H\ Woensdag 21 April 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. 7" Jaar|ang. FOORTSCH DAGBLAD. f 1.00. - 1.00. - 0.00. ABONNEMENTSPRIJS: Par 3 maanden voor Amersfoort Idem franco per post Afzonderlijke nummers Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur «morgens bij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKH OFF C°. Utrechtschestraat t. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTISN: f 8.88. 0.18. ▼an 15 regels Elke regel meer Dienstaanbiedingen en aanvragen 20 eenta bij voeruitbetahnf. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen Ut het herhaald adverteeren in dit Blad, by abonnement, fiea# cireulairebevattende de voonvaarde», wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De revolutie iu Turkije. Het gaat in Turkije om en om. Verleden week scheen het rijk van het comité „Een dracht en vooruitgang' uit te zijn; thans komt het er weer bovenop. De hartader van het land is blijkbaar Rons tan tinopel niet. Toen in de hoofdstad de zware slag gevallen was, die op het eerste gezicht den indruk maakte al9of de Joug-Turken waren vernie tigd, is dadelijk van Saloniki de tegenstoot uitgegaan, die bestemd \/as de gevolgen van dezen slag uit te wisschen. En men behoeft er niet over in twijfel te verkeeren, aan welke zijde de grootste kracht aanwezig is. De bevelhebber van c'e strijdmacht, die uit Saloniki is uitgezonden, Husni Pacha, heeft uit Dedeagatsch a;.n de vertegenwoor digers der vreemde staten in Konstantinopel de volgende boodschap gezonden ,,Ik heb de eer Uyre Excellentie eerbiedig mede te deolen, dat liet hoofddoel van het op Kon stantinopel aanrukkende legerkorps bestaat in het definitieve herstel van de grondwet en in de wettige bestraffing van de vloek waardige bedrijvers van de bloedige wanor delijkheden, voorbereid door reactionaire elementen, welker humaniteit steeds te weri- schen liet. Uwe Excellentie kan volkomen overtuigd zijn, dat men leven en goed van do vreemdelingen, deze op ontzag aanspraak hebbende gasten van ons dierbaar vader land, volledig zal weten te beschermen en dat men in staat zal zijn de rust en de vei ligheid van de geheele volkiug te waar borgen Tegenover het zelfbewustzijn, dat uit deze boodschap spreekt, steekt eigenaardig af de stemming. die in Konstantinopel heerscht. Men kenschetst den sultan als radeloos, het ministerie als hulpeloos. Onder de bevolking is de stemming omgeslagen. Er bestaat nu groote verbittering tegen de mohammedaan- sche geestelijkheid, die het gebeurde van 13 April heeft uitgelokt, en tegen de lei ders van die beweging. Vele oelema's schij nen ook tot het inzicht te zijn gekomen, dat de contra-revolutie een groote "misslag is ge weest, en zij doen hun best die verantwoor delijkheid van zich af te schuiven. Het be kend worden van die op die officieren ge pleegde moorden heeft de spelling van den sultan ook bij de geestelijkheid be dorven, die verklaart-, dat zulk eene wreed heid met de Scheriatwet geheel in strijd is. Zoo blijven als aanhangers van den sultan slechts over de niet georganiseerde soldates- ka en -een deel van de softa's, en met dezen is tegen de goed aangevoerde mannen uit Saloniki weinig te beginnen. Een medewerker van de Frankf. Ztg. schetst den toestand aldus: „Alle berichten uit Konstantinopel stemmen hierin overeen, dat het Jong-Turksche comité reeds meester van den toestand is en dat het binnen zeer korten tijd met zijne troepen Konstantino pel zal binnen trekken en de stad zal be- heerschen. Deskundige militaire beoor deelaars zijn vol waardeering voor de or- gnniseerende en militaire talenten van de Jong-Turken, die in verbazend korten tijd eene troepenmacht van 30,000 man in een welgeslaagd strategisch plan van opmarsch voor Konstantinopel bijeengebracht, daar bij de tucht