Dinsdag 4 Mei 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
De Motorboot.
M°. 314.
yc 4nar|{itii]t>
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem f-av.co per post- 1.50.
Afzonder jjbe nummers - 0.05.
Daze Con.-at verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiénmededeelingsn enz., gelieve men vóór 11 urn
's morgens bjj de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
(Jtreehtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen Ut
het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Eeoje
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
I>c hervorming van de DaiUclie
r ij kmiut ancien.
Vorst Bülovv heeft gisteren zijn 60en ver
jaardag gevierd. Onder .aangename omstan
digheden kan hij dezen dag niet hebben
doorgebracht, want in den grooten strijd,
dien hij thans voert voor de verwezenlij
king van zijne plannen tot hervorming van
de rijksfinanciën, is juist eene beslissing
gevallen, die een weinig gunstig uitzicht
opent voor liet slagen van die plannen. De
conservatieven in den rijksdag blijven bij
hunne taktiek oan den RijivSK-anselier te
dwarsboomen Toen de rijksdag na de
i'aaschvacantie terugkwam, scheen het als
of het zou, gelukken, het conservatief-libe-
rale blok tot het besluit te brengen om de
aanneming te verzekeren, zonder geest
drift wel is waar, maar in het bewustzijn
van den absoluten plicht, die hier moet
worden vervuld. Maar weldra bleek, dat de
conservatieven hun verzet tegen de rijks
belasting op de erfenissen niet wilden op
geven, En in de commissie van den rijks
dag hebben zij, in vereeniging met het cen
trum en de Polen, zich hardnekkig verzet
tegen de voorstellen der regeering op het
stuk der directe belastingen met het ge
volg, dat de commissie omtrent alle plan
nen, die in uitgewerkten vorm voor haar
lagen, tot ©ene negatieve beslissing is ge
komen. Het eenige positieve besluit, dat
genomen is, behelst eene uitnoodiging aan
de regeering, om een ontwerp samen te
stellen van eene belasting op de waarde
vermeerdering van onroerende goederen,
met welk denkbeeld de conservatieve partij
weinig^ dagen geleden voor den dag is ge
komen, en eene tweede uitnoodiiging om
eene belasting op de waardevermeerdering
van effecten in overweging te nemen. En
zelfs dat besluit zal niet naar buiten wer
ken liet zal niet als voorstel van de com
missie in de vergadering van den rijksdag
komen, maar er is besloten af te wachten
wat de^ vegeeriug naar aanleiding van het
verleden Zaterdag in de commissie gebeur
de zal doen.
Tot welk besluit de rijksregeering naar
aanleiding van deze beslissing zal komen,
is nog onzeker. Welken indruk de beslissing
op de rijksregeering heeft gemaakt, komt
uit in de beschouwingen, die de Nordd
Allg. Zeitung daaraan wijdt. Het officieuse
blad merkt, wat de belasting op de waarde
vermeerdering van onroerende goederen be
treft, op, dat de rijksregeering reeds heeft
besloten de samenstelling van een ontwerp
dier belasting ter hand te nemen, maar dat
niet mag worden voorbijgezien, dat daar
voor een omvangrijke voorbereidende ar
beid noodig is, dat het niet mogelijk is met
zekerheid te berekenen wat zij zal opbren
gen en dat het inzonderheid te betwijfelen
is of zulk eene belasting nog is uit te voe
t-en in het kader van de tegenwoordige fi-
nancieele hervorming. Daarom heeft de
rijkssecretaris van financiën eene reserve
moeten maken, hoe de verbonden regeerin
gen hiertegenover stelling zullen jjemen.
