Dinsdag 4 Mei 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. De Motorboot. M°. 314. yc 4nar|{itii]t> ABONNEMENTSPRIJS: Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem f-av.co per post- 1.50. Afzonder jjbe nummers - 0.05. Daze Con.-at verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentiénmededeelingsn enz., gelieve men vóór 11 urn 's morgens bjj de Uitgeven in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. (Jtreehtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling Groote lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen Ut het herhaald adverteeren in dit Blad, bjj abonnement. Eeoje circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht. I>c hervorming van de DaiUclie r ij kmiut ancien. Vorst Bülovv heeft gisteren zijn 60en ver jaardag gevierd. Onder .aangename omstan digheden kan hij dezen dag niet hebben doorgebracht, want in den grooten strijd, dien hij thans voert voor de verwezenlij king van zijne plannen tot hervorming van de rijksfinanciën, is juist eene beslissing gevallen, die een weinig gunstig uitzicht opent voor liet slagen van die plannen. De conservatieven in den rijksdag blijven bij hunne taktiek oan den RijivSK-anselier te dwarsboomen Toen de rijksdag na de i'aaschvacantie terugkwam, scheen het als of het zou, gelukken, het conservatief-libe- rale blok tot het besluit te brengen om de aanneming te verzekeren, zonder geest drift wel is waar, maar in het bewustzijn van den absoluten plicht, die hier moet worden vervuld. Maar weldra bleek, dat de conservatieven hun verzet tegen de rijks belasting op de erfenissen niet wilden op geven, En in de commissie van den rijks dag hebben zij, in vereeniging met het cen trum en de Polen, zich hardnekkig verzet tegen de voorstellen der regeering op het stuk der directe belastingen met het ge volg, dat de commissie omtrent alle plan nen, die in uitgewerkten vorm voor haar lagen, tot ©ene negatieve beslissing is ge komen. Het eenige positieve besluit, dat genomen is, behelst eene uitnoodiging aan de regeering, om een ontwerp samen te stellen van eene belasting op de waarde vermeerdering van onroerende goederen, met welk denkbeeld de conservatieve partij weinig^ dagen geleden voor den dag is ge komen, en eene tweede uitnoodiiging om eene belasting op de waardevermeerdering van effecten in overweging te nemen. En zelfs dat besluit zal niet naar buiten wer ken liet zal niet als voorstel van de com missie in de vergadering van den rijksdag komen, maar er is besloten af te wachten wat de^ vegeeriug naar aanleiding van het verleden Zaterdag in de commissie gebeur de zal doen. Tot welk besluit de rijksregeering naar aanleiding van deze beslissing zal komen, is nog onzeker. Welken indruk de beslissing op de rijksregeering heeft gemaakt, komt uit in de beschouwingen, die de Nordd Allg. Zeitung daaraan wijdt. Het officieuse blad merkt, wat de belasting op de waarde vermeerdering van onroerende goederen be treft, op, dat de rijksregeering reeds heeft besloten de samenstelling van een ontwerp dier belasting ter hand te nemen, maar dat niet mag worden voorbijgezien, dat daar voor een omvangrijke voorbereidende ar beid noodig is, dat het niet mogelijk is met zekerheid te berekenen wat zij zal opbren gen en dat het inzonderheid te betwijfelen is of zulk eene belasting nog is uit te voe t-en in het kader van de tegenwoordige fi- nancieele hervorming. Daarom heeft de rijkssecretaris van financiën eene reserve moeten maken, hoe de verbonden regeerin gen hiertegenover stelling zullen jjemen. Dan gaat het blad aldus voort: „Uit de stemming van de commissie is ook gebleken, dat voor de voorstellen van eene speciaal op beurspapieren betrekking hebbende belasting op de waardevermeer dering een meerderheid in den rijksdag niet aanwezig is. Er is slechts, besloten aan de regeering overweging te verzoeken van de vraag hoe als tegenwicht