volledig gehandhaafd en -zelfs de verpleging van de troepen volkomen ge regeld hebben. Het politieke verstand, het zelfbewustzijn en de militaire flinkheid is bij de Jong-Turken en alleen bij dezen op de andere zijde heerschen radeloosheid en onmacht. Juist daarom wordt verwacht, dat de militaire inbezitneming van de hoofd stad zonder strijd, waarschijnlijk zelfs zon der bloedvergieten zal worden voltrokken, en men neemt in de Europeesche hoofdste den ook aan, dat, daargelaten enkele moge lijke uitspattingen tegen Armeniërs, leven en eigendom van de christenen en vreemde lingen door de nieuwste omwenteling niet in gevaar zijn gebracht, zoodat deze om wenteling door de mogendheden voorloopig -als eene binnenlandsche aangelegenheid van Turkije kan worden beschouwd. De Jong-Turken zullen wraak nemen op de aanstokers en bedrijvers van den opstand in de vorige week. Men moet aannemen, dat zij voor den sultan geen halt zullen maken, zoodat de regeeringsdagen van Abdul Ham id wel geteld zullen zijn. Men moet er ook mee rekenen, dat naar oostersch gebruik daarmee tegelijk zijne levensdagen geteld zijn, want volgens verklaringen uit Jong-Turksche bron schijnt men in hem de oorzaak van het te Stamboel gebeurde te zien en dit, ondanks alle verzekeringen van het tegendeel, als een voorgenomen aanslag tegen de grondwet te beschouwen. De zegevierende Jong-Turken voelen zich voor en na als de geroepen vertegenwoor digers van het leger en van het Turksche rijk, niet alleen in het binnenland, maar ook naar buiten. Het zou zeker eene groote dwaling zijn, .als in Bulgarije de meening, die daar in de pers wordt verkondigd, dat Bulgarije zich den tegenwoordigen toestand van Turkije voor een militair optreden zou kunnen ten nutte maken, tot daden leidde. Van het oogenblik af waarop dat gebeurde, zouden alle Turksche partijen en stroomin gen eensgezind zijn en ook sterk genoeg om af te weren. Dan zou er werkelijk gerecht vaardigde vrees bestaan voor leven en vei ligheid v.an de christenen en vreemdelin gen, en omdat men mag aannemen, dat men niet in het onzekere verkeert over zulke ge volgen in de kabinetten van de groote mo gendheden, móet men ook verwachten, dat deze, als het noodig mocht zijn, iederen aan val van buiten tegen Turkije zullen verhin deren". Italië. Rome, 20 April. Bij de ontvangst der Fransche bisschoppen hield de Paus een rede, waarin hij er op wees, dat hij uit het land, dat hem in het openbaar zóó groote smart berokkent, veelvuldige huldeblijken ontvangt, waardoor de hoop der geheele we reld verlevendigd is. De Paus betuigde zijn dank aan de bis schoppen van bijna geheel Frankrijk voor hunne gehoorzaamheid jegens den stedehou der van Christus, te midden van den storm, door helsche machten opgewekt. De Paus gaf daarna den raad den "Strijd voort te zetten en ried den bisschoppen aan de aanvallen der vijanden het hoofd te bieden Hij voegde daaraan toe, dat men den boo- zen vrijheid laat tot het plegen van allerlei misdrijven en dat de vijanden der kerk door arglistige wetten de bisschoppen van den Paus trachten te scheiden. De bisschoppen echter moeten eensgezind blijven. Spanje. Madrid, 20 April. Bij de griffie van de Kamer is eene klacht ingekomen van den afgevaardigde M&cias tegen den minister van marine eu de regeering. Tweede telegram. In de Kamer is voorlezing gedaan van het rapport dei- commissie, die benoemd is om kennis te ne men van de tegen den minister van marine en andere leden der regeering gerichte aan gifte. Het rapport concludeert, dat de klacht moet worden onderworpen aan het onderzoek vau den minister-president. De afgevaardigde Bfoane verzocht den mi nister van marine de stukken betreffende de toewijzing van de vlootbouw aan de Kamer over te leggen. De minister antwoorde, dat hij de stukken zal