Dan gaat het blad aldus voort:
„Uit de stemming van de commissie is
ook gebleken, dat voor de voorstellen van
eene speciaal op beurspapieren betrekking
hebbende belasting op de waardevermeer
dering een meerderheid in den rijksdag niet
aanwezig is. Er is slechts, besloten aan de
regeering overweging te verzoeken van de
vraag hoe als tegenwicht van de het grond
bezit bezwarende belasting eene overeen
komstige belasting van de vermeerdering van
het roerende kapitaalvermogen kan geschie
den. De regeeringen hebben tegen de moge
lijkheid bedenkingen geuit In ieder geval
ligt het voor de hand, dat de ovtrwegingen
van deze moeielijke vraag niet in den korten
tijd, die beschikbaar is, tot het doel kunnen
leiden. Dat daarmee bedoeld is eene ver
vanging van de erfenisbelasting, is naar de
verklaringen van de voorstellers niet aan
te nemen De belasting op de waardever
meerdering van onroerende goederen zou,
naar het schijnt, eene meerderheid in den
rijksdag vinden, maar ook hier is door de
commissie geweigerd haar te beschouwen als
eene vervanging van de uitbreiding der erfe
nisbelasting
Da beraadslaging en beslissing van de
commissie heeft dus tot geen ander resul
taat geleid dan dit, dat het onmogelijk is
voor de belasting der erfenissen van kinde
ren' en echtgenooten iets te krijgen wat haar
kan vervangen. Het is te begrijpen dat zij,
die tegenzin hebben in zulk eene belasting,
pogingen doen om iets te vinden wat tot
hare vervanging kan dienen. Deze pogingen
zijn mislukt. Wat de verbonden regeeringen
van den beginne af hadden doen uitkomen,
dat het onmogelijk zou zijn, in het kader
van den bondsstaat voor het rijk eene an
dere algeineene belasting op het bezit te
vinden clan eene belasting op de erfenissen
ook van kinderen en echtgenooten, is ge
bleken juist te zijn. Daarmee is tegelijk de
volstrekte noodzakelijkheid gegeven, aan
deze belasting zelf vast te houden en haar,
ondanks alle bezwaren en tegenstand, te
doen aannemen. Namens de verbonden re-
geeeringen heeft de rijks secretaris van
financiën in de commissie verklaard, dat
zonder zulk eene uitbreiding van de belas
ting op de erfenissen tot descendenten en
echtgenooten de hervorming van de rijks
financiën niet tot stand komen kan en zal.
Door deze verklaring is de vaste grond
slag gegeven, waarmee alle politieke par
tijen voor den eersten tijd zullen hebben
te rekenen.
De toestand is bitter ernstig. De hervor
ming der rijksfinanciën, die eene door het
Duilsche volk met groote beslistheid ge-
eischte, niet voor uitstel vatbare noodzake
lijklicid beteekent, is ondanks telkens her
haalde pogingen in den loop van de laatste
zes maanden in het parlement niet verder
gekomen. Over 't geheel genomen zijn wij
niet veel verder dan in het begin van No
vember. De zomer staat voor de deur. De
hervorming moet nu afgedaan worden. Het
volk verlangt het van den rijksdag. Het
buitenland slaat ons met spanning gade. De
spoedige afdoening is eene nationale eere
zaak geworden. Wanneer de meerderheid van
den rijksdag zich aan deze taak onttrekt,
dan zijn de gevolgen onberekenbaar".
Duitschland.
Vorst Bernhard von Bülow, die gisteren
60 jaar is geworden, is zijne loopbaan in
1873 begonnen in den d'iplomatieken dienst
Hij was ambassadeur van het Duitsche rijk
te Rome, toen "hij in 1897 benoemd werd tot
staatssecretaris van buiteniandsche zaken.
Den 10cn October 1900 volgde hij vorst
Chlodwig Hohenlohe op als rijkskanselier en
minister-president van Pruisen.
Den graventitel verwierf hij, terwijl hij aan
het hoofd stond van het departement van
buifcenlandsche zaken als belooning; voor de
welgeslaagde onderhandelingen over den af-
standl van. de Marianen- en Carolinen-eilan-
den door Spanje aan het Duitsche rijk. In
1905 werd hij in den vorstenstand verheven,
welke titel weder met hem zal uitsterven,
want h.j heeft geene kinderen.