van de het grond bezit bezwarende belasting eene overeen komstige belasting van de vermeerdering van het roerende kapitaalvermogen kan geschie den. De regeeringen hebben tegen de moge lijkheid bedenkingen geuit In ieder geval ligt het voor de hand, dat de ovtrwegingen van deze moeielijke vraag niet in den korten tijd, die beschikbaar is, tot het doel kunnen leiden. Dat daarmee bedoeld is eene ver vanging van de erfenisbelasting, is naar de verklaringen van de voorstellers niet aan te nemen De belasting op de waardever meerdering van onroerende goederen zou, naar het schijnt, eene meerderheid in den rijksdag vinden, maar ook hier is door de commissie geweigerd haar te beschouwen als eene vervanging van de uitbreiding der erfe nisbelasting Da beraadslaging en beslissing van de commissie heeft dus tot geen ander resul taat geleid dan dit, dat het onmogelijk is voor de belasting der erfenissen van kinde ren' en echtgenooten iets te krijgen wat haar kan vervangen. Het is te begrijpen dat zij, die tegenzin hebben in zulk eene belasting, pogingen doen om iets te vinden wat tot hare vervanging kan dienen. Deze pogingen zijn mislukt. Wat de verbonden regeeringen van den beginne af hadden doen uitkomen, dat het onmogelijk zou zijn, in het kader van den bondsstaat voor het rijk eene an dere algeineene belasting op het bezit te vinden clan eene belasting op de erfenissen ook van kinderen en echtgenooten, is ge bleken juist te zijn. Daarmee is tegelijk de volstrekte noodzakelijkheid gegeven, aan deze belasting zelf vast te houden en haar, ondanks alle bezwaren en tegenstand, te doen aannemen. Namens de verbonden re- geeeringen heeft de rijks secretaris van financiën in de commissie verklaard, dat zonder zulk eene uitbreiding van de belas ting op de erfenissen tot descendenten en echtgenooten de hervorming van de rijks financiën niet tot stand komen kan en zal. Door deze verklaring is de vaste grond slag gegeven, waarmee alle politieke par tijen voor den eersten tijd zullen hebben te rekenen. De toestand is bitter ernstig. De hervor ming der rijksfinanciën, die eene door het Duilsche volk met groote beslistheid ge- eischte, niet voor uitstel vatbare noodzake lijklicid beteekent, is ondanks telkens her haalde pogingen in den loop van de laatste zes maanden in het parlement niet verder gekomen. Over 't geheel genomen zijn wij niet veel verder dan in het begin van No vember. De zomer staat voor de deur. De hervorming moet nu afgedaan worden. Het volk verlangt het van den rijksdag. Het buitenland slaat ons met spanning gade. De spoedige afdoening is eene nationale eere zaak geworden. Wanneer de meerderheid van den rijksdag zich aan deze taak onttrekt, dan zijn de gevolgen onberekenbaar". Duitschland. Vorst Bernhard von Bülow, die gisteren 60 jaar is geworden, is zijne loopbaan in 1873 begonnen in den d'iplomatieken dienst Hij was ambassadeur van het Duitsche rijk te Rome, toen "hij in 1897 benoemd werd tot staatssecretaris van buiteniandsche zaken. Den 10cn October 1900 volgde hij vorst Chlodwig Hohenlohe op als rijkskanselier en minister-president van Pruisen. Den graventitel verwierf hij, terwijl hij aan het hoofd stond van het departement van buifcenlandsche zaken als belooning; voor de welgeslaagde onderhandelingen over den af- standl van. de Marianen- en Carolinen-eilan- den door Spanje aan het Duitsche rijk. In 1905 werd hij in den vorstenstand verheven, welke titel weder met hem zal uitsterven, want h.j heeft geene kinderen. B e r 1 ij n, 3 Mei. De uitkomst van de heden gehouden inschrijvingen op de lee ningen ten laste van het Duitsche rijk en van Pruisen is wel is waar nog niet met juistheid te constateeren, maar waarschijn lijk zijn de 4 pets. leenihgen tweemaal en de 3$ pets. iets minder volteekend. Frankrijk. P a r ij s, 3 Mei. Castro verliet heden morgen onverwacht Parijs en begaf zich naar Santander, waar