overleggen, maar na dat hij daaraan zal hebben ontrokken de stukken, die als nauw betrekken bij de geheimen van de landsverdediging een ver trouwelijk karakter dragen. Hierop ontstaat rumoer bij de partijen der oppositie. De voorzitter slaagt er met moeite in de rust te herstellen. Minister-president Maura steunt de ver klaringen van den minister van marine. Er volgt eene levendige discussie tusschen Mau ra, Canalejas en Moret. Maura verklaart, dat de regeering trotsch is op haar werk en volstrekt niet de discussie wil ontwijken zij verlangt die integendeel. Daaruit zal blijken, dat de regeering haar plicht doet ten meeste bate van de waardigheid der na tie. De vergadering werd daarop gesloten. Oostenrijk. Siczynski, de student die den stadhouder van Galicië, graaf Potocki, in zijn paleis heeft vermoord, is door het hof van assises te Lamberg voor de tweede maal ter dood veroordeeld. De jury verzocht het gerechts hof hem in de genade van den Keizer aan te bevelen. Rumenië. Koning Carol van Rumenië heeft giste ren zijn 70en verjaardag gevierd. De Duit- sche kroonprins was daarbij tegenwoordig als representant van den Keizer. De Nordd. Allg. Zeitung wijdde aan den jubilaris een artikel, dat hem huldigt als schepper van den Rumeenschen staat en spruit van ech ten Hohenzollernaard van de Sigmaringsche vorstenlijn. De Balkancrisis. Weenen, 2 0 A p r i 1. De Neue Freie Presse bericht, dat de Sultan gisteren het pro'okol van de Oosteurij ksch-Turkache overeenkomst heeft bekrachtigd. Petersburg, 21 April Het tele- graafagentschap bericht, dat de Russische regeering hare vertegenwoordigers bij de onderteekenaars van het Berlijnsche verdrag heeft opgedragen dezen mede te deelen, dat volgens hare meening het oogenblik geko men is om de onafhankelijkheid van Bul garije onverwijld te erkennen. De Russi sche Czaar heeft Koning Ferdinand geluk gewenscht met de onafhankelijkheid van Bulgarije. De onderteekening van het protokol der Turksch-Bulgaarsche overeenkomst zou eerst Zondag namiddag om 2 uur plaats gehad hebbenop het laatste oogenblik verlangde echter de Buigaarsche gemachtigde Liapt- schew uitstel tot den volgenden dag. De Porte gaf daarvan kennis aan de vertegen woordigers der groote mogendheden, om daardoor zich los te maken van de verant woordelijkheid voor de gevolgen, die dit uitstel kon hebben. Met de bekrachtiging van deze overeen komst door het Turksche parlement, die heden wordt verwacht, is verbonden de er kenning van het koninkrijk Bulgarije, den voormaligen Turkschen vazalstaat, als zelf standige' staat. De Buigaarsche minister Liaptschew lichtte vóór de onderteekening tot de Russische, Engelsche en Fransche gezanten, die tegenwoordig waren, de vraag of hunne regeeringen, wanneer zij akte ne men van de onderteekening van het proto kol, bereid zijn den nieuwen staatsrechtelij ken toestand van Bulgarije te erkennen, hetgeen door alle drie bevestigend beant woord werd. Eerst daarna plaatste Liapt schew zijne handteekening naast die van Rifaat Pacha, den minister van buitenland- sche zaken van Turkije. Het protokol bevat negen punten, waar van het achtste het gewichtigste is, hetwelk inhoudt, dat Turkije op grond van het Pe- tersburgsche protokol verklaart den nieu wen politieken toestand van Bulgarije te er kennen. Het protokol bevat ook eene prin- cipieele bepaling over de Orientspoorwegcn, maar de gedetailleerde regeling van deze kwestie zal eerst later geschieden. Bijzon deren nadruk leggen de regeeringskringen te Sof'a op het feit, dat Rifaat Pacha na mens zijne regeering zich heeft verbonden hei protokol reeds heden, Woensdag, aan het parlement ter bekrachtiging voor te leg gen. De erkenning van Bulgarije door de groote mogendheden zal terstond daarop ge schieden. Gelijktijdig heeft te Petersburg de onder