B e r 1 ij n, 3 Mei. De uitkomst van de
heden gehouden inschrijvingen op de lee
ningen ten laste van het Duitsche rijk en
van Pruisen is wel is waar nog niet met
juistheid te constateeren, maar waarschijn
lijk zijn de 4 pets. leenihgen tweemaal en
de 3$ pets. iets minder volteekend.
Frankrijk.
P a r ij s, 3 Mei. Castro verliet heden
morgen onverwacht Parijs en begaf zich
naar Santander, waar hij mevrouw Castro,
die daar den 8en zal aankomen, zal op
wachten
Hij heeft bevestigd, dat hij van plan is
de Fransche regeering een proces aan te
doen wegens zijne uitzetting uit Martinique.
I a r ij s, 4 M e i. Het Journal bevat het
vclgende telegram, dat Castro gistermorgen
ontving voor zijn vertrek naar Spanje:
New-York. Venezuela is ten prooi aan
etne lievige omwenteling, die gericht is te
gen de regeering van Gomez, die wordt be
schuldigd de grondwet te hebben geschon
den en een beroep te hebben gedaan op het
buitenland om zich tegen Castro te verde
digen. De geheele bevolking is zeer opge
wonden, vooral over de inmenging van
Noord-Amerika in de binnenlandsche po
litiek van Venezuela. De opstand van de
troepen tegen Gomez is volkomenhet le
ger, met het volk vereenigd, eischt de te
rugkomst van Castro.
Engeland.
Londen, 3 Mei Het algemeene be-
grootingsdebat werd heden in eene druk be
zette vergadering hervathet zal gedurende
de gansche week worden voortgezet. Het
blijkt, dat tegen de financieele voorstellen
der regeering krachtig verzet zal worden ge
voerd door de conservatieven De debatten
zullen, in verband met de verschillende
voorstellen, die in de begrooting zijn op
genomen en met de beigrooting zelve, van
zeer langen duur zijn.
De eerste minister Asquith deelde mede,
dat de regeering met de koloniën,
die zich zelf besturen, in overleg is
getreden over het houden van eene
conferentie ter bespreking van de ver
dediging van het rijk door zee- en land
macht, speciaal naai' aanleiding van de jong
ste aanbiedingen van Canada, Australië en
Nieuw-Zeeland.
Italië.
Rome, 2 Mei. De Tribune bericht, dat
er een gevecht heeft plaats gehad tusschen
karabiniers en boeren te Santa Nicandra.
Er zijn een luitenant van de karabiniers en
vijf boeren gewond.
Spanje.
Madrid, 2 Mei, De verkiezing tot ge
deeltelijke vernieuwing van de gemeente
raden zijn tot dusver gunstig voor de repu
blikeinen.
I; adrid, 3 Mei. De gemeenteraads
verkiezingen hebben een absoluut kalm ver
loop gehad Do radicalen triomfeerden in
de groote republikeinsche centra. Zij kwa
men van 14 op 29 zetels m Valencia, van
12 op 22 te Madrid.
Portugal.
Lissabon, 3 Mei. De president van
den min sterraad zeide, in antwoord^op eene
interpellatie in de Kamer der paarsdat de
regeering zich buiten het in de Kamer van
Afgevar Jigden voorgevallene houdt. Het
kabinet heeft zijn ontslag gevraagd maar
doet zijn best de meerderheid met de oppo
sitie in de Tweede Kamer te verzoenen. Er
bestaat geen eigenlijke regeeringscrisis.
De ïv am er verwierp meit 32 tegen 15
stemmen een voorstel van Vilhena om de
zittingen te schorsen, totdat de houding van
de regeerin tegenover de crisis zal zijn
bepaald
Rusland.