hij mevrouw Castro, die daar den 8en zal aankomen, zal op wachten Hij heeft bevestigd, dat hij van plan is de Fransche regeering een proces aan te doen wegens zijne uitzetting uit Martinique. I a r ij s, 4 M e i. Het Journal bevat het vclgende telegram, dat Castro gistermorgen ontving voor zijn vertrek naar Spanje: New-York. Venezuela is ten prooi aan etne lievige omwenteling, die gericht is te gen de regeering van Gomez, die wordt be schuldigd de grondwet te hebben geschon den en een beroep te hebben gedaan op het buitenland om zich tegen Castro te verde digen. De geheele bevolking is zeer opge wonden, vooral over de inmenging van Noord-Amerika in de binnenlandsche po litiek van Venezuela. De opstand van de troepen tegen Gomez is volkomenhet le ger, met het volk vereenigd, eischt de te rugkomst van Castro. Engeland. Londen, 3 Mei Het algemeene be- grootingsdebat werd heden in eene druk be zette vergadering hervathet zal gedurende de gansche week worden voortgezet. Het blijkt, dat tegen de financieele voorstellen der regeering krachtig verzet zal worden ge voerd door de conservatieven De debatten zullen, in verband met de verschillende voorstellen, die in de begrooting zijn op genomen en met de beigrooting zelve, van zeer langen duur zijn. De eerste minister Asquith deelde mede, dat de regeering met de koloniën, die zich zelf besturen, in overleg is getreden over het houden van eene conferentie ter bespreking van de ver dediging van het rijk door zee- en land macht, speciaal naai' aanleiding van de jong ste aanbiedingen van Canada, Australië en Nieuw-Zeeland. Italië. Rome, 2 Mei. De Tribune bericht, dat er een gevecht heeft plaats gehad tusschen karabiniers en boeren te Santa Nicandra. Er zijn een luitenant van de karabiniers en vijf boeren gewond. Spanje. Madrid, 2 Mei, De verkiezing tot ge deeltelijke vernieuwing van de gemeente raden zijn tot dusver gunstig voor de repu blikeinen. I; adrid, 3 Mei. De gemeenteraads verkiezingen hebben een absoluut kalm ver loop gehad Do radicalen triomfeerden in de groote republikeinsche centra. Zij kwa men van 14 op 29 zetels m Valencia, van 12 op 22 te Madrid. Portugal. Lissabon, 3 Mei. De president van den min sterraad zeide, in antwoord^op eene interpellatie in de Kamer der paarsdat de regeering zich buiten het in de Kamer van Afgevar Jigden voorgevallene houdt. Het kabinet heeft zijn ontslag gevraagd maar doet zijn best de meerderheid met de oppo sitie in de Tweede Kamer te verzoenen. Er bestaat geen eigenlijke regeeringscrisis. De ïv am er verwierp meit 32 tegen 15 stemmen een voorstel van Vilhena om de zittingen te schorsen, totdat de houding van de regeerin tegenover de crisis zal zijn bepaald Rusland. De Czaar heeft aan sultan Mohammed, naar aanleiding van zijne troonsbeklimming, een telegram gezonden, waarin hij zijne op rechte wenschen voor eene gelukkige heer schappij van den sultan en de welvaart van het rijk uitspreekt. Servië. In c' dagen van groote spanning tusschen Servië en Oostenrij k-Hongarije nam de po litie te Belgrado gevangen een handelsagent die staatsburger van Öostenrijk-Hoijgarije was, twee Servische gepensioneerde officie ren en nog eenige andere personen, die werden overgeleverd aan het gerecht om zich te verantwoorden wegens 'spionage voor een vreemden staat. De openbare behandeling in dit proces zal echter achterwege blijven de beschuldigden zijn in vrijheid gesteld wegens gebrek aan bewijs. WaarschijnlijJc spelen ook politieke overwegingen eene rol bij het onderdrukken van dit proces. Bulgarije. De Bulgaarsche regeering heeft aan de vertegenwoordigers van vreemde staten of ficieel kennis gegeven, dat de titel van den Koning luidt: „Koning der Bulgaren." Turkije. De hatt-'-humajoen van sultan Mahomed, waarin hij kennis geeft van zijne troonsbe klimming, die onder de telegrammen reeds kort is verniel/', bevestigt Tewfik Pacha in het ambt van grootvizier en Kia-Eddin in dat van sjeik-ui-islam en gaa4- daarna aldus voort „Daar het mijn vurige wensch is, dat mijne onderdanen in alle standen zich ver heugen vrijheid, gelijkheid en gerechtig heid, dat de bepalingen van de wetten en van den Cheriat volledig toegepast en de grootheid en macht van den staat versterkt worde, en dat ons land die mate van vooruit gang moge bereiken waartoe het in staat is, en daar onze grondwet dezen oprecht?'