teekening plaats gehad van het protokol der Russisch-Bulgaarsohe overeenkomst over de likw'datie van de geldelijke aangelegenhe den tusschen Bulgarije en Turkije. Turkyt. Konstantinopel, 20 April. In een door hem afgezonden telegram brand merkt Husni pacha den militairen opstand. Hij vraagt de soldaten de wederindienststel- ling der officieren, die op -den Koran een eed zullen afleggen, dat zij zich niet meer met de politiek zullen bemoeien, niet te be letten, zich alleen te wijden aan hunne militaire plichten en zich niet te mengen in de maatregelen tot bestraffing van niets- waardigen. Wanneer de troepen van Konstantinopel dit beloven, dan znllen zij niet worden ge deerd. In eene proclamatie verklaart Husni pacha dat het doel van het leger is de con- stitntioneele regeering te versterken, te be wijzen, dat geen wet en geen macht boven de grondwet staat, en een voorbeeldige les aan de verraders te geven. Vreemdelingen zullen ontzien worden. Konstantinopel, 20 April. De Sultan besprak heden morgen den toe stand met Tewfik en Hilmi pacha. Hij bood Hilmi pacha het ambt van groot vizier aan en beloofde alle waarborgen te geven, die worden verlangd voor de hand having der grondwet. Men verzekert, dat Tewfik pacha is af getreden. Tweede telegram. De grootvizier en de minister van oorlog hebben hunne ontslagaanvrage ingetrokken. Er wordt medegedeeld, dat het naar Kon stantinopel oprukkende leger aan de regee ring een lijst heeft gezonden van personen, waaronder afgevaardigden, theologen en dagbladschrijvers, wier bestraffing wordt verlangd, wegens hunne verantwoordelijk heid voor de gebeurtenissen van den jong- sten tijd. De proclamatie van Hussein Husni heeft een uitstekenden en geruststellenden indruk gemaakt. Konstantinopel, 20 April. De voorhoede van Husni pacha is te Tscher- keskoi aangekomen. Konstantinopel, 20 April. De meeste leden van de Kamer hebben zich naar San Stefano begeven. Wa shington 20 April. Twee Amerikaansch© kruisers hebben bevel ont vangen zich naar de Middellandscho zee te begeven om de Amerikaansche belangen te beschermen. Corfu, 2 0 A p r i 1. De kruiser Ham burg, die zich hier bevindt als geleider van het keizerlijke jacht Hohenzollern, heeft bevel ontvangen zich maar Mersina te bege ven. Konstantinopel, 20 April. De ministerraad beraadslaagt onder voorzit terschap van Tewfik Pacha. Men verzekert, dat de ministerraad tot morgen avond aan den sultan gelegenheid gegeven heeft om afstand te doen van den troon. Djeved Bey, de eerste secretaris van den sultan, verklaarde heden, dat Abdul Hamid geen enkelen brief heeft ontvangen, waarin hem gevraagd wordt van den troon afstand te doen. Hij voegde ei' bij, dat als het leger de abdicatie vroeg, de sultan daaraan ter stond zou voldoen. Tweede telegram. Djev&d Bey verklaarde dat de sultan niet alleen uit de provincie, maar ook uit Saloniki en uit het leger telegrammen heeft ontvangen, die hem van trouw verzekerden. Men zegt, dat de Macedonische soldaten merkbaar zijn veran derd en met meer hetzelfde vuur on het zelfde vertrouwen aan ('en dag leggen. Sedert heden morgen komt geen enkele reizigers- en goederentrein meer in Kon stantinopel. De spoorwegen zijn uitsluitend voor militaire treinen gereserveerd. De ver plichte treinen en cle Orient-express, die heden morgen moesten aankomen, zijn op gehouden aan gene zijde van liet station Tsjataldja. Het wordt tegengesproken, dat de sultan eene toevlucht heeft gevraagd bij de gezant schappen van Engeland en Duitschland en die gezanten van de groote mogendheden heeft laten verzoeken te zijnen behoeve tus schen beide te komen. Konstantinopel, 21 April. Het wordt bevestigd, dat Nazim Pacha, de bevelhebber van de keizerlijke garde, ziju ontslag genomen heeft. De divisie van het Turksche eskader, die geankerd is