De Czaar heeft aan sultan Mohammed,
naar aanleiding van zijne troonsbeklimming,
een telegram gezonden, waarin hij zijne op
rechte wenschen voor eene gelukkige heer
schappij van den sultan en de welvaart van
het rijk uitspreekt.
Servië.
In c' dagen van groote spanning tusschen
Servië en Oostenrij k-Hongarije nam de po
litie te Belgrado gevangen een handelsagent
die staatsburger van Öostenrijk-Hoijgarije
was, twee Servische gepensioneerde officie
ren en nog eenige andere personen, die
werden overgeleverd aan het gerecht om zich
te verantwoorden wegens 'spionage voor een
vreemden staat. De openbare behandeling
in dit proces zal echter achterwege blijven
de beschuldigden zijn in vrijheid gesteld
wegens gebrek aan bewijs. WaarschijnlijJc
spelen ook politieke overwegingen eene rol
bij het onderdrukken van dit proces.
Bulgarije.
De Bulgaarsche regeering heeft aan de
vertegenwoordigers van vreemde staten of
ficieel kennis gegeven, dat de titel van den
Koning luidt: „Koning der Bulgaren."
Turkije.
De hatt-'-humajoen van sultan Mahomed,
waarin hij kennis geeft van zijne troonsbe
klimming, die onder de telegrammen reeds
kort is verniel/', bevestigt Tewfik Pacha in
het ambt van grootvizier en Kia-Eddin in
dat van sjeik-ui-islam en gaa4- daarna aldus
voort
„Daar het mijn vurige wensch is, dat
mijne onderdanen in alle standen zich ver
heugen vrijheid, gelijkheid en gerechtig
heid, dat de bepalingen van de wetten en
van den Cheriat volledig toegepast en de
grootheid en macht van den staat versterkt
worde, en dat ons land die mate van vooruit
gang moge bereiken waartoe het in staat is,
en daar onze grondwet dezen oprecht?'!
wensch, Gode zij dank, waarborgt, vertrouw
ik in alles op den bijstand van God en,
slechts do grondwet als leidster aannemen
de, •koester ik het vertrouwen., dat alle mi
nisters, onparlement en alle ambtenaren
onze bemoeiingen tot bereiking van dat doel
zullen steunen en bevorderen. De onlusten
in de verschillende streken hebben ons met
leedwezen vervuld. Daar het inzonderheid
noodig is, de orde in ons rijk te verzekeren
en elke oorzaak van geschillen onder onze
onderdanen van alle standen te doen ver
dwijnen, zullen vóór alles krachtige maat
regelen met dit doel moeten worden geno
men. Het is onze oprechte wensch, dat er
voor goed een einde worden gemaakt aan
de betreurenswaardige gebeurtenissen van
dezen aard, dat de verschillende rassen, door
dat zij de noodzakelijkheid inzien onderling
i-i g:>r V verstandhouding te leven, zooals
voor kin Ieren van hetzelfde vaderland past,
zich zoude onderscheid verheugen in vrij
heid, gelijkheid en gerechtigheid en dat alle®
worde gedaan om onze krachten te water en
te land te doen herleven. Wij wenschen
eveneens oprecht, dat de nog ontbrekende
wetten, beantwoordende aan onze grondwet
en aan de werkelijke behoeften der natie,
overeenkomstig die Cheriat wordfeoi uitg©-
werkt om de orde in de rechtspleging en
in het financiewezen, alsmede de versprei
ding van beschaving, den vooruitgang van
de openbare werken, van handel en land
bouw, overeenkomstig de vorderingen van
de tegenwoordige eeuw te verzekeren. Daar
alle met bevriende staten gesloten verdra
gen door oi.s op nieuw bekrachtigd werden,
wenschen wij dat de goede 'oepassing van
deze verdragen geëerbiedigd en dat de tus
schen onze regeering en alle staten be
staande vriendschap versterkt worde. Moge
de Almachtige aan onze pogingen alle si^c-
r us verleenen
Mohamed' Recbad."