! wensch, Gode zij dank, waarborgt, vertrouw ik in alles op den bijstand van God en, slechts do grondwet als leidster aannemen de, •koester ik het vertrouwen., dat alle mi nisters, onparlement en alle ambtenaren onze bemoeiingen tot bereiking van dat doel zullen steunen en bevorderen. De onlusten in de verschillende streken hebben ons met leedwezen vervuld. Daar het inzonderheid noodig is, de orde in ons rijk te verzekeren en elke oorzaak van geschillen onder onze onderdanen van alle standen te doen ver dwijnen, zullen vóór alles krachtige maat regelen met dit doel moeten worden geno men. Het is onze oprechte wensch, dat er voor goed een einde worden gemaakt aan de betreurenswaardige gebeurtenissen van dezen aard, dat de verschillende rassen, door dat zij de noodzakelijkheid inzien onderling i-i g:>r V verstandhouding te leven, zooals voor kin Ieren van hetzelfde vaderland past, zich zoude onderscheid verheugen in vrij heid, gelijkheid en gerechtigheid en dat alle® worde gedaan om onze krachten te water en te land te doen herleven. Wij wenschen eveneens oprecht, dat de nog ontbrekende wetten, beantwoordende aan onze grondwet en aan de werkelijke behoeften der natie, overeenkomstig die Cheriat wordfeoi uitg©- werkt om de orde in de rechtspleging en in het financiewezen, alsmede de versprei ding van beschaving, den vooruitgang van de openbare werken, van handel en land bouw, overeenkomstig de vorderingen van de tegenwoordige eeuw te verzekeren. Daar alle met bevriende staten gesloten verdra gen door oi.s op nieuw bekrachtigd werden, wenschen wij dat de goede 'oepassing van deze verdragen geëerbiedigd en dat de tus schen onze regeering en alle staten be staande vriendschap versterkt worde. Moge de Almachtige aan onze pogingen alle si^c- r us verleenen Mohamed' Recbad." Konstantino'pel, 3 Mei. De Kamer begon heden met de behandeling van de in de grondwet te brengen veranderin gen. Een vierde van de voorgestelde wijzi gingen zijn reeds behandeld. De wijzigingsvoorstellen komen hierop neer De sultan legt dadelijk na zijn op treden voor het parlement den eed af op de grondwet en de cheriat. De ministers zijn gezamenlijk en ieder afzonderlijk verant woordelijk. De sultan benoemt alleen den grootvizier en den sjeik-ul-islam. De groot vizier stelt het kabinet samen. Voor het verleenen van amnestie wordt een besluit van de Kamer gevorderd. De preventieve censuur is volstrekt uitgesloten. Genoot schappen, die tegen de politieke onschend baarheid van den staat of tegen de grond wet werken, zijn verboden. Nadat een wets ontwerp van de regeering tweemaal verwor pen is, kan de Kamer ontbonden worden; maar wanneer de nieuwe Kamer dezelfde meening is toegedaan als de oude, moet het besluit van de Kamer uitgevoerd worden. De senaat bestaat uit 45 leden, van wie een derde door den sultan en twee derden door de Kamer benoemd worden. Alle senatoren hebben zitting gedurende 9 jaren; de zit tingen van den senaat zijn openbaar. Het recht van den sultan om gevaarlijke per sonen te verbannen, wordt afgeschaft. Volgens een bericht uit Konstantinopel brengt 1 t. door de militaire rechten inge stelde onderzoo:: togen vele personen, die in het Jildiz-paleis in betrekking geweest zijn, en tegen geestelijken en soldaten, ernstig bezwarend materiaal tegen Abdul Ha- mid aan den dag. De aanvoerders van de Macedonische troepen en an dere toongevende factoren houden zich nu bezig met. de vraag