in de haven van Smyrna, heeft zich ten gunste van het Jong-Turksche co mité verklaard. Generaal Djavit is met tien bataillons van Ipek gekomenhij is te Mitrowitza aangekomen. Saloniki, 20 April. Het centrale comité „Eendracht en vooruitgang" heeft aan den correspondent van Reuter een uit voerig overzicht gegeven van de gebeurte nissen te Konstantinopel. Naar aanleiding van de houding, die door de reactionaire partij is aangenomen te Konstantinopel, protesteerde de geheele natie met kracht Nmar het Entjehch 80 VAN e. N. ES W. M. WILLIAMSON. De sluiswachters werden, vrees ik omge kocht, om voor ons in 'het holst van den nacht de sluisdeuren te openen en Jonkheer Van Bred er odfe liet zijn club vlag wapperen voor het geval een hunner hardnekkig mocht weigeren. Maar nietmand deed het, misschien wel daar men veronderstelt dat anenschen gewoonlijk liet tegenbeeld van hun eigenlijk karakter zijn, wanneer zij plotseling uit hun slaap worden gewekt zijn de Friezen zwak en meegaande, als men hen in den nacht op- schelt. Het was hoogst belangwekkend op het ka naal het maanlicht langzaam te zien over gaan in den aanbrekende» dag en het zachte, vage landschap te aanschouwen en ik wilde, dat mijnheer Van (Buren 'bij ons ware ge weest, want ik ben zeker, dat zijn hart er door getroffen zou zijn vooral als Freule Mendia er niet bij was, om zijn enthousiasme te blusschen. Het was een heldere morgen, toen wij te Groningen kwa'men en wij waren volstrekt niet vermoeid, al hadden wij ook geen oog geloken. In een mooi hotel „de zeven pro vinciën" geheeten, waar Jonkheer Van Bre- derode gedacht had één keer te overnachten, indien onze plannen niet zoo plotseling ver anderd waren, was een telegram voor Nell. Het was van mijnheer Van Buren, en luidde „Kan ik aanstaande en zuster meebrengen, om een dag met u te Utrecht te zijn? Ant woord Robert v. B. Scheveningeu. Robert." Natuurlijk één woord kost minder dan twee en het is daarom verstandiger dit in een telegram te gebruiken. Bovendien zij is zijne aanstaande. Maar daar zwart op wit zag het er zoo onherroepelijk uit, dat ik bedroefder om zijnentwille was dan vroe ger. Het maakte mij ook zenuwachtig, toen Nell terug seinde: „Ja, heerlijk," en er den dalum bijvoegde, waarop wij rekenden te'Utrecht te zullen zijn. Ik ben nog opge wonden, terwijl ik dit schrijfwant ik heb zoo'n idee, dat Freule Menela het mijnheer Van Buren hoogst kwalijk nam, dat hij zoolang bij ons bleef, en dat zij nu hem of iemand anders er voor wil straffen. HOOFDSTUK XXVII. Van het standpunt van Ronald Starr. Ik geloof, dat weinig mannen hartstoch telijker hebben 'bemind dan ik. die beide mooie stiefzusters liefhad, toen ik om ha rentwil een misdadigen boottocht onder nam. Om van haar bijzijn te genieten, dage lijks tot 'haar op te mogen zien, <haar lieve stemmen te hooren en eindelijk uit te vin den welke van beiden mij waarlijk dierbaar der dan de andere was, stal ik in koelen bloede eene tante en jokte ik daarna zoo dikwijls op dat punt, dat ik bijna begon te gelooven dat zij mijne tante was. Misschien zeide ik bij mijzelf, als er eenige blaf fende honden uit den kennel van mijn ge weten ontsnapten, die tot rust moesten ge bracht wor'den misschien is zij wel mijne tante in een vroeger bestaan geweest. Maar dan had ik iets omtrent haar gezegd tot mijzelf of anderen, om de zaak te bevorde ren en de sop was de kool wèl waard wat het eerste gedeelte van het uitstapje betreft. Van Brederode was zoo merkbaar verliefd op de bet coverende Nell van Buren, dat ik wel spoedig tot eene slotsom komen moest. Nell was de eenige vrouw buiten wie het "ook mij onmogelijk zou zijn te leven. Ik bleef die overtuiging koesteren tot op den eersten avond te Enkhuizen, toen ik op eens inzag dat Phyllis Rivers, dat heerlijke even beeld van