Konstantino'pel, 3 Mei. De
Kamer begon heden met de behandeling van
de in de grondwet te brengen veranderin
gen. Een vierde van de voorgestelde wijzi
gingen zijn reeds behandeld.
De wijzigingsvoorstellen komen hierop
neer De sultan legt dadelijk na zijn op
treden voor het parlement den eed af op
de grondwet en de cheriat. De ministers zijn
gezamenlijk en ieder afzonderlijk verant
woordelijk. De sultan benoemt alleen den
grootvizier en den sjeik-ul-islam. De groot
vizier stelt het kabinet samen. Voor het
verleenen van amnestie wordt een besluit
van de Kamer gevorderd. De preventieve
censuur is volstrekt uitgesloten. Genoot
schappen, die tegen de politieke onschend
baarheid van den staat of tegen de grond
wet werken, zijn verboden. Nadat een wets
ontwerp van de regeering tweemaal verwor
pen is, kan de Kamer ontbonden worden;
maar wanneer de nieuwe Kamer dezelfde
meening is toegedaan als de oude, moet het
besluit van de Kamer uitgevoerd worden.
De senaat bestaat uit 45 leden, van wie een
derde door den sultan en twee derden door
de Kamer benoemd worden. Alle senatoren
hebben zitting gedurende 9 jaren; de zit
tingen van den senaat zijn openbaar. Het
recht van den sultan om gevaarlijke per
sonen te verbannen, wordt afgeschaft.
Volgens een bericht uit Konstantinopel
brengt 1 t. door de militaire rechten inge
stelde onderzoo:: togen vele personen, die in
het Jildiz-paleis in betrekking geweest zijn,
en tegen geestelijken en soldaten, ernstig
bezwarend materiaal tegen Abdul Ha-
mid aan den dag. De aanvoerders
van de Macedonische troepen en an
dere toongevende factoren houden zich
nu bezig met. de vraag der inbeslagneming
van het grootste gedeelte van het particu
liere vermogen van Abdul Hamid, dat
zonder een'pen twijfel aan de staatsgoederen
is onttrokken.
Kenschetsend van de heerschende stem
ming is het opkomen van geruchten, di«
de vrees uitdrukken, dat deze troonverwis-
seling slechts voorloopig is en dat eene
nieuwe verwisseling is te verwachten.
Naar het EngeUch
90 VAN
C. N. BN W. M. WILLIAMSON.
Geen" lid van het gezelschap dat niet on
gemeen afgetrokken was, toen wij allen bij
elkander waren, zelfs Tibe niet uitgezon
derd; maar zijne afgetrokkenheid was te wij
ten aan de buitelingen van een waterrat, die
hij gaarne 'bij zijne melk zou 'hebben opge
peuzeld. Toen het hem eindelijk goed dacht
de melk op te drinken zonder zulk een kluif
je, aten wij vanille- en vruchtenijs en thee
randjes, waaraan allen smulden, die geen
Freule Menela dwars in hun maag hadden
zitten.
Phyllis wandelde op den geheelen terug
weg naar het hotel naast mij en was mij dier
baarder dan ooit, nu ik haar door mijne don-
Quichotische daad spoedig onbereikbaar zag
worden, maar 't'oen de dames ons dien avond
onder aan de trap go eden nacht wenschtem',
fluisterde Freule Menela mij toe:
„Ik volgde uw naad, mijnheer Starr en...
ik ben volkomen vrij."
„Hoe hoeft u dat aangelegd?" hoorde ik
mij vragen.
„Robert stond er op te Rotterdam te gaan
wonen. Hij wilde er niet eens in toestemmen
den winter in Den Haag door te 'brengen, al
is dat ook zoo dicht bijzijn bloed fcome dus
op zijn eigen hoofd."