der inbeslagneming van het grootste gedeelte van het particu liere vermogen van Abdul Hamid, dat zonder een'pen twijfel aan de staatsgoederen is onttrokken. Kenschetsend van de heerschende stem ming is het opkomen van geruchten, di« de vrees uitdrukken, dat deze troonverwis- seling slechts voorloopig is en dat eene nieuwe verwisseling is te verwachten. Naar het EngeUch 90 VAN C. N. BN W. M. WILLIAMSON. Geen" lid van het gezelschap dat niet on gemeen afgetrokken was, toen wij allen bij elkander waren, zelfs Tibe niet uitgezon derd; maar zijne afgetrokkenheid was te wij ten aan de buitelingen van een waterrat, die hij gaarne 'bij zijne melk zou 'hebben opge peuzeld. Toen het hem eindelijk goed dacht de melk op te drinken zonder zulk een kluif je, aten wij vanille- en vruchtenijs en thee randjes, waaraan allen smulden, die geen Freule Menela dwars in hun maag hadden zitten. Phyllis wandelde op den geheelen terug weg naar het hotel naast mij en was mij dier baarder dan ooit, nu ik haar door mijne don- Quichotische daad spoedig onbereikbaar zag worden, maar 't'oen de dames ons dien avond onder aan de trap go eden nacht wenschtem', fluisterde Freule Menela mij toe: „Ik volgde uw naad, mijnheer Starr en... ik ben volkomen vrij." „Hoe hoeft u dat aangelegd?" hoorde ik mij vragen. „Robert stond er op te Rotterdam te gaan wonen. Hij wilde er niet eens in toestemmen den winter in Den Haag door te 'brengen, al is dat ook zoo dicht bijzijn bloed fcome dus op zijn eigen hoofd." „En vreugde in zijn harti," zou ik er heb ben bijgevoegd. Maar ik zweeg. „H(ebt gij mij niets te zeggen?" hernam zij zacht, maai' met een© uitdrukking, waarin ik duidelijk de bekoring las door mijne millioe- nen op 'haar uitgeoefend, en ik had er zoo'n gevoel van, dat zij gaarne zou weten, of het Engelsche ponden of Amerikaansche dollars waren. Ik aarzelde. Als ik antwoordde „Niets", dan zou zij waarschijnlijk Robert van Phyl lis' lippen wegrukkea en ik was het pad der schelmerij niet zoo ver'gegaan om mijn Bur- ue-Jon.es Engel thans in den steek te laten. „Ik zal u morgen med'edeelen wat ik u te zeggen 'heb," fluisterde ik op mijn beurt en haastte mij weg te komen. HOOFDSTUK XXX. Men wekte ons vroeg in den morgen om met de tweelingen en Freule Menela thans niet meer de fiancée een rijtoer door Utrecht te maken, om haar de mooi© parken en den Dom te laten zien, alvorens onzen tocht van dien dag te beginnen. Se dert dit plan gemaakt werd, was er veel ver anderd. Robert en Menela waren beiden „niet meer geëngageerd" em hoe zij het nu betamelijk (zouden vinden1 zich tegenover el kander te gedragen, hoe de tweelingen de dame zouden behandelen (als zij de waar heid hoorden) bleef een open vraag. Als mijn persoonlijk belang er niet bij i.n hët spel ware geweest zou ik schik hebben gehad in deze situatie en in liet waarnemen, hoe de dingen zicli ziouden afwikkelen maar, zoo als het was, begreep ik, dlat ik misschien een der dingen zou zijn, die afgewikkeld werden, en dat ik blij mocht zijn, indien ik mijzelf mocht afwikkelen. Ik vond het maar beter laat aan hët ont bijt të verschijnen, opdat niet de gewezen fianciée en ik elkander in een. tête-a-tête zou den ontmoeten; en één bl'ik overtuigde mij, dat Lysbeth en Lilli reeds alles wisten. De bewonderenswaardige Menela had het haar waarschijnlijk op de slaapkamer Verteld, eu dus het lieve paar voldoende voedsel voor hare droomen gegeven. De arme schepsel tjes zagen er 'bleek, bekommerd en zenuw achtig uit, niet recht wetende, hoe zich te gedragen^ na de aardbeving, die eene betrek king van jaren her h'ad verbroken. Robert was ook niet) op zijn gemak; maar wat mij speet, die ontroering deed hem er n'og knapper uitzien. Wat ik ged'aan had, I was niet ten 'zijnen voordeel© gedaan. Ik liad' mijn geluk niet in.de waagschaal gesteld om hem aantrekkelijker te maken, om zijn oogen meer vuur te geven, en e'eti