoorden, maar de uiterste linker zijde jouwt hem uit. Na een persoonlijk incident tusschen Jau- rès en Simyan brengt de voorzitter in stem ming eene motie-Ohaigne, die door de regee ring is aanvaard. Het eerste gedeelte, uit sprekende dat de Kamer besloten is aan de beambten een wettig statuut te geven, werd aangenomen met algemeene stemmen. Het tweede gedeelte, dat hét recht van staking uitsluit, wordt aangenomen met 470 tegen 63 stemmen. Het derde gedeelte luidt, dat de Kamer, vertrouwen stellende in de regee ring, overgaat tot de orde van den dag. Voordat hierover gestemd wordt, verklaart Clemenceau, dat het zijn plicht is de rechten van de regeering te beschermen. Hij zou willen, dat men hem hielp in dit werk, m plaats van de opwinding van eene algemee ne staking in uitzicht te stellen. Minister Barthou zegt, dat men in de enquête de ge machtigden van de vakvereenigingen zal hooren. Hij is besloten de aansprakelijkheid van alle betrokkenen vast te stellen. Hij zal aan de gemachtigden vragen of het aan plakbiljet dateert van vóór de hervatting van den arbeid. Naarmate van het antwoord zal de regeering 'hare beslissing nemen. Het derde gedeelte van de motie wordt aangenomen met 341 tegen 247 stemmen, waarna de geheel e motie zonder hoofdelijke stemming aangenomen en de vergadering ge sloten wordt. Italië. Rome, 2 6 M a a r t. In de rede, waar mee Mavcova het voorzitterschap aanvaard de, weidde hij uit over de nieuwe taak, die de Kamer wacht, meer bepaaldelijk wat be treft den hertvouw van Reggio en Messina, Hij bracht een eerbiedigen groet aan den koning en de koningin, die de liefde des volks zoo ten volle waardig zijn. Portugal. Lissabon, 26 Maart. De Kamer van afgevaardigden weigerden met 74 tegen 55 stemmen in de tweede lezing het voorstel te behandelen tot het instellen vaii eene en quête naar de daden van den minister van financiën De oppositie protesteerde met kracht. De voorzitter sloot de zitting we gens obstructie; onderwijl werd herhaalde lijk geroepen Onderzoek! In de Kamer der pail's verklaarde Vil- hena, namens de oppositie, dat na het in de Kamer van afgevaardigden gevallen votum de oppositie zich zou onthouden van deel neming aan den parlementairen arbeid. De minister-president zeide, dat hij niet wil ge- looven aan de verklaring van Vilhena Het kabinet dien'de een voorstel in, ondertee kend door aille ministers. Alles wat gebeurt, is eene politieke kwestie, waarvoor de minis ter van financiën als voorwendsel dienst doet. Oostenrijk. W een en, 26 M aart De Kamer van afgevaardigden heeft het wetsontwerp aan genomen, dat strekt om de regeering te machtigen voorloopig de handelsbetrekkin gen met Bulgarije, Mexico en andere sta ten te regelen op den grondslag van behan deling ,-ls meest begunstigde natie. In de discussie verklaarde den minister van handel, dat hij thans niet kon zeggen welke concessiën aan Servië gedaan zullen kunnen worden. Hij wees, onder een salvo van toejuichingen, op het feit, dat alle par tijen de handhaving van den vrede wen- schen. Oostenrijk doet alles om den vrede te handhaven, maar de eer en het recht van Oostenrijk moeten ongeschonden blijven. Hij drukte zijne voldoening uit, dat de vól kernen correcte handelwijze van Oostenrijk- Hongarije gesteund door zijne bondgenoo- ten, erkend is door alle groote mogendhe den, hetgeen de hoop toelaat, dat de vrede zal worden gehandhaafd. Tweede telegram. De Kamer be handelde daarna het voorstel tot urgentver- klaring van de motie der socialisten, die do regeering uitnoodigt haren invloed aan to wenden ten gunste van den vrede. De mi nister-president verklaart, dat alle bevoegdo factoren in de monarchie zonder ophouden werkzaam zijn voor de handhaving van den vrede. Het recht van Servië wordt vol strekt niet geschonden. Wij hebben de uiter ste lankmoedigheid betraoht, met de vaste overtuiging van onze kracht als het onmo gelijk .werd den vrede te handhaven. Do regeering is vast overtuigd, dat een beroep op de vaderlandsliefde van het Oostenrijk- sche volk een geestdriftvollen weerklank zou vindon in de Kamer. De motie is aangenomen met groote meer derheid met eene wijziging, waarbij de re geering wordt uitgenoodigd hare pogingen tot handhaving van den vrede voort te zet ten onder het natuurlijke voorbehoud, dat de belangen van de monarchie niet worden geschonden. Aan de soldaten, die een moei lijken dienst aan de grens vervullen, wordt de sympathie van de Kamer betuigd. Het heerenhuis heeft het wetsontwerp tot naasting van spoorwegen aangenomen. Servië. W eenen, 26 Maart. De bladen be vatten een telegram