een der engelen van Burne-Jones, liefde had opgevat en bemind werd door een Hollandschen reus, die haar nooit naar waarde zal weten te schatten. Voordat die slag mij trof, had ik altijd half onbestemd gevoeld, dat, ook al moest ik de onvergetelijke Nell verliezen, de aan biddelijke Phyllis mij toch blijven zou, om mij te troosten, maar op 'denzelfden avond dat ik, doorweekt van regen, door Nell werd afgescheept, vernam ik dat Phyllis mij als een broeder beschouwde. Ik was wanhopig. Nooit had zij er zoo bekoorlijk uitgezien dan badende in tranen. Zij is lvet eerste meisje, dat ik heb zien weenen, zonder dat haar neusje rood wordt. De tranen rollen als paarlen over hare onderste wimpers die bijna evemlang zijn als de bovenste en ik be greep op dat oogenblik niet, hoe het toch mogelijk was, dat ik een ander meisje boven haar ha'd verkoren. Te laat voor mijne ge moedsrust verzekerde zij mij, dat naar hare roeening, mijne zaak bij hare stiefzuster niet zoo 'hopeloos stond. Thans wilde ik Phyllis en niet Nell uit de armen van een gehalten medeminnaar rukken (zij was er nog wel niet in, maar dit kon elk oogenblik gebeu ren, als ik geen beslag op haar legde) en hot was uiterst pijnlijk, dat zij mij op dit critie- ke oogenblik haar eens onbereikbare stief zuster naar het hoofd slingerde. Zeker, den volgenden dag, toen Alb de motorboot ter onzer reddling naar Urk bracht, deed de wijze, waarop Nell's groote bruine oogén opklaar dón, toen zij hem in het oog kreeg, mijn hart weer onstuimig klop pen en ik bevond mij precies in denzelfden toestand, als in het begin niet in staat tot een besluit te komen, buiten welk meisje ik het 't minst stellen kon. Maar deze terug keer tot den chaotischen toestand was niet zeer bevorderlijk voor mijn gemoedsrust, om- diat, al kon ik het buiten geen van beiden stellen, ik mij gelukkig zou achten er ten minste één te behouden. Daarbij kwam nog cle onrust, omtrent Sir Alec Mac Nairne en het gevaar, dat hij uit de lucht kwam vallen en het gebouw, dat ik zoo zorgvuldig opge trokken had, met één slag verwoesten. Over liet geheel genomen had het voorko men van Friesland zich niet met dezelfde camée-achtige duidelijkheid in mijn geheu gen geprent, als de overige gedeelten van Holland eenige weken en zelfs dagen te vo ren, toen ik nog jong en gelukkig was. Zooals ik reeds onmiddellijk in ons com plot opmerkte, kan zelfs een Albatros vau groot nut worden. Te Amsterdam, toen ous complot een oogenblik gevaar liep, diende Alb eenigszins als schild, en toonde al de listige beliendigheid van een geboren schelm te bezitten. Te Leeuwarden was het daarom, de beurt aan mij om een wanhopige daad te doen, toen de mood aan den man kwam. Ik kan mijn tegenwoordigheid van geest niet genoeg loven. Dagen daarna waren mijne polsen nog als verlamd van dat fa- meuse schudden, maar ik redde den toestand door den eclïtgenoot van tante Fay op zoo krachtige wijze de hand tie drukken, dat ik hem als een tol liet draaien. Ik schonk Van Brederode een kans met de meisjes te ver dwijnen. Als tante Fay werkelijk aan boord van de Lorelei, herdoopt de Mascotte geweest ware; als de M-, wijlen de L., Brederode's boot geweest ware, en hij werkelijk met mijne tante geflirt had langs de waterwegen van Holland, volgens den vagen, indruk van Sir Alec, kon ik niet meer mijn best hebben ge daan, om haar aan zijne jaloersche wraak zucht te onttrekken door hem te laten ont snappen. Alb had nooit van een flirtation gespro ken en ofschoon ik boos was op den Alba tros, om zijne stilzwijgendheid, toen ik helt voor het. eerst uit den mobd van Sir Alec vernam, dwong mijn hinderlijk gevoel van rechtvaardigheid mij echter later te erken nen, dat hij dit noch aan mij, noch aan an deren kon zoggen. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1