uitdruk king van mannelijke zelfbeheersching, die niet hartstocht streed, aan zijne reeds zoo on berispelijke trekken Ofschoon hij zichtbaar inwendig een crisis doorleefde, hield hij zijne gevoelens zoo goed in bedwang, dat geen der omstanders had kunnen beoordeëlen of 'hij de gelukkigste of rampzaligste der menschen was en zijne 'zusters sloegen liëm bezorgd gade, hopende aldus een richtsnoer voor haar eigen gedrag te vinden.. Wat Freule Menela aangaat, zij was even bedaard als altoos en had een voorkomen van tevredenheid, als was zij nu nog meer inge nomen met den door haar ingeslagen weg, nu zij er zich eerst op beslapen had. Phyllis wist nog van niets, behalve het geen zij van mij den vorigen aVond bij stuk jes en beetjes gehoord had1; maar van Alb was ik zoo zeker .niet, te oordeelen naar zijn gefronsd1 Voorhoofd. Of hij "nu tobde over zijne eigene zaken, of dat vriend Robert de sympathie van zijn held had gereclameerd, kon ik niet gissen en durfde ik niet te vra gen. I'k had bovendien niet veel tijd om over Alb's zaken te soezen, want de blik van Freule Menela waarschuwde mij, dat de mijne gevaar liepen en ik gebruikte al mijn geestkracht om uit 'haar zog te blijven ge durende het afschel ds-tochtje door Utrecht Gelukkig verdeelde l\et gezelschap zich in twee rijtuigen, en ofschoon ik geen weer stand kon bieden aan het „Kom bij mij zitten, mijnheer Starr," van de schoone Menela, sprong gelukkig de K. D. G. met Tibe bij ons in, die zoo druk was in de laat ste diagen, dat hij blijkbaar hët kanaalleven r.iet afwisselend genoeg vond. Toen was er een kleine discussie tusschen Nell en Phyllis wie in het andere rijtuig zou plaats nemen, en Nell kwam bii ons, misschien wel omdat zij Alb wilde Vermijden, wiens gezelschap haar in den laatsten tijd' doet verstommen. „Nu," zeide ik bij mezelven, als dë ©x- fiancée in dit rijtuig hare voelarmen niet om een nieuw slachtoffer kan winden, Robert kan evenmin aan hare netten ontkomen door Phyllis te midden van zijnen familiekring, in dat andere te vragen. Al's hij niet spoe dig zijn slag slaan, dan zal hem die voor altoos ontgaan want zoodra zijne Freule ontdekt, dat een. ander geen beslag op haar legt, zal zij spoedig van gedachten verande ren, betreffende Rotterdam. Ik mag dan ge noeg 'heilige of schelm zijn om haar tot zonsondergang te laten bengelen, dan op zijn allerlaatste moet ik haar toch afsnijden; en wee, den Zeekoning, die daar los ou. on gebonden ligt, als zij met een doffen slag op den grond valt. Het zij Verre, dat de knappe dame uiit Den Haag ooit zou toegeven, dat er ergens eene plaats te vinden was, waarvan zij niel alles weet en ofschoon ik er sterk aan twij fel of zij wel ooit te voren iets van Utrecht zag, had zij het -zoo 'druk om ons er allee van te vertellen, dat wij later dan de ande ren aan boord van dë Mascotte kwamen, waar wij elkandër rendez-Vous hadden ge geven. Ik zag dadelijk, dat Phyllis er niët Was Misschien was zij benedën in een der hut ten, maar waar was Robert? Het was toch curieus, dat ik ook hem niet zag. Niemand trachtte dit 'te verklaren. Van Brëderode gal' juist zijne bevelen aan Hendrik, die heel eerbiedig Tibe het bezit van zijn poetskatoen betwisttemaar tot mijne verwondering werd het teeken 't'ot vertrek niet gegeven. Eindelijk begon het mij toch te verwonde ren, waarom wij niet afvoeren. Het tochtje voor dien dag zou bestaan in een terugkeer naar Amsterdam, niet om onze Indrukken van die stad te hernieuwen, maar om dë Vecht nog eens te bevaren, die Alb prees als het aardigste riviertje van Holland en een miniatuur-Theems moest wezen. Het was tien uur en zooals gewoonlijk, zouden wij om tien uur afvaren maar ik oordeelde, dat he' niet aan mij stond naar de reden te vragen Ik had te bedriegen o£ te sterven en zoo veel mogelijk buiten bereik van Freule Me nela te blijven. Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1