„En vreugde in zijn harti," zou ik er heb
ben bijgevoegd. Maar ik zweeg.
„H(ebt gij mij niets te zeggen?" hernam zij
zacht, maai' met een© uitdrukking, waarin ik
duidelijk de bekoring las door mijne millioe-
nen op 'haar uitgeoefend, en ik had er zoo'n
gevoel van, dat zij gaarne zou weten, of het
Engelsche ponden of Amerikaansche dollars
waren.
Ik aarzelde. Als ik antwoordde „Niets",
dan zou zij waarschijnlijk Robert van Phyl
lis' lippen wegrukkea en ik was het pad der
schelmerij niet zoo ver'gegaan om mijn Bur-
ue-Jon.es Engel thans in den steek te laten.
„Ik zal u morgen med'edeelen wat ik u te
zeggen 'heb," fluisterde ik op mijn beurt en
haastte mij weg te komen.
HOOFDSTUK XXX.
Men wekte ons vroeg in den morgen om
met de tweelingen en Freule Menela
thans niet meer de fiancée een rijtoer
door Utrecht te maken, om haar de mooi©
parken en den Dom te laten zien, alvorens
onzen tocht van dien dag te beginnen. Se
dert dit plan gemaakt werd, was er veel ver
anderd. Robert en Menela waren beiden
„niet meer geëngageerd" em hoe zij het nu
betamelijk (zouden vinden1 zich tegenover el
kander te gedragen, hoe de tweelingen de
dame zouden behandelen (als zij de waar
heid hoorden) bleef een open vraag. Als mijn
persoonlijk belang er niet bij i.n hët spel
ware geweest zou ik schik hebben gehad in
deze situatie en in liet waarnemen, hoe
de dingen zicli ziouden afwikkelen maar, zoo
als het was, begreep ik, dlat ik misschien
een der dingen zou zijn, die afgewikkeld
werden, en dat ik blij mocht zijn, indien ik
mijzelf mocht afwikkelen.
Ik vond het maar beter laat aan hët ont
bijt të verschijnen, opdat niet de gewezen
fianciée en ik elkander in een. tête-a-tête zou
den ontmoeten; en één bl'ik overtuigde mij,
dat Lysbeth en Lilli reeds alles wisten. De
bewonderenswaardige Menela had het haar
waarschijnlijk op de slaapkamer Verteld, eu
dus het lieve paar voldoende voedsel voor
hare droomen gegeven. De arme schepsel
tjes zagen er 'bleek, bekommerd en zenuw
achtig uit, niet recht wetende, hoe zich te
gedragen^ na de aardbeving, die eene betrek
king van jaren her h'ad verbroken.
Robert was ook niet) op zijn gemak; maar
wat mij speet, die ontroering deed hem er
n'og knapper uitzien. Wat ik ged'aan had,
I was niet ten 'zijnen voordeel© gedaan. Ik liad'
mijn geluk niet in.de waagschaal gesteld om
hem aantrekkelijker te maken, om zijn
oogen meer vuur te geven, en e'eti uitdruk
king van mannelijke zelfbeheersching, die
niet hartstocht streed, aan zijne reeds zoo on
berispelijke trekken Ofschoon hij zichtbaar
inwendig een crisis doorleefde, hield hij zijne
gevoelens zoo goed in bedwang, dat geen der
omstanders had kunnen beoordeëlen of 'hij de
gelukkigste of rampzaligste der menschen
was en zijne 'zusters sloegen liëm bezorgd
gade, hopende aldus een richtsnoer voor
haar eigen gedrag te vinden..
Wat Freule Menela aangaat, zij was even
bedaard als altoos en had een voorkomen van
tevredenheid, als was zij nu nog meer inge
nomen met den door haar ingeslagen weg,
nu zij er zich eerst op beslapen had.