uit Belgrado, dat men onlusten vreest in de hoofdstad. De oorlogs partij valt heftig de partij en de samen zweerders aan, die zij beschuldigt de abdi catie van den kroonprins te hebben uitge lokt. Belgrado, 26 Maart. De Serbski Novine zegt dat de afstand den Kroon- pinns wordt toegeschreven aan pressie van den president van den ministerraad en van de minister van buitenlandsche zaken, daar zijn oorlogszuchtige houding dreigde nood lottig te worden voor Servië, Belgrado, 26 Maart. In de skoepschtina op eene desbetreffende vraag antwoordende verklaarde de president van den ministerraad dat de Staatscourant een uiteenzetting bevat over den dood van den bediende van den Kroonprins. Deze kondig de hem aan af te zien van het recht op de troonsopvolging, doch de ministerraad is on bevoegd te dezer zaïke. Dat is alleen de Ko ning. Aan hem werd de brief des Kroon prinsen overhandigd. Belgrado, 26 Maart. Uit de door de regeering gegeven inlichtingen blijkt, dat de kamerdienaar van den prins het slacht offer is geweest van een ongeluk en dat het onmogelijk was uit te maken, of iemand daaraan schuld had of er voor ter verant woording kon worden geroepen. De bediende heeft in het ziekenhuis verklaard, dat hij van de trappen was gevallen en dat hij, vreezen.de dat zijn breuk zou verergeren, had verzocht naar liet hospitaal overgebracht te worden. Het proces-verbaal constateert, dat het slachtoffer deze verklaringen bij volle be wustzijn heeft afgelegd. Belgrado, 26 Maart. De Koning ontving heden namiddag de 'eiders van de verschillende politieke partijen en besprak met hen den toestand, voortvloeiende uit den afstand door den kroonprins van zijn recht' op de troonopvolging. Er zijn aanwijzingen, dat eene schikking zal worden verkregen en dat de prins zijne abdicatie zal intrekken. Knmr h*t Mn/elich 61 van N. W. M. WILLIAMSON. „Niet één," zeide ik. „Zij zijn niet dood- sclier dan Monnikendam, dat eens de speel tuin was van vorstelijke kooplieden. Mij cunkt, dat (liet doodsch genoeg is." „Niet genoeg, om mij te behagen," ant woordde zij met liet air van een Madame Befarge met blauwen bril. De Zeeman fleurde op, eer wij in de open zee waren Voor bet oogenblik sloegen de drie dames Tibe gade, die in zijn jasje in slaap was gevallen en met alle pooten trok in den een of anderen wildendroomzijne spieren bewogen zich krampachtig en de rimpels van zijn zwarten saiOét verwrongen zich. „Luister eens, zeide Starr omzichtig, „zou je denken, dat wij den naam Lorelei kunnen overschilderen, als wij te Vo'lendam komen, of moeten wij er een mannetje voor nemen? Natuurlijk, als wij bet zelf konden doen, zou 'het minder opzien baren, vooral wanneer wij bet in den vroegen morgen of 's avonds laat doen." „Wat? Heb je mijn idee dan als ernst op gevat?" vroeg dk. Zeker. Het is prachtig." „Ik twijfel of Miss Van Buren er in zal toestemmen." „Dat heeft zij reeds." „Drommels' Onder welk voorwendsel hebt gij 't haar gevraagd?" „Ik niet. Ik 'bracht eenvoudig mijn lieve tante op liét idee. Ik wist, dat de zaak nu iu orde was. Ik merkte zoo terloops op, dat bet nog een wonder mocht--beeten, dat Tibe of eenig minder belangwekkend lid van het gezelschap geen ongeluk had gekregen aan boord van een boot, die de Lorelei heette Ik zeöde wel niet ronduit dat het een onge- luksnaam was, maar toch was zij geheel on der dien indruk aan het einde van ons ge sprek. Toen had zij een gesprek met Miss Van Buren; en het gevolg was, dat hoe eer der de naam Lorelei veranderd wordt in de „Mascotte" hoe liever de eigenares het heeft; verder wordt er niet van gerept." „Drommels!" zei'de ik weer. „De aange nomen bloedverwante van den Zeeman heeft iets uitgeslapens. Ik zou wel eens -willen we ten, wat zij van plan is voor mij te doen; want als zij besloten is, dat mijn naam ge grift zal worden in het hart van hare ken nis, of daaruit gewis ebt, dan gebeurt het." Eenmaal buiten de sluis, waren wij dade lijk op de Zuiderzee, wier gele golven de Lorelei deden hobbelen als ware zij een wieg, de trekschuit rolde ook hevig in ons zog. Mocht het weder eens ruw worden, als wij zeehavens hebben te bezoeken, dan moeten de Lorelei en haar wedeihelft rustig in de haven blijven liggen en ons gezelschap moet zich vergenoegon de reis op een gewone boot te maken. Maar op een dag als deze was er hoegenaamd geen gevaar, zelfs geen voor wendsel om zeeziek te worden,, hoewel ik half en half verwachtte, dat de dames mij zou den vragen of er geen gevaar was Blijkbaar kwam de gedachte niet bij haar op. Tot nu toe hébben wij geen enkel ongelukje gehad, want het is een