Phyllis wist nog van niets, behalve het
geen zij van mij den vorigen aVond bij stuk
jes en beetjes gehoord had1; maar van Alb
was ik zoo zeker .niet, te oordeelen naar zijn
gefronsd1 Voorhoofd. Of hij "nu tobde over
zijne eigene zaken, of dat vriend Robert de
sympathie van zijn held had gereclameerd,
kon ik niet gissen en durfde ik niet te vra
gen. I'k had bovendien niet veel tijd om over
Alb's zaken te soezen, want de blik van
Freule Menela waarschuwde mij, dat de
mijne gevaar liepen en ik gebruikte al mijn
geestkracht om uit 'haar zog te blijven ge
durende het afschel ds-tochtje door Utrecht
Gelukkig verdeelde l\et gezelschap zich in
twee rijtuigen, en ofschoon ik geen weer
stand kon bieden aan het „Kom bij mij
zitten, mijnheer Starr," van de schoone
Menela, sprong gelukkig de K. D. G. met
Tibe bij ons in, die zoo druk was in de laat
ste diagen, dat hij blijkbaar hët kanaalleven
r.iet afwisselend genoeg vond. Toen was er
een kleine discussie tusschen Nell en Phyllis
wie in het andere rijtuig zou plaats nemen,
en Nell kwam bii ons, misschien wel omdat
zij Alb wilde Vermijden, wiens gezelschap
haar in den laatsten tijd' doet verstommen.
„Nu," zeide ik bij mezelven, als dë ©x-
fiancée in dit rijtuig hare voelarmen niet om
een nieuw slachtoffer kan winden, Robert
kan evenmin aan hare netten ontkomen door
Phyllis te midden van zijnen familiekring,
in dat andere te vragen. Al's hij niet spoe
dig zijn slag slaan, dan zal hem die voor
altoos ontgaan want zoodra zijne Freule
ontdekt, dat een. ander geen beslag op haar
legt, zal zij spoedig van gedachten verande
ren, betreffende Rotterdam. Ik mag dan ge
noeg 'heilige of schelm zijn om haar
tot zonsondergang te laten bengelen, dan op
zijn allerlaatste moet ik haar toch afsnijden;
en wee, den Zeekoning, die daar los ou. on
gebonden ligt, als zij met een doffen slag op
den grond valt.
Het zij Verre, dat de knappe dame uiit
Den Haag ooit zou toegeven, dat er ergens
eene plaats te vinden was, waarvan zij niel
alles weet en ofschoon ik er sterk aan twij
fel of zij wel ooit te voren iets van Utrecht
zag, had zij het -zoo 'druk om ons er allee
van te vertellen, dat wij later dan de ande
ren aan boord van dë Mascotte kwamen,
waar wij elkandër rendez-Vous hadden ge
geven.
Ik zag dadelijk, dat Phyllis er niët Was
Misschien was zij benedën in een der hut
ten, maar waar was Robert? Het was toch
curieus, dat ik ook hem niet zag. Niemand
trachtte dit 'te verklaren. Van Brëderode gal'
juist zijne bevelen aan Hendrik, die heel
eerbiedig Tibe het bezit van zijn poetskatoen
betwisttemaar tot mijne verwondering
werd het teeken 't'ot vertrek niet gegeven.
Eindelijk begon het mij toch te verwonde
ren, waarom wij niet afvoeren. Het tochtje
voor dien dag zou bestaan in een terugkeer
naar Amsterdam, niet om onze Indrukken
van die stad te hernieuwen, maar om dë
Vecht nog eens te bevaren, die Alb prees
als het aardigste riviertje van Holland en
een miniatuur-Theems moest wezen. Het was
tien uur en zooals gewoonlijk, zouden wij om
tien uur afvaren maar ik oordeelde, dat he'
niet aan mij stond naar de reden te vragen
Ik had te bedriegen o£ te sterven en zoo
veel mogelijk buiten bereik van Freule Me
nela te blijven.
Wordt vervolgd