Trusscott, zij denken er zelfs niert aan, dat er iets met den motor kan ge beuren. Marken, met zijn hoogen kerktoren kwam weldra in zicht; 'liet dicht bebouwde eilan den-stadje scheen op de baren te drijven, zooals San Giorgio Maggiore te Venetië bij zonsondergang Hoe ik ook den spot Oiad gedreven met het tooneel-eiland en zijne acteurs, toch wa ren mijne pasagiers bijzonder nieuwsgierig, toen wij met vollen stoom Marken nader den „Men ziet ons al'" riep ik, toen wij dicht genoeg genaderd waren om te kunnen onder scheiden, dat een menigte hooge groene en gele bergen, die wij bij elkander in de ha ven zagen, hooischepen waren. „Zij verheu gen zich reeds op een on verwachten oogst nu de groote schare van toeristen, voor wie zij 's morgens en 's middags voorstellingen houden, voor vandaag reeds vertrokken is Als wij komen, zal er een tooneelsclvikkin'g en toon eel-gr.oepeering plaats hebben, dat een schema kon zijn voor een eerste acte te Londen." Toen wij dichteroij kwamen, konden wij zien hoe mannen en vrouwen en kléine kin deren de 'hooivorken hanteerden, en het hooi van de groote en kleine schepen haalden. Het was een allerbekoorlijkst tafereel en men gevoelde, dat er slechts een zachte mu ziek van een verborgen orkest aan ontbrak. De mannen waren gekleed' in zwarte en donker-blauwe jerseys of lange buizen met zilveren knoopen en zeer wijde broeken, waardoor elke broekspijp er uitzag als een half-geleegde luchtballon. Tegen hunne brui ne kielen glinsterden zilveren of gouden ronde knoopen en aan den gordel schitterde eveneens iets van édel metaal. Hun haar was recht langs hét voorhoofd afgeknipt, over de ooren en achter in dén nek, alsof eeu 'barbier er een kom over had gezet, en 'het haar rondom had afgeknipten van on der de randen van brutaal-uitziendé mutsjes gloeiden kleine, wantrouwende blauwe oogen. Maar ofschoon de mannen zich wel mogen laten zien, zoo hébben de vrouwen en kinde ren van Marken het eilandje fortuin aange bracht, als de bezienswaardigheiden van daag waren zij op haar mooist, het goudgele hooi op hare hooivorken nemend, haar vlas blond haar, hare roode koonen en schitte rend costuum blonken in hert licht der na middagzon Wij gingen aan land, en niemand scheen m het minst op ons te letten.. Dat behoort 'bij de dagelij'ksche vertooningmaar ik was de éénige, die dit wist, en toen mijne reis- genooten zagen, hoe deze bekoorlijke, won derbare wezens rustig voortgingen met hun nen landelijken arbeid, alsof geen enkel vreemd oog naar hen keek, verweet men mij mijne lage zwartmakorij „Hoe kon u hen nu „fortuinzoekers" noe men riep Phyllis. „Het zijn engelen. Ik zou elk hunner een kus kunnen geven. Zij hebfben een engelachtig gezicht, en de kin deren wel 't zijn cherubijntjes. Zij had gelijk. Het was een idyllisch tafe reeltje, al was het ook wait sterk gekleurd. Geen vrouw of ze was mooien wie zou dat ook niet in het schilderachtig costuum van Marken. De 'blanke gelaatstint met de roode wangen, de hemelsblauwe oogen, de gou den franje en twee lange lichtblonde krullen aan iedere zijde van liet gelaat, die van on der de nauwsluitende, met kant bedekte kap pen, tot op den boezem afhangen de korte, wijde, zwarte en blauwe rokken, de rijk ge borduurde lijven, schitterend als de borst van een papagaaide gaasachtige doeken en witte mouwen de -zwarte klompen met ge schilderde rozentakken, veranderden de ha ven van Marken in een zeldzameq bloemen tuin. De uitdrukking van hun gelaat was zeer goedaardig en hét was niet vreemd Miss Rivers de vrouwen engelen en de kinderen cherubijntjes te hooren noemen. De groep bij de hooischepen vormde het koor; maar wij waren nauwelijks eenige mi nuten op den vasten wal of de hoofdpersonen der vertooning begonnen te voorschijn te ko men. Een jong meisje, dat men de aanvoer ster kon noemen, trippelde naar de haven met een klein kind aan iedere hand. Alle drie waren blijkbaar eender gekleed in rijke borduursels, en wijde rokken tot aan hare enkels, gedragen over een onnoemelijk aan tal onderrokken, maar ik kon zien aan een kleine rozet op de muts van het middelste kind, dat het een jongen was. Het drietal naderde met een engelachtigen glimlachen ik behoef nauwelijks te zeggen, dat de drie dames de twee fantastische ba- bies begonnen te li-efkoozen. „Hoe vaart u? Zoutd u gaarne liet inwen dige van een Marker huis willen zien?" vroeg het aardige meisje, Engelsch spreken de met de stem van een kleine sirene. De dames antwoordden natuurlijk„Heel graag „Ik zal u ons huis laten zien. Komt u maar mee." Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1